beknopte Erasmus+ nota opgesteld om geïnteresseerden snel

 Erasmus+ Sport
Digitale informatieve nota voor de Vlaamse sportsector
15 februari 2014
Situering
Eind 2013 lanceerde de Europese Commissie het Erasmus+ programma, het nieuwe geïntegreerde programma voor onderwijs, opleiding, jeugd en sport voor de beleidsperiode 2014 ‐2020. Het is de eerste keer dat vanuit de EU een structureel budget voor sport is voorzien (265 miljoen euro) dat ook kansen schept voor Vlaanderen en de Vlaamse georganiseerde sport. Deze nota wil op een beknopte en laagdrempelige manier dit EU‐subsidieprogramma voor Sport in kaart brengen en u verder naar de relevante informatie doorverwijzen. De EU zal met dit budget vier types van activiteiten ondersteunen: 1. Transnationale samenwerkingen 2. Grote sportevenementen zonder winstoogmerk 3. Onderzoek (evidence based policy making) 4. Een Europese beleidsdialoog rond sport Het gros van de middelen zal gaan naar de transnationale samenwerkingen, en deze bieden Vlaanderen en de Vlaamse georganiseerde sport ook de meeste opportuniteiten. Het gaat daarbij om typische Europese samenwerkingsverbanden met minimum 5 organisaties uit 5 verschillende programmalanden, voor een periode van maximum 3 jaar. De EU co‐financiert tot 80% van het project, voor een maximum van 500.000 EUR. Om organisaties op weg te helpen heeft de Europese Commissie de Erasmus+ programmagids opgemaakt (p. 179 – 190 voor sportprojecten, een Nederlandstalige versie volgt vermoedelijk eind mei). Deze beschrijft in detail hoe geïnteresseerde organisaties een project kunnen uitwerken, wie kan indienen, wat de ontvankelijkheden en beoordelingscriteria zijn etc. De deadline voor het indienen van projecten onder deze oproep wordt 15 mei 2014, 12u. Daarna volgt de goedkeuring en de effectieve opstart op 1 januari 2015. 1 Jaarlijks zal de oproep zich richten op een aantal specifieke thema’s. Deze zijn voor 2014 vastgelegd in het Erasmus+ Werkplan 2014 Onder de call 2014 zal 50% van de transnationale projecten gericht zijn op: 1. Gezondheid bevorderende lichaamsbeweging (HEPA) 2. Dubbele loopbanen voor atleten De andere helft van de middelen zal gaan naar projecten rond onder andere: ‐ doping in de amateursport en de recreatieve omgeving ‐ preventie en sensibilisering rond wedstrijdvervalsing (match fixing) ‐ vrijwilligerswerking in de sport ‐ het tegengaan van racisme, geweld, discriminatie en intolerantie in de sport ‐ goed bestuur in de sport en de implementatie van de EU principes van goed bestuur ‐ sociale inclusie en gelijke kansen, met focus op de EU strategie rond gender gelijkheid en de EU strategie voor personen met een beperking Welke doelstellingen en activiteiten beoogt het subsidieprogramma?
De Europese Unie ondersteunt transnationale samenwerkingsprojecten in de breedtesport die gericht zijn op: ‐ het uitbouwen en versterken van Europese netwerken ‐ nieuwe samenwerking en samenwerkingsvormen tussen Europese stakeholders ‐ synergiën bouwen tussen lokaal, regionaal, nationaal en Europees beleid Activiteiten die hieronder kunnen vallen zijn: ‐ het uitbouwen van (Europese) netwerken ‐ zoeken en delen van goede praktijken ‐ opleidings‐ en trainingsmodules ‐ sensibiliseren ‐ gegevensverzameling en onderzoek ‐ conferenties, seminaries en meetings Het project moet ook duidelijk kaderen in de algemene beleidsprioriteiten van de EU en het EU beleid rond sport. Het EU beleid rond sport is vastgelegd in een aantal beleidsdocumenten zoals het Witboek Sport, de Mededeling over Sport (2011), het EU Werkplan voor Sport (2011 – 2014) en het tweede EU Werkplan voor Sport (2014 – 2017) in opmaak. Voor veel deeldomeinen van de sport zijn er ook specifieke beleidsprioriteiten van de EU. Projecten die worden ingediend, moeten ook aansluiten bij deze specifieke beleidsprioriteiten, zoals voor ‐ de duale carrières, de ‘Guidelines for Dual Careers’ ‐ HEPA, de ‘Council Recommendation on promoting Health Enhancing Physical Activity’ Het werk in het kader van de EU focust op terreinen waar een transnationale aanpak en Europese samenwerking een meerwaarde betekenen. Dit is bijvoorbeeld het geval voor de strijd tegen doping en wedstrijdvervalsing, de Europese erkenning van beroepskwalificaties (voor trainers), goed bestuur in de sport, de organisatie van grote topsportevenementen etc. Daar is een gecoördineerde Europese aanpak noodzakelijk. Maar ook voor beleid op lokaal niveau kan het een meerwaarde zijn om Europees niveau ervaringen en goede praktijken te delen. 2 Vanuit beleidsoogpunt benadert de EU sport vanuit haar maatschappelijke rol, onderzoekt het de economische waarde van sport, de organisatorische aspecten van sport (goed bestuur in de sport) en de integriteit van de sport. Een goed project toont duidelijk aan hoe het aansluit op het beleid van de EU en hoe het dat verder kan versterken. Bovenvermelde beleidsdocumenten gaan hier dieper op in. Wie kan deelnemen?
Publieke organisaties en organisaties zonder winstoogmerk die rond sport werken uit de programmalanden zijnde de 28 lidstaten van de Europese Unie, Liechtenstein, Macedonië, IJsland, Noorwegen en Turkije. Verder kunnen organisaties uit alle landen wereldwijd als partner meedoen, indien ze hun meerwaarde in het project voldoende kunnen aantonen. Wat is de grootteorde, het budget en de impact van Erasmus+ sport?
Erasmus+ sport heeft voor de komende zeven jaar een budget van 265 miljoen euro, gemiddeld 38 miljoen per jaar. Omdat deze financieringsstroom voor sport nieuw is, zal de Europese Commissie het programma geleidelijk aan uitrollen. Zo zal de Commissie in 2014 19 miljoen EUR besteden, waarmee het tussen de 30 en 40 transnationale projecten zal ondersteunen. Wie beheert het Erasmus+ sportprogramma?
De transnationale samenwerkingsprojecten van Erasmus+ worden beheerd door het EACEA, het Europese uitvoerend agentschap voor Onderwijs, Audiovisuele zaken en Cultuur dat ongeveer 600 miljoen euro aan Europese subsidies beheert. De Erasmus+ website moet in principe een antwoord geven op alle vragen van geïnteresseerde deelnemers. Het sportbeleid van de Europese Commissie wordt gemaakt door de Sport Unit binnen het DG EAC (onderwijs, audiovisuele zaken en cultuur). De website vormt een goed vertrekpunt om het Europese sportbeleid te verkennen en u vindt er ook een lijvige bibliotheek met verwijzingen naar alle relevante publicaties en initiatieven. Kan ik ook via andere EU-subsidieprogramma’s een aanvraag indienen?
Ja, het is mogelijk via andere EU‐programma’s projectondersteuning voor de sport aan te vragen. Het zijn programma’s zoals Horizon 2020 (wetenschap en technologie), het Europees Sociaal Fonds, de fondsen voor regionale en interregionale ontwikkeling, het EU Burgerschap programma …ESF of andere programmaonderdelen van Erasmus+. Maar ook bij de 3 andere deelprogramma’s van Erasmus+, zijn er EU‐subsidiemogelijkheden voor sportprojecten. Voor kansen onder het Erasmus+ Onderwijs en Erasmus+ Vorming deelprogramma, kan je je richten tot EPOS (www.EPOS‐Vlaanderen.be). Eén voorbeeld: subsidies in het kader van Europese beroepskwalificaties in de sport (European Qualification Framework, EQF) vallen onder het hoofdstuk Onderwijs van Erasmus+. 3 Voor kansen onder het Erasmus+ Jeugd programma, neem je contact op met JINT (www.JINT.be). Voorbeelden van mogelijkheid hierbij zijn: leermobiliteit van een jongere gedurende een paar maanden bij een sportorganisatie in de EU, of vrijwilligerswerk voor een paar weken bij een sportorganisatie in de EU. De EU‐subsidiegids van VLEVA is een goede startplaats en geeft een beknopt en volledig overzicht van alle EU‐subsidies voor de beleidsperiode 2014 – 2020. Wat zijn de geldende selectiecriteria bij de projectbeoordeling?
De jury beoordeelt de projecten op de volgende punten: 1. De relevantie van het project (sluit het aan op prioriteiten, beleidslijnen, is het innovatief, heeft het een meerwaarde etc.) (30 punten) 2. De kwaliteit van het opzet (design) en de bijhorende implementatie (is het werkplan volledig, duidelijk, gefocust en doelgericht, is de voorgestelde methode toereikend en voldoende etc.) (20 punten) 3. Kwaliteit van het projectteam en het samenwerkingsverband (goeie mix van partners, zijn de nodige partners aanwezig, zijn ze complementair, hebben ze expertise) (20 punten) 4. Verwachte impact en disseminatie van de resultaten (impact van het project, belang van opschaalbaarheid en verdere uitrol van het project, belangrijk dat het project duurzaam is en nadien op eigen benen kan verdergaan) (30 punten) Een winnend projectvoorstel moet minstens 60 punten scoren, en op elk van de vier onderdelen minstens de helft van de punten halen. Waar inspiratie halen: Voorbeelden van EU-gesteunde sportprojecten?
In de aanloop naar het Erasmus+ programma voor sport ondersteunde de Europese Commissie tussen 2009 en 2013 een aantal voorbereidende acties in de sport, die een belangrijke en leerrijke ervaring voor het uittekenen van Erasmus+ sport vormen. U kan de geselecteerde voorbereidende acties in de sport 2012 hier consulteren. EU Sport Link, dat de Vlaamse georganiseerde sport informeert over, en begeleidt bij de zoektocht naar Europese projectfinanciering heeft op haar website een overzicht gemaakt van EU‐gefinancierde projecten met een Vlaamse deelname. Het gaat om projecten die ofwel via de voorbereidende acties in de sport ofwel via andere EU‐programma’s ondersteuning genoten. Wat is de doorlooptijd van aanvraag tot opstart?
De call voor projecten wordt doorgaans in het begin van het jaar gelanceerd en de deadline volgt enkele maanden later (in het voorjaar). In het najaar (september – oktober) volgt de officiële selectie, met een opstart voorzien op 1 januari daaropvolgend. Enkele tips: Wat zijn de kenmerken van een geslaagd project?
Ga voor een project met een heldere, gefocuste en afgebakende doelstelling, een duidelijk en helder plan van aanpak. 4 Zorg dat je project met voldoende cijfermateriaal en data is onderbouwd. Becijfer ook de verwachte impact na de beëindiging van het project. Focus op duurzaamheid en projecten die na de subsidie zelfstandig kunnen verder gaan (het betreft immers geen structurele EU‐subsidies). 5 Praktisch – Registreer tijdig
Organisaties die als partner of projectleider wensen deel te nemen moeten zich registreren bij de Europese Commissie en een unieke PIC‐code, een unieke identificatie bij de Europese Commissie, aanvragen. Doe dit vroeg genoeg om rompslomp en problemen rond de deadline te vermijden. Praktisch – de volledige procedure verloopt online
De volledige procedure verloopt online via de website van het EACEA. Maak daarbij gebruik van de e‐gids die u begeleidt bij de verschillende stappen van het aanvraagproces. U kunt uw onafgewerkte applicatie op elk moment opslaan, maak uzelf vertrouwd met het systeem en werk uw aanvraag vanaf de vroegste fase op in het online platform. Waar vind ik informatie en begeleiding in Vlaanderen?
EU Sport Link wil de Vlaamse georganiseerde sport en alle organisaties in Vlaanderen die rond sport werken informeren over en verbinden met het Europese beleid rond sport. Concreet informeert EU Sport Link over en begeleidt het organisaties in hun zoektocht naar Europese projectfinanciering. EU Sport Link geniet steun van de Vlaamse Overheid en de Vlaamse Sport Federatie. Aarzel niet contact op te nemen over uw EU‐ambities of uw project. 6