LENTE 2014 BELEGGINGS- HORIZON VIER ACTUELE VRAGEN VOOR BELEGGERS WIJZIGING VAN SUCCESSIERECHTEN PETERCAM L PATRIMONIAL , EEN ALTERNATIEF VOOR UW SPAARREKENING INHOUD EDITORIAAL STRATEGIE ..........................................3 ...........................................4 INTERNATIONALE ECONOMIE ACTUELE VRAGEN ..............................6 ......................................8 ASSET ALLOCATIE PETERCAM L PATRIMONIAL : KAPITAALBEHOUD STAAT VOOROP PETERCAM EEN DUURZAME BELEGGER . . . . 12 ? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14 ESTATE PLANNING WIJZIGING VAN SUCCESSIERECHTEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16 COMPTOIR FRANÇAIS VERMOGENSFISCALITEIT IN FRANKRIJK : DE ONTWIKKELINGEN CONTACT . . . . 18 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20 De informatie opgenomen in het huidige document wordt u enkel gecommuniceerd op informatieve wijze en mag niet beschouwd worden als een persoonlijk beleggingsadvies. Zij vormt geen bod tot de aankoop of verkoop van roerende waarden. Indien deze informatie voor u van belang zou kunnen zijn, kan u contact opnemen met uw beheerder om de geldigheid van deze belegging(en) na te gaan met betrekking tot uw risicoprofiel. Wij herinneren u eraan dat prestaties uit het verleden geen indicatie zijn voor toekomstige resultaten. De informatie en standpunten in dit document zijn een weergave van de situatie op datum van het opstellen van het document en kunnen op gelijk welk moment worden gewijzigd zonder vooropzeg. Verantwoordelijke uitgever: Geoffroy d’Aspremont, Sint-Goedeleplein 19, 1000 Brussel. Redactie beëindigd op 27 maart 2014. Images: Alamy, Shutterstock HORIZON | LENTE 2014 | 1 2 EDITORIAAL Beste cliënt, In Horizon van afgelopen december voorspelden we een jaar 2014 met een opeenvolging van gebeurtenissen die sterk lijkt op de rollercoaster van de sport. En die voorspelling is volop aan het uitkomen. In januari schoten de financiële markten sterk uit de startblokken op basis van resoluut optimistische economische berichten. Dat stuwde de meeste grote beursindexen naar recordniveaus die al lang niet meer bereikt waren. Deze dynamiek, die ingegeven werd door erg bemoedigende economische resultaten in het laatste kwartaal van 2013, stokte echter snel omdat de realiteit een stuk minder rooskleurig bleek. Dat kwam onder meer tot uiting in teleurstellende cijfers uit de Verenigde Staten, het deflatierisico in de eurozone, de aanhoudende groeivertraging van de Chinese economie, de financiële perikelen in Turkije en de politieke onrust in Oekraïne. Een en ander bezorgde de beleggers een koude douche en leidde tot winstnemingen die de sterke volatiliteit van de markten nog maar eens benadrukten. En het bracht de media ertoe om opnieuw uit te pakken met alarmerende koppen over een nieuwe zeepbel en over het feit dat de heropleving van de economie uiteindelijk erg artificieel is aangezien ze nog altijd sterk wordt ondersteund door de liquiditeitsinjecties van de centrale banken. Wat moeten we daar nu van denken? Hoe zal de rest van het jaar eruit zien? In de rubrieken internationale economie en strategie lichten we onze macro-economische analyses en strategische aanbevelingen toe. In deze context van een woelig herstel met verschillende snelheden hebt u in de gesprekken met onze beheerders heel wat vragen gesteld. We hebben ze ondergebracht in vier grote gehelen. Gezien de extreem lage rente zijn de obligaties als klassiek beleggingsinstrument dat een mooi rendement oplevert, omzeggens opgedroogd. Is er dan nog plaats voor deze effecten in een beleggingsportefeuille? Tegelijk is de waarde van alternatieven zoals aandelen en vastgoed sterk gestegen. Zijn die instrumenten dan nog interessant? Een fundamentele vraag is natuurlijk – we hebben het er hierboven al over gehad – of de economische crisis nu echt achter ons ligt en of de signalen van verbeteringen die we hebben kunnen zien niets anders waren dan een zoveelste illusie? U vindt hierover een samenvatting en onze antwoorden in het artikel ‘Vier actualiteitsvragen voor beleggers’. Velen onder u blijven uit voorzichtigheid ook cash aanhouden op spaarboekjes, maar stellen natuurlijk vast dat de rentevoeten daarop nauwelijks volstaan om de inflatie en de kosten van de banken te compenseren. In het kader van een actief en sterk gediversifieerd beheer hebben wij al in 2010 ingespeeld op de vraag naar een zo evenwichtig en stabiel mogelijk defensief product dat een hoger rendement biedt dan de spaarrekeningen. We staan in dit nummer dan ook stil bij de beleggingsfilosofie en de samenstelling van Petercam L Patrimonial en bij de resultaten die dit fonds sinds de start heeft geboekt. Aangezien we in deze driemaandelijkse publicatie analyses willen bieden die rekening houden met alle aspecten van het vermogensbeheer, behandelen we ook in dit nummer het fiscale en successieluik, meer bepaald de vrijstelling van successierechten op gezinswoningen in Brussel, en andere nieuwigheden rond vermogensplanning. We kijken ook over de grenzen en staan stil bij nieuwe fiscale regels in Frankrijk. Last but not least starten we samen met u ook een reflectie rond de complexe materie van duurzame beleggingen. We leggen u de krachtlijnen uit van ons beleid in dit domein, dat niet altijd even goed wordt begrepen. We wensen u veel leesgenot. Fritz Mertens Vennoot Lid van het Directiecomité HORIZON | LENTE 2014 | 3 STRATEGIE DE VOORBIJE MAANDEN VERSCHOOF DE FOCUS VAN DE MARKTEN TERUG VAN HET HERSTEL VAN DE WERELDECONOMIE NAAR ALLERLEI RISICOSCENARIO ’ S. NIETTEMIN BLIJFT DE ONDERLIGGENDE HERSTELDYNAMIEK INTACT. NAARMATE DE HUIDIGE MEDIAGENIEKE RISICO ’ S DE KOMENDE MAANDEN WEGEBBEN , ZAL HET ECONOMISCHE HERSTEL OPNIEUW DE BEPALENDE FACTOR VOOR DE FINANCIËLE MARKTEN WORDEN . VOORAL DE AANDELENMARKTEN ZULLEN DAARVAN PROFITEREN . 4 STRATEGIE Na een mooie tweede jaarhelft van 2013, waarin de financiële markten vooral aandacht hadden voor het economische herstel, kwamen er de voorbije maanden nieuwe risico’s in de schijnwerpers. Tegenvallende economische cijfers in de VS, politieke en financiële perikelen in Turkije en spanningen tussen Oekraïne en Rusland misten hun effect op de financiële markten niet. De vraag blijft evenwel of deze risico’s de hersteldynamiek in de wereldeconomie onderuit kunnen halen. De tegenvallers in de VS hebben vooral te maken met het slechte weer, en die situatie zal allicht snel rechtgezet worden wanneer het weer opnieuw normaliseert. De perikelen in heel wat groeilanden zijn dan weer vooral lokaal, waarbij het minder waarschijnlijk is dat die de wereldeconomie substantieel gaan beïnvloeden. Al bij al blijft de wereldeconomie op schema voor een verstevigend herstel. Dat herstel gaat nog altijd gepaard met een erg lage inflatie, maar ook met een geleidelijke afbouw van de monetaire stimulus door de belangrijkste centrale bank in de wereldeconomie. Hoewel risico’s de financiële markten parten kunnen spelen, is een klimaat van aantrekkende groei en lage inflatie positief voor aandelen. Daarbij is het wel uitkijken in hoeverre de aandelenmarkten al voorop gelopen zijn op dat herstel. Dat is vandaag vooral het geval in de VS, waar de aandelenmarkt vrij duur geworden is. In de rest van de wereld is dat veel minder het geval. Ook de Europese markten hebben al geanticipeerd op meer positief nieuws, maar daar blijft nog flink wat opwaarts potentieel. Een essentiële voorwaarde om dat potentieel te realiseren, is wel dat de winstgroei van de Europese bedrijven in 2014 moet gaan versnellen. Voorlopende indicatoren geven alvast aan dat die winstgroei er de komende kwartalen zal komen. In Japan en de groeilanden blijven de aandelenmarkten ondertussen erg aantrekkelijk gewaardeerd, hoewel aan die regio’s ook specifieke risico’s verbonden zijn. Ondanks de risico’s en de bijhorende volatiliteit blijven aandelen de meest interessante beleggingscategorie in het huidige economisch-financiële klimaat. Jérôme van der Bruggen Head of Investments Private Banking Tijdens de recente marktschommelingen illustreerden obligaties nog maar eens de rol die ze kunnen spelen in een evenwichtige beleggingsportefeuille. Hoewel het te verwachten rendement van obligaties in het huidige economische klimaat en met de huidige lage rentestand vrij bescheiden is, bieden obligaties toch een zekere bescherming als de financiële markten onder druk komen. Obligaties hebben vandaag dan ook een rol te spelen in de portefeuille, niet vanuit pure rendementsoverwegingen, maar vanuit een verzekeringsperspectief. Ondanks het lastige jaarbegin blijft een strategie gericht op aandelen, met vooral de klemtoon op Europa en in mindere mate op Japan en de groeilanden, de beste manier om in te spelen op het herstel van de wereldeconomie. Verschillende risico’s kunnen voor volatiliteit zorgen, maar zeker in Europa zitten bedrijven in een positie om te profiteren van dat herstel. Beperkte posities in obligaties zorgen voor stabiliteit in de portefeuille. HORIZON | LENTE 2014 | 5 INTERNATIONALE ECONOMIE VERSCHILLENDE RISICO ’ S OVERSCHADUWEN VANDAAG HET HERSTEL VAN DE WERELDECONOMIE. TOCH BLIJFT DE ONDERLIGGENDE HERSTELDYNAMIEK NOG ALTIJD OVEREIND. VOORAL DE VS, NOG ALTIJD DE MOTOR VAN DE WERELDECONOMIE , BLIJFT OP HET JUISTE SPOOR . NIETTEMIN BLIJFT HET HERSTEL AFHANKELIJK VAN BELEIDSBESLISSINGEN IN DE VERSCHILLENDE REGIO ’ S, WAARBIJ CENTRALE BANKIERS EEN CRUCIALE ROL ZULLEN BLIJVEN SPELEN . Nog niet zo heel lang geleden ging 2014 van start met heel veel optimisme over de wereldeconomie. In de tweede helft van 2013 kwam er heel wat positief economisch nieuws uit de klassieke industrielanden, en het zag er naar uit dat die positieve dynamiek in 2014 bevestigd zou worden. Sindsdien kwamen er opnieuw heel wat risico’s op de voorgrond: tegenvallende cijfers in de VS, deflatiegevaar in Europa, aanhoudende vertraging van de Chinese economie, financiële perikelen in Turkije en Argentinië, politieke problemen in Oekraïne, … Deze risico’s plaatsen vraagtekens naast het scenario van het wereldwijde economische herstel. Toch blijven er voldoende indicaties over die dat scenario bevestigen. Ondanks de risico’s is de wereldeconomie nog altijd op weg naar een sterkere groei in 2014. BARRE WINTER HAALT AMERIKAANS HERSTEL NIET ONDERUIT Na een degelijk 2013 zorgden verschillende indicatoren over de Amerikaanse economie de voorbije weken voor heel wat ontgoocheling. Dat had veel te maken met het uitzonderlijk slechte winterweer dat de VS al sinds december parten speelt. Slecht weer ondermijnt immers de economische activiteit. Vooral indicatoren over de bouwactiviteit, de kleinhandelsverkopen, de 6 werkgelegenheid, … bleken de nemen, blijft de inflatoire druk in voorbije maanden opmerkelijk de economie immers beperkt. De zwak. Maar, die negatieve impact Fed zal eerder haar beleidsrichtop de activiteit is lijnen bijsturen om maar tijdelijk. duidelijk te maken DE WERELDECONOMIE Wanneer de dat de rente nog ZOU IN 2014 weersomstandiggeruime tijd laag TOCH MEER MOETEN heden terug blijft. Het blijft GROEIEN DAN IN DE normaliseren, zullen evenwel nog maar de economische de vraag hoe lang ze VOORBIJE JAREN . indicatoren normaal dat kan volhouden terug opveren. De belangrijkste als het economische herstel na de factoren achter het economische barre winter opnieuw overtuigend herstel blijven immers aanwezig: bevestigd wordt. het positieve klimaat op de vastgoedmarkt, de verbeterende situatie op de arbeidsmarkt, de herstelde financiële positie van de gezinnen en de banken, het terugschroeven van de besparingsinspanningen van de In Europa groeide de economie in overheid, de gunstige de tweede helft van 2013 na kredietvoorwaarden, … Samen anderhalf jaar recessie opnieuw. En suggereren deze factoren dat het ondertussen bleef het vertrouwen economische herstel bevestigd zal in de regio ook de voorbije worden naarmate het weer terug maanden verder toenemen. Al bij al opklaart. lijkt de eurozone goed op weg naar een economische groei van 1 à Ook de centrale bank maakt zich 1,5% in 2014, terwijl de weinig zorgen over de recente ontgoochelende cijfers. De Fed blijft vooruitzichten voor het VK er nog flink beter uitzien. De cyclische voorlopig de monetaire stimulus dynamiek gaat daarmee de goeie via obligatieaankopen geleidelijk richting uit, maar dat betekent verder afbouwen. Bovendien gaf de geenszins dat alle problemen nu nieuwe Fed-baas Yellen al aan dat opgelost zijn. De werkloosheid blijft ze op die weg verder gaat zolang er in grote delen van de eurozone geen duidelijke verandering komt onaanvaardbaar hoog. Daarnaast in de economische situatie. Echte blijft de kredietverlening verder renteverhogingen zijn nog niet afnemen, en is er nog altijd heel meteen voor morgen, ook al is de wat onbenutte capaciteit in de werkloosheidsgraad ondertussen Europese economie. Die teruggezakt tot net boven de combinatie zorgt voor een drempel van 6,5% die de Fed eerder belangrijke deflatoire druk in de zelf naar voor schoof. Hoewel de economie. De inflatie in de loongroei stilaan begint toe te GOED NIEUWS UIT EUROPA INTERNATIONALE ECONOMIE eurozone is dan ook opmerkelijk laag. Van algemene deflatie is nog altijd geen sprake, maar met zo’n 1% blijft de inflatie oncomfortabel laag. De eurozone is vandaag allicht maar één negatieve schok verwijderd van een nefaste deflatie-situatie. Tegen die achtergrond zou de ECB beter uitpakken met nieuwe stimulusmaatregelen om het deflatierisico te beperken, maar voorlopig blijft de ECB erg voorzichtig. JAPANS HERSTEL HAPERT Na de eerste veelbelovende resultaten van de nieuwe beleidswind in 2013, is het herstel van de Japanse economie al enkele maanden aan het haperen. Na een decennium van deflatie hebben gezinnen het moeilijk om om te gaan met inflatie, terwijl de grote afhankelijkheid van ingevoerde energie de nadelen van het zwakkemuntbeleid in de verf zet. Daarbovenop komt binnenkort nog de aangekondigde verhoging van de consumptiebelasting van 5 naar 8% in april. Die factoren ondermijnen het herstel dat onder impuls van de nieuwe beleidskoers van premier Abe ingezet werd. Het lijkt evenwel weinig waarschijnlijk dat Abe na een veelbelovende start nu zijn inspanningen zou laten varen. De regering zette dan ook al de eerste stappen richting een heropstart van de kerncentrales, terwijl de centrale bank bescheiden extra stimulusmaatregelen aankondigde. Op dat vlak valt de komende maanden evenwel nog meer te verwachten. Premier Abe kan het zich niet veroorloven om het prille herstel nu al te laten stokken. TURBULENTIE IN DE GROEILANDEN industrielanden. Anderzijds blijft de Chinese economie vertragen doordat de autoriteiten de al te forse kredietgroei proberen af te remmen, hebben landen als Thailand en Oekraïne af te rekenen met politieke onrust en kwam het wankele financiële plaatje van landen als Argentinië en Turkije de voorbije maanden onder vuur. Die divergentie zal meer dan waarschijnlijk de komende kwartalen aanhouden. In een klimaat waarin de belangrijkste centrale bank in de wereldeconomie haar monetaire stimulus afbouwt, dreigen landen die al te afhankelijk zijn van de instroom van buitenlands kapitaal in toenemende mate onder druk te komen. En die druk zal allicht vooral weerspiegeld worden in de wisselkoersen, die nog geruime tijd erg volatiel zullen blijven. Andere groeilanden zullen daarentegen eerder kunnen profiteren van het herstel in de klassieke industrielanden. Al bij al lijkt het gevaar op een domino-crisis doorheen de regio, waarbij het ene groeiland na het andere in de problemen komt (zoals in de tweede helft van de jaren 90), vandaag vrij beperkt, o.a. door de betere financiële positie van heel wat groeilanden. Anderzijds zit ook een terugkeer naar de spectaculaire groeicijfers van voor de crisis er niet meer in. Lees meer van onze economische analyses https://insights.petercam.com. Groei bbp (jaar op jaar % wijziging) Economische indicator VS (opinie aankoopmanagers) VERENIGDE STATEN Groei bbp (jaar op jaar % wijziging) Economische indicator Duitsland (IFO-enquête) DUITSLAND Groei bbp (jaar op jaar % wijziging) Economische indicator België (NBB-enquête) BELGIË Groei bbp (jaar op jaar % wijziging) CHINA Economische indicator China In de groeilanden blijft de economische dynamiek heel uiteenlopend. Verschillende groeilanden profiteerden de voorbije maanden via toenemende exportmogelijkheden van het herstel in de klassieke HORIZON | LENTE 2014 | 7 VIER ACTUELE VRAGEN VOOR BELEGGERS BELEGGERS WORDEN CONTINU GECONFRONTEERD MET HEEL WAT VRAGEN , MAAR DIE LIJKEN DE JONGSTE TIJD TOCH WAT ACUTER DAN GEBRUIKELIJK . DE EXTREEM LAGE RENTE BETEKENT IMMERS DAT EEN KLASSIEKE BRON VAN RENDEMENT ZO GOED ALS WEGGEVALLEN IS. IS ER TEGEN DIE ACHTERGROND NOG EEN PLAATS VOOR OBLIGATIES IN EEN BELEGGINGSPORTEFEUILLE ? ONDERTUSSEN ZIJN ALTERNATIEVEN ZOALS AANDELEN , OM OVER VASTGOED NOG MAAR TE ZWIJGEN , AL DUIDELIJK IN WAARDE GESTEGEN . BLIJVEN DIE OOK VANDAAG NOG INTERESSANT ? EN BOVEN DE KEUZES ROND WAT TE DOEN MET JE GELD, BLIJFT DE VRAAG HANGEN OF DE ECONOMIE NA ZES JAAR MALAISE NU ECHT TERUG OP DE GOEIE WEG ZIT. LIGT DE ECONOMISCHE CRISIS ACHTER DE RUG , OF ZIJN DE RECENTE TEKENEN VAN BETERSCHAP NIET MEER DAN EEN ZOVEELSTE SCHIJNBEWEGING ? 1. IS DE ECONOMIE EINDELIJK VERTROKKEN VOOR EEN ECHT HERSTEL ? EInd 2008 zonk de wereldeconomie in de diepste crisis sinds de Tweede Wereldoorlog. Sindsdien waren er geregeld opflakkeringen van economische activiteit, maar volgden er ook heel wat nieuwe ontgoochelingen. Dat was zeker het geval in Europa, waar de muntunie vanaf 2010 onder leiding van Griekenland in een nieuwe crisis sukkelde. In 2013 doken opnieuw meer en meer positieve signalen op, eerst in de VS en Japan en in de tweede helft van het jaar in Europa. Enkel in de groeilanden bleef het goede nieuws uit. Al bij al leek de wereldeconomie doorheen 2013 stilaan in betere doen en kondigden de vooruitzichten voor 2014 zich veelbelovend aan. De cruciale vraag is evenwel of dit meer is dan een zoveelste schijnbeweging en de wereldeconomie nu echt gelanceerd is in het herstel. De normale situatie voor de meeste economieën is er een van positieve economische groei, o.a. door de bevolkingsgroei. Die ‘normale’ groei 8 verschilt van regio tot regio, en ligt bijvoorbeeld duidelijk hoger in de groeilanden dan Europa, maar is voor zo goed als alle landen positief. Een economie krimpt enkel onder druk van specifieke negatieve factoren. Zulke negatieve factoren waren de voorbije jaren overvloedig aanwezig: de correctie van vastgoedzeepbellen in heel wat landen, het gedwongen terugschroeven van de eerdere overdreven schuldopbouw, een algemene sfeer van onzekerheid, de overdreven besparingsdrang van heel wat overheden, … Veel van die negatieve factoren zijn de voorbije jaren aangepakt, en wegen vandaag duidelijk minder op de economie. In landen als de VS, Spanje en Nederland zijn de huizenprijzen teruggezakt tot meer houdbare niveaus. Daarnaast heeft de private sector in heel wat landen haar financiële plaatje terug wat meer op orde, terwijl overheden (zelfs in Europa) stilaan beseffen dat al te hard op de budgettaire rem staan in het huidige klimaat weinig zin heeft. Ten slotte zijn centrale bankiers met hun verregaande ingrepen er in geslaagd om het vertrouwen in het financiële systeem in belangrijke mate terug te herstellen. Door het afnemen van die negatieve factoren keren de meeste economieën terug naar hun normale groei. Dat betekent niet dat alle problemen en risico’s nu onmiddellijk van de baan zijn. De wereldeconomie wordt nog altijd ACTUELE VRAGEN geconfronteerd met hoge werkloosheid, hoge schulden, binnenlandse problemen in verschillende groeilanden, … Niettemin zit de wereldeconomie in een herstelfase. De combinatie van iets meer vertrouwen en gunstige financieringsvoorwaarden zorgt er voor dat bedrijven, vooral in de klassieke industrielanden, geleidelijk terug meer gaan investeren en vervolgens ook meer gaan aanwerven. In 2010 was het herstel nog volledig gebaseerd op (vooral fiscale) stimulus-maatregelen. Toen die terug-geschroefd werden, zakte de economie terug weg en vervolgens gooide de eurocrisis roet in het eten. Deze keer is het herstel meer gebaseerd op een structurele verbetering van de economische situatie. Spectaculaire groeicijfers zitten er nog niet meteen in, maar de wereldeconomie zou in 2014 toch meer moeten groeien dan in de voorbije jaren. Dat herstel wordt trouwens in belangrijke mate aangedreven door de klassieke industrielanden. Voorlopende indicatoren geven aan dat de Amerikaanse economie goed op weg is naar een groei van zo’n 3% in 2014, de eurozone naar 1,3% en Japan naar 1,8%. Zonder nieuwe negatieve schokken blijft het economische herstel de komende kwartalen aanhouden. 2. IS ER NOG EEN PLAATS VOOR OBLIGATIES IN EEN BELEGGINGS PORTEFEUILLE ? Sinds het begin van de jaren 80, toen de langetermijnrente op Belgisch overheidspapier piekte op 14%, daalde de rente in de meeste industrielanden spectaculair. Dat leverde doorheen de jaren mooie rendementen op voor obligatiebeleggers. Vandaag is de rente evenwel erg laag geworden. Zo ligt de Belgische rente vandaag nog maar net boven 2%. Ook de rente op bedrijfsobligaties en hoogrentende obligaties liggen in de buurt van historische dieptepunten. Bovendien bestaat er in een klimaat van economisch herstel en een extreem soepel monetair beleid dat niet onbeperkt volgehouden kan worden een reëel risico op rentestijging, wat het beperkte lopende obligatierendement nog verder zou uithollen. Toch zit een echt drama voor obligaties er nog niet meteen aan te komen. De wereldeconomie is aan het herstellen, maar dat herstel blijft voorlopig nog pril en fragiel. Centrale bankiers in de klassieke industrielanden geven al geruime tijd aan dat ze hun beleidsrentes nog lange tijd heel laag willen houden. Ze willen immers het gevaar niet lopen dat te snelle rentestijgingen het economische herstel zouden ontwrichten. Het feit dat de inflatie in de meeste landen heel laag blijft, en er vooralsnog geen indicaties zijn dat daar op korte termijn verandering in komt, biedt hen daarvoor ook de nodige marge. Tegen de achtergrond van het economische herstel is een zekere rentestijging waarschijnlijk, maar centrale bankiers zullen verhinderen dat die stijging te ver doorgaat. In die zin vallen voor obligaties de komende maanden weliswaar erg beperkte, maar nog altijd positieve rendementen te verwachten. Obligaties vormen in de huidige situatie dan ook geen interessante beleggingsoptie vanuit een puur rendementsperspectief. Dat neemt niet weg dat obligaties nog altijd een plaats hebben in een evenwichtige beleggingsportefeuille. Ondanks het beperkte te verwachten rendement blijven obligaties immers een verzekeringsfunctie vervullen. Mocht het huidige economische herstel toch een nieuwe schijnbeweging blijken te zijn, kan het klimaat op de financiële markten opnieuw omslaan. Bij een nieuwe negatieve schok zou vooral de Europese economie vrij snel kunnen afglijden naar een situatie van deflatie. In zo’n scenario zouden obligaties meer dan waarschijnlijk beter presteren dan de meeste andere activaklassen. Zo’n doemscenario is vandaag niet het meest waarschijnlijke scenario, maar de ontwikkelingen van de voorbije jaren hebben duidelijk geïllustreerd dat negatieve verrassingen nooit volledig uit te sluiten zijn. Een bepaalde verzekering inbouwen in een beleggingsportefeuille is dan ook geen onzinnig idee. 3. VASTGOED : OPPORTUNITEIT OF VALSTRIK ? Voor Belgische beleggers was vastgoed de voorbije decennia een mooie opportuniteit. De laatste echte correctie van de Belgische huizenmarkt dateert van de eerste helft van de jaren 80. Sinds 1986 stegen de gemiddelde huizenprijzen met 6,2% per jaar. En ook in de voorbije crisisjaren bleven de huizenprijzen rustig doorstijgen (weliswaar aan een iets trager tempo). Voor veel Belgen blijft vastgoed dan ook de absoluut veilige belegging. Maar dat klopt natuurlijk niet. De correctie in de jaren 80 mag dan misschien al vergeten zijn, maar was vrij diep: in reële termen vielen de huizenprijzen toen met 40% terug. En recenter werd in landen als de VS, Spanje, Ierland en Nederland pijnlijk duidelijk dat huizenprijzen wel degelijk fors kunnen dalen. De HORIZON | LENTE 2014 | 9 ACTUELE VRAGEN cruciale vraag is dan natuurlijk hoe groot de kans op een correctie is in België. De combinatie van een aanhoudende prijsstijging in België en de correcties in heel wat landen betekent dat de Belgische huizenprijzen nu over de voorbije 25 jaar het meest gestegen zijn in de hele eurozone. Volgens zowat alle waarderingsmodellen is de vastgoed-markt in België vandaag overgewaardeerd. De mate van overwaardering varieert van model tot model van een dikke 10% tot een onwaarschijnlijke 60%, maar alle modellen wijzen op overwaardering. Dat betekent niet dat er al meteen een zware correctie zit aan te komen. Markten kunnen lang overgewaardeerd blijven. De Belgische hypotheekmarkt is vrij gezond: de totale schuldenlast van de gezinnen valt nog mee en het 10 gebruik van meer avontuurlijke hypotheekstructuren bleef beperkt. Tegen die achtergrond is een zware correctie niet het meest waarschijnlijke scenario. De overwaardering impliceert wel dat er voor de komende jaren nog maar weinig stijgingspotentieel in de vastgoedmarkt zit. In het beste geval zullen de huizenprijzen de komende jaren stagneren. En het risico op een correctie blijft hoe dan ook reëel, maar daarvoor is allicht een negatieve schok nodig. Voor de hand liggende kandidaten zijn op dat vlak een forse rentestijging of een belangrijke aanpassing van de vastgoedfiscaliteit. Mocht één van die risico’s zich in de loop van de komende jaren voordoen, valt een duidelijke vastgoedcorrectie ook in België niet uit te sluiten. van een vastgoedinvestering in België vandaag vrij mager geworden zijn. Daardoor is een potentiële waardestijging van het vastgoed essentieel geworden om tot een aanvaardbaar rendement te komen. En net die waardestijging lijkt er de komende jaren niet meer in te zitten. Belgisch vastgoed is vandaag te duur geworden om nog een interessante beleggingsopportuniteit te zijn. Papieren vastgoed (beursgenoteerd) kan op dat vlak een alternatief bieden. Langs die weg is het makkelijker om in te spelen op vastgoed in functie van de waardering ook buiten België. De prijsstijging van de voorbije jaren impliceert trouwens ook dat de te verwachten huuropbrengsten Het globale economische herstel komt in eerste instantie vooral de bedrijven ten goede, en dat is goed 4. ZIT ER NOG POTENTIEEL IN AANDELEN ? ACTUELE VRAGEN nieuws voor hun aandelenkoersen. Anderzijds hebben de aandelenmarkten al flink geanticipeerd op dat herstel. Vraag is of de markten daarbij niet wat te hard van stapel gelopen zijn, en of er geen sprake is van nieuwe zeepbellen op basis van het goedkope geld dat de centrale bankiers voorzien hebben. In de aanloop naar het huidige economische herstel zijn de aandelenmarkten inderdaad al duidelijk gestegen. Vooral de Amerikaanse markt klom sinds het dieptepunt van maart 2009 spectaculair hoger. De meeste Amerikaanse aandelenindices lieten de crisis al lang achter zich en noteren vandaag aan historische piekniveaus. In de rest van de wereld verliep het beursherstel heel wat moeilijker. In de meeste groeilanden kenden de aandelenmarkten in 2009-2010 een spectaculair herstel, maar lieten die het sindsdien afweten. Ook de Europese en Japanse aandelenmarkten veerden in 2009 op, maar vielen vervolgens al snel weer terug. Pas sinds de Draghispeech van midden 2012 en de verkiezingsoverwinning van Abe in het najaar van 2012 gaan de aandelenkoersen in beide regio’s duidelijk hoger. In zowat alle regio’s buiten de VS blijven de beurzen vandaag trouwens nog duidelijk onder de piekniveaus van voor de crisis. Het absolute niveau van de aandelenmarkt en of die nu al dan niet op een historisch hoog niveau ligt, betekent op zich niet veel. De brede Amerikaanse aandelenindex noteert vandaag inderdaad op een historisch hoog niveau, maar dat geldt evenzeer voor de Amerikaanse economische activiteit en voor de winsten van de Amerikaanse bedrijven. Om zinnige uitspraken te kunnen doen over de waardering van de markt moeten de koersen vergeleken worden met wat er tegenover die koers staat, m.n. de gerealiseerde winstgroei, de potentiële winstgroei, de boekwaarde van het bedrijf, … Ook volgens dat soort waarderingsmaatstaven zijn Amerikaanse aandelen vandaag duur, maar nog niet historisch duur. Ten tijde van de technologiezeepbel van de tweede helft van de jaren 90 waren Amerikaanse aandelen nog veel duurder gewaardeerd. Europese aandelen zijn relatief normaal gewaardeerd, terwijl aandelen uit Japan en de groeilanden ronduit goedkoop zijn. Al bij al vallen er vandaag op de financiële markten zeker wel wat zeepbelachtige fenomenen te ontwaren. Vooral de koersen en overnameprijzen van bepaalde technologiebedrijven doen de wenkbrauwen fronsen. Maar er zijn weinig indicaties dat grote delen van de markt zich al in zeepbelland bevinden. verbeterende vooruitzichten vertaalt zich stilaan in toenemende fusie- en overnameactiviteit, wat ook een positief effect heeft op de aandelenmarkten. Er zit dan ook nog potentieel in aandelen. Dat is niet echt het geval meer voor de VS waar bedrijven al een zo goed als volledig winstherstel achter de rug hebben en waar de aandelen al duur zijn. In Japan en de groeilanden zijn er duidelijke opportuniteiten: waarderingen zijn er erg aantrekkelijk en er is nog veel opwaarts potentieel voor de bedrijfswinsten. Daarentegen staat dat aan die opportuniteiten wel meer risico’s verbonden zijn. Voor Japan liggen die risico’s vooral in het beleid dat cruciaal is om zowel de economie als de aandelenmarkt verder aan te sporen. In de groeilanden hebben de risico’s meer te maken met de zeer volatiele kapitaalstromen op de internationale markten die voor forse schommelingen kunnen zorgen. Daarnaast is er ook in Europa nog heel wat potentieel. De waardering mag daar dan wel genormaliseerd zijn, maar dat gebeurde op basis van vrij lage bedrijfswinsten. Naarmate het economische herstel doorzet, moet de komende maanden de winstgroei van de Europese bedrijven versnellen. Dat zal de aandelenmarkten hoger duwen. Het toenemende aantal fusies en overnames is daarbij een extra factor. De combinatie van grote hoeveelheden cash op de bedrijfsbalansen, gunstige financieringsvoorwaarden en HORIZON | LENTE 2014 | 11 PETERCAM L PATRIMONIAL FUND: EEN ALTERNATIEF VOOR UW SPAARREKENING Tijdens de eerste fase, de asset allocatie, wordt de algemene economische toestand in de wereld onder de loep genomen, en in welke fase van de investeringscyclus de markten zich bevinden. Tevens worden de waarderingen per activaklasse per regio bekeken in een middellange en langetermijnperspectief. Daarbij wordt ook rekening gehouden met tactische indicatoren op kortere termijn die het sentiment van de markt weergeven. Daarnaast zijn intern overleg en gezond verstand leidend in het proces. Begin 2011 werd een nieuwe strategie geïntroduceerd: Petercam L Patrimonial Fund. De opzet van het compartiment was om op een gediversifieerde manier te beleggen in alle activaklassen, over verschillende tijdshorizons en met een strikte risicocontrole. We zijn nu meer dan drie jaar verder, dus tijd om nog eens te bekijken hoe het compartiment werkt, en het proces door te lichten. Beleggers die in een dergelijk compartiment stappen, zijn op zoek naar kapitaalbehoud. Wie in dit compartiment belegt, wil zijn kapitaal veiligstellen op de langere termijn en ervoor zorgen dat de koopkracht ervan intact blijft. De tweede fase van het proces is de keuze van de individuele effecten (aandelen en obligaties). Hierbij steunen we intensief op de gespecialiseerde research van onze interne aandelen- en kredietanalisten. Een van de belangrijkste kenmerken van de manier waarop Petercam portefeuilles beheert, is de sterke nadruk op interne researchcapaciteit. Hierdoor kunnen we goed presterende effecten uitkiezen, en dat heeft in aanzienlijke mate bijgedragen tot de positieve en stabiele rendementen van het compartiment sinds de oprichting ervan drie jaar geleden. De portefeuille is erop gericht om in verschillende marktomstandigheden zo goed mogelijk te gedijen. Grote schommelingen probeert de beheerder zoveel mogelijk te vermijden door zijn portefeuille actief te beheren. Het beleggingsproces bestaat uit een samenspel tussen drie bouwstenen: de asset allocatie, de keuze van de individuele effecten, en de portefeuilleconstructie. Commissielonen en niet-recurrente kosten ten laste van de belegger & minimale investering Plaatsingsprovisie Minimale investering Instapkosten Uitstapkosten Max. 3% 0% 0,001 deelbewijs Niet van toepassing Beurstaks (indien kapitalisatiedeelbewijzen) - Belgische bronbelasting bij terugbetaling ICB - Belgische roerende voorheffing op dividenden 12 1% maximum 1500 EUR belastbaar 25% Wat het compartiment uniek maakt, is dat we in deze fase van het proces zes verschillende beleggingssegmenten kunnen onderscheiden, zowel op aandelen- als op obligatievlak. Laten we deze segmenten eens nader bekijken. Binnen het aandelenluik kunnen we onze beleggingen diversifiëren over drie verschillende tijdshorizons. Op korte termijn worden onze aandelenkeuzes ingegeven door opportunistische keuzes zoals beursintroducties, fusies & overnames en plaatsingen. Op middellange termijn hangen de aandelenkeuzes af van de waardering. Als de waardering die we dankzij onze diepgaande researchinspanningen fors verschilt van de marktprijs, en als er gelegenheid is om die waarderingskloof te dichten, dan kan er een interessante beleggingskans ontstaan. Ten slotte gaan we voor de lange termijn kijken naar bepaalde thema’s die de wereld de komende jaren en decennia vorm kunnen geven, als daar zijn landbouw, energie, demografie, transport, … Het samenspel van deze drie beleggingshorizons verzekert dat de aandelenposities in evenwicht zijn. Ook binnen het obligatieluik zijn er drie verschillende segmenten. Het eerste segment is dat van de ‘veilige haven’. Hierin vinden we voornamelijk overheidsobligaties terug die een bescherming kunnen bieden wanneer de volatiliteit op de financiële markten toeneemt. Binnen het ‘rendement/inkomen’ segment beleggen we voornamelijk in effecten die ons toelaten om op geregelde tijdstippen een coupon te innen die ervoor zorgen dat er een minimaal rendement gegenereerd wordt. De derde en laatste stap van het beleggingsproces is de portefeuilleconstructie. Tijdens deze fase wordt de portefeuille samengesteld met de juiste effecten voor de juiste tijdshorizon. Het opvolgen van het portefeuille-risico en kunnen aanwijzen aan welke risico’s de beheerder precies blootgesteld is, ASSET ALLOCATIE wordt gedaan met verschillende risicomanagementsystemen. Het beheren van het neerwaartse risico is van primordiaal belang. Als we kijken naar wat de rest van 2014 kan brengen, dan zien de beheerder in samenspraak met het macro-economische researchteam drie grote trends. Eerst en vooral denken we dat de economische groei in de wereld zich zal doorzetten, vooral in de VS dan. In Europa blijft het herstel nog wat bescheidener maar zet het zich wel door. Ten tweede denken we dat de rentevoeten doorgaans aan de lage kant zullen blijven. Ten slotte geloven we ook dat de Chinese economie aan het herbalanceren om niet enkel hoge groeicijfers neer te zetten, maar een iets lagere groei van betere kwaliteit. Ook in 2014, net zoals de afgelopen drie jaar, staat de samenstelling van een uitgebalanceerde en breed gediversifieerde portefeuille voorop bij de beheerders en alle beleggingsprofessionals die betrokken zijn bij het compartiment Petercam L Patrimonial Fund. De flexibiliteit van een patrimoniaal compartiment is een defensieve troef binnen uw portefeuille. De beheerders zullen zich blijven inspannen om een mogelijk stabiel en positief resultaat neer te zetten . Hierbij dient te worden opgemerkt dat rendementen uit het verleden geen garantie zijn voor toekomstige rendementen en kunnen misleidend zijn. Petercam L Patrimonial is een compartiment van de ICB (Instelling voor Collectieve Belegging) naar Luxemburgs recht, Petercam L Fund, die belegt in roerende waarden. Deze ICB, heeft de vorm van een naamloze vennootschap met variabel kapitaal naar Luxemburgs recht. Het belegt hoofdzakelijk in effecten met een aandelenkarakter, schuldeffecten en geldmarktinstrumenten, icbe's en/of andere met icbe's gelijk te stellen (al dan niet beursgenoteerde) icb's die zijn onderworpen aan toezicht dat naar het oordeel van de CSSF gelijkwaardig is aan het toezicht dat op icbe's wordt uitgeoefend. Er wordt in wisselende verhoudingen belegd (zonder andere beperkingen dan die welke door de toepasselijke wet- en/of regelgeving worden opgelegd). Petercam NV, de overkoepelende vennootschap van de groep Petercam, die actief is als vermogensbeheerder in België, is een van de verdelers van dit compartiment. Eind februari 2014 had de bevek Petercam L Patrimonial een bedrag van 134 miljoen euro onder beheer. De lezer wordt uitgenodigd om het prospectus te lezen, en daarnaast ook de essentiële beleggersinfor-matie (KIID) en de tussentijdse rapporten van de sicav (jaarverslag, en desgevallend ook het halfjaar-verslag) en zich te laten adviseren door specialisten met de nodige competenties vooraleer in dit product te beleggen. Een kopie van deze documenten kan kosteloos worden bekomen bij de maatschappelijke zetel van de bevek (Allée Scheffer 5, L-2520 Luxembourg, Groothertogdom Luxemburg) of bij Petercam nv (Sint Goedeleplein 19, B-1000 Brussel, België), de verdeler en financiële dienstverlener van deze sicav in België. Deze documenten (die zijn opgesteld in het Frans, Nederlands, Engels, Duits, Italiaans en Spaans) en meer informatie over het product (met daarbij ook de netto inventaris-waarde van het compartiment en de recurrente kosten ten laste van het compartiment) zijn overigens ook beschikbaar op de compartimenten-website van Petercam: funds.petercam.com (onder ‘Publicaties’, ‘Wettelijke/fiscale informatie’ en ‘Kosten & Codes’). De NIW van de compartimenten is eveneens beschikbaar op de site van BeAMA : http://permafiles.beama.be/NAVpub_fr.pdf. HORIZON | LENTE 2014 | 13 PETERCAM EEN DUURZAME BELEGGER? IN EEN OMGEVING WAARIN ER WERELDWIJD STEEDS MEER SPRAKE IS VAN INTERCONNECTIVITEIT, IS DUURZAAM BELEGGEN EEN REALITEIT GEWORDEN WAAR NIEMAND NOG NAAST KAN KIJKEN EN DIE TOT ALLE NIVEAUS VAN DE MAATSCHAPPIJ IS DOORGEDRONGEN . DUURZAAM BELEGGEN IS INDERDAAD NIET LANGER BEPERKT TOT EEN HANDJEVOL GESPECIALISEERDE STRATEGIEËN MET EEN JARGON DAT ALLEEN DOOR ENKELE ECHTE SPECIALISTEN WORDT BEGREPEN . Wie zich wil profileren als duurzame belegger, kan zich niet langer beperken tot het voorstellen van enkele producten waarop het etiket ‘ethisch’ kan worden gekleefd. Duurzaam beleggen staat nu voor een totaalengagement voor de hele maatschappij, dat moet worden gedefinieerd in het kader van een coherente benadering die gebaseerd is op dialoog en op een open en kritische geest. Als belangrijke economische speler neemt Petercam in dit opzicht al sinds enkele jaren volop haar verantwoordelijkheid. Die verantwoordelijkheid als duurzame belegger vertaalt zich voor ons in de eerste plaats in de volgende punten: 1. Ons bewust zijn van de uitdagingen van morgen en ze volop integreren in onze beleggingsbeslissingen; 2. Ook onze medewerkers en onze cliënten bewust maken van deze uitdagingen; 3. Ons volop engageren voor transparantie. 1. ONS BEWUST ZIJN VAN DE UITDAGINGEN VAN MORGEN EN ZE VOLOP INTEGREREN IN ONZE BELEGGINGS BESLISSINGEN Duurzaam beleggen betekent in de eerste plaats dat we ons de juiste vragen moet stellen over de wereldwijde gevolgen van onze beleggingsactiviteiten. Met andere woorden: we moeten verder kijken dan de 14 pure financiële winst en we moeten rekening houden met alle stakeholders en met alle gevolgen van de belegging. Vragen stellen, luisteren naar experts, informatie delen en met een open en kritische geest de dialoog aangaan om zo volop met kennis van zaken te kunnen handelen. Daar komt het op neer. De uitdagingen van morgen, die over het algemeen goed in kaart zijn gebracht, bieden nu al kansen. Het komt erop aan die goed te beoordelen en tegelijk te kijken naar hun potentiële impact. Om duurzaam te beleggen moeten we er die ondernemingen en landen uitpikken die door hun innovatieen kwaliteitsbeleid en door hun houding ten aanzien van technologie en aandeelhouderswaarde, in staat zijn om de toekomstige uitdagingen te verzoenen met de kansen van vandaag. Schaliegas bijvoorbeeld mag dan in het domein van de energiebevoorrading de kaarten dooreen schudden, we moeten ons ook vragen stellen rond de keerzijde van de medaille, met andere woorden rond de impact die schaliegas zal hebben op het milieu. Zo zijn er nog andere vragen. Is het na de kernramp in Fukushima en in het licht van het tekort aan energiebronnen bijvoorbeeld wel realistisch om kernenergie niet langer deel te laten uitmaken van de energiemix van alle landen? Via dit soort vragen, en op basis van onafhankelijk en gespecialiseerd onderzoek, hebben we een matrix ontwikkeld om onze posities te bepalen en om zo de marktleiders in duurzaamheid te identificeren en de beste praktijken te promoten. Om het aspect duurzaamheid in beleggingen te integreren, bestaat de grote uitdaging erin om de soms sterk uiteenlopende belangen van de verschillende stakeholders met elkaar te verzoenen en tegelijk op het einde van de rit aandeelhouderswaarde te creëren. Dit reflectie- en actieproces staat nu bij Petercam op de rails, maar er zijn natuurlijk heel wat obstakels die het mogelijk zouden kunnen afremmen. Een evaluatie maken van niet-tastbare activa is ongetwijfeld de grootste moeilijkheid. Ook het standaardiseren van de normen rond duurzaamheid, het vergelijken en het meten ervan zijn niet bepaald gemakkelijke opdrachten. Vandaar dat we onze benadering die van de ‘best mogelijke inspanning’ noemen. Het gaat om een pragmatische en rationele aanpak die ook rekening houdt met de permanente ontwikkelingen in dit domein. Ondanks de complexiteit die daaraan vasthangt, blijven we ervan overtuigd dat het wel degelijk realistisch is om het performanceniveau dat onze cliënten van hun beleggingen verwachten te verzoenen met de nieuwe uitdagingen op sociaal en maatschappelijk gebied en op milieuvlak. Dat wordt trouwens perfect geïllustreerd door het Deense biotechnologiebedrijf Novozymes dat met het oog op duurzaamheid heel wat toepassingen ontwikkelt op basis van enzymen. Dat gebeurt ASSET ALLOCATIE in zeer uiteenlopende sectoren, gaande van farmacie en energie (biodiesel) tot de voedingsindustrie. Novozymes is niet alleen zeer actief in het domein van de duurzaamheid, het bedrijf doet dat ook met een duidelijke langetermijnvisie, zoals blijkt uit het coherente businessplan. Al 12 jaar maakt het bedrijf deel uit van de duurzaamheidsindex Dow Jones Sustainability Index. In die index zijn enkel ondernemingen opgenomen die de economische dimensie combineren met aandacht voor het milieu en voor maatschappelijke aspecten zoals deugdelijk bestuur, milieubeheer, operationele ecoefficiëntie en de bevoorradingsketen. De koersevolutie van Novozymes toont aan dat het perfect mogelijk is om het meest duurzame bedrijf van een sector te zijn en tegelijk een mooie rendabiliteit te verzekeren op lange termijn. 2. OOK ONZE MEDEWERKERS EN ONZE CLIËNTEN BEWUST MAKEN VAN DEZE UITDAGINGEN Als economische speler die zijn maatschappelijke verantwoordelijkheid opneemt, beschouwen wij het als onze plicht om ook onze medewerkers en cliënten te informeren en te sensibiliseren. Anderzijds – en dat is natuurlijk de grote paradox – bestaat de essentie van ons vak erin dat we bij het beheer van de financiële activa van onze cliënten enkel en alleen hun belangen voor ogen moeten houden, en dit op basis van een financiële doelstelling die overeenstemt met hun richtlijnen. A priori hebben wij dan ook noch de roeping, noch de machtiging om hen te ‘dicteren’ wat goed en duurzaam is en wat niet. Toch vinden wij dat het voor ons als vermogensbeheerders zou getuigen van een gebrek aan openheid ten aanzien van nieuwe kansen als wij hen niet zouden sensibiliseren voor de duurzaamheidsuitdagingen, hetzij rechtstreeks via informatie en discussies, hetzij onrechtstreeks, via de keuze van beleggingsproducten die als duurzaam bekend staan. Vandaar dat we via de organisatie van evenementen met externe specialisten die komen spreken over specifieke duurzaamheidsthema’s onze medewerkers willen sensibiliseren voor de ESG-vragen (vragen rond milieu, sociale aspecten en deugdelijk bestuur). Voorts vinden we het ook onze plicht om duurzame beleggingsproducten te promoten. Al meer dan tien jaar volgen we ze van nabij op en zien we welk potentieel ze hebben. Als leden van dynamische en goed samenwerkende wereldwijde netwerken, verhogen we permanent onze knowhow rond duurzaamheid en rond de uitdagingen en kansen van duurzame beleggingen. Daar kunnen onze strategieën en uiteindelijk ook onze cliënten alleen maar wel bij varen. 3. ONS VOLOP ENGAGEREN VOOR TRANSPARANTIE beschouwd. De dialoog aangaan met de bedrijven is een unieke kans om de communicatie te bevorderen en is bovendien een efficiënte manier om te beoordelen hoe sterk ze zich inzetten voor de ESGaspecten. Als aandeelhouder en belangrijke economische speler aanvaardt Petercam zijn maatschappelijke verantwoordelijkheid. Aandeelhouder zijn van een onderneming stelt ons in staat om onze mening te geven over de manier waarop ze wordt geleid. En als duurzame belegger moeten we onze stem laten horen opdat de ondernemingen waarin we beleggen, geleid zouden worden op een manier die overeenstemt met de beste praktijken op het vlak van maatschappelijke verantwoordelijkheid. Samenvattend kunnen we zeggen dat Petercam op het gebied van duurzaamheid kiest voor een dynamische en proactieve aanpak en daarbij de beste praktijken in de kijker zet. We sluiten geen enkele economische sector uit en gaan de dialoog aan met de ondernemingen en met andere organisaties. Om constructief te zijn, moet elke dialoog gebeuren met een open en kritische geest en de bedoeling hebben om echt ideeën uit te wisselen en zo te komen tot tastbare vooruitgang op de weg naar een duurzamere beleggerswereld. Transparantie is in de eerste plaats gericht op onze cliënten voor wie we duurzame beleggingsoplossingen zoeken, die in overeenstemming zijn met hun behoeften en hun profiel. Met dat doel voor ogen investeren we in onze analistenteams die gespecialiseerd zijn in duurzaamheid. Op basis van een precies lastenboek zijn zij dan ook in staat om de ondernemingen te vinden die de vastgelegde criteria respecteren (en bedrijven links te laten liggen die aan NOVOZYMES : greenwashing DUURZAME EN AANHOUDENDE KOERSSTIJGING doen en dus (KOERSONTWIKKELING TUSSEN 2000 EN NU) eigenlijk enkel lippendienst bewijzen aan duurzaamheid) en die voor te stellen aan onze beheersteams. Tot slot willen we ook de beste praktijken promoten in alle sectoren, ook in deze die als ‘nietduurzaam’ worden HORIZON | LENTE 2014 | 15 SUCCESSIEEN SCHENKINGSRECHTEN DE GEZINSWONING VRIJGESTELD VAN SUCCESSIERECHT IN BRUSSEL EN ENKELE ANDERE NIEUWIGHEDEN OP VLAK VAN ESTATE PLANNING . BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST DE GEZINSWONING VRIJGESTELD VAN SUCCESSIERECHT De gezinswoning wordt sinds 1 januari van dit jaar vrijgesteld van successierecht in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor de langstlevende echtgenoot en de langstlevende wettelijk samenwonende partner. Wettelijk samenwonende partners zijn twee personen die op hetzelfde adres wonen en die een verklaring van wettelijke samenwoning hebben afgelegd voor de ambtenaar van burgerlijke stand. Een uitzondering is de langstlevende wettelijk samenwonende partner die • een bloedverwant in rechte lijn is van de overledene (bijvoorbeeld een kind) of die voor dit tarief gelijkgesteld wordt met een bloedverwant in rechte lijn (bijvoorbeeld een stiefkind dat gedurende jaren door de stiefouder werd opgevoed als was het zijn eigen kind), of • een broer of zus, of • neef of nicht, of oom of tante van de overledene is, deze kan niet genieten van deze vrijstelling. De overige erfgenamen betalen, ofwel aan het voordeeltarief ofwel aan het normale tarief, successierecht op het gedeelte van de woning dat zij erven. Het tarief van het successierecht is voorts afhankelijk van hun verwantschapsband met de overledene. 16 Alleen de woning die overledene en zijn echtgenoot of partner tot hoofdverblijfplaats diende, kan van deze vrijstelling genieten. De inschrijving in het bevolkingsregister houdt een vermoeden in van samenwoning, behoudens bewijs van het tegendeel. Indien kan bewezen worden dat de werkelijke hoofdverblijfplaats op een ander adres was gevestigd dan zal de vrijstelling op deze andere woning worden toegepast. naar de schenker terugkeren indien de begunstigde van de schenking kinderloos overlijdt vóór de schenker. Deze terugkeer vindt echter alleen plaats wanneer de geschonken goederen nog in natura aanwezig zijn in de nalatenschap van het overleden (klein)kind. Daarenboven was de schenker tot voor kort successierecht verschuldigd op de goederen die hij verkreeg op basis van deze wettelijke terugkeer. Het Vlaams Gewest heeft reeds in 2007 een vrijstelling van successierecht voor de gezinswoning ingevoerd. Het Waalse Gewest kent echter nog geen vrijstelling van successierecht voor de gezinswoning maar past wel een preferentieel (verlaagd) tarief toe op de eerste schijf van 250.000 euro. Er werd echter wel een ontwerp van decreet ingediend dat, zoals in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, een vrijstelling van successierecht zou toekennen voor de gezinswoning aan de langstlevende echtgenoot of wettelijk samenwonende partner voor een bedrag van 160.000 euro. Door deze definitie van de wettelijke terugkeer en het feit dat hierop successierecht verschuldigd was, wordt aan een schenking vaak een conventioneel beding van terugkeer gekoppeld. Dergelijk beding kan immers meer uitgebreide gevolgen hebben dan de wettelijke terugkeer: Het is duidelijk dat deze vrijstelling van successierecht nieuwe mogelijkheden biedt om op vlak van successieplanning. VLAAMS GEWEST WETTELIJKE TERUGKEER VRIJ VAN SUCCESSIERECHT Wettelijke terugkeer betekent dat goederen die door een ouder of grootouder werden geschonken aan een afstammeling (bijvoorbeeld een kind of kleinkind) • zo kan een beding van conventionele terugkeer uitwerking hebben ongeacht het feit of de begunstigde met of zonder afstammelingen overlijdt; • een beding van conventionele terugkeer kan in zaakvervanging voorzien, zodat de goederen die de plaats ingenomen hebben van de oorspronkelijk geschonken goederen terugkeren naar de schenker, bijvoorbeeld wanneer met de geschonken som geld vastgoed werd aangekocht door de begunstigde; • een belangrijk voordeel was ook dat goederen vrij van successierecht terugkeren naar de schenker. Door het decreet van 6 december 2013, is in het Vlaams Gewest niet langer successierecht verschuldigd op goederen die de schenker ontvangt door wettelijke terugkeer. Deze vrijstelling is in werking getreden op 24 januari 2014. In de ESTATE PLANNING aangifte van de nalatenschap moet wel uitdrukkelijk om de toepassing van deze maatregel verzocht worden. SCHENKINGSRECHT VERLAAGD TUSSEN STIEFOUDERS STIEFKINDEREN EN ZORGKINDEREN - ZORGOUDERS Schenkingen tussen stiefouders en stiefkinderen en tussen zorgouders en zorgkinderen worden nu gelijkgesteld met een schenking tussen verwanten in rechte lijn (bijvoorbeeld ouders en kinderen). De gelijkstelling geldt zowel voor de tarieven voor de schenking van roerende goederen (tarief 3%) als voor de schenking van vastgoed (tarief van 3% tot 30%). Voor 17 januari 2014 werden zij onderworpen aan het tarief ‘tussen anderen’. Dit betekende dat voor roerende schenkingen een tarief van 7% gold en voor schenkingen van vastgoed een tarief van 30% tot 80%. Met de term ‘zorgkind’ bedoelt men het kind dat, vóór de leeftijd van 21 jaar, drie achtereenvolgende jaren bij de ‘zorgouder’ heeft ingewoond en gedurende die tijd de hulp en verzorging heeft gekregen die kinderen normaal van hun ouders krijgen. Genieten vanaf nu eveneens van het tarief ‘in rechte lijn’: • samenwonende partners en hun ‘stiefkinderen’. Om voor deze gelijkstelling in aanmerking te komen moeten de partners ofwel wettelijk samenwonen (hiervoor dient u een verklaring af te leggen voor de burgerlijke stand) ofwel minstens één jaar feitelijk samenwonen; • uit de echt gescheiden personen of van tafel en bed gescheiden personen en ex-samenwonenden wanneer er gemeenschappelijke kinderen zijn. Hierdoor kunnen nieuw samengestelde gezinnen nu ook een adequate successieplanning uitwerken. Eerder werden deze gezinnen op vlak van successierecht reeds gelijkgesteld met de tarieven die gelden tussen ouders en kinderen. Let wel, stiefkinderen en stiefouders en zorgkinderen en zorgouders erven niet automatisch van elkaar, indien zij elkaar wensen te begunstigen moeten zij bijvoorbeeld een testament opstellen. SCHENKINGEN EN LEGATEN AAN ‘GOEDE DOELEN ’ EN OPENBARE INSTELLINGEN . Met ingang van 24 januari 2014 bedraagt het tarief van successierecht 8,5% voor legaten aan VZW’s, stichtingen en bepaalde openbare instellingen. Door deze wijzigingen wordt het tarief geharmoniseerd voor al deze instellingen en goede doelen. bepaalde financiële instrumenten genieten van deze verlaagde tarieven. Het tarief voor schenkingen bedraagt voortaan 5,5%. Sinds 21 oktober 2013 kunnen dus alle schenkingen met voorbehoud van vruchtgebruik van roerende goederen genieten van deze verlaagde tarieven. Deze tarieven van schenkings- en successierecht zijn niet beperkt tot Belgische goede doelen en instellingen maar zijn ook van toepassing op gelijksoortige rechtspersonen binnen de Europese Economische Ruimte (Europese Unie + Liechtenstein, Noorwegen en Ijsland). De wijziging die voor de praktijk wellicht het interessantst is, is de verlaging van het huidig tarief van 7% schenkingsrecht naar 5,5% voor schenkingen aan VZW’s en stichtingen. WAALS GEWEST SCHENKING VAN ROERENDE GOEDEREN MET VOORBEHOUD VAN VRUCHTGEBRUIK Voor 21 oktober 2013, kon alleen voor de schenking in volle eigendom van roerende goederen genoten worden van de verlaagde tarieven van 3,3% (in rechte lijn), 5,5% (tussen broers en zussen, en tussen ooms, tantes, neven en nichten) en 7,7% (tussen alle andere personen). Voordien kon alleen de schenking met voorbehoud van vruchtgebruik van FEDERAAL NIVEAU HERVORMING VAN HET HUWELIJKSVERMOGENSRECHT EN HET ERFRECHT ( WET TURTELBOOM ) Sinds enige tijd wordt er in het parlement gedebatteerd over een omvangrijke wijziging van het huwelijksvermogensrecht en het erfrecht. Met deze hervorming wenst men onder andere de regels met betrekking tot de omvang van de reserve van bepaalde erfgenamen te wijzigen, het reservataire erfrecht van de langstlevende echtgenoot te beperken en meer ruimte te laten aan de wilsvrijheid van de erflater. Tot op heden kon echter geen consensus bereikt worden over de voorgelegde wetsontwerpen. De hervorming, oorspronkelijk voorzien voor 2014, wordt dus voor onbepaalde tijd uitgesteld. Petercam houdt u uiteraard op de hoogte van eventuele verdere ontwikkelingen. HORIZON | LENTE 2014 | 17 VERMOGENSFISCALITEIT IN FRANKRIJK: DE ONTWIKKELINGEN DE LAATSTE AFLEVERING VAN DE BELASTINGSOAP IN FRANKRIJK ZIT VOL NIEUWE MAATREGELEN . DE HOOFDROL IS WEGGELEGD VOOR EEN HERVORMING VAN DE MEERWAARDEN UIT ROERENDE EN ONROERENDE GOEDEREN , VAN DE LEVENSVERZEKERINGEN EN VAN DE ‘ EXIT TAKS '. VOOR WAT BETREFT DE VERMOGENSBELASTING ( IMPÔT DE SOLIDARITÉ SUR LA FORTUNE - ISF), SCHENKINGS - EN SUCCESSIERECHTEN EN DE RECHTEN OP VERDELING , IS ALLES BIJ HET OUDE GEBLEVEN . HIERONDER VINDT U EEN SELECTIE VAN DE NIEUWE BELASTINGMAATREGELEN DIE U WELLICHT INTERESSEREN . 1) MEERWAARDEN UIT ROERENDE GOEDEREN Meerwaarden uit roerende goederen zijn onderworpen aan het progressieve (‘opklimmende’) tarief van de inkomstenbelasting (IB) met een marginaal tarief van 45%. Daarbij komt nog de sociale bijdragebelasting (SB - imposition aux prélèvements sociaux ) tegen een forfaitair tarief van 15,50%. Samengeteld dus een marginaal belastingtarief van 60,50%. Anderzijds bestaan voor meerwaarden die aan de inkomstenbelasting onderworpen worden wel belastingaftrekken die toegepast worden tijdens de bezitsduur van de roerende goederen. De nieuwe aftrekken gelden voor meerwaarden die sinds 1 januari 2013 werden gerealiseerd. De sociale bijdragen worden echter altijd berekend op de volledige meerwaarde. Nieuwe belasting op meerwaarden uit roerende goederen IB AanhoudAftrek periode 2 < 8 ans 50% > 8 ans 65% SB 15,5% Voor bepaalde overdrachten bestaan er belastingaftrekken die van deze regels afwijken. Het gaat dan over de overdracht van: - effecten van kmo's die aan bepaalde voorwaarden voldoen; 18 - de overdracht van effecten binnen een familiebedrijf; - overdracht door bestuurders van kmo's die met pensioen gaan. Deze regels zijn uitsluitend van toepassing op in Frankrijk gevestigde belastingplichtigen die effecten als volle of als blote eigenaar overdragen. 2) MEERWAARDEN UIT ONROERENDE GOEDEREN Voor verkopers werd een gunstige herziening doorgevoerd van de belasting op meerwaarden uit onroerende goederen. Door deze aanpassing vermindert de belasting op de meerwaarden. Er zijn verschillende tarieven en aftrekken voor de bezitsduur van het onroerend goed vastgelegd naargelang het om inkomstenbelasting of sociale bijdragen gaat. Van nu af aan geldt er een volledige vrijstelling van inkomstenbelasting voor de meerwaarden behaald bij de verkoop van vastgoed na een bezitsduur van 22 jaar. Er is echter een bezitsduur van 30 jaar vereist vooraleer deze meerwaarden volledig vrijgesteld zijn van sociale bijdragen (belastingtarief van 15,50%). De meerwaarden behaald bij de verkoop van de hoofdverblijfplaats zijn steeds vrijgesteld van belasting. De meerwaarden behaald bij de verkoop van bouwgrond zijn pas na een bezitsduur van 30 jaar vrijgesteld van inkomstenbelasting en sociale bijdragen. Voor de inkomstenbelasting geldt een aftrek van 6% per jaar op het brutobedrag van de meerwaarde voor de onroerende goederen die worden aangehouden na het 5de en tot het 21ste jaar. Voor het 22ste jaar zakt dit naar 4%. Voor de sociale bijdragen daarentegen zijn de aftrekken minder hoog: 1,65% na het 5de en tot het 21ste jaar, 1,60% voor het 22ste jaar en 9% voor de jaren na het 22ste jaar. Vanaf 1 januari 2013 is een aanvullende belasting verschuldigd van 2% tot 6% op meerwaarden uit onroerend goed, wanneer deze meerwaarde meer dan 50.000 euro bedraagt. Wijziging van de belasting van meerwaarden uit onroerende goederen Vrijstelling voor de aanhoudperiode: IB Vrijstelling voor de aanhoudperiode: SB Tot 31/08/2013 Vanaf 01/09/2013 30 jaar 22 jaar 30 jaar 30 jaar Verder geldt er voor verkopen die vóór 31 augustus 2014 hebben plaatsgevonden tijdelijk een uitzonderlijke aftrek van 25% op de netto meerwaarden COMPTOIR FRANÇAIS uit onroerende goederen. Deze aftrek geldt zowel voor de inkomstenbelasting als voor de sociale bijdragen. Ten slotte zijn er nog wijzigingen aangebracht aan de vrijstelling van de meerwaarden voor fiscaal nietingezetenen die hun woning in Frankrijk verkopen. Vanaf 1 januari 2014 zijn hierop namelijk twee systemen van toepassing. enerzijds wordt de vrijstelling toegekend aan niet-ingezetenen die onroerende goederen verhuren, d.w.z. goederen waarover zij niet vrij kunnen beschikken. In dat geval moet de verkoop ten laatste op 31 december van het 5de jaar na de verhuizing van het domicilie buiten Frankrijk plaatsvinden. Anderzijds wordt voor de netto belastbare meerwaarde een drempelbedrag van 150.000 € ingevoerd. Wordt deze drempel overschreden, dan gelden voor het surplus de inkomstenbelasting en de sociale bijdragen nadat de nieuwe aftrekken voor de bezitsperiode en de uitzonderlijke tijdelijke aftrek van 25% werden berekend. aangepast aan het successierecht dat geheven wordt op de andere goederen van de nalatenschap. Deze wijziging heeft betrekking op de premies die na 13 oktober 1998 werden gestort in een levensverzekeringscontract afgesloten vóór de 70ste verjaardag van de intekenaar-verzekerde (artikel 990 I CGI). Aan de aftrek van 152.500 € per begunstigde werd niet geraakt. Omwille van het feit dat de fiscale regels voor het beëindigen van contracten strenger worden, staan de levensverzekeringen bij de recente belastinghervormingen in Frankrijk in de hoek waar de klappen vallen. CONTRACT Wij volgen nauwlettend alle lopende plannen en wijzigingen en houden u stipt op de hoogte. 4) EXIT TAX De toepassing van de exit tax werd uitgebreid. Belastingplichtigen die vanaf 1 januari 2014 hun Wijzigingen exit tax Drempel voor sociale rechten Drempel voor de gezamenlijke waarde 3) LEVENSVERZEKERINGS - woonplaats buiten Frankrijk verplaatsen, zijn voortaan belastbaar op de (latente) meerwaarden van sociale rechten, waarden, titels of rechten die rechtstreeks of onrechtstreeks worden gehouden door de gezinsleden als deze rechten tenminste 50% vertegenwoordigen van de winst van een vennootschap of als de totale waarde ervan meer dan 800.000 € bedraagt. De ambtshalve ontheffing van haar kant werd van 8 tot 15 jaar verhoogd. Tot 31 december 2013 Vanaf 1 januari 2014 1% in de winst van een vennootschap 50 % van de winst van een vennootschap 1.300.000€ 800.000€ Geen wijziging van de fiscaliteit van toepassing op opnemingen van levensverzekeringscontracten tijdens de looptijd van het contract. Wijzigingen van de aftrek op levensverzekeringscontracten bedoeld in artikel 990 I CGI Tot 30 juni 2014 Vanaf 1 juli 2014 152.500€ 152.500€ 20% tot 902.838€ tot 700.000€ >902.838€ 25% > 700.000€ 20% 31,25% Wel wordt de uitkering van een levensverzekeringscontract bij overlijden van de intekenaarverzekerde nu minder gunstig belast bij de begunstigden van het kapitaal. Door deze wijziging wordt het belastingstelsel voor levensverzekeringen verder HORIZON | LENTE 2014 | 19 CONTACT GENT VERMOGENSBEHEER Kurt Vanwetter, Directeur Fritz Mertens, Vennoot 02/229 65 38 Kristof Agache, Directeur Beheer 09/269 25 00 Geoffroy d’Aspremont, Vennoot 02/229 65 38 Pieter Vander Stichele 09/269 25 00 Philippe de Broqueville, Vennoot 02/229 63 53 Kenneth Vanhecke 09/269 25 00 Pascal Minne, Vennoot 02/229 66 51 Jean-Marc Van Huffel 09/269 25 00 Lode De Vrieze, Bestuurder 02/229 64 55 HASSELT ANTWERPEN Patrick Vande Kerckhove, Directeur 011/29 11 00 Filip Verstreken, Directeur Beheer 03/248 16 19 Jos Verhaeg 011/29 11 00 Johan Segers 03/248 16 19 Patrick Van Roosbroeck 011/29 11 00 Nele Stevens 03/248 16 19 David Missotten 011/29 11 00 Amaury Steyaert 03/248 16 19 Patrick Van Roosbroeck 03/248 16 19 KNOKKE Kenneth Vanhecke 03/248 16 19 Kurt Vanwetter, Directeur 050/61 93 50 Marie-Sophie Verbist 03/248 16 19 Johan Lamote 050/61 93 50 Salina Plasschaert 050/61 93 50 Jean-Marc Van Huffel 050/61 93 50 ANTWERPEN DUTCH DESK Ludo Franse 03/248 16 19 LUIK BRUSSEL 20 09/269 25 00 Raphaël de Stexhe, Directeur 04/230 51 70 Karin Ickx, Directeur Zetel Brussel 02/229 64 52 Laurent Dekempener 04/230 51 70 Benoît t’Kint, Directeur Zetel Brussel 02/229 66 36 Didier Silberstein 04/230 51 70 Marc van de Werve, Directeur Zetel Brussel 02/229 66 32 Vincent Lahy, Directeur Zetel Brussel 02/229 63 26 LEUVEN Isabelle Beauvois 02/229 66 00 Dirk Van Craesbeek, Directeur 016/24 29 50 Marie-Frédérique Boursoit 02/229 62 78 Sandra Francken 016/24 29 50 Xavier de Mûelenaere 02/229 64 41 Stijn Leysen 016/24 29 50 Marc Dhondt 02/229 64 53 Emmanuel Dutrieux 02/229 62 92 ROESELARE Hubert Greindl 02/229 64 30 Frederik Cosyns, Directeur 051/25 90 30 Diane Lejeune 02/229 65 67 Anthony Favril 051/25 90 30 Thierry Lemoine 02/229 65 12 Johan Lamote 051/25 90 30 James Maus de Rolley 02/229 64 32 Marie-Christine Vandeleene 051/25 90 30 Caroline Piers 02/229 66 49 Anna Pigott 02/229 66 50 WAVER Yolande Van Bunnen 02/229 64 51 Grégory Michiels, Directeur Serge Van Ingelgem 02/229 64 54 Pierre de Ville de Goyet 010/23 22 60 Thierry Vleurinck 02/229 63 83 Arno d’Ursel 010/23 22 60 010/23 22 60 CONTACT INVESTMENT DESK Vincent Coppée 02/229 65 82 Laure-Anne Heylen 02/229 65 68 ADVIES Philippe de Broqueville, Vennoot 02/229 63 53 Alain Berckmans 02/229 62 36 Louis de Laminne 02/229 66 19 Delphine Delhez 02/229 63 13 Concepcion Moreno 02/229 64 31 GEVOLMACHTIGDE AGENTEN Evelyne Arnould 02/229 62 30 Mario De Brie 03/658 60 60 Geoffroy del Marmol 02/772 66 10 Jean-Yves Lepas 069/87 57 00 ESTATE PLANNING Pascal Minne, Bestuurder 02/229 66 51 Charles Kesteloot, Head of Estate Planning 02/229 66 73 Dirk Coveliers 02/229 65 83 Minke De Smet 02/229 64 88 Christian Hannot 02/229 66 62 Laurence Joseph 02/229 64 77 Geneviève Otjacques 02/229 64 99 Annelies Van Gronsveld 02/229 64 98 Anne Verbruggen 02/229 63 99 LE COMPTOIR FRANÇAIS Bertrand Marot, Bestuurder 02/229 62 23 Jérémy Gackiere 02/229 62 24 HORIZON | LENTE 2014 | 21 ONS CONTACTEREN BRUSSEL LUIK PETERCAM (LUXEMBOURG) SA Sint-Goedeleplein 19 Boulevard Frère Orban 25 Rue Pierre d’Aspelt, 1a 1000 Brussel 4000 Liège L-1142 Luxembourg Tel. : 02/229 64 50 Tel : 04/230 51 70 Tel : +352 45 18 58 1 [email protected] [email protected] [email protected] LEUVEN Ladeuzeplein 29 PETERCAM BANQUE PRIVÉE (SUISSE) SA 3000 Leuven Centre Swissair - CP 1119 Tel : 016/24 29 50 Route de l’Aéroport 31 [email protected] CH 1211 Genève 5 Echange ANTWERPEN Generaal Lemanstraat 67 2018 Antwerpen Tel : 03/248 16 19 [email protected] GENT Kouter 1 9000 Gent Tel : 09/269 25 00 [email protected] HASSELT Thonissenlaan 28 3500 Hasselt Tel : 011/29 11 00 [email protected] KNOKKE Dumortierlaan 8 8300 Knokke-Heist Tel : 050/61 93 50 [email protected] Tel : + 41 22 929 72 11 ROESELARE Accent Business Park Kwadestraat 157 bus 12 8800 Roeselare (Rumbeke) Tel : 051/25 90 30 [email protected] WAVER Avenue Einstein 16 1300 Wavre Tel : 010/23 22 60 [email protected] [email protected]
© Copyright 2024 ExpyDoc