Kostenontwikkeling 2015 - Kinderdagverblijf Villa Valentijn Middelburg

Kostenontwikkeling 2015
Eerste prognose (juni 2014)
Op basis van cijfers rondom de cao kinderopvang en cijfers van het Centraal
Planbureau (CPB), heeft Brancheorganisatie Kinderopvang een eerste prognose
gemaakt van de te verwachten kostenstijging in 2015. Daarnaast heeft het ministerie
van Sociale Zaken en Werkgelegenheid de voorlopige maximum uurprijzen voor
kinderopvangtoeslag in 2015 bekendgemaakt.
Kostenstijging kinderopvangbranche
De verwachting is dat de kosten in de kinderopvangbranche gemiddeld met 1,7%
zullen stijgen. Deze stijging is het gevolg van effecten van de inflatie en
loonkostenontwikkeling.
De prognose kunt u beschouwen als hulpmiddel om te kostenontwikkeling voor uw
eigen organisatie en uw uurprijzen te bepalen. Daarvoor is het goed te bedenken dat
deze kostenprognose uitgaat van een landelijk gemiddelde en dat er goede redenen
kunnen zijn dat de kostenontwikkeling van uw organisatie afwijkt van het landelijk
gemiddelde. Dat kan bijvoorbeeld omdat uw personeelsbestand wat betreft
leeftijdsopbouw of salarisstructuur anders is dan in veel kinderopvangorganisaties. Bij
de bepaling van uw uurprijzen dient u naast de kostenontwikkeling ook uw
marktsituatie in ogenschouw te nemen. Dat kan per locatie, wijk of plaats verschillen.
Loonkosten (cao en sociale lasten)
Eind 2014 loopt de cao 2012-2014 af. Doordat de onderhandelingen voor een nieuwe
cao kinderopvang (vanaf 2015) nog moeten starten, is er nog geen concreet zicht op de
totale loonstijging voor volgend jaar. Bij de vraag hoe de cao-loonstijging zal uitvallen,
bent u deels ook zelf aan zet. Zoals op de Algemene Ledenvergadering van 28 mei jl.
gemeld ontvangt u op korte termijn nader bericht over het proces van de cao. Op
regiobijeenkomsten verspreid over het land zult u als lid kunnen meepraten over de
inzet voor de komende cao-onderhandelingen en input kunnen leveren over waarmee
rekening gehouden moet worden.
Omdat er nog geen nieuwe cao kinderopvang is afgesloten, hebben we nog geen
concreet zicht op de exacte loonstijging voor volgend jaar. Voor een inschatting van de
cao-loonstijging hebben we het CPB-percentage voor de landelijk gemiddelde caoloonstijging voor de marktsector als geheel als uitgangspunt genomen. Het CPB
verwacht in 2015 een stijging van de cao-lonen in de marktsector van 2%. De looneis
van de bonden is op dit moment 2%.
Daarnaast is er een stijging van loonkosten als gevolg van periodieke loonsverhogingen
en kosteneffecten van onder andere in- en uitstroom. Voor deze kostenstijging sluiten
we in de algemene kostenprognose aan bij de raming van het CPB van 0,5%. We
benadrukken dat dit een macro-economisch gemiddelde is. Ervaring leert dat deze
post sterk kan verschillen per organisatie en is mede afhankelijk van de samenstelling
van uw personeelsbestand en de vraag of u met kosten voor reorganisatie of ontslag te
1
maken heeft. Als u te maken heeft met reorganisatie of ontslag is mogelijk dat u deze
post voor uw organisatie hoger uitvalt dan 0,5 procent, bijvoorbeeld 1 á 2 procent. Wij
adviseren u om voor uw eigen organisatie na te gaan welk percentage hierbij van
toepassing is. In de berekening kunt u uw eigen percentage hanteren in plaats van de
macro-economische raming van het CPB van 0,5%.
Het CPB heeft in het Centraal Economisch Plan 2014 een inschatting gegeven voor de
sociale lasten die de werkgever moet afdragen. Voor 2015 wordt er een daling verwacht
van deze kosten van gemiddeld 0,75%.
De totale loonkostenstijging voor de kinderopvangsector wordt daarmee geraamd op
1,75% (2% plus 0,50% plus -0,75%).
Hierin zijn niet meegenomen de effecten van de jaarurensystematiek en de
transitievergoeding.
Het effect op de loonkosten van de jaarurensystematiek zal verschillend uitvallen voor
organisaties. Dat is onder andere afhankelijk van de omvang van uw
personeelsbestand en de mogelijkheden om de jaarurensystematiek al dan niet in uw
organisatie in te voeren. In het kader van de cao 2012-2014 hebben wij op basis van
consultatie van leden aangegeven dat de kostenbesparing door de jaarurensystematiek
tussen nul en drie procent kan belopen en dat het effect mede afhankelijk is van het
moment en het tempo van invoering. Omdat dit effect zo verschillend kan uitvallen
voor organisaties hebben wij deze mogelijke kostenbesparing niet inbegrepen in de
algemene kostenontwikkeling van de cao-afspraken. Ook hier kiezen wij er voor om
het kosteneffect van de jaarurensystematiek buiten de algemene kostenontwikkeling te
laten.
Vanaf medio 2015 krijgt u mogelijk te maken met de transitievergoeding. De Wet werk
en zekerheid is 10 juni door de Eerste Kamer goedgekeurd. Indien u hiervoor kosten
voorziet is het verstandig hiervoor een reservering te maken. Dit zal sterk verschillen
tussen organisaties. Meer informatie over wat de transitievergoeding voor uw
organisatie kan betekenen kunt u vinden op de website van Brancheorganisatie
Kinderopvang, achter de inlog voor leden, in het dossier cao, onder
arbeidsovereenkomst, in het document ‘Toelichting Wet werk en zekerheid’.
Pensioenpremie 2015
Later dit jaar beslist het bestuur van het pensioenfonds Zorg en Welzijn (PFZW) over
de hoogte van de pensioenpremie voor 2015. Het is niet uitgesloten dat het bestuur
van PFZW zal besluiten om de pensioenpremies te verhogen. Dit besluit kan van
invloed zijn op de kostenontwikkeling. Zodra de pensioenpremie voor 2015 bekend is,
zullen wij u hierover berichten.
Algemene kostenstijging (inflatie)
Naast personeelskosten hebben kinderopvangorganisaties ook te maken met algemene
kostenstijgingen voor huisvesting, energie, voeding en dergelijke. Wat betreft de te
verwachten stijging van deze kosten, kan het best aansluiting worden gezocht bij de
prognose van de inflatie van het CPB. Deze wordt voor 2015 op 1,5% becijferd.
2
Gewogen gemiddelde
De totale kosten voor een kinderopvangorganisatie worden voor het grootste deel
bepaald door de personele kosten (70%). Voor de algemene kosten resteert 30%. Door
deze percentages toe te passen op de kostenstijgingen van 1,75% en 1,5% ontstaat een
gewogen gemiddelde kostenstijging op brancheniveau van 1,7%. Nogmaals
benadrukken wij dat dit als een algemeen gemiddelde moet worden beschouwd.
Afhankelijk van de kenmerken van uw organisatie kan dit hoger of lager uitvallen,
bijvoorbeeld als u te maken heeft met een hogere incidentele loonkostenstijging of een
kostenvoordeel door invoering van de jaarurensystematiek.
Benadrukt wordt ook dat in bovenstaande cijfers steeds uitgegaan wordt van een
gemiddelde stijging van de loonkosten over het gehele kalenderjaar 2015 ten opzichte
van het gemiddelde loonkostenniveau in het kalenderjaar 2014. Hierbij zijn de
loonkosteneffecten steeds uitgedrukt in een effect over het gehele kalenderjaar.
Daarbij wordt rekening gehouden met het moment in een kalenderjaar dat een
kostenstijging of kostendaling ingaat.
Ontwikkelingen maximum uurprijs
Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft het concept-besluit voor de
maximum uurprijzen voor 2015 bekend gemaakt. De indexering is onder het
voorbehoud van eventuele wijzigingen door de Tweede Kamer.
Opvangsoort
Maximum uurprijs
2015 (voorlopig)
Huidige maximum
uurprijs (2014)
Dagopvang
Buitenschoolse
opvang
Gastouderopvang
€ 6,84
€ 6,38
€ 6,70
€ 6,25
Percentueel
verschil maximum
uurprijs 2014 t.o.v.
2015
+ 2%
+ 2%
€ 5,48
€ 5,37
+ 2%
De maximum uurprijzen voor de kinderopvangtoeslag worden per 1 januari 2015 met
naar verwachting 2% verhoogd. Dit is het resultaat van 1,7% reguliere verhoging voor
2015 conform de ontwikkeling van loonkosten en prijzen in 2015, en 0,3% ‘inhaal’ op
de indexering over 2014. Met de indexering is een bedrag van 45 miljoen euro
gemoeid. Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft inmiddels een
concept besluit hierover aan de Tweede Kamer gezonden. Een definitief besluit
hierover zal naar verwachting in oktober worden gepubliceerd. Zodra dit definitieve
besluit bekend is gemaakt, zullen wij u hierover informeren.
Volgende kostenprognose
In september na Prinsjesdag ontvangt u de tweede prognose voor de
kostenontwikkeling 2015. Op dat moment liggen er nieuwe ramingen van het CPB
voor 2015 en is mogelijk meer bekend over het kabinetsbeleid voor 2015.
3