Functieprofiel lid Verantwoordingsorgaan Algemeen De leden van het verantwoordingsorgaan vormen een zo evenwichtig mogelijke afspiegeling van de betreffende geleding. Hiernaast voegt het bestuur één lid toe namens de geleding van de werkgevers. Het verantwoordingsorgaan wordt op voordracht door het bestuur benoemd. Wettelijk en statutair kader en positie binnen de organisatie Het bestuur van bpf dranken heeft naar aanleiding van de inwerkingtreding van de Wet versterking bestuur gekozen voor het paritaire bestuursmodel. Een gevolg van deze keuze is dat bpf dranken een verantwoordingsorgaan dient in te stellen. Het verantwoordingsorgaan bestaat uit vier leden. Te weten twee leden namens de actieve deelnemers, één lid namens de gepensioneerden en één lid namens de werkgevers. Het verantwoordingsorgaan heeft recht op overleg met het intern toezicht. Het bestuur van het pensioenfonds en het verantwoordingsorgaan komen ten minste tweemaal per kalenderjaar in vergadering bijeen. Tijdens deze vergaderingen worden de aangelegenheden aan de orde gesteld waarover het bestuur van het pensioenfonds of het verantwoordingsorgaan overleg wenselijk acht. Het pensioenfonds verstrekt desgevraagd aan het verantwoordingsorgaan tijdig alle inlichtingen en gegevens, die deze voor de vervulling van zijn taak redelijkerwijze nodig heeft. De inlichtingen worden desgevraagd schriftelijk verstrekt. Het verantwoordingsorgaan heeft de bevoegdheid een oordeel te geven over het handelen van het bestuur, over het door het bestuur uitgevoerde beleid, evenals over beleidskeuzes voor de toekomst. In de statuten van het pensioenfonds zijn de bevoegdheden de bevoegdheden uitgewerkt. Functie eisen Leden van het verantwoordingsorgaan voldoen aan de volgende eisen: ▪ teneinde een volwaardig gesprekspartner te kunnen zijn voor het bestuur beschikken zij tenminste over deskundigheid op niveau 1 op elk van de deskundigheidsgebieden; ▪ zij dienen affiniteit te hebben met pensioenfondsen c.q. zelf deelnemer aan dan wel gepensioneerde van de pensioenregeling van bpf dranken te zijn; ▪ zij beschikken over goede relaties binnen de sector welke hen in staat stellen de binnen de sector heersende mening te vernemen en besluiten van het pensioenfonds uit te dragen en toe te lichten; ▪ zij bekleden geen functies die mogelijk kunnen leiden tot belangenconflicten ▪ zij zijn bereid jaarlijks hun functioneren te evalueren met het dagelijks bestuur. Zij beschikken over de volgende competenties: a. Probleemanalyse en oordeelsvorming: efficient in het onderkennen en oplossen van problemen. Een vraagstelling ontleden, verbanden leggen en logische conclusies trekken en tot een realistische beoordeling komen. b. Organisatie- en omgevingsbewustzijn: weten en begrijpen hoe een pensioenfonds en diens omgeving werkt en hoe daarbinnen te manoeuvreren teneinde de gestelde doelen te bereiken. c. d. e. f. Samenwerken: samen met anderen de activiteiten richten op een gemeenschappelijk doel. Het gezamenlijk resultaat op de eerste plaats stellen en zich daarvoor naar beste weten kunnen inzetten. Een goede onderlinge sfeer bevorderen. Onafhankelijkheid: staan voor je eigen opvattingen en principes en bereid zijn anderen met meer macht en invloed hiermee te confronteren. Verantwoordelijkheid nemen en dragen voor eigen doen en laten. Besluitvaardig: Weloverwogen beslissingen nemen door het ondernemen van acties of zich vastleggen door het uitspreken van meningen, zelfs als belangrijke informatie ontbreekt of onvolledig is. Kritisch zijn: Durven tegen te spreken en zaken aan de orde te stellen.