Inspectierapport 22 september 2014

Inspectierapport
Kinderopvang 't Kleurboompje (KDV)
Witte de Withstraat 143
1057 XT AMSTERDAM
Registratienummer: 173064796
Toezichthouder: GGD Amsterdam
In opdracht van: Gemeente Amsterdam
Datum inspectie: 08-08-2014
Type onderzoek: Jaarlijks onderzoek
Status: definitief
Datum vaststellen inspectierapport: 22-09-2014
Kinderopvang 't Kleurboompje - Jaarlijks onderzoek 08-08-2014
1/12
Inhoudsopgave
Het onderzoek
Observaties en bevindingen
Pedagogisch klimaat
Personeel en groepen
Veiligheid en gezondheid
Accommodatie en inrichting
Ouderrecht
Inspectie-items
Gegevens voorziening
Gegevens toezicht
Kinderopvang 't Kleurboompje - Jaarlijks onderzoek 08-08-2014
2/12
Het onderzoek
Onderzoeksopzet
Op 8 augustus 2014 is er een onaangekondigd jaarlijks onderzoek uitgevoerd, op grond van artikel 1.62, tweede
lid van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Op grond van het risicoprofiel van de locatie zijn
slechts een beperkt aantal kwaliteitseisen onderzocht, namelijk op het gebied van het pedagogisch klimaat, de
eisen aan het personeel, de opvang in groepen, de veiligheid en gezondheid, de accommodatie en inrichting en het
ouderrecht.
Beschouwing
Kinderopvang ’t Kleurboompje is een eenmanszaak. De bestuurder, hierna te noemen leidinggevende, is
verantwoordelijk voor het waarborgen van het beleid en de dagelijkse gang van zaken. Er werkt een vast team in
het kinderdagverblijf bestaande uit vier beroepskrachten en een vaste invalkracht. De leidinggevende staat
daarnaast ook als beroepskracht op de groep. Op het moment van het inspectiebezoek is er één stagiaire
werkzaam. In het kinderdagverblijf wordt gewerkt aan de hand van het voorschoolse-educatieprogramma Uk &
Puk. Het kindercentrum wordt hiervoor niet gesubsidieerd.
De leidinggevende heeft aangegeven zelf de functie van vertrouwenspersoon te bekleden voor het personeel.
Interne klachten worden tevens door haar gecoördineerd. De taken van een leidinggevende en de taken van een
vertrouwenspersoon kunnen met elkaar in conflict komen, waardoor mogelijk problemen ontstaan in het
waarborgen van de vertrouwelijkheid. Hetzelfde geldt voor de taken van een klachtencoördinator.
De toezichthouder heeft geen telefonisch contact kunnen krijgen met een van de leden van de oudercommissie.
Advies aan college van B&W
Er zijn geen overtredingen geconstateerd. De toezichthouder adviseert om dit rapport ter kennisname in
ontvangst te nemen.
Kinderopvang 't Kleurboompje - Jaarlijks onderzoek 08-08-2014
3/12
Observaties en bevindingen
Pedagogisch klimaat
Pedagogisch beleidsplan
Er is een pedagogisch beleidsplan opgesteld dat specifiek geldt voor kinderdagverblijf 't Kleurboompje.
Het beleidsplan is duidelijk beschreven en geeft een goede weergave van de praktijk. Er wordt bijvoorbeeld
informatie gegeven over het werken met de VVE-methode Uk & Puk. Tijdens een gesprek met de houder geeft
deze aan geen gemeentelijke erkenning te hebben voor het aanbieden van voorschoolse educatie, maar wel de
wens te hebben dit in de toekomst te realiseren.
De uitvoering van het vierogenprincipe is in het pedagogisch beleidsplan opgenomen.
Pedagogische praktijk
De toezichthouder heeft tussen 9.00 en 11.00 uur een observatie uitgevoerd tijdens een tafelmoment en het vrij
spelen. Tijdens de observatie waren er acht kinderen aanwezig in de leeftijd van 0 tot 4 jaar met twee
beroepskrachten; een van de twee beroepskrachten is tevens de houder.
De beroepskrachten kennen de inhoud van het pedagogisch beleidsplan en handelen hiernaar. Onderstaande
beschrijvingen zijn voorbeelden waaruit blijkt dat de beroepskrachten zorg dragen voor de emotionele veiligheid,
het stimuleren van de persoonlijke en sociale competenties van kinderen en de overdracht van normen en
waarden.
Emotionele veiligheid
Tijdens de observatie is opgevallen dat de beroepskrachten oog hebben voor alle kinderen in de groep. Tijdens
een groepsmoment aan tafel noemt de beroepskracht aan de hand van de kindplanningslijst een naam en vraagt
vervolgens aan de kinderen of zij weten of het betreffende kind aanwezig is. De kinderen reageren hierop en de
beroepskracht complimenteert de kinderen als zij het juist hebben. De pop Puk (onderdeel van de VVE-methode
Uk & Puk) is tevens onderdeel van dit welkomstritueel; aan de kinderen wordt gevraagd of Puk er ook is. Na het
benoemen van de namen van de kinderen wordt er een liedje gezongen om elkaar te verwelkomen.
De beroepskrachten zijn sensitief en reageren op de emoties van de kinderen. Bij het afscheid nemen van de
ouder moet een kind huilen. De beroepskracht speelt hierop in door het kind een aai over de bol te geven en af te
leiden met een gesprekje. Het kind is afgeleid, stopt met huilen en doet vervolgens mee met het groepsmoment
aan tafel.
Persoonlijke competentie
De beroepskracht draagt zorg voor het stimuleren van de persoonlijke competentie van de kinderen. Tijdens het
fruit eten aan tafel laat de beroepskracht verschillende stukken fruit zien en vraagt aan de kinderen of zij weten
welke fruitsoort het is.
Na het tafelritueel volgt een moment van vrij spel, waarbij te zien is dat de diversiteit aan speelmogelijkheden
aantrekkelijk is voor de kinderen; de kinderen weten precies waar ze mee willen spelen en gaan direct op het
speelgoed af.
Sociale competentie
Tijdens het tafelmoment reageert de beroepskracht op het enthousiasme van een kind als hij ziet dat zijn vriendje
binnenkomt. Als het binnengekomen kind aanschuift aan tafel, richt de beroepskracht zich tot de twee vrienden en
zegt: 'Dat is leuk, jullie zijn vandaag de oudste.' De beroepskracht praat met de kinderen aan tafel en een kind
vertelt dat het 'thuis monstertjes heeft'. De beroepskracht vraagt aan de andere kinderen of deze ook
monstertjes hebben thuis en er volgt een kort gesprek met enkele kinderen aan tafel.
Normen en waarden
De regels die gehanteerd worden binnen het kinderdagverblijf zijn duidelijk zichtbaar opgehangen voor de kinderen
en de beroepskrachten. Boven de tafel hangen twee A4'tjes met de huisregels voor de kinderen met een symbool
ernaast, zodat de kinderen kunnen zien wat er bedoeld wordt. Tijdens het tafelmoment wordt er fruit uitgedeeld;
de kinderen geven de fruitschaal aan elkaar door. Als een kind een stuk fruit dat hij gepakt heeft weer neerlegt op
de fruitschaal, wijst de beroepskracht het kind op de regel dat als je een stuk fruit gepakt hebt, je dit ook moet
opeten.
Een kind dat door de groepsruimte rent, wordt gewezen op de regel dat er niet wordt gerend in de ruimte. De
beroepskracht legt tevens uit waarom deze regel wordt gehanteerd.
Gebruikte bronnen:
- Pedagogisch beleidsplan kinderdagverblijf 't Kleurboompje d.d. 3 maart 2014
- Inspectieonderzoek
Kinderopvang 't Kleurboompje - Jaarlijks onderzoek 08-08-2014
4/12
Personeel en groepen
Verklaring omtrent het gedrag
De toezichthouder heeft tijdens het inspectieonderzoek na aanvraag d.d. 16 augustus 2013 beoordeeld dat alle
personen werkzaam bij het kindercentrum in het bezit zijn van een geldige verklaring omtrent het gedrag (VOG).
In verband met de nulmeting continue screening zijn nieuwe VOG's voor het personeel overgelegd. De
leidinggevende heeft verklaard dat er sindsdien geen nieuwe beroepskrachten zijn aangenomen.
Passende beroepskwalificatie
De toezichthouder heeft tijdens het inspectieonderzoek na aanvraag d.d. 16 augustus 2013 beoordeeld dat alle
personen werkzaam bij het kindercentrum beschikken over de voor de werkzaamheden passende
beroepskwalificatie zoals in de cao Kinderopvang is opgenomen. De leidinggevende heeft verklaard dat er
sindsdien geen nieuwe beroepskrachten zijn aangenomen.
Opvang in groepen
Er is één verticale stamgroep. Deze bestaat uit maximaal zestien kinderen tussen de nul en vier jaar oud. De
opvang vindt, buiten (spel)activiteiten om, plaats in deze stamgroep.
Beroepskracht-kind-ratio
Tijdens het inspectiebezoek worden er acht kinderen opgevangen door twee beroepskrachten. Op de dag van het
inspectiebezoek worden er voldoende beroepskrachten ingezet voor het aantal kinderen dat wordt opgevangen.
Op basis van een steekproef uit de presentielijsten van de maanden juni, juli en augustus 2014 en de
bijbehorende werkroosters van het personeel constateert de toezichthouder dat er ook in deze periode
voldoende beroepskrachten zijn ingezet voor het aantal op te vangen kinderen.
De beroepskrachten hebben dagelijks de volgende werktijden: 7.30-16.30 uur, 8.00-17.00 uur, 8.30-17.30 uur
en 9.30-18.30 uur. De beroepskrachten pauzeren 45 minuten tussen 13.00 en 14.30 uur. Hiermee voldoet de
inzet van beroepskrachten bij afwijking van de beroepskracht-kind-ratio.
In de ochtenduren kan er een beroepskracht alleen in het kindercentrum aanwezig zijn van 7.30-8.30 uur. De
leidinggevende of een van de roostervrije beroepskrachten is dan geregeld als achterwacht. Deze personen
kunnen binnen vijftien minuten aanwezig zijn. Indien er slechts één beroepskracht aanwezig is in het
kindercentrum als gevolg van afwijking van de beroepskracht-kind-ratio, dan is er altijd een andere volwassene
aanwezig, namelijk de leidinggevende.
Gebruikte bronnen:
- Inspectieonderzoek na aanvraag d.d. 16 augustus 2013
- Overzicht inzet beroepskrachten van de maanden juni, juli en augustus 2014
- Presentielijsten en plaatsingslijsten van de maanden juni, juli en augustus 2014
- Pedagogisch beleidsplan, versie maart 2014
- Inspectieonderzoek
Kinderopvang 't Kleurboompje - Jaarlijks onderzoek 08-08-2014
5/12
Veiligheid en gezondheid
Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid
Het veiligheidsbeleid en het gezondheidsbeleid bestaan uit risico-inventarisaties, protocollen, werkinstructies en
huisregels. Dit beleid bevindt zich ter inzage in de groepsruimte.
De beroepskrachten worden op de hoogte gebracht van het beleid doordat dit tijdens een maandelijks
werkoverleg als vast agendapunt aan bod komt. De protocollen worden tijdens de studiedagen besproken die
tweemaal per jaar plaatsvinden. Tevens worden de beroepskrachten getoetst op hun kennis van het
veiligheidsbeleid en het gezondheidsbeleid. De leidinggevende stelt jaarlijks een veiligheidsverslag en een
gezondheidsverslag op waarin een samenvatting is opgenomen van getroffen maatregelen en te nemen
maatregelen voor de verschillende ruimtes of thema's zoals opgenomen in de risico-inventarisatie.
In de slaapkamer hangen werkinstructies ter preventie van wiegendood. Tijdens het inspectiebezoek blijkt dat de
leidinggevende en de beroepskracht op de hoogte zijn van deze werkinstructies en dat deze worden uitgevoerd in
de praktijk.
In het kindercentrum zijn verschillende trappen aanwezig. De kinderen slapen in het souterrain onder de
groepsruimte. Bij een ontruiming moeten de beroepskrachten eerst een trap op naar de bovenruimte en daarna
een trap af naar het souterrain om bij de slaapkamer te komen. De trappen zijn afgesloten met hekjes om het
risico op valongevallen te verkleinen. Ten tijde van het inspectiebezoek is de toezichthouder nagegaan hoe een
ontruiming in het geval van calamiteiten er in de praktijk uitziet in het kindercentrum. De aanwezige beroepskracht
kan goed uitleggen welke regels er gelden tijdens een ontruiming in geval van calamiteiten. De leidinggevende
geeft aan dat er het afgelopen jaar twee keer een ontruimingsoefening heeft plaatsgevonden. De beroepkrachten
hebben hiervoor geoefend met poppen en tijdens de laatste ontruimingsoefening is er ook geoefend met de
aanwezige kinderen. Zowel de leidinggevende als de beroepskracht verklaart dat dit gestructureerd en volgens de
afspraken verlopen is.
De beroepskracht en de leidinggevende dragen er tijdens het inspectiebezoek zorg voor dat alle kinderen hun
handen wassen na het toiletbezoek door dit bij de kinderen na te gaan. De verschoonplek wordt na iedere
verschoning gereinigd en de beroepskracht wast haar eigen handen na iedere verschoning. Er is geconstateerd dat
de kinderen vóór het eten van het fruit in de ochtend allemaal hun handen schoonmaken met dezelfde washand.
De beroepskracht verklaart dat de kinderen nog schoon zijn omdat zij van huis komen en dat zij na afloop van
het fruit eten wel een eigen washand krijgen om zich mee schoon te maken. Als er één washandje voor meerdere
kinderen gebruikt wordt, ook als de kinderen net van huis komen, dan kunnen de mogelijk aanwezige
ziektekiemen via het washandje van kind tot kind overgebracht worden.
Meldcode kindermishandeling
De organisatie heeft een Meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld vastgesteld die is gebaseerd op de
meldcode van de Brancheorganisatie Kinderopvang. De leidinggevende is aandachtsfunctionaris
kindermishandeling.
De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode doordat dit tijdens de teamvergaderingen en een
studiedag besproken wordt. Twee beroepskrachten hebben de training 'Kinderen die opvallen' gevolgd om hun
kennis te verbreden op het gebied van het vroegtijdig signaleren, het interpreteren van signalen en het sneller
kunnen onderkennen van problemen bij kinderen en/of hun gezinssituatie.
Tijdens het inspectiebezoek is aangegeven dat de meldcode in het afgelopen jaar niet is gehanteerd omdat er
geen vermoeden is geweest van kindermishandeling.
Vierogenprincipe
In de ochtend, van 7.30-8.30 uur, kan het voorkomen dat er één beroepskracht in het pand aanwezig is. De
beroepskrachten sluiten altijd met minimaal twee personen af en ook tijdens de pauze zijn er minimaal twee
personen in het kindercentrum aanwezig. De houder heeft vormgegeven aan het vierogenprincipe door camera's
in het kindercentrum te plaatsen. Zo zijn er camera's in de slaapkamer, het souterrain en op de groep. De
camera's zenden uit naar de schermen die in de groepsruimte op de begane grond hangen. Het bekijken van de
beelden kan te allen tijde via een computer, een laptop en een mobiele telefoon de leidinggevende heeft hiervoor
beveiligde inlogcodes en op het moment dat zij niet aanwezig is, is er een 'leidster plus' aangesteld om deze
beelden te bekijken.
Gebruikte bronnen:
- Veiligheidsverlag d.d. 3 februari 2014
- Gezondheid d.d. 3 februari 2014
- Plan van aanpak: werkinstructies ter preventie van wiegendood d.d. 2 januari 2014
- Protocol kindermishandeling Kinderopvang 't Kleurboompje d.d. 1 januari 2014
- Pedagogisch beleidsplan, versie maart 2014
Kinderopvang 't Kleurboompje - Jaarlijks onderzoek 08-08-2014
6/12
Accommodatie en inrichting
Binnenspeelruimte
Het kindercentrum beschikt over één stamgroepsruimte. Er is een splitlevelgroepsruimte en daarnaast wordt er
gebruikgemaakt van het souterrain voor de educatie en/of de observatie van kleine groepen kinderen.
In de ruimte zijn verschillende hoeken naar activiteit ingericht. Zo zijn er een keuken-/poppenhoek, een
blokkenhoek en een afgeschermde plek voor de baby's.
Voor kinderen tot anderhalf jaar is er een afzonderlijke slaapruimte met acht bedden. De slaapruimte is gelegen in
het souterrain. Voor de oudste kinderen zijn er negen stretchers beschikbaar; zij slapen tevens in het souterrain.
Dit aantal is voldoende afgestemd op het aantal op te vangen kinderen.
Buitenspeelruimte
Er wordt gebruikgemaakt van een aangrenzende buitenruimte. De kinderen moeten eerst een trap af voordat zij
in de buitenruimte kunnen spelen. De trap is dicht en stroef gemaakt en er is een leuning geplaatst op kindhoogte
om de kans op mogelijke valongevallen en beklemming te verkleinen. De buitenspeelruimte is passend bij de
leeftijd ingericht. Er zijn een zandbak, een speelrups en een glijbaan beschikbaar. Daarnaast zijn er fietsjes en is er
ander los speelmateriaal. Er is een rustig afgesloten gedeelte voor de baby’s gecreëerd.
Gebruikte bronnen:
- Inspectieonderzoek na aanvraag d.d. 16 augustus 2013
- Inspectieonderzoek
Kinderopvang 't Kleurboompje - Jaarlijks onderzoek 08-08-2014
7/12
Ouderrecht
Informatie
De houder informeert de ouders door middel van een informatieboekje, de huisregels, de website
www.hetkleurboompje.nl en een (maandelijkse) nieuwsbrief. In het kindercentrum hangt een mededelingenbord
en het pedagogisch beleidsplan is aanwezig ter inzage. Deze informatiebronnen zijn toegankelijk voor alle ouders.
De informatie over de mate waarin en de voorwaarden waaronder de beroepskrachten in opleiding kunnen
worden belast met de zorg voor kinderen is te summier. Er is slechts beschreven dat beroepskrachten in opleiding
met een leerovereenkomst altijd boventallig worden ingezet en dat beroepskrachten met een
beroepsbegeleidende opleiding over een leer-arbeidsovereenkomst beschikken en dat zij naast een ervaren
pedagogisch medewerker kunnen worden ingezet. De houder dient dit aan te passen.
Oudercommissie
De houder heeft een oudercommissie ingesteld waarin vier leden zitting hebben.
De leidinggevende heeft aangegeven dat in het afgelopen jaar de prijs, het pedagogisch beleid en de risicoinvetarisatie veiligheid en gezondheid gewijzigd zijn. Zij geeft aan dat alle voorgenomen wijzigingen ter advies zijn
voorgelegd aan de oudercommissie. De toezichthouder heeft geen telefonisch contact kunnen krijgen met een
van de leden van de oudercommissie. Bij het eerstvolgende jaarlijks onderzoek zal deze voorwaarde opnieuw
beoordeeld worden.
Gebruikte bronnen:
- Overzicht leden van de oudercommissie
- Notulen oudercommissie d.d. 28 juni 2013, 18 oktober 2013, 21 februari 2014 en 20 mei 2014
- Informatieboekje KDV ’t Kleurboompje, versie januari 2014
- Huisregels en deurbeleid Kinderopvang ‘t Kleurboompje, versie 2 (juni 2014)
- Nieuwsbrief d.d. 15 juli 2014
- Website: www.hetkleurboompje.nl, geraadpleegd op 7 augustus 2014
- Gesprek met de leidinggevende
- Inspectieonderzoek
Kinderopvang 't Kleurboompje - Jaarlijks onderzoek 08-08-2014
8/12
Inspectie-items
Pedagogisch klimaat
Pedagogisch beleidsplan
De houder heeft een pedagogisch beleidsplan waarin de voor dat kindercentrum kenmerkende visie op de omgang
met kinderen is beschreven.
In het pedagogisch beleidsplan staat in duidelijke en observeerbare termen het volgende beschreven: de wijze
waarop de emotionele veiligheid van kinderen wordt gewaarborgd, de mogelijkheden voor kinderen tot de
ontwikkeling van hun persoonlijke- en sociale competentie en de wijze waarop de overdracht van normen en
waarden aan kinderen plaatsvindt.
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop het vierogenprincipe
is vormgegeven.
Pedagogische praktijk
De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan.
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid.
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke
competentie te komen.
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale
competentie te komen.
De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden.
Personeel en groepen
Verklaring omtrent het gedrag
Een verklaring omtrent het gedrag van personen werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de
werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd.
Passende beroepskwalificatie
Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao
kinderopvang is opgenomen.
Opvang in groepen
De opvang vindt plaats in stamgroepen.
A. De stamgroep bestaat uit maximaal 12 kinderen tot 1 jaar.
Of
B. De stamgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen van 0 tot 4 jaar waarvan maximaal 8 kinderen tot 1 jaar.
Beroepskracht-kind-ratio
De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep
bedraagt ten minste:
- 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar;
- 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar;
- 1 beroepskracht per 6 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar;
- 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar.
Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de
rekentool op www.rijksoverheid.nl.
De houder heeft geregeld dat een andere volwassene telefonisch bereikbaar is en binnen 15 minuten aanwezig
kan zijn in geval van een calamiteit, indien conform de beroepskracht-kindratio slechts één beroepskracht in het
kindercentrum aanwezig is.
Bij een openingstijd van 10 uur of langer kunnen ten hoogste drie uur per dag, niet aaneengesloten, minder
beroepskrachten ingezet worden dan volgens de beroepskracht-kindratio vereist is.
De drie uur afwijkende inzet betreft uitsluitend de tijd voor 9.30 en na 16.30 uur en tijdens de voor dat
kindercentrum gebruikelijke middagpauze.
De afwijking betreft maximaal anderhalf aaneengesloten uren voor 9.30 en na 16.30 uur en tijdens de voor dat
kindercentrum gebruikelijke middagpauze gedurende maximaal twee uur aaneengesloten.
Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken
van de beroepskracht-kind-ratio.
Indien als gevolg van het afwijken van de beroepskracht-kind-ratio slechts één beroepskracht in het
kindercentrum ingezet wordt, dan is er ten minste één andere volwassene in het kindercentrum aanwezig.
Kinderopvang 't Kleurboompje - Jaarlijks onderzoek 08-08-2014
9/12
Veiligheid en gezondheid
Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid
In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden
genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de
maatregelen.
De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde
risico-inventarisatie veiligheid.
In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden
genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico’s en de
maatregelen.
De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde
risico-inventarisatie gezondheid.
Meldcode kindermishandeling
De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven eisen.
De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode.
Vierogenprincipe
De houder organiseert de opvang op zodanige wijze, dat de beroepskracht of de beroepskracht in opleiding de
werkzaamheden uitsluitend kan verrichten terwijl hij gezien of gehoord kan worden door een andere volwassene.
Accommodatie en inrichting
Binnenspeelruimte
De binnenruimte is passend ingericht in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van de op te vangen
kinderen.
Er is een afzonderlijke slaapruimte voor in ieder geval kinderen tot anderhalf jaar.
De slaapruimte is afgestemd op het aantal op te vangen kinderen.
Buitenspeelruimte
De buitenspeelruimte is passend ingericht in overeenstemming met de leeftijd van de op te vangen kinderen.
Ouderrecht
Informatie
De houder informeert de ouders over het te voeren beleid.
De houder informeert ouders en personeel over het inspectierapport door het zo spoedig mogelijk na ontvangst
op de eigen website te plaatsen. Indien geen website aanwezig is legt de houder een afschrift van het
inspectierapport op een voor ouders en personeel toegankelijke plaats.
Oudercommissie
De houder heeft een oudercommissie ingesteld.
De houder stelt de oudercommissie in staat haar advies uit te brengen over elk voorgenomen besluit met
betrekking tot de genoemde onderwerpen in artikel 1.60 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen
peuterspeelzalen.
Kinderopvang 't Kleurboompje - Jaarlijks onderzoek 08-08-2014
10/12
Gegevens voorziening
Opvanggegevens
Naam voorziening
Vestigingsnummer
Website
Aantal kindplaatsen
Gesubsidieerde voorschoolse opvang
:
:
:
:
:
Kinderopvang 't Kleurboompje
000010692924
Gegevens houder
Naam houder
Adres houder
Postcde en plaats
KvK nummer
Website
:
:
:
:
:
Latoya Sandra Winter
Bundlaan 28
1031 KA AMSTERDAM
57573727
:
:
:
:
:
GGD Amsterdam Inspectie kinderopvang
Postbus 2200
1000 CE AMSTERDAM
020 555 55 75
Mw. C. van Opstal
16
Nee
Gegevens toezicht
Gegevens toezichthouder (GGD)
Naam GGD
Postadres
Postcode en plaats
Telefoonnummer
Onderzoek uitgevoerd door
Gegevens opdrachtgever (gemeente)
Naam
Postadres
Postcode en plaats
: Gemeente Amsterdam
: Amstel 1
: 1011 PN AMSTERDAM
Planning
Datum inspectiebezoek
Opstellen concept inspectierapport
Zienswijze houder
Vaststellen inspectierapport
Verzenden inspectierapport naar houder
en oudercommissie
Verzenden inspectierapport naar
gemeente
Openbaar maken inspectierapport
:
:
:
:
:
08-08-2014
10-09-2014
22-09-2014
22-09-2014
24-09-2014
: 24-09-2014
:
Kinderopvang 't Kleurboompje - Jaarlijks onderzoek 08-08-2014
11/12
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum
De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport.
De aanpassing omtrent bbl stagiaires is inmiddels gewijzigd.
Alle kindertjes krijgen voortaan voor het eetmoment een individuele washand om hun handjes te reinigen.
Kinderopvang 't Kleurboompje - Jaarlijks onderzoek 08-08-2014
12/12