Liturgie Emmen, 12 oktober 2014 Thema: de Kunst

Liturgie Emmen, 12 oktober 2014
Thema: de Kunst van het Loslaten
1. Votum
2. Zegengroet
Genade voor u en vrede van God onze Vader in de Heer Jezus Christus. Amen
3. Zingen: Psalmen Voor Nu 16
4. Gebed, zingen Gezang 156
5. Bijbellezen: Lucas 12:22-32
6. Zingen: Psalm 34:4,8
7. Preek
8. Amenlied: LvdK 432:1-3
9. Luisterlied: Ik leg de namen van mijn kind'ren in uw handen
(zo mogelijk gezongen door de muziekgroep, anders via youtube/beamer)
10. Gebed
11. Geloofsbelijdenis zingen Gezang 161:1-4
12. Inzameling van de gaven
13. Slotzang: LvdK 285:1-4
14. Zegen.
De genade van de Heer Jezus Christus, en de liefde van God en de eenheid met de
heilige Geest zij met u allen.
Als amen: LvdK 456:3
De Kunst van het loslaten Preek voor een Kom-in-de-kerk-dienst, door Jan Haveman, Emmen 12 oktober 2014
1
Preek over loslaten, voor de Kom-in-de-kerk-dienst,
Emmen, 12 oktober 2014
volk van God, geliefde gemeente van Jezus Christus,
br/zr jonger of ouder, welkome gast, luisteraar/kijker thuis,
Hebben jullie wel 's een aapje gevangen? [dia1]
Dierentuin? Apenheul misschien? Lopen ze los en komen ze gewoon bij je.
Maar om zo'n vliegensvlug beestje te pakken – dat valt nog niet mee.
Ik heb een verhaal gelezen over militairen in Nederlands-Indie, hoe die aapjes vingen.
Dan namen ze een zware glazen fles, en deden daar een stukje appel in.
En wat denk je? Nieuwsgierige snoeperds als die apen zijn, staken ze hun handje in de fles en
pakten de appel vast. Maar nu ze dat stuk appel in de hand hadden, konden ze niet meer uit de
fles komen, en zaten ze gevangen. De militairen konden ze zo vastpakken!
Nou, zul je zeggen, dan laten die aapjes dat stukje appel toch gewoon los, dan zijn ze weer vrij!
Zo is het. Maar dat deden die aapjes niet. Ze hadden niet door dat het zo werkt. Ze konden niet
loslaten wat ze hadden vastgepakt...
Arme aapjes.
Het treurige is, dat wij mensen best veel op die aapjes lijken.
Want ook mensen vinden het heel moeilijk om dingen los te laten. [dia2]
Ook mensen zitten vaak gevangen door wat ze krampachtig vastpakken.
Laat los, roepen we mekaar toe. Laat toch los!
Maar dat is 'verhipte moeilijk', zoals iemand het bij de voorbespreking omschreef.
→ Wat houdt u vast? Wat kun jij maar niet loslaten?
Heel gauw denk je aan je kinderen – je moet ze los laten, maar ze ook hun gang laten gaan als ze
dingen doen waar je helemaal niet blij mee bent...?
Denk aan het loslaten van een geliefde – terwijl je hem voor je gevoel niet kan missen...
Het werk... De sport...
Je verslaving loslaten – maar het is zo lekker en voelt zo fijn, je kan er niet zonder...
Je boosheid, wrok, bitterheid...
Die gedachte, die mening, die zorg of moeite...
Uiteindelijk zelf het leven loslaten...
Loslaten is echt moeilijk soms/vaak. Loslaten is een kunst! [dia3]
We omklemmen krampachtig de vrucht, en zitten vast...
Vast aan dat bepaalde idee van God – God wil dat we...
Vast aan hoe jij vindt dat jijzelf, of je man/vrouw, of je kinderen moeten zijn.
Vast aan je eigen dromen en idealen.
Vast aan allerlei verwachtingen van jezelf of van een ander.
Vast aan je zonden en slechte eigenschappen.
Vast aan wat je is overkomen of aangedaan.
Daarmee kun je een ander claimen, manipuleren, iemand onder druk zetten.
Daarmee kun je beslag leggen op jezelf – hoge eisen, nooit voldoende, kan altijd beter.
Of je gaat gebukt, wordt gegijzeld haast, door wat er ooit is gebeurd.
Het houdt je bezig, je komt er maar niet los van.
Het bepaalt je hele leven, je slaapt er slecht van.
Laat los, roepen we mekaar toe. Laat toch los!
Maar wat is dat 'verhipte moeilijk'!
Is er een recept?
De Kunst van het loslaten Preek voor een Kom-in-de-kerk-dienst, door Jan Haveman, Emmen 12 oktober 2014
2
Nou ja, er zijn ik weet niet hoeveel mensen en instanties die je die indruk wel geven. [dia4]
Kijk voor de aardigheid eens op internet en je ziet dat je te kust en te keur kunt gaan aan
trainingen en therapien.
Ze leren je onthechten, los te komen van de aarde/het aardse. Om je Grote Zelf te vinden.
Ze zeggen dat je alles wat je belemmert in je zelfontplooiing achter je moet laten.
En dat ademen we in onze cultuur: we willen ons niet meer binden.
Ons ergens of aan iemand hechten is bedreigend, beperkend en beklemmend.
Zo is loslaten, nergens meer aan vast zitten, haast het nieuwe geloof geworden.
Maar ben je daar echt mee geholpen?
Er kan best een kern van waarheid in zitten. Het kan je wellicht bepaalde inzichten geven.
Maar tegelijk: echt helpen zal het je niet.
Want het is te oppervlakkig. Te cosmetisch. Te optimistisch ook.
En het zet je op het verkeerde spoor.
Want het probleem zit niet bij iets of iemand anders, het zit veel dieper: het zit in jezelf. [dia5]
Dat is begonnen met het vastpakken van die andere vrucht: toen Adam en Eva in het Paradijs
waren en uitgerekend de vrucht plukten van de boom van kennis van goed en kwaad.
Toen is het kwaad, de ellende begonnen.
Toen de mens [dia6] niet langer God in het middelpunt zette, maar zichzelf.
Toen de mens niet langer naar God wilde luisteren, maar zelf god wilde zijn.
Autonoom. Zelfstandig. Los van alles en iedereen je eigen gang gaan.
Het zelf voor het zeggen hebben, de baas spelen, alles onder controle houden.
Het probleem is dat we van nature kwaadwillend zijn geworden.
De mens had van God de opdracht gekregen over de aarde te heersen, maar door de zonde werd
het beheersen. Grip houden. In de greep houden. Naar je hand zetten.
Hier in Nederland hebben we daar helemaal een handje van.
Want we denken dat alles maakbaar is. Gaat er ergens iets fout, dan moeten de regels worden
aangepast, moet er strenger gecontroleerd worden.
Maar het is een vergissing te denken dat wij mensen alles in de hand kunnen houden, en naar onze
hand kunnen zetten. Dat er nooit meer wat fout kan gaan.
Het is een vergissing te denken dat een ander zo volmaakt is als jij zou moeten zijn (maar ook niet
bent...)
In die belangrijke toespraak die Jezus eens hield en die wij de Bergrede noemen zegt Hij (Lucas
6:36-38, vertaling 1951) [dia7] Weest barmhartig, gelijk uw Vader barmhartig is. En oordeelt niet
en gij zult niet geoordeeld worden. En veroordeelt niet en gij zult niet veroordeeld worden; laat los
en gij zult losgelaten worden. Geeft en u zal gegeven worden: een goede, gedrukte, geschudde,
overlopende maat zal men in uw schoot geven. Want met de maat, waarmede gij meet, zal u
wedergemeten worden.
(Lees expres uit de vertaling 1951, omdat in de NBV loslaten is vervangen door vergeven. Griekse
woord kan vaarwel zeggen/heenzenden/bevrijden en loslaten betekenen.)
Het is duidelijk dat onze Heer hier iets zegt over waar het vanmiddag over gaat.
Jezus bedoelt hier niet dat je nooit 's ergens iets van mag of moet zeggen – dat zou
onverschilligheid zijn. Soms word je zelfs geroepen om een oordeel te vellen.
Waar het in de Bergrede om gaat is vooral [dia8] de houding waarin dat oordeel vellen gebeurt.
Het gaat hier tegen het onbarmhartige, het bedillerige, het veroordelende.
Dat probleem van de vrucht waar alles mee begon: dat we denken zelf een soort god te zijn.
Je hebt zo gauw een mening over iets of iemand. Je meent zo gauw het beter te weten, of het
beter te doen, of beter te zijn zelfs.
Maar hoe kun/durf je dat ooit denken?
De Kunst van het loslaten Preek voor een Kom-in-de-kerk-dienst, door Jan Haveman, Emmen 12 oktober 2014
3
Niet voor niets worden we in de Bijbel aangespoord om niet hoogmoedig maar juist nederig te zijn.
Je kent vast wel het verhaal van 'de verloren zoon'. [dia9]
Die jongste zoon van zijn vader vraagt op een gegeven moment om zijn deel van de erfenis.
Dat was buitengewoon brutaal, onfatsoenlijk, en een slag in het gezicht van die vader. De jongen
kon blijkbaar niet wachten tot zijn vader gestorven was maar wilde nu genieten – je leeft maar een
keer immers!
→ Wat zou u gedaan hebben in zo'n geval?
Wat doet die vader?
Wordt hij boos? Wijst hij z'n zoon het gat van de deur? Onterft hij hem?
Nee, hij geeft. De vader geeft die jongen het deel van de erfenis.
Daarmee geeft hij hem niet alleen geld (want ach, wat is geld? Da's materie, dat kan je toch niet
meenemen). Nee, die vader heeft zijn zoon lief en geeft hem het meeste, het grootste het
belangrijkste wat hij kan geven: vertrouwen.
Maakt die jongen dat waar?
Het lijkt er niet op: hij verbrast het geld aan eten en drinken en vrouwen.
Zie je wel, zullen de mensen om die vader heen gezegd hebben: dat had je nooit moeten doen!
Nou ben je al je geld kwijt...
Dat is waar. Maar de vader krijgt er veel meer voor terug, nl zijn zoon.
Geef en u zal gegeven worden: een goede, gedrukte, geschudde, overlopende maat zal men in uw
schoot geven.
Het eerste wat belangrijk is bij loslaten is: [dia10] erkennen dat het nodig is, dat je moet loslaten.
Respecteer de [dia11] eigenheid van die ander, aanvaard dat hij/zij anders is dan jij, en dat mag
zijn.
Respecteer dat die ander een [dia12] eigen verantwoordelijkheid heeft. Je kan en mag die niet van
hem/haar overnemen.
Dat als eerste: je moet loslaten. Heb de wil om los te laten (al is het misschien met pijn in je hart...)
Het tweede gelijk erbij is: [dia13] vertrouwen.
Vertrouwen hebben in, vertrouwen geven aan die ander, aan je kind, je partner, je ouders, je
vrienden. Geef ze de ruimte.
Gaat dat altijd goed, maken ze dat vertrouwen altijd waar?
Wat denk je? Ken jezelf! Wie maakt er geen fouten? Wie gaat er nooit 's op z'n .. ?
Je gaat toch zelf ook niet met je armen over elkaar veilig op een stoel zitten omdat er dan
tenminste niks kan gebeuren?!
Natuurlijk wordt er misbruik gemaakt van je vertrouwen. Je kunt er op wachten dat het een keer
fout gaat. Dat je kind toch net dat doet wat je niet had gewild. Dat je partner precies kiest wat jij
niet had gekozen.
Maar uiteindelijk keert gegeven vertrouwen bij je terug. Geef en u zal gegeven worden...!
Vertrouwen.
Daar komt nog een ander vertrouwen bij, wezenlijker nog, bepalender, [dia14] en dat is
vertrouwen in God.
Het vertrouwen dat de HERE – zoals zijn naam zegt – erbij is.
Allereerst dat God bij jouzelf is, en je moeite, je zorg, je worsteling ook om los te laten kent.
Maar ook vertrouwen dat God die ander kent, diegene die jij maar zo moeilijk kan loslaten. En dat
de HERE ook zijn/haar leven leidt. Dat Hij zorgt en beschermt en genadig is.
God zorgt voor de vogels, voor de bloemen – zijn mensen niet nog veel meer waard?
God zorgt – heb daar vertrouwen in!
De Kunst van het loslaten Preek voor een Kom-in-de-kerk-dienst, door Jan Haveman, Emmen 12 oktober 2014
4
Je zou dit het derde kunnen noemen wat nodig is om los te kunnen laten: [dia15] overgave.
Leg alles wat je zo dierbaar is in Gods handen – want je eigen handen schieten tekort.
Je kunt hier ook denken aan die eigen zonde, je verslaving, dat levensgeheim wat je meezeult – leg
ook dat bij de HERE neer, geef het over aan Hem. [dia16]
Die last die je op je schouders hebt, dat erge wat je in het verleden is overkomen en wat nog
steeds zoveel impact heeft dat je er onder gebukt gaat en je totale leven beheerst – laat het je niet
langer in de greep/gevangen houden, maar leg het bij de HERE neer.
Geef jezelf, en alles wat je boeit en bezig houdt over aan Hem.
En laat het ook bij Hem. Heb vertrouwen dat het door Hem, dankzij Hem goed komt.
Misschien niet altijd direct merkbaar, maar uiteindelijk wel.
Laat los, en gij zult losgelaten worden. Dat is een belofte!
Overgave is duidelijk iets anders dan onverschilligheid.
Misschien heb je dat gevoel wel 's en voel je je daar schuldig onder – kan ik het echt van me
afzetten? Mag ik het echt vergeten? Hoeft het me niet bezig te houden? Ik hou toch van mijn
kinderen? Van mijn partner? Van mijn ouders?
Mag het me niks doen?
Zeker wel. Maar juist omdat je zo met die ander begaan bent, omdat je weet hoeveel impact iets
heeft op je leven, kun je niets beters doen dan het aan de HERE overgeven.
Zoals Job in de Bijbel doet wanneer zijn kinderen gefeest hebben. [dia17] Hij stond dan 's morgens
vroeg op om voor elk van zijn kinderen een offer te brengen, want hij dacht bij zichzelf: Misschien
hebben mijn kinderen wel gezondigd en God in hun hart vervloekt. Job deed dit telkens weer. (Job
1:5)
Geef wat je zo lief en dierbaar is over aan Hem die als enige echt bij machte is ze te beschermen.
Geef het over aan de HERE, bid of Hij je wil bevrijden van je verslaving, van de last die je drukt.
Bid om de kracht, hulp, nabijheid van de Heilige Geest.
Bid daarom steeds weer, aanhoudend, omdat God dat ook echt kan en wil doen. [dia18]
Loslaten is daarom niet zweverig; je blijft met beide benen op de grond staan.
Je hoeft niet los te komen van de aarde, van het aardse, want dit, dit is de wereld, de wereld
waarin je woont. En waarin God je taak en verantwoordelijkheid geeft.
Ten diepste is loslaten in plaats van de vrucht van de boom van de kennis van goed en kwaad
vasthouden, een andere vrucht vastpakken: [dia19] dat wat Jezus Christus heeft bereikt met zijn
lijden en sterven aan het kruis: verzoening met God, gerechtigheid, eeuwig leven.
Laat daarom los de vrucht die jouzelf centraal stelt, die alles om jou laat draaien. Stop met je eigen
God te willen zijn en de god van een ander, waarmee je jezelf en die ander gevangen houdt.
Laat los, en pak vast de vrucht die [di20] God weer centraal stelt, die Jezus Christus in het
middelpunt zet. Laat de HERE je God zijn. Daarmee word je weer echt vrij.
Erken dat dat nodig,
heb vertrouwen dat het kan en mag,
en geef je steeds weer over aan de HERE.
Hij maakt je los, en maakt dat je zelf kan loslaten.
Dat belooft Hij: [dia21] laat los en gij zult losgelaten worden.
En Hij maakt zijn beloften altijd waar – dat mag je vastpakken!
Amen
[dia22]
De Kunst van het loslaten Preek voor een Kom-in-de-kerk-dienst, door Jan Haveman, Emmen 12 oktober 2014
5