verslag Rondetafelconferentie 12 juni 2014

‘Wie draagt de risico’s van pensioenvernieuwing?’
Na de openingswoorden van moderator Pieter Kiveron, start René van der Meer
(Milliman Pensioenen) zijn sessie met cijfers waaruit blijkt dat het Nederlandse
pensioenstelsel, met een netto vervangingsratio van 103%, hoog scoort ten
opzichte van veel andere
landen. Wel geeft hij daarbij
meteen de valkuilen voor het
systeem aan; langer leven,
lage rente en de financiële
crisis. We moeten ons dus
zorgen maken over de toekomst van het stelsel! Om de
veranderingen aan te pakken
is actie uit Den Haag nodig,
maar die blijft (vooralsnog) uit
en dus zullen we zelf aan de
slag moeten. Het ideale plaatje
volgens René is een integrale
behandeling van de dossiers
wonen, zorg en pensioen. Maar, zo geeft hij direct aan, het is wellicht makkelijker
gezegd dan gedaan om misschien wel de meest lastige dossiers te combineren.
Als de highlights van de wet Witteveen kort worden aangestipt, ontstaat direct een
levendige discussie. Moet u de verlaging van het opbouwpercentage en de
aftopping van het pensioengevend salaris op een ton compenseren? En als u gaat
compenseren, wat gaat u dan compenseren, voor wie geldt de compensatie en
hoe lang moet gecompenseerd worden? Een meerderheid van de aanwezigen is
van mening dat een eventuele compensatie voornamelijk af zal hangen van de
daadwerkelijke premieverlaging, maar er gaan ook stemmen op om de verlaging
van de aanspraak te compenseren. In het vervolg van de presentatie gaat René in
op het momentum van de aankomende wetswijziging, het ideale moment om het
gehele arbeidsvoorwaardenpakket tegen het licht te houden. De aanwezigen zijn
het hier in principe mee eens, maar zien toch vooral ook praktische bezwaren met
name gericht op de naderende deadline voor implementatie van de Witteveenwijzigingen.
Pieter Kiveron vat de discussie kort samen door te stellen dat ‘one size fits all’ in
ieder geval geen oplossing is. Gezien de maatschappelijk context, waarin
vergrijzing én ontgroening een belangrijke rol spelen, zullen óók werkgevers
meer en meer moeten gaan nadenken over de toegevoegde waarde van de
pensioenregeling binnen de onderneming en een visie ontwikkelen ten aanzien
van jongeren- en ouderenbeleid. Met deze voorzet geeft hij het stokje over aan
Marthe van den Broek (Bergamin Pensioenrechtadvies).
‘Welke kant gaan we op? Welke kant wilt u op? Welke kant kunt u
op?’
Primair schetst Marthe de relevante wetswijzigingen per 2015; verlaging van de
opbouwpercentages en de aftopping van het salaris waarover pensioen kan
worden opgebouwd (fiscaal gefaciliteerd). Dit houdt in dat (vrijwel) alle
pensioenregelingen zullen moeten worden aangepast! Daarnaast wordt
nettolijfrente/nettopensioen geïntroduceerd met de herziening van het
Witteveenkader; nettolijfrente als derde pijlerproduct en nettopensioen als tweede
pijlerpensioenproduct. Gezien de discussie in Den Haag over de ‘fiscale hygiëne’
van het nettopensioen in de tweede pijler, laat definitieve invoering
hoogstwaarschijnlijk tot 1 januari 2016 op zich wachten.
Punt van aandacht met betrekking tot de nettolijfrente, is dat indien een werkgever
hierin bijdraagt, hij deze bijdrage ook moet geven aan werknemers, behorende
tot dezelfde groep, die geen gebruik maken van de nettolijfrente. Daarnaast is er
(veel) discussie, zowel in de zaal als in ‘pensioenland’, over het
nabestaandenpensioen. Staatssecretaris Wiebes van Financiën is duidelijk in zijn
verhaal; de aftopping geldt ook voor het nabestaandenpensioen en wel per 1
januari 2015. Dit is al langere tijd bekend en daarmee is de kous af. Vanuit de
maatschappij is er echter wel degelijk behoefte aan een goede
nabestaandendekking, maar de wettelijke regels laten weinig toe. Marthe
benadrukt vervolgens met name de urgentie om een visie te ontwikkelen met
betrekking tot het pensioenbeleid van een onderneming.
Waarom heb je een pensioenregeling? Welke risico’s
wil en kun je dragen? Hoe zit
het
met
de
uitvoering/
uitvoerder van de regeling?
Wie zijn je stakeholders? Deze
en nog meer vragen en de
antwoorden daarop zijn van
belang bij de invulling van een
toekomstvisie. Eén ding is
zeker; aangezien (vrijwel) alle
regelingen dit jaar aangepast
moeten worden aan de nieuwe
wettelijke kaders, is dit hét moment om de pensioenvoorziening in één keer
‘toekomstproof’ te maken.
‘Antwoord op vandaag, pensioen voor morgen’
Na een korte pauze in de zon, vervolgt Eric Bergamin (Bergamin
Pensioenrechtadvies) de conferentie met zijn bijdrage ‘Antwoord op vandaag,
pensioen voor morgen’. Eric trapt af met het schetsen van de huidige
pensioenonzekerheden; het balansrisico voor de onderneming, de fiscale
wijzigingen, de onduidelijkheid uit Den Haag, de vraag of het eenvoudiger kan.
Hierbij wordt ook even kort het traject FTK besproken, waarbij de conclusie is dat
de beoogde inwerkingtredingsdatum van 1 januari 2015 zeer waarschijnlijk niet
gehaald gaat worden. Immers, mits het wetsvoorstel voor zomerreces door de
ministerraad komt, zal oktober 2014 het vroegst mogelijke behandel-moment in
de Tweede Kamer zijn. Wat kunt u als werkgever op dit moment zelf al doen,
teneinde een toekomstbestendige pensioenregeling te introduceren? Naast de
bestaande pensioensystemen – DB en (C)DC – wordt een innovatief nieuw
pensioensysteem toegelicht: Collectief individueel DC (CiDC). Dit systeem
combineert de voordelen van
de
bestaande
pensioensystemen en biedt een oplossing voor bestaande knelpunten. Daarnaast wordt kort
ingegaan op de verschillende
uitvoeringsvormen (OPF, BPF,
APF, PPI etc.), medezeggenschap en de wijze van
creëren van draagvlak voor
de
pensioenhervormingen.
De behandeling van de
verschillende uitvoeringsvormen leidt tot een levendige
discussie in de zaal tussen
uitvoerders met een eigen PPI en ervaringsdeskundigen op het gebied van
uitvoering door een buitenlandse IORP. Hoewel er nog veel te bespreken valt,
lonkt buiten de zon en de borrel. Voor Pieter Kiveron het moment om het officiële
gedeelte van de rondetafelconferentie af te sluiten.
De alomvattende conclusie van vandaag is dat er veel op ons afkomt en dat er
nog veel moet gebeuren. Hier is veel energie voor nodig en Bergamin
Pensioenadvies hoopt de benodigde energie met deze geslaagde conferentie én
met een symbolische telefoonoplader te hebben gegeven!
Wij bedanken alle aanwezigen hartelijk voor hun input en kijken terug op een
zeer geslaagde rondetafelconferentie!