Examenreglement H4 en H5 - Walburg College Zwijndrecht

 Examenreglement
Walburg College
Cursus 2014 - 2015
havo 4, havo 5
Examenreglement 2014-2015 H4, H5
Voorwoord
Het eindexamen bestaat voor een aantal vakken uit een schoolexamen én een centraal examen. Andere
vakken kennen alleen een schoolexamen.
Het centraal examen vindt plaats aan het einde van het examenjaar. Het schoolexamen wordt echter
verspreid over alle jaren van de bovenbouw afgenomen.
Voorwaarde om aan het centraal examen te mogen deelnemen is dat het schoolexamen volledig is
afgerond. Bovendien moet aan de wettelijke studielast eisen worden voldaan.
Of een kandidaat aan het einde van het examenjaar al dan niet geslaagd is, hangt af van de eindcijfers van
alle vakken waarin de kandidaat examen heeft gedaan.
Het eindcijfer is
-
het gemiddelde van de eindcijfers voor schoolexamen en centraal examen voor vakken met zowel een
schoolexamen als een centraal examen;
gelijk aan het eindcijfer van het schoolexamen voor vakken met alleen een schoolexamen.
Het programma van toetsing en afsluiting bied ik u hierbij aan.
Dit examenprogramma geldt voor het schooljaar 2014-2015.
B.J. Geers MEM,
Directeur
2 Examenreglement 2014-2015 H4, H5
Inhoud
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
10.
Definities
Absentie en onregelmatigheden
Aantal toetsen, PO ‘s, opdrachten handelingsdeel, Profielwerkstuk
Inhalen/verbeteren
Bepalen van cijfers
Rapportage en autorisatie van uitslagen
Schoolexamen en bevorderingsnormen
Slaag/zakregeling
Bezwaar en beroep
Slotbepaling
Bijlage:
- Overzicht vakken en examens
- Overzicht CE eerste tijdvak
- Toegestane hulpmiddelen
- Jaarschema 2014-2015
3 Examenreglement 2014-2015 H4, H5
REGLEMENT SCHOOLEXAMEN WALBURGCOLLEGE
Artikel 1.
Definities
1.1
SE: schoolexamen;
CE: centraal examen;
PTA: programma van toetsing en afsluiting.
Examendossier: overzicht van alle door de kandidaat afgelegde onderdelen van het
schoolexamen en de daarvoor behaalde resultaten
1.2
Dossiertoets (DT): een schriftelijke of mondelinge toets met open en/of gesloten vragen, zoals
bedoeld in de examenprogramma’s overeenkomstig het examenbesluit.
In de PTA’s zijn ze aangegeven met de letters DT, in combinatie met een nummer.
1.3
Praktische opdracht (PO): een (onderzoek ) opdracht, zoals bedoeld in de
examenprogramma’s overeenkomstig het examenbesluit.
In de PTA’s zijn ze aangegeven met de letter PO, in combinatie met een nummer.
1.4
Handelingsopdracht (HO): een opdracht als onderdeel van het handelingsdeel, zoals bedoeld
in de examenprogramma’s overeenkomstig het examenbesluit.
In de PTA’s zijn ze aangegeven met de letter HO, in combinatie met een nummer.
Het handelingsdeel is een onderdeel van het examendossier. Voor dit onderdeel worden geen
cijfers gegeven. De leerling dient de opdrachten ‘naar behoren’ te hebben afgerond om een
diploma te kunnen ontvangen.
1.5
Combinatiecijfer: cijfer samengesteld uit de cijfers van het vak maatschappijleer + het PWS
1.6
Inhalen/verbeteren: gemiste dossiertoets maken/ een dossiertoets opnieuw maken.
1.7
Herexamen: een nieuw cijfer produceren voor een onvoldoende eindcijfer CE.
1.8
Profielwerkstuk (PWS): Het profielwerkstuk kan gezien worden als een uitgebreide praktische
opdracht.
Het is het meesterstuk, waarin gebruik wordt gemaakt van kennis, inzichten en vaardigheden.
Het vak waar het werkstuk betrekking op heeft moet minimaal een studielast van 320 uur
hebben. Het gaat om een onderzoek of een ontwerp.
1.9
Beschikbare informatie: de leerlingen krijgen aan het begin van het schooljaar, doch uiterlijk
op 1 oktober, het reglement schoolexamen. Het examendossier met de PTA’s van de vakken
wordt via de website van school aangeboden.
Alle wettelijke regelingen zijn te vinden in het zakboek Tweede Fase en op de site
www.eindexamen.nl
Artikel 2.
Absentie en onregelmatigheid
Indien een leerling door ziekte of een andere vorm van overmacht niet in staat is deel te nemen aan een
toets of een herkansing daarvan, wordt de afdelingsmanager daarvan vóór aanvang van de toets schriftelijk
of telefonisch in kennis gesteld.
Indien de afdelingsmanager daartoe aanleiding meent te hebben, kan hij een controlerend arts inschakelen
om vast te stellen, of de leerling terecht afwezig is. Mocht blijken, dat geen noodzaak voor afwezigheid
wegens ziekte bestaat, dan kan de directeur de leerling voor de gemiste toets het cijfer 1 toekennen, zonder
recht op herkansing daarvan, dan wel minder vergaande maatregelen nemen.
4 Examenreglement 2014-2015 H4, H5
2.1
Indien een leerling zich aan de toetsing onttrekt of zich aan bedrog of enige andere onregelmatigheid
schuldig maakt of heeft gemaakt, wordt de leerling voor de betreffende toets het cijfer 1 toegekend, zonder
recht op herkansing daarvan. De leerling maakt de toets af tijdens het toet moment. De docent maakt een
notitie en geeft dit op het gemaakte werk van de leerling aan.
Ook kan de afdelingsmanager reeds eerder afgenomen toetsen ongeldig verklaren. Bovendien kan de
directeur bepalen dat eerder afgenomen toetsen slechts geldig zijn na een hernieuwde toetsing in de door
hem aan te wijzen onderdelen en op de door hem te bepalen wijze.
Een besluit tot honorering met het cijfer 1 of tot ongeldig verklaring van toetsen, dan wel tot minder
vergaande maatregelen, wordt genomen door de directeur, nadat hij de betrokken leerling en docent(en)
heeft gehoord. De leerling kan zich hierbij door een door hem of haar aan te wijzen meerderjarige laten
bijstaan.
2.2
Een PO wordt opgegeven met een inleverdatum. Bij niet op tijd inleveren vervallen de punten, die gehaald
kunnen worden voor het onderdeel “planning”. Met de leerling wordt een nieuwe datum afgesproken. De
ouders worden hiervan schriftelijk in kennisgesteld. De sluitingsdatum is veertien dagen later dan de
dagtekening van de brief aan de ouders.
Als de sluitingsdatum overschreden wordt, stelt de docent de directeur voor, het werk met het cijfer 1 te
beoordelen.
Tegen het genomen besluit kan de leerling of kunnen de ouders/verzorgers binnen drie dagen, nadat het
besluit door de directeur schriftelijk ter kennis van de leerling en de ouders/verzorger en de Inspecteur is
gebracht, in beroep gaan bij de Commissie van Beroep, zoals die in Artikel 9 wordt genoemd.
Deze Commissie doet binnen twee weken uitspraak; eventueel binnen vier weken, maar dan onder
schriftelijke vermelding van de redenen van uitstel.
Artikel 3.
Aantal toetsen, praktische opdrachten en opdrachten van het handelingsdeel
Het aantal toetsen, praktische opdrachten en opdrachten van het handelingsdeel zijn in het PTA per vak
aangegeven. De tijdstippen waarop onderdelen van het SE worden afgenomen/afgerond, zijn gespreid over
de periode en moeten minimaal een week voor afname bekend gemaakt zijn bij de leerling.
1) Er mogen maximaal 2 toetsen per dag worden afgenomen tijdens lesdagen, mits één toets geen
specifieke voorbereiding vraagt.
2) Bovenstaande regel vervalt als door onvoorziene omstandigheden een toets verplaatst dient te worden.
3) De laatste week van elke periode is een toetsweek voor de eindexamenklas .
Tijdens deze lesvrije dagen kunnen maximaal 2 toetsen à 100 minuten per dag worden afgenomen.
3.1
Dossiertoetsen
De vaksectie bepaalt het onderwerp van de toetsen. Deze staan per vak vermeld in het PTA. Het opstellen
van de toetsen geschiedt onder verantwoordelijkheid van de sectie, evenals het opstellen van de
beoordelingscriteria en/of het beoordelingsmodel van de toetsen. De beoordeling van de toetsen wordt
gedaan door de individuele docent.
Het gewicht van de verschillende toetsen in het eindcijfer voor de dossiertoetsen wordt bepaald door de
sectie en is van tevoren vastgelegd in het PTA.
3.2
Praktische opdrachten
3.2.1 Typen, aantal en onderwerp
De vaksectie bepaalt welke typen praktische opdrachten worden aangeboden.
De sectie bepaalt zelf het onderwerp van de praktische opdrachten.
Alle praktische opdrachten zijn op te vatten als één of meer fasen van een onderzoek.
Praktische opdrachten kunnen ook door een groep van 2 of meer leerlingen worden gemaakt.
5 Examenreglement 2014-2015 H4, H5
3.2.2 Praktische opdrachten door een groep of leerling
Het is de bedoeling dat de leerling over de verschillende vakken heen, verschillende typen praktische
opdrachten maakt.
Naast de verplichte groepsopdrachten mogen bepaalde praktische opdrachten door een groepje van twee of
meer leerlingen gemaakt worden. Een grotere groep is afhankelijk van het aantal afzonderlijke taken en kan
niet groter zijn dan zes. In elk geval dient de samenwerking in groepsverband geaccordeerd te zijn door de
docent.
3.2.3 Beoordelingskader praktische opdrachten
Voor alle vakken geldt, dat er bij een groepsopdracht een groepsbeoordeling is, zodat elke leerling van die
groep dezelfde beoordeling krijgt. Daarnaast krijgt elk lid van de groep voor zijn individuele bijdrage een
beoordeling. Uit deze twee beoordelingen wordt per leerling door middeling een eindbeoordeling
vastgesteld.
De praktische opdrachten worden beoordeeld door de individuele docent.
Het gewicht dat iedere praktische opdracht heeft voor het eindcijfer, wordt aangegeven in de PTA’s per vak.
Bij niet voldoen aan inleveren op de genoemde datum vervallen de planningspunten bij de beoordeling.
3.2.4 Het combinatiecijfer
Cijfers voor het vak maatschappijleer en het profielwerkstuk maken deel uit van het combinatie cijfer. Het
cijfer voor het vak maatschappijleer wordt apart vermeld op het rapport en telt bij de overgang afzonderlijk
mee. Voor de slaag/zak regeling worden deze cijfers gecombineerd tot 1 cijfer, waarbij elk cijfer de
wegingsfactor 1 heeft.
Een eindcijfer van een drie of lager van één van de onderdelen van het combinatiecijfer heeft tot gevolg dat
een leerling niet geslaagd is, zelfs als het gemiddelde van het combinatiecijfer een zes of hoger is.
3.2.5 Voorkomen van fraude
Ter voorkoming van frauderen door leerlingen bij het maken van praktische opdrachten, bouwt de school de
volgende clausules in:
a.
Langere (onderzoek ) opdrachten worden door de docent begeleid, zodat deze het proces kan
volgen; hierbij kan de docent eisen dat de leerling een logboek bijhoudt.
b.
Praktische opdrachten kunnen afgerond worden met een controlegesprek met de docent.
3.3
Handelingsdeel LO en CKV
3.3.1 Het kunstdossier
Het aantal en het type opdrachten voor het kunstdossier van het vak CKV wordt in het PTA per periode
beschreven.
3.3.2 Beoordeling kunstdossier
Een opdracht moet altijd uiterlijk op de vastgestelde datum worden ingeleverd. De ingeleverde opdracht
wordt beoordeeld in de staat waarin deze dan verkeert. Indien een opdracht volledig door de leerling is
vervuld, wordt de beoordeling ‘voldoende of goed’ gegeven. Indien een docent de beoordeling ‘voldoende of
goed’ niet meent te kunnen toekennen, consulteert hij eerst een vakcollega. Bij overeenstemming met de
collega krijgt de leerling de gelegenheid binnen tien dagen na het niet-akkoord verklaren alsnog een
aanvulling te geven. Indien, na overleg met een vakcollega, wederom het oordeel ‘voldoende of goed’ niet
kan worden gegeven, dient een volledig nieuwe opdracht gemaakt te worden.
6 Examenreglement 2014-2015 H4, H5
3.3.3 Profielwerkstuk
Het onderwerp van het profielwerkstuk moet betrekking hebben op één of meer van de grote vakken, die een
leerling in zijn vakkenpakket heeft. Een groot vak op havo heeft minimaal een omvang van 320 uur.
Na overleg met de betrokken docenten bepaalt de leerling, welke vakken een bijdrage leveren aan het
profielwerkstuk.
De leerling krijgt een aantal onderwerpen aangeboden waaruit hij of zij kan kiezen, of de leerling draagt het
onderwerp zelf aan en vraagt goedkeuring aan de begeleidende docenten.
De havoleerlingen kiezen in de vierde klas vóór het einde van het schooljaar de vakken die ze in havo 5
zullen betrekken bij het profielwerkstuk.
Een profielwerkstuk omvat alle fasen die in een onderzoek voorkomen. De werkzaamheden, de producten en
de aspecten waarop wordt beoordeeld worden in het boekje “ Handleiding PWS “ aan de leerling
bekendgemaakt.
Het profielwerkstuk mag individueel ( bij uitzondering) of in groepen van 2 of 3 leerlingen gemaakt worden.
Het profielwerkstuk wordt beoordeeld door de begeleider met een cijfer.
Het gehele tijdpad staat in het boekje “Handleiding PWS”.
Artikel 4. Inhalen/verbeteren
Inhalen:
4.1.
Een gemiste toets moet ingehaald worden op het daarvoor geplande eerstvolgende inhaal/verbetermoment.
Met dien verstande dat:
Bij het missen van meerdere toetsen in een rapportcijferperiode de leerling een formulier bij de
afdelingsmanager zal moeten halen.
Binnen twee weken na terugkomst op school de overige gemiste toetsen afgesproken moet zijn met
de vakdocent en ingehaald moet worden bij de vakdocent.
Verbeteren:
4.2.
Het verbeteren van een toets cijfer ( herkansen ) kan alleen tijdens het eerst volgende
inhaal/verbetermoment als alle toetsen gemaakt zijn.
4.3.
Bij het verbeteren van een dossiertoets geldt dat:
- Een leerling na elk periodecijfer (rapport) één herkansbare dossiertoets mag verbeteren uit die
periode.
- Het hoogst behaalde cijfer telt.
- Bij afwezigheid tijdens het verbetermoment de mogelijkheid om te verbeteren vervalt .
NB: Indien een leerling om gezondheidsredenen meer dan 2 toetsen mist, zal er in overleg met de docenten
en de afdelingsmanager een individueel plan van aanpak opgesteld moeten worden.
Elke afwezigheid bij toetsen, ook bij door de school georganiseerde activiteiten, valt onder bovenstaande
regeling.
In bijzondere gevallen kan de directeur op dit artikel een uitzondering maken.
Artikel 5.
Bepalen van cijfers
Voor de beoordeling van de toetsen van het schoolexamen worden de cijfers
1 t/m 10 met de daartussen liggende cijfers met één decimaal gebruikt.
Indien een kandidaat in een (onderdeel van een) vak of programma door twee of meer docenten is
geëxamineerd bepalen deze docenten in onderling overleg het cijfer voor het schoolexamen.
Indien in een vak geen centraal examen wordt afgelegd, wordt het eindcijfer van het schoolexamen
voor dat vak overeenkomstig de in het PTA beschreven weging uitgedrukt in een cijfer zonder
decimaal.
Indien in een vak tevens centraal examen wordt afgelegd, wordt het eindcijfer van het schoolexamen
voor dat vak overeenkomstig de in het PTA beschreven weging uitgedrukt in een cijfer met één
decimaal. Indien de tweede decimaal zonder afronding 5 of hoger is wordt de eerste decimaal met 1
7 Examenreglement 2014-2015 H4, H5
verhoogd.
Artikel 6.
Rapportage en autorisatie van uitslagen
Gegevens omtrent beoordeling en afhandeling van verplichtingen worden door de school geregistreerd in
een examendossier. De leerlingen kunnen gedurende het schooljaar via het cijfersysteem hun eigen
voortgang zien. Eventueel geconstateerde fouten moeten direct gemeld worden aan de betreffende docent
en de mentor.
Drie keer per jaar wordt een overzicht met een voortschrijdend gemiddeld cijfer uitgereikt. Dit rapport wordt
tevens gebruikt voor de autorisatie van deze gegevens. Dit houdt in dat de leerling tot 14 dagen na de
verschijningsdatum van het overzicht de gelegenheid krijgt om tegen de beoordelingen in beroep te gaan.
Daarna staan de beoordelingen vast.
Ten aanzien van de autorisatie van het afgesloten examendossier:
Na het tekenen van het schoolexamendossier door de leerling, staan de gegevens vast.
Artikel 7.
7.1
Schoolexamen en bevorderingsnormen H4
Het schoolexamen bestaat uit een verplicht algemeen deel en uit een keuze d.w.z. vakken in het
profieldeel en een vrije ruimte deel. Elke leerling kiest twee vakken in de vrije ruimte om te voldoen
aan de verplichte studielasturen. In alle CE vakken wordt examen gedaan.
7.2
De bevorderingsnormen zijn gebaseerd op de slaag/zak regeling voor het examen.
- Bevorderingsnormen havo4 naar havo5
Voor elk vak worden de cijfers vastgesteld volgens de in het PTA opgegeven gewichten. Dit eindcijfer wordt
op de gebruikelijke manier afgerond op een geheel getal aan het einde van een schooljaar.
Elk daarvoor in aanmerking komend vak geeft aan welke handelingsdelen wel of niet akkoord zijn bevonden.
Bevorderingsregeling
Een leerling is bevorderd als:
* alle cijfers 6 of hoger zijn, of
* er 1x5 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, of:
* er 1x4 of 2x5 of 1x5 en 1x4 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, waarbij het gemiddelde
tenminste 6.0 is.
* er ten hoogste 1x 5 voor het eindcijfer van de vakken Nederlands, Engels en wiskunde gescoord is.
Daarnaast moet er voldaan worden aan de voorwaarde dat CKV en LO zijn beoordeeld met “voldoende” of
“goed”.
Een eindcijfer van een drie of lager op de lijst betekent dat de leerling niet bevorderd is.
Wanneer een leerling niet aan de bovengenoemde criteria voldoet valt hij in de bespreekmarge. De
docentenvergadering adviseert de directeur, met goedkeuring van de revisiecommissie over de vervolgroute
van de leerling!
7.3 Doubleren
Voor vakken zonder centraal schriftelijk examen, kan bij een voldoende afsluiting, vrijstelling worden
verleend. Ook voor handelingsopdrachten met een beoordeling “goed” en praktische opdrachten met het
cijfer 7 of hoger kan vrijstelling verleend worden.
Dit geldt niet voor het vak lichamelijke opvoeding.
Een leerling mag bij doubleren in H5 cijfers lager dan 5,5 verbeteren uit het voorgaande schooljaar met als
doel een betere start van het nieuwe schooljaar. Deze toetsen moeten wel in de eerste maand van het
nieuwe schooljaar gemaakt worden.
8 Examenreglement 2014-2015 H4, H5
Artikel 8.
Slaag/zakregeling, deze regeling is vastgesteld in artikel 49 van het Eindexamenbesluit.
8.1
Het examencijfer wordt bepaald door het gemiddelde van het onafgeronde cijfer van het schoolexamen en
het behaalde cijfer op het centraal examen
8.2
Een examenkandidaat is geslaagd als:
* alle examencijfers 6 of hoger zijn, of
* er 1x5 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, of:
* er 1x4 of 2x5 of 1x5 en 1x4 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, waarbij het gemiddelde
tenminste 6.0 is.
* er maximaal 1x 5 voor het eindcijfer van de basisvakken Nederlands, Engels en wiskunde behaald is.
* het gemiddelde cijfer behaald bij alle vakken op het centraal examen minimaal een 5,5 is.
Daarnaast moet er voldaan worden aan de voorwaarde dat CKV en LO zijn beoordeeld met “voldoende” of
“goed”.
Een eindcijfer van een drie of lager op de lijst betekent dat de leerling niet geslaagd is. Dit geldt ook voor de
verschillende onderdelen die meewegen in het combinatiecijfer, zelfs als het gemiddelde ( dus het
combinatiecijfer ) een zes of hoger is.
De uitslag wordt bepaald door de secretaris van het eindexamen.
8.3
Rekentoets
Rekenen is een verplicht onderdeel van het schoolexamen.
Met ingang van schooljaar 2015-2016 maakt het cijfer van rekenen deel uit van de slaag/zak regeling.
Artikel 9.
Bezwaar en beroep
9.1
Als een leerling bezwaar maakt tegen een beoordeling, betreffende het SE cijfer, wordt de volgende
procedure gevolgd:
1. De leerling bespreekt zijn bezwaar met de betreffende docent.
2. Als de leerling niet door de docent in het gelijkgesteld wordt, kan die leerling schriftelijk in
beroep gaan bij de schoolleiding.
3. De schoolleiding geeft binnen 5 schooldagen uitsluitsel over het cijfer.
9.2
Als een leerling het oneens is met een beoordeling, betreffende het CE cijfer, wordt de volgende procedure
gevolgd:
1. De leerling maakt zijn bezwaar kenbaar bij de afdelingsmanager.
2. De leerling kan het werk inzien in bijzijn van een ouder/verzorger en de afdelingsmanager.
3. De directeur geeft, na raadpleging van vakdocenten zo spoedig mogelijk uitsluitsel over het cijfer
9.3
Indien er tijdens het examen een onregelmatigheid heeft plaatsgevonden, zoals aangegeven in artikel 2.1 en
de leerling is het oneens met de getroffen sanctie, dan kan hij binnen 5 dagen beroep aantekenen bij de
commissie van beroep
9 Examenreglement 2014-2015 H4, H5
9.4
Commissie van Beroep
De commissie van beroep is als volgt samengesteld:
1.
voorzitter:
de directeur van een vergelijkbare OZHW-vestiging
2.
leden:
a) een afdelingsmanager van een andere vestiging
b) een lid van de oudergeleding van de ouderraad
c) een vakdocent uit de desbetreffende sectie van een andere vestiging.
Zij kunnen zich laten vervangen door een door het bevoegd gezag aangewezen persoon.
Het correspondentieadres van de commissie van beroep luidt:
Commissie van Beroep Eindexamen
p/a Bestuur OZHW
Postbus 206
2992 AE Barendrecht
Artikel 10.
Slotbepaling
In alle gevallen waarin deze regeling geen uitsluitsel geeft beslist de directeur van de school aan de hand
van de wettelijke bepalingen.
Daar waar in de praktijk blijkt dat deze regeling inadequaat is, zijn wijzigingen mogelijk. Het betreft dan zaken
die vanwege de eerste implementatie van de nieuwe programma’s en de gewijzigde examensystematiek niet
overzien konden worden. Daarbij mogen individuele leerlingen niet benadeeld worden.
Examenreglement 2014-2015 H4, H5
OVERZICHT VAKKEN EN EXAMENS
vak
afk.
havo
Nederlandse taal en literatuur
Engelse taal en literatuur
Franse taal en literatuur
Duitse taal en literatuur
netl
entl
fatl
dutl
c
c
c
c
geschiedenis
aardrijkskunde
wiskunde A
wiskunde B
ges
ak
wisA
wisB
c
c
c
c
economie
management en organisatie
natuurkunde
scheikunde
biologie
filosofie
tekenen
econ
m&o
nat
schk
biol
fi
te
c
c
c
c
c
c
c
onderzoek & ontwerp
maatschappijleer
culturele en kunstzinnige vorming
lichamelijke opvoeding
o&o
maat
ckv
lo
s
s
s
s
c = schoolexamen en centraal examen
s = alleen schoolexamen
Examenreglement 2014-2015 H4, H5
DATA CENTRALE EINDEXAMEN HAVO 2015 Eerste tijdvak in 2015 Datum HAVO Maandag 11 mei 13.30 -­‐ 16.30u. economie Dinsdag 12 mei 13.30 -­‐ 16.30u. Nederlands Woensdag 13 mei 09.00 – 11.30u. Duits 13.30 -­‐ 16.30u. biologie Maandag 18 mei 09.00 -­‐ 12.00u. geschiedenis 13.30 -­‐ 16.00u. Frans Dinsdag 19 mei 09.00 -­‐ 12.00u. filosofie 13.30 -­‐ 16.00u. Engels Woensdag 20 mei 09.00 -­‐ 11.30u. tehatex 13.30 -­‐ 16.30u. wiskunde A,B Donderdag 21 mei 13.30 -­‐ 16.30u. scheikunde Vrijdag 22 mei 13.30 -­‐ 16.30u. management & organisatie Dinsdag 26 mei 09.00 -­‐ 12.00u. aardrijkskunde Woensdag 27 mei 13.30 -­‐ 16.30u. natuurkunde e
Uitslag 1 tijdvak 11 juni 2015. Tweede tijdvak in 2015 -­‐ Dit zal plaatsvinden in de week van 16 t/m 19 juni 2015. e
Uitslag 2 tijdvak 23 juni 2015. Examenreglement 2014-2015 H4, H5
4. Vakspecifieke hulpmiddelen havo 2015
Vak
Hulpmiddel
Alle vakken Basispakket Alle schriftelijke examens Woordenboek Nederlands Moderne vreemde talen
Woordenboek naar en van de doeltaal
Wiskunde A en B
Grafische rekenmachine
2
Roosterpapier in cm
Natuurkunde
+ scheikunde
GEEN grafische rekenmachine
BINAS, 6e druk
Biologie
BINAS 6e druk
Aardrijkskunde
Grote Bosatlas, 54 druk
Economie
GEEN grafische rekenmachine
M&O
GEEN grafische rekenmachine
e
basispakket Het standaard basispakket bij alle centrale examens bevat:
- schrijfmateriaal inclusief millimeterpapier
- tekenpotlood
- blauw en rood kleurpotlood
- liniaal met millimeterverdeling
- passer
- geometrische driehoek
- vlakgum
- elektronisch rekenapparaat
Belangrijk
Voor de hulpmiddelen (behalve de atlas en de Binas) moeten jullie zelf zorgen!
DENK AAN JE WOORDENBOEK!
Daarbij is het handig reserve pennen, potloden en bijv. batterijen mee te brengen.
De school heeft GEEN reserve ( grafische ) rekenmachines.