Communicatie intro STEC beleid 07052014

STEC in levensmiddelen
Na problemen de afgelopen jaren door STEC (Shiga-toxine producerende E. coli bacteriën) in
diverse levensmiddelen, heeft de NVWA algemeen beleid opgesteld hoe met STEC in deze
producten om te gaan. Het beste voorbeeld van problemen door STEC is de uitbraak van de
EHEC-bacterie – een variant van STEC - in Duitsland in 2011 na het consumeren van
kiemgroenten.
Risicoprofielen levensmiddelen
Het NVWA-beleid deelt levensmiddelen in 2 groepen op: levensmiddelen met een hoog
risicoprofiel en levensmiddelen met een laag risicoprofiel. De hoog risicoprofiel levensmiddelen
zijn kortgezegd de kant-en-klare levensmiddelen, en de laag risicoprofiel levensmiddelen de
overige levensmiddelen (lees de precieze omschrijvingen in document ’interventie
aanwezigheid STEC in levensmiddelen 140414‘). De reden voor dit onderscheid is het verschil
in het ingeschatte risico die deze producten bij consumptie met zich meebrengen.
Hoog risicoprofiel levensmiddelen
In hoog risicoprofiel producten mogen niet voorkomen:
• STEC die ernstige ziekte veroorzaken zoals HUS (een ernstige vorm van nierschade die
soms tot de dood kan leiden);
• STEC-varianten die mildere vormen van ziekte veroorzaken, zoals diarree. Dit omdat deze
producten voor consumptie niet of onvoldoende worden verhit waardoor STEC onschadelijk
wordt.
Laag risicoprofiel levensmiddelen
In laag risicoprofiel producten mogen niet voorkomen:
• STEC-varianten die ernstige ziekte veroorzaken. Alhoewel deze levensmiddelen bij normaal
gebruik wel een verhitting ondergaan die STEC onschadelijk maakt, zijn daarin STECvarianten die ernstige ziekte veroorzaken altijd ongewenst. Welke STEC ernstige ziekte
veroorzaken wordt bepaald op basis van epidemiologische gegevens. Daarbij wordt
bekeken welke STEC-typen bij patiënten een ernstige ziekte veroorzaakten. Dit gebeurt in
de praktijk via een zogenoemd serotype, zoals O157.
Onderzoek naar STEC
Om het onderscheid te kunnen maken tussen de diverse varianten van STEC wordt gekeken
naar:
• de factoren die de productie van het Shiga-toxine mogelijk maken (stx-genen);
• specifieke aanhechtingsfactoren (‘eae-, aaiC- en aggR-genen’);
• het serotype.
In hoog risico profiel levensmiddelen mogen geen STEC-varianten voorkomen met stx-genen.
In laag risico profiel levensmiddelen mogen geen STEC-varianten voorkomen met stx-genen én
specifieke hechtingsfactoren én behorend tot bepaalde serotypen.
Onderzoek op STEC-varianten
Lees meer details over het vaststellen van de STEC-variant in het stroomschema voor hoog
risicoprofiel levensmiddelen (document ‘High Risk Profile NL 240414’ of in het Engels ‘High Risk
Profile En 240414’) en voor laag risicoprofiel levensmiddelen (document ‘Low Risk Profile NL
240414’ of in het Engels ‘Low Risk Profile En 240414’).
Actie bedrijven
Bedrijven moeten het risico van STEC meenemen in hun HACCP-analyse/plan. En, als dat
nodig is voor het product/proces:
• beheersmaatregelen instellen;
• daarop controleren;
• actie ondernemen bij aantreffen.
STEC introductie versie 7-5-2014