“Volop groeikansen champignons met concepten en

VISIE
###
Locatie Wijchen
Rob en Jurgen Banken:
“Volop groeikansen champignons
met concepten en nieuwe producten”
Rob, Henk en Jurgen Banken
Aan het begin van de vorige eeuw werden champignons alleen gegeten door
de bovenste laag van de samenleving. De champignon was toen net zo exclusief als kaviaar en truffels nu zijn. Toen Henk Banken in het einde van de 50-er
jaren begon met de teelt van champignons, was zijn missie om dit product voor
iedereen beschikbaar te maken. Deze missie heeft Banken Champignons met
succes kunnen vervolgen. Inmiddels zijn de witte champignons niet meer weg
te denken uit de Europese keuken en is Banken Champignons uitgegroeid tot
een toonaangevende factor in de Europese champignonsector. Met de directeuren Rob en Jurgen Banken blikken we terug en kijken we vooruit naar de
toekomst van de champignonsector.
“M
6
ijn vader begon in de jaren 50 te
experimenteren met de champignonteelt. Onder de rook van Nijmegen stond
destijds de enige compostfabriek en dat is
de reden dat veel van de pioniers in deze
omgeving zijn gevestigd. Onze start in de
champignonbusiness was experimenteel,
maar werd later industrieel”, vertelt Rob.
“Destijds waren champignons een enorm
luxe-artikel en daarom stond mijn vader
zelf op de markt zijn product aan te prijzen. Hij had zijn tijd mee dat er veel Chinese restaurants in Nederland kwamen, die
veel champigons en taugé gebruikten in de
maaltijd. Tot Groningen toe genereerde hij
afzet, waardoor hij op een gegeven moment
te weinig eigen product tot zijn beschikking had en champignons ging inkopen bij
collega-telers. Frans Brienen, de voormalig
voorzitter van CNC en Funghi was één van
zijn eerste toeleveranciers. In de loop der
AGF Primeur 1 - 2014
jaren hebben we een telerskring van zo’n
zestig productiebedrijven opgebouwd, die
aan Banken Champignons leverden.”
Buiten veiling om
“Zoals toen gebruikelijk was, verliep de afzet
via de veilingen We zijn gestart in Zaltbommel, maar later wilden we meer grip hebben
op de afzet en zijn we buiten de veiling om
afzet gaan creëren. Zo werden we van kwekerij tevens een exportzaak. Vroeger beleverden we buitenlandse afnemers veelal via
exporteurs, maar de eindklanten zijn nu de
bron gaan opzoeken. Daarom hebben we in
1992 al een vestiging geopend op de Großmarkt in Hamburg, wat best bijzonder was
in het Wasserbombe-tijdperk. Terwijl de
hele Nederlandse groenten- en fruithandel
zich op het zuiden van Duitsland richtte, gingen wij juist naar het noorden. Ons bedrijf
in Hamburg is uiteindelijk weggevaagd door
Polen, die met champignons in hun Trabantje naar Hamburg kwamen rijden.”
“Nu leveren we vrijwel alle Europese landen dagelijks, van Engeland tot Griekenland
en van Portugal tot Finland. Inmiddels zijn
we een ketenbedrijf van grond tot mond en
hebben we eigen faciliteiten om compost te
maken”, vertelt Jurgen. De combinatie van
teelt en handel zal - als het aan de directie
van Banken ligt - altijd blijven staan. “Wij
willen geen handelsbedrijf worden zonder
teeltfaciliteiten of productiebedrijf zonder
eigen afzet. Klanten willen bij de bron inkopen en weten wie de producent is. Handelshuizen worden, ten onrechte, nogal eens
gezien als schakel die er tussenuit gesneden
kan worden. Daarom kunnen onze klanten
direct bij de bron inkopen.”
Combinatie eigen teelt en aangesloten
telers
Tegenwoordig komtzo’n 30% van het aanbod van Banken Champignons vanuit de
eigen kwekerijen in België en Polen en
wordt 70% aangevoerd door aangesloten
telers. “Onze visie is om deze verdeling in de
toekomst te handhaven. Ik ben blij met de
combinatie die we nu hebben. Er zijn zoveel
specifieke klantwensen, die moeilijk bij
externe producenten zijn weg te leggen. We
hebben telers die al decennialang aan Banken Champignons leveren en er bestaat een
enorm goede relatie tussen Banken en die
familiebedrijven. Inherent aan de consolida-
tieslag en schaalvergroting zullen er telers
afvallen, maar we zijn ervan overtuigd dat
er genoeg goede ondernemers zullen overleven en daar willen we graag de toekomst
mee in”, zegt Rob. “Op onze eigen productiedivisies van witte en kastanjechampignons
werken ruim 250 mensen, waarbij op onze
Belgische locaties hoofdzakelijk medewerkers met de Belgische nationaliteit.”
In het verleden hadden we diverse vestigingen in Frankrijk en Duitsland, maar die
hebben we allemaal gecentraliseerd. Ook
onze groenten en fruittak hebben we afgelopen jaar afgestoten en verkocht aan de Best
Fresh Group We hadden hiermee best een
leuke omzet, maar je moet toch een behoorlijke omvang hebben om in die markt goed
te acteren. Wij hebben ervoor gekozen om
ons puur te richten op paddenstoelen.”
Distributiecentrum Wijchen
Een belangrijke mijlpaal voor het bedrijf
was de ingebruikname van het Europese
hoofdkantoor in Wijchen in 2012. “Nadat we
uit ons jasje gegroeid waren in Batenburg,
betrokken we een huurpand bij Veiling Bemmel. Ook die locatie was na vijf jaar te klein,
waarna we een pand van Nestle in Elst hebben betrokken. Op den duur hadden we een
tweede locatie in Elst en hebben we plannen gesmeed om voor het eerst een eigen
distributiecentra neer te zetten. We hebben
het pand zelf ingericht en ontwikkeld en ik
noem het weleens het ’HillFresh-gebouw’
van het oosten, omdat we dezelfde architect
en bouwbegeleider hadden. Logistiek zitten
we perfect aan de A73 en A50 richting het
zuiden en vanaf de A15 zit je zo richting het
Westland aangesloten.”
“We hebben hier een logistieke trechterfunctie neergezet, waardoor we zowel de
individuele telers als de retailers heel goed
kunnen bedienen. Onze strategie is om de
stroom van diverse telers van diverse pad-
denstoelen te bundelen om ze hier efficiënt
te wassen, bewerken en te verpakken. We
zouden nog dichter naar het zuiden kunnen
gaan zitten, maar het behoud van personeel
was voor ons erg belangrijk. Nu werken de
mensen die in al die jaren met ons zijn meeverhuisd, dicht bij huis. We zijn een Europees bedrijf geworden met naast de hoofdvestiging een handelslocatie in het Westland
en een handelsbedrijf in Polen, waarbij de
Poolse vestiging voornamelijk Noord- en
Oost-Europa bedient en we vanuit Wijchen
ons richten op West- en Zuid-Europa.”
“In ons pand hebben we een high careruimte ingericht voor de bewerking van
bijvoorbeeld ragout en soepen om zoveel
mogelijk champignonproducten aan te bieden. Wat mij betreft zijn de mogelijkheden
oneindig. Jan Klerken van Scelta Mushrooms
is erg actief om voedingsstoffen te halen uit
conserven- en diepvrieschampignons. Wij
richten ons puur op vers, maar hebben wel
een samenwerkingsverband waarbij we
in elkaars keuken kijken en in vertrouwen
informatie met elkaar delen. We kijken gezamenlijk of daar nieuwe producten uit gaan
rollen. Ik verwacht dat we met een steeds
kleinere sector steeds meer zullen gaan
samenwerking. Zo zijn we momenteel ook
bezig om te kijken naar rassenontwikkeling, waarbij we de wensen van de retailers
inpassen in samenwerking met compost- en
broedleveranciers. Die samenwerking gaat
steeds dieper.”
Local-for-local
Local-for-local is ‘hot’ en dat zou ook voor de
champingnonteelt weleens gevolgen kunnen hebben. Rob heeft inmiddels voor het
grootste gedeelte zijn opleiding Master of
Food Management in retail aan de Rijksuniversiteit Groningen afgerond en voerde een
studie uit naar de opkomst van lokale buitenlandse producties. “In sommige landen,
zoals Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en
Frankrijk is het land van herkomst echt een
issue. Daarom kan ik me voorstellen dat we
steeds meer origines aan ons assortiment
zullen toevoegen om onze klanten te bedienen. Wel blijkt uit onderzoek dat de consument allereerst kijkt naar smaak, kwaliteit,
prijs en dan pas naar herkomst. Het gros
van de consumenten koopt goedkoop in en
hecht nog niet veel waarde aan de herkomst.
Daarnaast zijn er landen, zoals Duitsland en
Griekenland, die altijd wel importland zullen blijven. Wij zijn sterk in handel en de
logistieke afwikkeling en daar valt een ZuidEuropese productievestiging best in te passen.”
Wel verwacht Jurgen dat de Nederlandse
champignonproductie een belangrijk aandeel zal behouden. “Nederland is nog altijd
bepalend in de wereldwijde champignonmarkt. We zijn het grootste paddenstoelenexportland voor vers, diepvries en conserven. De Europese conservenmarkt neemt af,
maar de versmarkt is een Europese markt
en vertoont nog altijd een groei. We zijn na
de Verenigde Staten en China het grootste
productieland ter wereld, al is dat de laatste
jaren stuivertje wisselen met Polen. Ik voorzie dat we hier in Nederland een overzichtelijke sector overhouden. Door de concurrentie is er nu veel wantrouwen, maar als
je met pakweg vijftig grotere versbedrijven
overblijft, ben ik ervan overtuigd dat de
stemming wat milder zal worden. Wel zal de
prijs van ons product omhoog gaan. Er komt
nou eenmaal een grotere vraag en minder
productie. We kunnen daarom alleen nog
maar omhoog gaan. De sector zit nu in een
lastige tijd, maar ik ben ervan overtuigd dat
er een keerpunt komt. Dat verdient de hele
sector ook. We zijn de trots van een champignonnatie een beetje kwijtgeraakt en die
moet weer terugkomen.”
AGF Primeur 1 - 2014
7