KDVP GBGGZ advies betreffende privacyverklaring

Gebruik aangepaste privacyverklaring in Generalistische Basis GGZ noodzakelijk. Advies De NZa privacyverklaring voor de generalistische basis GGZ (verder aan te duiden als GB GGZ) die als bijlage is opgenomen in de regeling GB GGZ (NR/CU-­‐537) is onvolledig en onjuist, omdat deze niet is opgesteld overeenkomstig onderliggende regelgeving en beleid. Deze verklaring is uitsluitend toereikend om te kunnen voorkomen dat diagnose-­‐informatie naar het DIS wordt gestuurd, terwijl de mogelijkheid om te voorkomen dat diagnose-­‐
informatie naar de zorgverzekeraar wordt verzonden ontbreekt. Hoewel de stichting KDVP de NZa onlangs heeft gewezen op de gebreken van de geformuleerde privacyverklaring , is de NZa tot op heden niet overgegaan tot aanpassing van deze verklaring. De KDVP adviseert zorgverleners in de GBGGZ om een aangepaste versie van de eerder voor de specialistische GGZ uitgegeven privacyverklaring te gebruiken voor cliënten die hebben aangegeven dat zij er bezwaar tegen hebben dat diagnostische informatie naar de zorgverzekeraar en het DIS wordt gezonden. Wij adviseren zorgverleners in de GB GGZ dan ook met klem om niet de NZA privacyverklaring uit de regeling NR/CU-­‐ 537 te gebruiken , maar een aangepaste versie van de privacyverklaring te gebruiken die de NZa eerder heeft opgesteld voor de gespecialiseerde GGZ /curatieve zorg. De aangepaste privacyverklaring voor de GB GGZ is bij dit document gevoegd. Deze privacyverklaring biedt cliënten de gewenste privacy en is ook in juridisch opzicht correct en legitiem. Dit betekent dat de NZa deze privacyverklaring moet accepteren. Mocht dit onverhoopt tot problemen leiden, dan worden we (www.kdvp.nl) graag hierover geïnformeerd. Toelichting bij dit advies Met verwijzing naar een aantal regelingen en beleidsdocumenten zal hieronder kort worden toegelicht waarom de uitzonderingsregeling in de GB GGZ niet in overeenstemming is met vigerende regelgeving en beleid en bijgevolg ook in de GB GGZ gebruik gemaakt moet worden van een aangepaste versie van de omvattende privacyverklaring die eerder door de NZa is geformuleerd op basis van de uitspraken van het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb). De privacyverklaring behorend bij de uitzonderingsregeling zoals die is geformuleerd voor de GB GGZ (NR/CU-­‐537) sluit niet aan op de afspraken en de doorontwikkelagenda voor de ontwikkeling van de DBC systematiek zoals die in de afgelopen tijd zijn gemaakt op basis van het “Bestuurlijk Akkoord toekomst GGZ 2013-­‐2014”. Gelet op hetgeen in het “Onderhandelingsresultaat geestelijke gezondheidszorg 2014-­‐2017” wordt gezegd over “aanvullende gegevens op de factuur” kunnen we slechts concluderen dat de privacyverklaring zoals die is geformuleerd voor de GB GGZ niet in is afgestemd op dat beleid. Verder is het zeer zorgelijk dat in het eindadvies van de Werkgroep Zorgvraagzwaarte wordt vastgesteld dat de uiterste waarden 1 en 7 van de zorgvraagzwaarte-­‐ indicator beide verwijzen naar onderliggende (diagnostische) waarden. Nog ernstiger is het feit dat in dit document wordt vermeld dat het wenselijk is om bij declaratie meer (diagnostische) zorgvraagzwaarte-­‐informatie op persoonsniveau aan te leveren in verband met de doorontwikkeling van dit systeem voor zowel zorginkoop, zorgverkoop als controle. Ook uit het CBP advies over materiële controle en zorgvraagzwaarte blijkt dat bij doorontwikkeling van de DBC systematiek in de GGZ wordt gestreefd naar een uitbreiding van de verplichting om bij declaratie diagnose-­‐informatie te verstrekken aan zorgverzekeraars. Het CBP advies laat tevens zien dat Minister en NZa van plan zijn om de uitzonderingsregeling zoals die is geformuleerd op basis van uitspraken van het CBb te laten vervallen voor verzekerde zorgverlening. Uit de bijlage behorend bij dit advies valt op te maken dat het CBP verwacht dat de uitzonderingsregeling met gebruik van een privacyverklaring in de toekomst nog uitsluitend beschikbaar zal zijn voor zelfbetalers. Concluderend kan worden gesteld dat ook het CBP advies duidelijk maakt dat de doorontwikkeling van de DBC systematiek in de GGZ er op is gericht om zorgverleners te verplichten bij declaratie steeds meer diagnostische informatie op persoonsniveau aan te leveren bij zorgverzekeraars. Gezien de geplande doorontwikkelagenda voor de DBC systematiek in de GGZ en de verplichting om nu reeds diagnose informatie bij declaratie aan te leveren via de uiterste waarden van de zorgvraagzwaarte indicator (dit is in strijd met subsidiariteitsbeginsel) kan op basis van de privacyverklaring zoals die door de NZa is opgesteld voor de GB GGZ de door cliënten gezochte privacy niet worden gegarandeerd. Wij adviseren u nogmaals om de aangepaste privacyverklaring (zie boven) te hanteren!! Stichting KDVP