PROFIEL ‘DIE EERSTE CHECK GAAN WE GLANSRIJK HALEN’ Per 1 januari 2015 wordt de Participatiewet van kracht. In de periode tot 2026 gaat het bedrijfsleven honderdduizend mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt plaatsen. In 2017 moeten er al zesduizend mensen aan de slag zijn. Aart van der Gaag, officieel ambassadeur van het 100.000-banenplan, gaat drie jaar lang de activiteiten van de regio’s coördineren en de verschillende projecten verbinden. “Die eerste check gaan we glansrijk halen.” Tekst Pieter van der Meulen | Fotografie: Menno Korenhof Welke obstakels kwam u in uw eerste maanden als ‘commissaris 100.000-banen’ tegen? “De doelgroep was met te scherpe lijntjes getekend. Je hebt de WSW-wachtlijst, de WaJongers en de groep arbeidsbeperkten tot aan het minimumloon die niet zelfstandig aan de slag kunnen. Die laatste groep moet de gemeente nog in kaart brengen. Ik pleit voor een bredere doelgroep. Organisaties van gehandicapten, werknemers en werkgevers, ook Hans de Boer, geven dit geluid af. De regeling is ingewikkeld, die moet je plat slaan. Anders is het ook niet aan de ondernemers uit te leggen.” Hoe moet deze verbreding gerealiseerd worden? “De grens van het minimumloon kan verhoogd worden, waardoor meer mensen voor het 100.000-banenplan meetellen. Een andere mogelijkheid is dat mensen met een WGA-uitkering en een handicap erbij gaan horen. Maar het besluit ligt bij de politiek.” ‘BEDRIJVEN MOETEN ER, ONGEACHT HUN GROOTTE, BAAT BIJ HEBBEN IEMAND IN DIENST TE NEMEN’ Hoe moet de één miljoen euro die de 35 regionale werkbedrijven krijgen om de Participatiewet uit te voeren worden besteed? “Aan het optimaal laten functioneren van de arbeidsmarkt voor mensen met een beperking. In de eerste plaats door het transparant maken van de informatie over de doelgroep. De bestanden moeten direct en helder beschikbaar zijn 16 December 2014 VNO-NCW WEST. voor werkgevers, bemiddelaars of wie ze ook maar wil inzien. Bijvoorbeeld wie de kandidaat is, wat hij of zij kan, hoeveel uur hij of beschikbaar is en belast kan worden.” Hoe hard zijn de kleine bedrijven nodig om de doelstelling te halen? “Er zijn circa tweeduizend grote bedrijven in Nederland, dus de kleine bedrijven zijn heel hard nodig. Die verschillen tussen grote en kleine bedrijven zijn niet zo groot. Bedrijven moeten er, ongeacht hun grootte, baat bij hebben als ze iemand in dienst nemen. Juist in een klein bedrijf wil je mensen zo productief mogelijk inzetten. Allerlei kleine klusjes, zoals kopietjes maken, post rondbrengen of koffie halen, zijn in de loop der tijd wegge saneerd omdat ze teveel geld kostten. Mensen met een beperking kunnen deze plekken weer innemen. Door de forse subsidies is dat voor werkgevers aantrekkelijk.” Kleine bedrijven kunnen zich een Wajonger bijvoorbeeld niet permitteren zonder subsidie en externe begeleiding. Moet die ondersteuning tot in de lengte van jaren voortduren? “Dat kan, maar hoeft niet altijd het geval te zijn. In de Hema in Voorschoten, waar ik woon, zag ik veel medewerkers met een beperking. Directeur Evert de Boer vertelde me dat hij al langere tijd met deze mensen werkt omdat hij dat leuk vindt. Een meisje volgde, terwijl zij bij hem in dienst was, twee middelbare beroepsopleidingen. Nu doet ze het net zo goed als de andere werknemers. Ze behoort nu tot de groep niet-gesubsidieerde werknemers. In veel gevallen kunnen mensen die aangeduid zijn als arbeidsgehandicapt, na enige tijd gewoon een loonwaarde van honderd procent vervullen.” December 2014 VNO-NCW WEST. 17 PROFIEL Vindt u het voorwaardenpakket goed voor ondernemers? “Het is inmiddels mooi gestructureerd, de voorwaarden zijn nu voor de drie groepen kandidaten vrijwel hetzelfde. De bepaling van de loonwaarde is erg belangrijk voor alle bedrijven. Als iemand voor veertig procent productief is, krijg je de overige zestig procent bijgepast. Aanpas singen op de werkvloer worden betaald en begeleiding kan uitbesteed worden. Ondernemers die huiverig zijn om iemand met een beperking in dienst te nemen, moeten weten dat ze er niet alleen voor staan. Er zijn allerlei organisaties, zoals uitzendbureaus, die alle lasten van je schouders nemen. Sociale werkvoorzieningsbedrijven doen dit al sinds jaar en dag.” ‘ONDERNEMERS WORDEN VAAK NEGATIEF GEPORTRETTEERD. IN HET LAND KOM IK EIGENLIJK ALLEEN MAAR SOCIAAL BETROKKEN ONDERNEMERS TEGEN’ Aart van der Gaag was onder meer directeur bij Groene Kruis Den Haag, Arbeidsbureau Utrecht, Start Uitzend bureau, Vedior en bij de Algemene Bond Uitzendondernemingen. Momenteel is hij voorzitter bij de Alge mene Bond Uitzendondernemingen en commissaris 100.000-banenplan. Volgens de media zitten de meeste ondernemers niet op mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt te wachten. “De pers brengt de negatieve kant van het verhaal. Ondernemers worden vaak op een slechte manier geportretteerd. In het land kom ik eigenlijk alleen maar ondernemers tegen die sociaal zeer betrokken zijn. Dat was vroeger precies zo. De pioniers van onze Nederlandse industrie, zoals Philips en Fokker, zijn vrijwel allemaal een sociaal project begonnen. Werkgevers willen goed voor hun werknemers, maar ook voor het grotere geheel, zorgen. Ik heb een bloedhekel aan die negatieve beeldvorming. Ik heb juist het gevoel dat ik als ambassadeur van het 100.000-banenplan in een flow zit.” Wat is uw persoonlijke drijfveer om deze rol te vervullen? “Mijn eerste baan was in de ontwikkelingssamenwerking omdat ik sociaal gedreven ben. Toen ik hier begon als ‘ambassadeur’ had ik maar één vraag voor Hans de Boer en Niek Jan van Kesteren (resp. voorzitter en directeur van VNO-NCW –red): Willen jullie dat dit gaat lukken of willen jullie dat ik aantoon dat het niet kan? Als het antwoord op de tweede vraag ‘ja’ was geweest, dan had ik het niet gedaan. Ik geloof er heilig in dat werk voor een mens meer is dan alleen werk. Mensen die langdurig uitgesloten 18 December 2014 VNO-NCW WEST. worden van het arbeidsproces komen in een isolement terecht, in de criminaliteit of zijn eenzaam. Werk is de nieuwe kerk. Ik ben optimistisch. Het banenplan gaat lukken.” OPROEP: DOE MEE! De enquête die VNO-NCW West onder de leden hield naar aanleiding van de invoering van de Participatiewet, werd ingevuld door 301 leden. Van de respondenten hebben 99 bedrijven (33 procent van de respondenten) in de regio West mensen met een arbeidsbeperking in dienst. Honderdnegentien bedrijven geven aan geen mensen met een beperking in dienst te hebben maar dit wel te overwegen. VNO-NCW West steunt Aart van der Gaag in zijn missie. Wilt u meer weten over de Participatiewet weten of bent u benieuwd naar het verhaal van ondernemers die ervaring hebben met het werken met mensen met een arbeids beperking? Kijk op www.vno-ncwwest.nl/participatiewet
© Copyright 2024 ExpyDoc