Download PDF

Locatiewerkplan
2014
Werkplan
: 2014
Naam locatie
: KDV Klimop
Inhoudsopgave
Voorwoord
1.
1.1
1.2
1.3
1.4
1.5
Missie, visie, doel
Missie
Visie
Doel
Pedagogische basisdoelen, pedagogisch beleid
Personeelsbeleid
2.
2.1
2.2.
Open-deuren-beleid
Open-deuren-beleid
Samenvoegen groepen
3.
3.1
3.2
3.3
Welbevinden
Instrument welbevinden
Mentorschap en welbevinden
Kinderen met speciale behoeften
4.
4.1
2 - 4 jarigen
VVE
5.
5.1
5.2
5.3
5.4
5.5
Veiligheid / gezondheid / hygiëne
GGD
Achterwachtregeling
Ziekte, medicijnen
Beroepskracht-kindratio en ondersteuning van andere volwassenen
Vier-ogen-principe
6.
6.1
Voeding
Voedingsbeleid
7.
7.1
7.2
7.3
7.4
7.5
7.6
Praktische werkafspraken per locatie:
Locatie-informatie
Indeling en gebruik ruimten
Dagindeling
Zindelijkheid
Activiteiten, projecten en samenwerkingsverbanden
Buitenspelen
8.
8.1
8.2
8.3
8.4
8.5
8.6
8.7
Oudercontacten
Intakegesprek
Wennen
Brengen, halen
Ouderavonden
Oudercommissie
Schriftelijke informatie
Contactgegevens
9.
9.1
Doelen
Locatiedoelen
Kinderopvang SKAR, Werkplan KDV Klimop 2014
2
Voorwoord
Voor u ligt het locatiewerkplan van Klimop.
Het werkplan is gebaseerd op de pedagogische visie en het pedagogisch beleid van
Kinderopvang SKAR. In dit werkplan wordt beschreven hoe pedagogisch medewerkers dit
pedagogisch beleid vertalen naar onze locatie, naar de werkvloer. Op deze manier kan
elke locatie zijn eigen accenten geven. Ouders1kunnen in het werkplan naast allerlei
praktische informatie lezen hoe er op onze locatie gewerkt wordt aan de locatiedoelen.
Door elk jaar het werkplan aan te passen, houden we de pedagogische visie levend en
kunnen we steeds nieuwe accenten leggen. Mocht u na het lezen van dit werkplan nog
vragen hebben kunt u deze stellen aan de mentor van uw kind of de teamcoördinator van
de locatie. Op onze website www.kinderopvangskar.nl staat naast het pedagogische
beleid ook steeds actuele informatie vermeld.
Afspraken, regels en protocollen die uiting geven aan de uitvoering van de kwaliteit en
die de gehele organisatie betreffen, zijn terug te vinden in het kwaliteitshandboek dat
door de organisatie gehanteerd wordt. Bijvoorbeeld werken met de ‘Meldcode preventie
Kindermishandeling’, het protocol ‘Ongewenst gedrag’ en nog vele andere.
Dit kwaliteitshandboek wordt gecontroleerd door een externe instantie. Deze voert
jaarlijks audits uit om te toetsen of de organisatie aan de eisen blijft voldoen die gesteld
worden aan de HKZ certificering.
De pedagogische visie van Kinderopvang SKAR:
“Kinderen zijn de motor van hun eigen ontwikkeling. Zij mogen zich op eigen wijze en in
eigen tempo ontwikkelen op het brede terrein van persoonlijke en sociale competentie.
Hiervoor is het nodig dat de opvang een ondersteunend en stimulerend klimaat biedt. In
dit klimaat kunnen de kinderen de veiligheid, de (keuze-)vrijheid, de zelfstandigheid en
het respect ervaren om individueel en met elkaar op onderzoek uit te gaan. Hierbij
worden ze begeleid en gestimuleerd door de pedagogisch medewerkers. De
samenwerking met de ouders wordt daarbij uitdrukkelijk gezocht.”
1
Om de leesbaarheid te verhogen kan waar ouders staat steeds ouder(s)/verzorger(s)
gelezen worden
Kinderopvang SKAR, Werkplan KDV Klimop 2014
3
1.
Missie, visie, doel
1.1
Missie
Kinderopvang SKAR biedt opvang aan kinderen van 0 tot 13 jaar door middel van
dagopvang, buitenschoolse opvang (NSO-naschoolse opvang, TSO-tussenschoolse
opvang, VSO-voorschoolse opvang), peuterwerk en gastouderopvang.
Kinderopvang SKAR opereert vanuit een maatschappelijke doelstelling zonder
winstoogmerk. Zij genereert voldoende inkomsten voor stabiele werkgelegenheid en de
verdere ontwikkeling van de dienstverlening. Daartoe wordt de kwaliteit verbeterd,
spelen wij flexibel in op veranderingen en ontwikkelen wij nieuwe producten en diensten.
Borging van kwaliteit bereiken wij door een personeelsbeleid gericht op flexibiliteit en
continuïteit en door scholing van medewerkers ter verbetering van de pedagogische
kennis. Het centraal kantoor is gericht op het stellen van realistische doelen en is
faciliterend. De pedagogische uitvoering is leidend. Acquisitie is een kernactiviteit.
De focus is gericht op de markt en op het afsluiten en beheren van nieuwe en bestaande
contracten. Wij zijn een organisatie die zijn eigen weg gaat en naar buiten treedt met
vernieuwende ideeën. Wij zijn dynamisch in ons handelen en wij willen gezien worden als
de beste in de regio.
1.2
Visie
De maatschappelijke organisatie Kinderopvang SKAR biedt kinderen een eigentijdse en
betrouwbare opvang in een inspirerende, veilige, warme omgeving. Vanuit een heldere
pedagogische visie stimuleren en versterken onze betrokken medewerkers een gezonde
ontwikkeling voor ieder kind. Met een hoog ambitieniveau en vanuit een grote
maatschappelijke betrokkenheid, ontwikkelt Kinderopvang SKAR in de regio MiddenGelderland een vernieuwend en vaak vooruitstrevend aanbod, dat aansluit bij de wensen
van ouders en kinderen: veelzijdig, praktisch en in de buurt.
Kinderopvang SKAR werkt vanuit 5 kernwaarden met als slogan: “Stap in je toekomst”:
• Open; Bij Kinderopvang SKAR staan we open voor ieder kind, ongeacht geloof,
ras of huidskleur. Ook zijn we een organisatie die open wil communiceren. Naar
kinderen en hun ouders, naar collega’s en naar de samenleving waarin we
werken. Dankzij onze betrokkenheid weten we wat er speelt en kunnen we de
juiste opvang en zorg bieden.
• Kindgericht; Kinderopvang SKAR wil dat ieder kind alle kansen krijgt om zich
optimaal te ontwikkelen. We zien ieder kind als een individu met een eigen
karakter. Het kind is de motor van zijn eigen ontwikkeling en wij stimuleren dit.
• Actief; Kinderopvang SKAR is een ‘mensenorganisatie’ die zich voortdurend
verder ontwikkelt. Met een ruim en vernieuwend aanbod naar kinderen en ouders.
Denk hierbij aan de themalocaties, onze unieke vakantieopvang of onze
activiteiten op het gebied van VVE (vroeg- en voorschoolse educatie)
• Warm; We bieden kinderen een warme, veilige en geborgen omgeving waar ze
zich thuis voelen. Ook ouders krijgen een warm welkom, met ruimte voor overleg
of een hartelijk woord.
• Deskundig; Kinderopvang SKAR is een professionele organisatie met kennis van
pedagogisch verantwoorde kinderopvang. Daarom zorgen we voor een goede
opleiding van alle medewerkers. Met trainingen om deskundigheid actueel te
houden en persoonlijke groei te stimuleren. Binnen Kinderopvang SKAR werken
pedagogisch medewerkers met een afgeronde opleiding op MBO of HBO niveau,
die voldoet aan de kwalificatie-eisen uit de CAO Kinderopvang.
Kinderopvang SKAR, Werkplan KDV Klimop 2014
4
1.3
Doel
Kinderopvang SKAR opereert vanuit een maatschappelijke doelstelling zonder
winstoogmerk, maar genereert voldoende inkomsten voor stabiele werkgelegenheid en
verbetering van de kwaliteit van dienstverlening. Dit realiseert kinderopvang door
• Een proactieve marktbewerking, acquisitie en het werven van nieuwe klanten is
derhalve een kernactiviteit.
• Het sturen op een juiste prijs-kwaliteitverhouding en na aftrek van alle kosten
(inclusief belastingen) een positief rendement oplevert.
• Kwalitatief hoogwaardige kinderopvang die meer biedt dan de landelijke
regelgeving aangeeft.
• Met professionele pedagogisch medewerkers te werken met de focus op de
kinderen én hun ouders en die door gericht personeelsbeleid borg staat voor
kwaliteit, ontwikkeling, verbetering, flexibiliteit en continuïteit.
• Adequate en klantgerichte ondersteuning vanuit het Centraal Kantoor aan de
medewerkers op de locaties bij het uitvoeren van onze kernactiviteiten.
• Actief de samenwerking op te zoeken met diverse partners in haar regio om te
komen tot verdere verbetering van haar dienstverlening.
Kinderopvang SKAR is daardoor een slagvaardige organisatie die alert en
oplossingsgericht anticipeert op veranderingen in de markt en marktvraag.
1.4
Pedagogische basisdoelen, pedagogisch beleid
De pedagogische basisdoelen vormen de basis voor ons pedagogisch beleid en het
pedagogisch handelen van alle pedagogisch medewerkers binnen Kinderopvang SKAR. Ze
zijn gebaseerd op de vier pedagogische basisdoelen voor opvoeding en opvang van
hoogleraar Marianne Riksen-Walraven en zijn sinds 2005 opgenomen in de Wet
Kinderopvang.
De vier basisdoelen zijn:
• Het bieden van emotionele en fysieke veiligheid als basis voor het welbevinden van
de kinderen tijdens de opvang en als voorwaarde voor de andere pedagogische doelen.
• Het ontwikkelen van persoonlijke competenties zoals veerkracht, zelfvertrouwen,
zelfstandigheid, flexibiliteit en creativiteit. De persoonlijke competentie van een kind
bepaalt het vermogen tot probleemoplossing en de mate waarin het kind haar/zijn
levensomstandigheden aan kan.
• Het ontwikkelen van sociale competenties, zoals het zich in anderen kunnen
verplaatsen, conflicten kunnen voorkomen en oplossen, kunnen communiceren,
samenwerken, anderen helpen en het ontwikkelen van een sociale verantwoordelijkheid.
• Het zich eigen maken van waarden en normen van de samenleving waarvan de
kinderen deel uitmaken. Dit doen we met respect voor de diversiteit in onze samenleving
(denk aan verschillende sociale lagen, diverse culturele achtergronden, diverse
godsdienstige achtergronden, zorgkinderen, etc.). Het is de bedoeling dat we een
bijdrage leveren aan de opvoeding van kinderen zonder vooroordelen. Door de
verschillende manieren waarop we dit expliciet gestalte geven kunnen alle ouders en
kinderen zich thuis en vertrouwd voelen binnen Kinderopvang SKAR.
‘Het Huis’
De afgelopen jaren hebben de pedagogisch medewerkers van Kinderopvang SKAR
diverse trainingen gevolgd waarin de pedagogiek van Kinderopvang SKAR uitgebreid
werd toegelicht. Deze pedagogiek is geënt op de 4 pedagogische basisdoelen uit de Wet
Kinderopvang en op de pedagogische kaders. (Pedagogisch kader BKK). Om deze leerstof
inzichtelijk te maken en te visualiseren, is ‘Het Huis’ ontworpen. In dit huis zijn de 4
pedagogische basisdoelen, de competenties van kinderen en de interactievaardigheden
van pedagogisch medewerkers opgenomen. Daarnaast zijn de kernwaarden van
Kinderopvang SKAR en de pedagogische middelen gevisualiseerd.
Kinderopvang SKAR, Werkplan KDV Klimop 2014
5
In trainingen, teambijeenkomsten en werkgeleidingen door de pedagogisch adviseurs,
wordt altijd als opfrisser gestart met de uitleg en de inhoud van ‘Het Huis’.
Door de poster van ‘Het Huis’ zichtbaar op locaties te hangen, kunnen pedagogisch
medewerkers tijdens gesprekken of overdracht met ouders refereren aan ‘Het Huis’.
Het pedagogisch beleid van SKAR is te lezen op de website van Kinderopvang SKAR.
1.5
Personeelsbeleid
Kinderopvang Skar ziet het als opdracht om de juiste voorwaarden te scheppen voor
medewerkers om in een prettig werkklimaat optimaal te kunnen functioneren. Vanuit
onze kwaliteitsstrategie werken we met goed opgeleide medewerkers en hechten we
belang aan persoonlijke ontwikkeling. Als werkgever bieden we richtinggevende kaders
en faciliteren we door het aanbieden van opleiding en deskundigheidsbevordering. Bij de
instroom van nieuwe medewerkers vindt controle plaats op diploma’s en worden
referenties nagetrokken. Ook wordt bij indiensttreding standaard een verklaring omtrent
gedrag (VOG) aangevraagd. We werken met het door de overheid vastgestelde aantal
beroepskrachten per groep. Het interne Flexbureau ‘Skar werk(t)’ vult eventuele gaten in
de personeelsbezetting op. Door de inzet van onze eigen Flexkrachten is de kwaliteit van
de vervanging hoog aangezien zij volledig op de hoogte zijn van het beleid en de
werkwijze van Kinderopvang Skar.
Kinderopvang SKAR, Werkplan KDV Klimop 2014
6
2.
‘Open-deuren-beleid’
2.1
‘Open-deuren-beleid’
De eigen groep is voor kinderen een veilige basis.
Vanuit deze veiligheid willen kinderen hun wereld vergroten en willen ze ervaren wat er
achter de vertrouwde deur gebeurt. Door het werken met het open-deuren-beleid bieden
we kinderen meer ruimte om op ontdekkingstocht te gaan en eventueel met andere
kinderen buiten de eigen groep te gaan spelen.
Open-deuren-beleid houdt in dat er op vaste momenten, op verschillende groepen een
ander soort activiteit wordt aangeboden.
De kinderen kunnen zelf kiezen aan welke activiteit ze mee willen doen en kunnen er
voor kiezen om bij de vaste pedagogisch medewerker in de buurt te blijven. De
pedagogisch medewerkers lopen rond, observeren en helpen waar nodig.
Kinderen die er nog aan moeten wennen, verkennen samen met een pedagogisch
medewerker de verschillende ruimtes en worden extra ondersteund.
Kinderen krijgen zo meer en nieuwe mogelijkheden om:
-Zich veilig en vertrouwd te voelen binnen het kinderdagverblijf.
Doordat kinderen andere pedagogisch medewerkers en andere groepsruimtes leren
kennen, voelen zij zich ook bij hen vertrouwd. Het dagverblijf kan zo een
leefgemeenschap worden waar iedereen elkaar kent en zo het gevoel van veiligheid en
geborgenheid vergroten.
-Persoonlijke competenties te ontwikkelen.
Kinderen komen in aanraking met nieuwe activiteiten of materialen die zij in de eigen
ruimte niet hebben. Zij leren om zelfstandig ontdekkingen te doen en merken dat zij iets
durven te ondernemen. Door meer en uiteenlopende ervaringen vergroten kinderen hun
leefwereld.
-Sociale competenties te ontwikkelen.
Kinderen maken kennis met andere kinderen en pedagogisch medewerkers.
Zij zien hoe andere kinderen spelen, leren om zelf contacten te leggen en ontwikkelen
voorkeuren voor bepaalde speelgenootjes. Er is voor de kinderen meer keuze in
speelgenootjes met dezelfde leeftijd, interesses etc.
2.2
Samenvoegen van groepen
In principe worden alle kinderen in hun eigen stamgroep opgevangen, uitgaande van een
kloppende BKR (beroepskracht-kindratio). Bij de start van de opvang van uw kind, kan
met uw toestemming uw kind ook gebruik maken van maximaal 2 stamgroepen en de
daarbij behorende ruimtes (dit geldt niet voor kinderen met flexibele opvang of voor
kinderen die een extra dag komen of hun opvangdag ruilen).
Soms wordt besloten, op basis van het vier-ogen-principe (zie 5.5), om aan het begin en
aan het eind van de dag, kinderen in een andere ruimte te ontvangen of weer op te
halen. Een vaste pedagogisch medewerker van de betreffende stamgroep is aanwezig.
Indien het kindaantal laag is (bijvoorbeeld tijdens vakantie en dagen met een –
structureel- lage bezetting) kunnen stamgroepen samengevoegd worden tot één groep,
waarbij in principe een vaste pedagogisch medewerker aanwezig is.
In alle voornoemde gevallen zal voor zowel kinderen als ouders inzichtelijk gemaakt
worden in welke ruimte dit is.
Kinderopvang SKAR, Werkplan KDV Klimop 2014
7
3. Welbevinden en ontwikkelvolgsysteem (OVM)
OVM
Op Klimop zijn we bezig met het implementeren van het OVMJK.
Het OVMJK staat voor het Ontwikkel-Volg-Model voor Jonge Kinderen.
Het Ontwikkel-Volg-Model is een systeem waarin pedagogisch medewerkers observaties
m.b.t. de kinderen registreren op de verschillende ontwikkelingsgebieden. De
ontwikkelingslijnen zijn genormeerd naar leeftijd, en geordend in domeinen (leerontwikkelingsgebieden).
Met het Ontwikkel-Volg-Model krijgen pedagogisch medewerkers een goed beeld van de
ontwikkeling van het kind in verhouding tot leeftijdgenoten, en in relatie tot zichzelf
(verschillende ontwikkelingsgebieden per kind). Tevens zijn er groepsoverzichten
beschikbaar, waardoor goed inzicht ontstaat in de behoeften van het kind en de
groep/groepen kinderen. Het ontwikkel-Volg-Model wordt digitaal ondersteund door het
OVM-web via het Seminarium Orthopedagogiek. Het Ontwikkel-Volg-Model is in Arnhem
gekozen als een van de pijlers van het beleid voor- en vroegschoolse educatie (VVE).
Een aantal pedagogisch medewerkers op Klimop is bezig met deze training en zal na het
afronden daarvan overgaan van het instrument Welbevinden naar het Ontwikkel-VolgModel.
De pedagogisch medewerkers met een afgeronde training zullen de ouders van hun
mentorkinderen informeren.
3.1
Instrument welbevinden
Kinderopvang SKAR werkt met het observatie-instrument “Welbevinden”. Ouders worden
jaarlijks uitgenodigd om de uitkomsten van de kind observatie te bespreken. De mentor
heeft hierin een belangrijke rol.
Om adequaat op de ontwikkeling en behoefte van het kind te kunnen inspelen, is het
belangrijk dat pedagogisch medewerkers weten wat een kind bezig houdt.
Op de dagopvang wordt elk kind tot de leeftijd van 3 jaar 2 maal per jaar geobserveerd,
van 3-4 jaar op de dagopvang en op de BSO 1 maal per jaar, door de mentor van het
kind.
De observatie wordt geregistreerd in het “Welbevindenboekje” van het kind. ( Er bestaan
drie “Welbevindenboekjes” 0 – 4 jaar / 4 – 8 jaar / 8 – 13 jaar )
Na de observatie volgt intercollegiaal overleg voorafgaand aan de kindgesprekken.
Daarnaast wordt de ouders gevraagd een vragenlijst in te vullen zodat de mentoren en
de ouders samen in gesprek kunnen gaan over het kind op het KDV en thuis.
Structurele inzet van het observatie-instrument ondersteunt bij:
• Gericht nadenken over de ontwikkeling en het welbevinden van een kind tijdens
de opvang.
• Signaleren van evt. belemmeringen of problemen die het kind ondervindt,
hiervoor oplossingen bedenken en indien nodig de unitmanager inschakelen.
• De basis leggen voor uitwisseling tijdens kindbesprekingen met ouders.
• De geldende afspraken met ouders over het kind checken op relevantie.
• Het ondersteunen van collega’s wanneer de mentor van mening is dat een kind
extra of andere aandacht nodig heeft.
3.2
Mentorschap en welbevinden
Kinderopvang SKAR, Werkplan KDV Klimop 2014
8
Ieder kind krijgt een mentor toegewezen. Deze mentor is het aanspreekpunt voor de
ouders. Bij toewijzing van mentorschap is rekening gehouden met voldoende
aanwezigheid tegelijkertijd met het kind en het aantal kinderen waarvan een
pedagogisch medewerker al mentor is.
De mentor is verantwoordelijk voor een aantal zaken:
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
De mentor en/of de locatiemanager plannen en voeren (een deel) van het
intakegesprek, introduceert de ouder op de groep en zorgt voor het registreren
van belangrijke gegevens.
De mentor voert de observaties uit volgens het instrument ‘Welbevinden’.
De observatie wordt met minimaal één collega pedagogisch medewerker
doorgesproken.
De mentor draagt zorg voor goede samenwerking met de ouders van het
mentorkind.
De mentor zorgt indien mogelijk voor vervanging wanneer hij/zij langer dan een
maand afwezig is en stelt ouders hiervan op de hoogte.
De mentor is verantwoordelijk voor de planning van de kindgesprekken met
ouders.
De mentor houdt het kindgesprek met de ouders.
De mentor zorgt ervoor dat de naaste collega’s op de hoogte zijn van de
afspraken die tijdens het kindgesprek zijn gemaakt.
De mentor houdt naast de observaties en gesprekken hierover de grote lijn van
de ontwikkeling van het kind in de gaten.
De mentor brengt indien nodig het kind ter bespreking in, in het werkoverleg.
3.3
Kinderen met speciale behoeften
Bij Kinderopvang SKAR zijn in principe alle kinderen welkom, ook kinderen met speciale
behoeften. Dit zijn kinderen die in hun ontwikkeling belemmerd worden door aanleg,
gezinsfactoren, omgevingsfactoren, of een combinatie hiervan. Deze kinderen doen op
hun eigen niveau mee in ons dagritme. Regelmatig vindt er een evaluatiegesprek plaats
met ouders om te bespreken of de opvang nog steeds voldoet en haalbaar is.
De pedagogisch medewerkers kunnen hierbij ondersteund worden door een pedagogisch
adviseur van Kinderopvang SKAR en waar nodig en mogelijk kan ondersteuning van
buitenaf plaats vinden.
Op het gebied van kinderen met speciale behoeften zoekt Kinderopvang SKAR zoveel
mogelijk de samenwerking met derden en heeft Kinderopvang SKAR zich onder andere
aangesloten bij VIRA (Verwijs Index Regio Arnhem). Op de locatie en onze website vindt
u meer informatie over de VIRA.
4.
2-4 jarigen
Om peuters meer uitdaging in activiteiten te bieden en voor te bereiden op school,
werken we met een speciaal aanbod. Dit doen we door ruimte voor de 2-4 jarigen te
creëren die vooral bij deze leeftijd aansluit en waar met regelmaat activiteiten voor de 24 jarigen worden georganiseerd. Denk bijvoorbeeld aan knutselen, spelletjes doen,
koken, bewegen, voorlezen of liedjes zingen.
Als voorschoolse voorziening besteden we veel aandacht aan ontwikkelingsstimulering,
waardoor kinderen goed voorbereid op de basisschool kunnen starten. Bovengenoemde
activiteiten zijn voor ons een middel om kinderen zich spelenderwijs te laten ontwikkelen,
zij bevatten veel taal om de woordenschat te vergroten, maar ook aandacht voor
ontluikende gecijferdheid als voorloper op het rekenen.
Daarnaast wordt er gewerkt met het VVE (Vroeg- en voorschoolse educatie) programma
Uk & Puk, voor kinderen van 0-4 jaar. Puk is een pop die wordt betrokken bij allerlei
activiteiten. Het voornaamste doel om Puk bij activiteiten te betrekken, is het bevorderen
van de totale ontwikkeling van het kind. Het programma is onderverdeeld in thema’s, ze
zijn speels van opzet en sluiten aan bij dagelijkse, huiselijke bezigheden.
Kinderopvang SKAR, Werkplan KDV Klimop 2014
9
4.1 VVE (Voor- en Vroegschoolse Educatie)
In onze locatie werken we met het VVE-programma Kaleidoscoop en Uk en Puk.
Door middel van dit programma wordt op gestructureerde en samenhangende wijze de
ontwikkeling gestimuleerd op het gebied van taal, rekenen, motoriek en de sociaal
emotionele ontwikkeling.
Kaleidoscoop
De kern van Kaleidoscoop is ‘actief leren': kinderen krijgen veel ruimte voor eigen
initiatief. Het programma is afgeleid van het Amerikaanse High/Scope programma. Het is
kindvolgend en benadrukt naast cognitieve doelen ook doelen van sociaal-emotionele
aard. Belangrijke aspecten zijn de mogelijkheden en de motivatie van kinderen en het
toewerken naar zelfstandigheid. Het programma is bedoeld voor kinderen van 2,5
(peuterspeelzaal) tot 6 jaar (groep 1-2 basisschool) maar is ook aangepast voor gebruik
op het kinderdagverblijf en in groep 3-4 van de basisschool. Uit onderzoek blijkt dat
kinderen die vanaf de peuterspeelzaal Kaleidoscoop hebben gevolgd, later betere
resultaten halen op taaltoetsen. (zie ook: www.kaleidoscoop.org).
Uk en Puk
Uk en Puk is een totaalprogramma gericht op brede ontwikkelingsstimulering van
kinderen. Uk en Puk is bedoeld voor kinderen van 0 tot en met 4 jaar. Taalontwikkeling
staat in het programma voorop: spreken, luisteren en uitbreiding van de woordenschat.
Daarnaast is er bij Uk en Puk aandacht voor sociaal-emotionele vaardigheden, motoriek
en een eerste oriëntatie op rekenen.
Het programma houdt rekening met verschillen in (taal)ontwikkeling binnen een groep.
Daardoor is de uitgave niet alleen geschikt voor kinderen met een taalachterstand, maar
krijgen ook taalvaardige kinderen voldoende uitdaging. Uk en Puk biedt kinderen
uitdagende activiteiten. De kinderen leren spelenderwijs en doen zelf ontdekkingen. Uk
en Puk werkt met thema's die aansluiten bij de belevingswereld van kinderen. De speelse
activiteiten lokken interactie uit, waardoor een rijk taalaanbod ontstaat. De activiteiten
passen perfect in het dagritme van het kinderdagverblijf.
Kinderen worden op onze locatie geplaatst op eigen initiatief of op doorverwijzing van het
consultatiebureau.
Kinderen met een VVE-indicatie maken per week ten minste twee dagdelen van 5 uur
gebruik van onze opvang en krijgen zo ten minste 10 uur aan activiteiten aangeboden
gericht op het stimuleren van ontwikkelingsdomeinen.
Elke medewerker van deze locatie heeft minimaal 1 module over het verzorgen van
voorschoolse educatie gevolgd. Wanneer een nieuwe medewerker start bij de locatie
wordt op zo kort mogelijke termijn een training ingepland voor deze medewerker. Van
elke medewerker is in het personeelsdossier een bewijs dat met gunstig gevolg scholing
is afgerond, specifiek gericht op het vroegtijdig bestrijden van achterstanden bij jonge
kinderen of het werken met voor- en vroegschoolse educatieprogramma’s.
Voor het op peil houden en verbeteren van het VVE niveau op de locatie maken we
jaarlijks een scholingsplan. In dit plan zijn de trainingen voor nieuwe medewerkers
opgenomen, de hercertificeringen en algemene bijeenkomsten ter verbetering van het
VVE-niveau.
Het plan voor komend jaar is hieronder te vinden:
VVE-scholingsplan:
De medewerkers volgen regelmatig trainingen. Door dit scholingsaanbod is het mogelijk
de kwaliteit te verbeteren en vaardigheden te versterken. Medewerkers worden o.a.
getraind op: Opbrengst Gericht Werken (OGW), LOGO 3000, Met Woorden In De Weer
(MWIDW), ouderbetrokkenheid, Kidsmart (ICT programma), Ontwikkel Volg Model
(OVM).
Kinderopvang SKAR, Werkplan KDV Klimop 2014
10
Ouders zijn op de hoogte van het programma waarmee we werken door publicatie in de
locatienieuwsbrieven en door de thema-afsluitingen. Door middel van de brieven en
bijeenkomsten willen we ouders graag betrekken bij het programma dat we aanbieden
en zo het effect ervan voor hun kind te verhogen.
VVE inspectie
In 2009 hebben we een eerste inspectie gehad in het kader van het toezicht op de VVE
(vroeg- en voorschoolse educatie).
De inspecteur van het onderwijs bekijkt de hieronder genoemde onderwerpen en maakt
hierover een rapportage.
De aandachtspunten die hieruit voortkomen zijn verwerkt in de locatiedoelen.
•
De kwaliteit van de educatie
- aanbod vanuit het VVE –programma (kaleidoscoop, Uk en Puk)
- het pedagogisch klimaat ( o.a. duidelijke gedragsregels, respectvol handelen)
- het educatief handelen (o.a. interactie, stimuleren)
•
De ontwikkeling, zorg en begeleiding (o.a. systematisch volgen van de
taalontwikkeling, doelgericht en planmatig zorg op maat)
•
De kwaliteitszorg (o.a. toegankelijk voor doelgroeppeuters, verbetermaatregelen
formuleren en planmatig uitvoeren)
•
De ouders (o.a. betrokken bij activiteiten, ouderbeleid)
•
De doorgaande lijn tussen de voor-en vroegschool (o.a. warme overdracht,
afstemming werkwijze met de basisscholen)
•
Overige; o.a. administratieve gegevens , gemeentelijk toezicht, subsidie.
Logopediste
In het kader van de brede school en VVE (voor- en vroegschoolse educatie) krijgen wij
ondersteuning van een logopedist (deskundige op het gebied van spraak en
stemgebruik). Haar naam is Marga van Bon. Marga komt eens per vijf à zes weken een
dagdeel meespelen op de groep en zal, als er opvallende zaken zijn, dit met de
pedagogisch medewerkers bespreken. Indien haar dingen bij uw kind zijn opgevallen,
bespreekt de mentor van uw kind dit met u. Mocht het nodig zijn, dan volgt een
observatie die met u besproken wordt. In het toestemmingsformulier derden heeft u al
dan niet toestemming gegeven voor het inschakelen van de logopediste.
Marga behandelt niet maar heeft een adviserende en ondersteunende rol.
5.
Veiligheid / gezondheid / hygiëne
5.1
GGD
Op basis van de wet Kinderopvang kunnen wij een zeer uitgebreide onaangekondigde
controle krijgen van de GGD. Het rapport dat wij na afloop ontvangen ligt voor u als
ouder ter inzage in de gang en zijn tevens inzichtelijk via de website van Kinderopvang
SKAR.
De bevindingen en afspraken die zijn opgesteld tussen de locatiemanager en de
contactpersoon van de GGD worden regelmatig besproken tijdens geplande
werkoverleggen. Zo is en blijft het team op de hoogte van gemaakte afspraken die van
belang zijn in het kader van de veiligheid, gezondheid en hygiëne.
Daarnaast vullen we jaarlijks een risico-inventarisatie (RIE) in op het gebied van
veiligheid en gezondheid. Alle ruimten van de locaties komen in de risico-inventarisatie
aan bod. De risico’s die uit de RIE naar voren komen worden beschreven in een
actieplan. De RIE en de actieplannen worden jaarlijks besproken met de teams en de
Kinderopvang SKAR, Werkplan KDV Klimop 2014
11
oudercommissie. Huisregels die hier uit voortkomen en gelden voor ouders, kinderen en
medewerkers, zijn opgenomen als bijlage in dit locatiewerkplan.
Kinderen onderzoeken en ontdekken veel in hun eigen omgeving. Om ze dit veilig te
laten doen er een aantal voorwaarden waar wij voor zorgen;
• Beveiliging van scherpe hoeken,radiatoren en stopcontacten
• Er is een centrale brandmelder aanwezig en een brandblusapparaat.
• Er is een calamiteitenplan en er wordt jaarlijks een calamiteitenoefening met de
kinderen gehouden.
• Op de locatie werken medewerkers die bekend zijn met Kinder-EHBO en tevens is
er altijd een BHV-er aanwezig.
• Er wordt regelmatig gecontroleerd of het speelgoed in orde zijn; geen scherpe
randen,spijkertjes enz.
• De deuren van ruimten waar kinderen niet naar binnen mogen, zijn vergrendeld
(zoals bijvoorbeeld de wasruimte, voorraadkasten,volwassenen toilet, ketelhuis
enz.).
• Er zitten aan de deuren veiligheidsstrips zodat de vingers van de kinderen er niet
tussen kunnen komen.
• Aan de ramen zit waar voorgeschreven een uitvalbeveiliging.
• De groeps- en slaapruimtes worden dagelijks geventileerd.
• Alle schoonmaakmiddelen zijn buiten bereik van kinderen opgeborgen.
• De speeltoestellen worden jaarlijks gecontroleerd.
• Alle ouders hebben een TAG (druppel) waarmee zij tussen 7.30 en 9.00, 12.00 en
13.00 en tussen 16.30 en 18.30 uur het KDV binnen kunnen komen. Op andere
momenten is het KDV niet vrij toegankelijk voor klanten en andere bezoekers.
D.m.v. aanbellen kan men binnen komen.
Hygiëne is erg belangrijk op het kinderdagverblijf. Kinderen spelen vaak op de grond en
vooral de jongste kinderen steken alles in hun mond. Vanaf dag één begint de weerstand
tegen infecties zich hierdoor op te bouwen. Door aandacht te hebben voor een goede
hygiëne en verzorging voorkomen we risico’s;
• Kinderen wassen hun handen na toiletbezoek en voor het eten.
• Speelgoed wordt grondig schoongemaakt. Dit wordt geregistreerd in het logboek.
De frequentie waarmee dit gebeurt, wie dit doet en hoe, is terug te vinden in ons
schoonmaakschema gebaseerd op de uitkomsten van de Risico Inventarisatie
Gezondheid en de adviezen van de GGD.
• WC’s en vloeren worden dagelijks schoongemaakt. De aankleedkussens na iedere
verschoonbeurt.
• De pedagogisch medewerkers gebruiken plastic handschoenen tijdens het
verschonen en wassen hun handen goed na het verschonen van ieder kind en
voor de verschillende eetmomenten.
• We gebruiken speciale hoesjes voor de thermometers als we de kinderen
temperaturen. Daarnaast hebben we een oorthermometer.
• Voor de verdere schoonmaakwerkzaamheden is er dagelijks in de avonduren een
schoonmaakmedewerker van het ingehuurde schoonmaakbedrijf aanwezig.
5.2
Achterwachtregeling
Per locatie is er een calamiteitenachterwacht per locatie aangewezen. De
calamiteitenachterwacht* wordt in de meeste gevallen (als ze niet op de locatie aanwezig
is) als eerste gebeld om binnen 15 minuten naar de locatie te komen zodat er fysieke
hulp aanwezig is die bekend is met de locatie, medewerkers en kinderen. Indien de
calamiteitenachterwacht onmogelijk zelf weg kan zorgt zij voor een vervanger.
In situaties waarbij de medewerker (tijdelijk) alleen staat omdat het aantal kinderen dit
toelaat wordt er daarnaast een belronde ingezet. Mocht namelijk in uitzonderlijke
situaties de medewerker zelf onwel worden, dan wordt dit tijdig gesignaleerd.
Is de bezetting van de locatie van dien aard dat er twee pedagogisch medewerkers op
die dag werken dan blijft de 2e pedagogisch medewerker tijdens de pauze op of rond de
locatie als achterwacht.
Kinderopvang SKAR, Werkplan KDV Klimop 2014
12
Kinderopvang SKAR heeft veiligheid hoog in het vaandel staan en heeft met al deze
maatregelen de veiligheid van kinderen en medewerkers zo optimaal mogelijk ingericht.
* voor Klimop is dit Reuzensprong, beheer en/of andere participanten.
5.3
Ziekte, medicijnen
Onze locaties zijn niet berekend op de opvang van zieke kinderen. Ziekte is echter een
nogal rekbaar begrip. Bij de vraag of een kind dat ziek is naar het dagverblijf mag komen
of blijven, is de mate waarin het kind zich ziek voelt een belangrijke leidraad. De
pedagogisch medewerker beoordeelt dit per geval en stelt zich hierbij de volgende
vragen:
• Kan het kind meedoen aan de activiteiten van de groep of voelt het zich echt niet
lekker? Wanneer een kind zich echt ziek voelt is het voor het kind meestal
prettiger om thuis te zijn.
• Kan het kind meedoen aan het verzorgingsritme in de groep of heeft het kind
meer verzorging of aandacht nodig dan de pedagogisch medewerkers kunnen
bieden?
• Is er een reden dat het kind ter bescherming van de gezondheid van de andere
kinderen thuis moet blijven? Ter beoordeling hiervan wordt het handboek van het
RIVM gebruikt, getiteld ‘Gezondheidsrisico`s in een kindercentrum of
peuterspeelzaal’ (juni 2013), (link naar website)
Er zijn nog meer afspraken omtrent koorts, infectieziekten, vaccinaties en hygiëne. Voor
uitgebreidere informatie kunt u op onze locatie naar het gezondheidsbeleid van
Kinderopvang SKAR vragen.
5.4
Beroepskracht-kind-ratio en ondersteuning van andere volwassenen
Kinderopvang SKAR hanteert een duidelijk beleid, op basis van een wettelijk kader, voor
het maximaal aantal kinderen dat door één pedagogisch medewerker wordt opvangen;
het gaat dan om het aantal gelijktijdig aanwezige kinderen. Een verticale groep op het
kinderdagverblijf telt maximaal 16 kinderen met 3 pedagogisch medewerkers of
maximaal 12 kinderen met 2 pedagogisch medewerkers, in een verdeelde leeftijd van 04 jaar. Een horizontale groep van 0 – 2 jaar telt maximaal 9 kinderen met 2 pedagogisch
medewerkers, een horizontale groep van 2-4 jaar maximaal 14 kinderen met 2
pedagogisch medewerkers.
Samenvoegen groepen:
Bij de start van de opvang van uw kind, wordt uw kind toegekend aan maximaal 2
stamgroepen en de bijbehorende ruimte (dit geldt niet voor kinderen die geplaatst zijn
met een flexibel contract). In principe worden alle kinderen in hun eigen stamgroep
opgevangen.
Soms wordt besloten, op basis van het vier-ogen-principe (zie 5.5), om aan het begin en
aan het eind van de dag, kinderen in een andere ruimte te ontvangen of weer op te
halen. Door de samenwerking tussen de stamgroepen zijn de betreffende pedagogisch
medewerkers van de buur-stamgroep bekend. Indien het kindaantal (bijvoorbeeld tijdens
vakantie en dagen met een structureel lage bezetting) kunnen stamgroepen
samengevoegd worden tot één groep, waarbij in principe een vaste pedagogisch
medewerker aanwezig is, uitgaande van een kloppende BKR (beroepskracht-kindratio).
In beide gevallen zal voor zowel kinderen als ouders inzichtelijk gemaakt worden in welke
ruimte dit is.
De pedagogisch medewerkers worden tijdens het werken op de groep ondersteund door
stagiaires die voor een bepaalde periode aanwezig zijn. Soms zijn stagiaires 2 dagen in
de week aanwezig, soms 4 dagen per week. Zij worden niet meegeteld in de
beroepskracht-kind-ratio.
Bij bijzondere activiteiten kunnen ouders of oudercommissieleden ondersteuning bieden
(bijv. bij een uitstapje).
Kinderopvang SKAR, Werkplan KDV Klimop 2014
13
Inhoudelijke ondersteuning wordt geboden door de locatiemanager tijdens
werkbegeleidingen en teamvergaderingen. Ook kan er inhoudelijk een beroep gedaan
worden op een pedagogisch adviseur van onze organisatie.
5.5
Vier-ogen-principe
Een specifieke aanbeveling vanuit de commissie Gunning, het zgn.
‘vierogen/orenprincipe’, is vertaald in de gewijzigde ministeriele regeling kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen. Op 1 juli 2013 is dit principe (in de regeling wordt
gesproken over het ‘vierogenprincipe’) in werking getreden. Dit principe houdt in dat er
altijd een volwassene moet kunnen meekijken of meeluisteren met een beroepskracht.
Een beroepskracht mag nog steeds alleen op de groep staan, zolang er maar op elk
moment een andere volwassende de mogelijkheid heeft om mee te kijken of te luisteren.
Dit doen we concreet op onze locatie:
Elkaar kunnen zien of horen
Wij zorgen voor 2 medewerkers op de locatie voor het grootste gedeelte van de
dag
Calamiteitenregeling
Samenvoegen groepen
Toegangsbeveiliging
Open deuren bij verzorgen/verschonen kind
Ramen in deuren en groepen
Iemand aan het werk zien, alerte signalering en weten hoe feedback te geven aan een
collega
Protocollen en procedures (zoals de klachtenprocedure, preventie
kindermishandeling, welbevinden)
Borgen beleid, protocollen en procedures door trainingen, bespreekbaar maken
van signalen in werkoverleggen, oefenen met geven en ontvangen van feedback
Vertrouwenspersoon klanten en vertrouwenspersoon medewerkers
Inspecties GGD
Medewerkers en samenwerkingspartners VOG / continue screening
Locatiemanager loopt binnen
Aanvullende maatregel in relatie tot vierogenprincipe Op locaties waar gedurende
een dagdeel een medewerker een groot gedeelte alleen op de locatie is, hebben wij
besloten ervoor te zorgen dat ook hier een persoon aanvullend op de beroepskracht de
mogelijkheid heeft mee te kunnen kijken of luisteren.
Hoe deze maatregel per locatie wordt uitgewerkt kan verschillend zijn en is dus
maatwerk.
Voor de locatie Klimop geld dat het niet voorkomt dat een medewerker alleen op de
locatie werkt. Er zijn altijd minimaal twee personen aanwezig. Een extra plan van aanpak
is voor deze locatie dan ook niet nodig. Mocht het incidenteel toch voorkomen, dan
nemen we de volgende maatregel.
1. er een bovenformatieve medewerker (BOL-) stagiair mede ingezet wordt.
2. ambulante inzet of aanwezigheid medewerkers tijdens deze uren die andere
werkzaamheden verrichten (locatiemanger, schoonmaak, centraal
kantoormedewerkers).
3. in situaties kan worden overgegaan tot het samenvoegen van de opvang op
bepaalde dagen/dagdelen met een andere locatie. Dit geven we bijtijds aan.
Kinderopvang SKAR, Werkplan KDV Klimop 2014
14
6.
Voeding
6.1
Voedingsbeleid
Het aanleren en voorleven van een gezonde leefstijl vinden we belangrijk bij
Kinderopvang SKAR. Naast voldoende beweging hechten we veel waarde aan gezonde
voeding. Goede eetgewoonten bestaan uit een gezonde basis met af en toe iets extra’s
zodat een kind veel verschillende smaken proeft, het extra’s echt bijzonder blijft, er geen
overdosis aan keuzes is en de maaltijd aantrekkelijk gepresenteerd wordt.
Het voedingsbeleid is in te zien op de locatie en op de website van Kinderopvang SKAR.
7.
Praktische werkafspraken per locatie:
7.1
Locatie-informatie
De Klimop is sinds augustus 2007 onderdeel van brede school de Spil in Malburgen-West
in Arnhem.
Partner zijn in deze brede school betekent in de praktijk o.a. dat er verschillende
activiteiten in samenwerking met de andere participanten worden gedaan en dat de
verschillende partners werken aan doelen die gezamenlijk gesteld zijn voor MalburgenWest.
Kinderopvang SKAR, Werkplan KDV Klimop 2014
15
De Klimop bestaat uit 2 verticale groepen. Dit betekent dat kinderen in de leeftijd van 04 samen op één groep worden opgevangen.
Op deze manier krijgen de kinderen de
mogelijkheid om zo veel mogelijk
zelfstandig vorm te geven aan hun eigen
ontwikkelingsproces. In een verticale groep
kan ieder kind zijn/haar eigen tempo en
ontwikkelingstraject het beste volgen.
Het kunnen observeren en nabootsen van
het spel (met name oudere groepsgenoten)
daagt de kinderen uit.
Kinderen hoeven niet van groep te wisselen
en kunnen langer in dezelfde groep blijven,
dit bevordert kindvriendschappen.
De Klimop bevindt zich in een zogenaamde
aandachtswijk of aanpakwijk. Op de Klimop
wordt gewerkt met Kaleidoscoop
(leeromgeving, observatie, interactie en
dagschema, zie kaleidoscoop bij
kinderopvang SKAR) en werken we met het
taalstimuleringsprogramma ‘Uk en Puk”. Dit programma bestaat uit thema’s waarbij in de
bijbehorende activiteiten spelenderwijs woorden in verschillende moeilijkheidsgraden
worden aangeboden aan de kinderen.
b. Groepsgrootte en leeftijdsopbouw:
Klimop heeft 2 stamgroepen voor 15 kinderen per dag. Van die 15 kinderen verlaten elke
dag minimaal 3 kinderen de groep om naar het atelier te gaan, zodat er gemiddeld 12
kinderen op elke groep aanwezig zijn. Welke kinderen er naar het atelier gaan wordt per
dag en per activiteit bepaald. Het zijn kinderen in de leeftijd vanaf 2,5 jaar aangezien de
materialen die aanwezig zijn in het atelier voor kinderen vanaf die leeftijd geschikt zijn.
c. Hoe geven we vorm aan het opendeurenbeleid.
Tussen de beide groepen is een open verbinding via de keuken en het toiletgedeelte. Zo
spelen de kinderen van ‘Jip en Janneke’ op ‘Bert en Ernie’ en andersom. Aan het begin
van de dag maken de oudere kinderen plannetjes waarin ze aan kunnen geven waar en
waarmee ze willen spelen. Eten en slapen wordt in de stamgroep gedaan.
De kinderen kunnen ook aangeven in de gang te willen spelen. De deuren naar de gang
houden we meestal gesloten. Zo brengen we rust in de verschillende ruimtes doordat we
leeftijdsgebonden activiteiten aanbieden. Meestal spelen de baby’s en de dreumesen in
de groep terwijl de kinderen die (bijna) peuter zijn meer op de gang kunnen spelen.
d. Wanneer en hoe gaan we over tot het samenvoegen van groepen
Er zijn bepaalde momenten in de week dat de oudste peuters niet op de groepen zijn, bv
tijdens de gymlessen of kaleidoscoop-activiteiten. We kiezen er dan soms voor om de
kinderen van een andere specifieke leeftijdsgroep uit 2 groepen tot 1 groepje samen te
voegen.
Wanneer er een aantal kinderen in de vakanties niet komen, kunnen we ook beslissen de
groepen samen te voegen, tot maximaal 15 kinderen. We doen dit omdat de kinderen
goed bekend zijn met elkaar en zij dan een aantal kinderen hebben om mee te spelen.
We hebben bij onze locatie de ervaring dat er regelmatig kinderen geen gebruik maken
van hun opvangplek.
e. Bij welke spelactiviteiten verlaten de kinderen hun stamgroep
Kinderopvang SKAR, Werkplan KDV Klimop 2014
16
Kinderen verlaten hun stamgroep wanneer ze er voor kiezen, op grond van leeftijd of op
grond van de activiteit, op de gang of in het atelier te gaan spelen. 2x Per week gaan een
aantal kinderen naar peutergym, wat betekent dat ze de stamgroep verlaten. Verder is
dit aan de orde bij het buitenspelen en bij een uitstapje.
f. Voorschoolse opvang en naschoolse opvang in combinatie met dagopvang
Bij de Klimop verzorgen we sinds 2010 geen voorschoolse opvang meer in de dagopvang.
Deze opvang wordt verzorgd door BSO Reuzensprong, ook in Brede School de Spil.
Alleen op vrijdagochtend wordt de Vso nog wel verzorgt in Klimop en wel in de
basisgroep de Bert en Ernies voor een beperkt aantal kinderen. We houden ons in deze
werkwijze aan de BKR.
Uiteraard hebben we onze activiteitenprogramma voor de ochtend hierop aangepast.
Flexibele opvang
Binnen Kinderopvang SKAR (Kwink Kinderopvang) kunnen klanten door ons flexibel
aanbod optimaal gebruik maken van onze opvang.
Aan de behoefte aan flexibiliteit wordt binnen Kinderopvang SKAR (Kwink Kinderopvang)
invulling gegeven door naast een jaarcontract ook kleinere contracten aan te bieden.
Bijvoorbeeld alleen opvang in de schoolweken, voor halve dagen, de vakanties of een
contract waarbij per week kan worden bepaald wat de klant afneemt. Klanten die dagen
niet af kunnen nemen, bijvoorbeeld vanwege een vakantie of een nationale feestdag,
houden deze tegoed en kunnen op een ander moment ingezet worden.
In onze organisatie heeft u als ouder de keuze om gebruik te maken van onze flexibele
opvang. Onder flexibele opvang wordt verstaan: een incidenteel, onregelmatig en
onvoorspelbaar aanbod van kinderdagopvang in aanvulling op een vast aanbod of om
een structureel aanbod wat door omstandigheden van klanten onregelmatig wordt
afgesproken.
Wilt u gebruik maken van flexibele opvang dan kunnen wij uw kind plaatsen als wij
voldoen aan wet- regelgeving en de groepssamenstelling het toelaat. Meer informatie
over de spelregels voor flexibele opvang en onze ruilservice zijn terug te vinden op onze
website. Ook de afspraken van ons regulier arrangement, plus arrangement en
vakantieopvang kunt u in de desbetreffende dienstomschrijvingen terug vinden op onze
site, zie www.kinderopvangskar.nl. (www.kwink.nl)
Kinderopvang SKAR, Werkplan KDV Klimop 2014
17
Afspraken:
• U sluit een plaatsingsovereenkomst voor een minimum aantal dagdelen per
maand.
• Voor KDV is er een minimum van 8 dagdelen, ofwel vier dagen per maand.
• De dagen kunnen niet opgespaard worden.
• Er kunnen incidenteel extra dagen bijgekocht worden. Dan gelden dezelfde
afspraken als voor de overige klanten.
• U dient voor de 15e van de maand bij Klantmanagement door te geven welke
dagen in de volgende hele maand afgenomen worden. Bijvoorbeeld medio
augustus voor de maand september.
• De locatie krijgt hiervan een afschrift zodat zij weten wanneer ze de kinderen
kunnen verwachten.
7.2
Indeling en gebruik ruimten
Het kinderdagverblijf heeft een warme uitstraling en mooie grote groepsruimten. Met een
centrale gang en een grote tuin aan de achterzijde biedt de Klimop de kinderen
afwisseling en uitdaging om intensief te spelen.
Alle groepen zijn ingedeeld met verschillende hoeken zoals; een bouw- , auto- , poppenen leeshoek. Voor de baby`s is er een speciale babyhoek waar de kinderen veilig kunnen
spelen en op ontdekkingstocht kunnen gaan. De groepen werken veel samen en een
kindgericht aanbod aan activiteiten en materialen staan bij ons hoog in het vaandel.
Ieder groep heeft twee slaapkamers. We leggen de kinderen van 0-1,5 jaar zoveel
mogelijk in hun eigen bedje, op een aparte kamer. Zij zijn meestal op wanneer de
peuters naar bed gaan (na de lunch). Is dit niet mogelijk, dan liggen de jongste in de
bovenste bedjes en de oudste in de benedenbedjes.
De slaaptijden worden in overleg met de ouders besproken. Kinderen worden
gestimuleerd zoveel mogelijk zich zelf aan en uit te kleden en hun speen of knuffel te
pakken. In de winter slapen de kinderen in een pyjama die van thuis wordt meegegeven.
De gang (met speelhoeken) wordt vrijwel iedere dag als speelruimte gebruikt net als het
atelier. De tuin heeft een apart gedeelte voor de baby’s. De slaapkamers zijn geen
speelruimtes.
Per dag wordt gekeken welke kinderen van welke leeftijd in huis zijn. Aan de hand
daarvan wordt door de groepsleiding, samen met de kinderen, een planning gemaakt
wie waar op welk moment van de dag met de kinderen gaat spelen.
Kinderopvang SKAR, Werkplan KDV Klimop 2014
18
7.3
Dagindeling
Om de dagindeling voor alle kinderen op Klimop voorspelbaar te maken, maken wij
gebruik van dagritmekaarten van Puk. Deze kaarten worden door de pedagogisch
medewerksters elke dag gebuikt. De tijden zijn globaal. We wijken, afhankelijk van de
plannetjes van de kinderen, het weer etc. af van de volgorde.
Vanaf 7.30 tot 9.00 uur:
Rond 9.30 uur:
Rond 10.00 uur:
Verwelkomen van alle kinderen en vrij spelen
Fruit eten en wat drinken. Water /thee
VSOT, vooruitkijken, speelleren, opruimen en
terugkijken, hierna buitenspelen
Rond 11.30 uur:
Brood eten en een glaasje melk
Rond 12.30 uur:
Kinderen gaan naar bed en de oudste kinderen
mogen zelf een activiteit uitkiezen
Rond 14.00 uur:
Rijstwafel/ soepstengel en wat te drinken.
Water /thee of sap
Rond 14.30 uur:
Plannetje van de juf of buiten spelen
Rond 16.00 uur:
Yoghurt en wat te drinken. Water /thee (sap 1
keer per dag )
Vanaf 16.30 tot 18.30 uur: De kinderen worden opgehaald (vrij spelen,
binnen of buiten)
Kinderopvang SKAR, Werkplan KDV Klimop 2014
19
Verschillende tijden op de dag
Baby’s en dreumesen gaan naar bed wanneer zij hieraan toe zijn. Peuters die dit nodig
hebben zo rond 12.30 uur. Belangrijk is een vast ritueel zoals schone luier, knuffel en/of
speen, liedje, verhaaltje.
We gaan minimaal één keer per dag naar buiten, zowel met mooi als met minder mooi
weer. Kinderen mogen van ons vies worden buiten, daarom vragen wij ouders rekening
te houden met de kleding die ze de kinderen aantrekken.
Wanneer kinderen oud genoeg zijn stimuleren we ze om te helpen met opruimen, we
helpen zelf ook mee, geven ze opdrachtjes en complimenteren ze, als ze goed helpen.
We ruimen meestal op voordat we aan tafel gaan. De kinderen die steeds iets nieuws
pakken en er bijna niet mee spelen, vragen we ook om eerst het ene op te ruimen
voordat ze iets anders pakken. We labelen(kasten/bakken) zodat de kinderen weten wat
waar hoort.
Ons speelgoed staat op kindhoogte in de kast zodat ze het zelf kunnen pakken en niet
steeds overal om hoeven te vragen (stimuleert de zelfstandigheid). Alleen het speelgoed
dat gevaarlijk is voor de kleintjes, staat hoog.
7.4
Zindelijkheid
De leeftijd waarop een kind zindelijk wordt, is voor ieder kind verschillend. Wanneer een
ouder of pedagogisch medewerker merkt dat een kind er aan toe is, gaan we met elkaar
in overleg over de zindelijkheidsbegeleiding.
Baby’s
Voor de baby’s hanteren we vaste verschoonmomenten en daarnaast verschonen we
baby’s extra wanneer dit nodig is. Tijdens het verschonen praat de pedagogisch
medewerker over alle handelingen die ze doet en probeert een klein spelletje of liedje
met de baby te doen.
Dit is een van de momenten waarop de baby gerichte individuele aandacht van de
pedagogisch medewerker ontvangt.
Dreumesen
Voor de dreumesen hanteren we vaste verschoonmomenten en daarnaast verschonen we
ze extra wanneer dit nodig is. Wanneer de dreumes interesse voor het potje/ wc krijgt,
bespreken we dit met de ouders en gaan proberen de dreumes vertrouwd te laten raken
met het potje. De eerste paar keren praten we met de dreumes over het potje/ wc en
laten zien dat andere kindjes plassen en poepen op het potje/ wc. Daarna mag de
dreumes er zelf op zitten wanneer hij dat wil (evt. met luier/broek nog aan). Wanneer de
dreumes aangeeft: ‘ik wil plassen op het potje/ wc’ dan gaan we het proberen zonder de
luier. Wanneer een dreumes werkelijk heeft geplast, belonen we hem uitbundig door
positief en gericht te benoemen wat de dreumes gedaan heeft. Na het plassen laten we
de dreumes zijn handen wassen. Ouders vragen we voor voldoende reservekleding te
zorgen in het mandje van hun kind.
Peuters
Voor de peuter hanteren we vaste momenten om te gaan plassen, daarnaast geeft de
peuter het ook zelf aan wanneer hij moet plassen. De peuter bevindt zich meestal in het
stadium dat hij niet meer op het potje wil plassen maar op de kleine toiletjes die we
hebben. In deze leeftijd zijn er kinderen die volledig zelfstandig naar het toilet kunnen,
maar ook kinderen die hierin nog de ondersteuning van hun pedagogisch medewerker
nodig hebben. Een voor de peuter vast ritueel na het plassen is handen wassen.
Kinderopvang SKAR, Werkplan KDV Klimop 2014
20
7.5
Activiteiten, projecten en samenwerkingsverbanden (zie kwaliteitshandboek 2.10
Activiteitenbeleid)
Er worden jaarlijks verschillende activiteiten ondernomen op Klimop zoals de
peutersportdag, peutermaand –voorlezen en voorstelling -, jaarfeest, Pasen, kerst,
Sinterklaas, Suikerfeest, opa & oma dag.
Nationaal Voorleesontbijt:
Ieder jaar, in de maand januari is er een nationale voorleesweek. Merlijn doet hier aan
mee en de activiteiten die we dan organiseren voor de kinderen hebben allemaal
betrekking op het thema van die week. We lezen veel boekjes voor. Dat doen we dan
vooral uit de boekjes die dat jaar in de top 10 staan.
Logo 3000 en Uk en Puk
Klimop werkt met het taalstimuleringsprogramma Logo 3000 en Uk en Puk.
Logo 300 is leidend, Puk (pop) is een hulpmiddel. Door middel van het aanbieden van
woorden, wordt de woordenschat voor kinderen vergroot. De woorden die bij het thema
horen worden regelmatig in een verhaaltje of gesprekje benoemd en herhaald.
Aan het eind van groep 3 van de basisschool is het wenselijk dat een kind een
woordenschat van 5000 woorden heeft.
Dagelijks wordt met kinderen de woorden geoefend. Dit gebeurt op verschillende
manieren met verschillende activiteiten. De kracht van logo 3000 zit in het herhalen van
woorden zodat kinderen deze gaan herkennen.
Voorbeeld thema weer: nat, druppels, laarzen, paraplu, plas, regenjas, warm, wind,
waaien, etc. Over ieder thema ontvangt u een woordenlijstje, Hierdoor bent u op de
hoogte van de woorden die we aanleren en kunt u deze woorden oefenen met uw kind.
Bij het maken van zgn. “werkjes” e.a. activiteiten telt niet het resultaat, maar het proces
er naar toe. Gaandeweg leren en ontdekken de kinderen veel en worden vele creatieve
oplossingen bedacht. We leggen die momenten vast door regelmatig maken van fotoen/of beeldmateriaal om zo deze creatieve processen te documenteren. Ouders kunnen
dan de inspanning, het plezier en de ontwikkeling van hun kind zien.
Binnen het MFC (multifunctioneel centrum) hebben we brede school
activiteiten
Een aantal activiteiten komt voort uit de werkgroep BEA (breed educatief aanbod), VVE
of gebruikersoverleg.
•
Jaarlijks hebben we rondom een thema een medewerkersbijeenkomst. Het thema
wordt vervolgens uitgewerkt bij alle participanten
•
Aan het eind van de peutermaand een voorstelling en voorlezen in de bibliotheek
a.d.h.v. het gekozen boek
•
Één keer in de twee jaar is er een gezamenlijk thema binnen het MFC met gerichte
activiteiten.
Verjaardag kinderen
Wij vinden het leuk en belangrijk om de verjaardag van uw kind te vieren. Feest vieren
draagt bij aan het groepsgevoel. Kinderen leren op die manier omgaan met verschillende
emoties. Uiteraard wordt er gekeken naar de behoefte van het kind. Daarnaast
ontwikkelen we hiermee tijdsbesef. Er wordt een mooie verjaardagsmuts gemaakt, met
evt. hulp van het kind. Op de dag dat hij/zij de verjaardag viert, worden er
verjaardagsliedjes gezongen (met evt. muziekinstrumenten) en mag uw kind wat lekkers
trakteren.
Kinderopvang SKAR, Werkplan KDV Klimop 2014
21
Wij vragen u om een gezonde traktatie mee te nemen. Voor ideeën en inspiratie
verwijzen we u naar het traktatieboekje en het traktatiebeleid op de website
(www.kinderopvangskar.nl -> te downloaden documenten)
(zie kwaliteitshandboek 2.11C Traktatiebeleid)
7.6
Buitenspelen
Iedereen weet dat buitenspelen belangrijk is voor de ontwikkeling van kinderen. Buiten
spelen kinderen op een andere manier doordat de ervaring van ruimte, weer, natuur,
licht en ondergrond een heel andere is waardoor het spel en onderzoek van kinderen
verschilt met die in de binnenruimte. Buiten spelen vraagt andere vaardigheden en biedt
andere mogelijkheden.
Om een paar voorbeelden te noemen. Buiten zijn andere geuren en kleuren. Buiten
nodigt uit tot grotere grovere en snellere bewegingen (rennen, hinkelen, fietsen) en tot
ontdekken van levende en dode natuur (insecten, vogels, planten, vlinders, vallende
balderen, dorre bloemen). Buiten inspireert tot het omgaan met wisselende en minder te
beïnvloeden omstandigheden zoals licht, schaduw, zon, koude, regen, sneeuw en wind
(over je schaduw springen, sneeuw eten, regen op je tong, blaadjes vangen,
windmolentjes, slingers in de boom). Buiten liggen de materialen letterlijk en figuurlijk
voor het oprapen. De associaties verschillen van die binnenshuis. Dit inspireert tot
fantasiespel, tot grote dingen ondernemen en met je handen creëren.
Bij Kinderopvang SKAR geldt de afspraak dat alle kinderen van alle locaties zo vaak
mogelijk naar buiten gaan, minstens één keer per dag, ook bij slecht weer.
8.
Oudercontacten
Naast de contacten die ouders met de pedagogisch medewerkers hebben met betrekking
tot het Welbevinden (zie hoofdstuk 3), zijn er meerdere momenten waarop
oudercontacten plaats vinden;
8.1
Intakegesprek
In principe maakt de locatiemanager of de mentor telefonisch een afspraak met de
ouders en het kind voor een intakegesprek. De mentor en/of de locatiemanager voeren
(een deel) van het intakegesprek. Het gesprek vindt voor de plaatsingsdatum plaats. Bij
een spoedplaatsing vindt er een korter intakegesprek plaats. De afspraak wordt
schriftelijk bevestigd evt. met een ‘welkomstkaart’. De locatiemanager informeert zo
nodig de mentor over tijdstip.
Degene die de afspraak gemaakt heeft, zet de afspraak in de agenda. De
mentor/pedagogisch medewerker voert het gesprek aan de hand van de checklist intake,
waarin zowel de te verstrekken informatie als de te vragen informatie staat en vinkt aan
op de checklist wat aan de orde is geweest.
8.2
Wennen
Extern wenbeleid
Dit wenbeleid beschrijft hoe wordt omgegaan met het wennen van kinderen die nieuw
instromen op een kindercentrum.
Een goede wenperiode kan een belangrijke rol spelen in het ontstaan van een veilige
basis voor het kind. Voor alle kinderen geldt dat ze kunnen wennen als ze nieuw op het
kinderdagverblijf of BSO geplaatst worden. Wennen gebeurt in overleg met de mentor bij
voorkeur op de geplaatste dagdelen en altijd in de eigen stamgroep. Wennen kan niet
voordat de ouder het contract heeft ondertekend plaats vinden en ook niet tijdelijk
boventallig. Als het contract ondertekend is mag het kind, mits de groepsgrootte van de
stamgroep dit toelaat, wel kosteloos wennen voor de 1e opvang dag.
Tijdens de intake worden over het wennen afspraken met de ouders gemaakt en deze
worden schriftelijk vastgelegd op het groeiformulier en eventuele andere
toestemmingsformulieren.
Intern wenbeleid
Kinderopvang SKAR, Werkplan KDV Klimop 2014
22
Dit wenbeleid beschrijft hoe omgegaan wordt met kinderen die doorstromen naar een
andere groep binnen het kindercentrum.
Wennen is in alle leeftijdsfases van een kind van belang. Daarom zijn er ook
wenafspraken voor kinderen die doorstromen naar een andere groep binnen hetzelfde
kinderdagverblijf of BSO. De wenperiode wordt afgestemd met de ouder en is afhankelijk
van de situatie; hoe oud is een kind, hoe is het welbevinden van het kind, kent het kind
de andere groep of locatie al, wordt voldaan aan de regels rondom de beroepskrachtkind-ratio?
8.3
Brengen, halen
Tijdens het brengen en halen van de kinderen is de overdracht / communicatie met de
ouders erg belangrijk. We proberen voor iedere ouder even tijd te maken. Mochten we
met een ouder in gesprek zijn terwijl er een andere ouder binnenkomt of zijn we nog met
iets bezig, dan maken we kenbaar dat we er zo voor ze zijn. Tijdens de overdracht horen
we graag van de ouders welke bijzonderheden er zijn met betrekking tot hun kind.
Heeft uw kind bijv. last van doorkomende tandjes, heeft het slecht geslapen of het een
inenting heeft gehad. Met deze informatie kunnen we situaties beter inschatten; bijv.
brengen uw kind eerder naar bed, geven wat extra aandacht, zijn voorzichtig met
aan/uitkleden. De PM bespreken uiteraard de bijzonderheden, leuke voorvallen en soms
minder leuke zoals een ruzietje of valpartijtje, met u.
Overdracht vindt ook plaats d.m.v. het overdrachtsklappertje. Hierin is voor zowel de
ouder als voor de pedagogisch medewerk(st)ers ruimte om een overdracht van een
bepaalde dag te schrijven. De overdrachtsklapper van kinderen tot 1 jaar schrijven we
elke dag en de overdrachtsklapper voor kinderen vanaf 1 jaar schrijven we 1 keer in de
week. We vragen ouders altijd om bij het ophalen met hun kind gedag te zeggen, zodat
de pedagogisch medewerkers duidelijk weten dat het kind meegenomen is.
Aan het kind leren we ook bij het brengen en weggaan om te gaan met afscheid nemen.
Komt uw kind later dan 9.00uur of blijft hij/zij thuis, dan graag dit van te voren
doorgeven aan de pedagogisch medewerker van de groep. Ook kan het telefonisch op de
dag zelf bij voorkeur vóór 9.00uur.
8.4 Ouderavonden
Op ons dagverblijf houden we 1 á 2 keer per jaar een ouderavond (ochtend of middag).
Dit dagdeel staat in het teken van ons pedagogisch beleid.
In plaats van een avond kiezen we soms voor een ochtend of middag. Ouders kunnen
zich bijvoorbeeld inschrijven om een deel van een dagdeel mee te draaien. Het is toch
anders als u iets meemaakt of termen tijdens de overdracht hoort zoals VSOT
(Vooruitkijken, Speelleren, Opruimen, Terugkijken), kleine kring , plannetje van de juf
etc.
8.5
Oudercommissie
Bij Klimop hebben we een actieve oudercommissie. Zij hebben minimaal 4x per jaar
overleg met de locatiemanager. Zaken die aan de orde komen zijn o.a. pedagogisch
beleid, communicatie, organisatie, kwaliteit. Daarnaast bieden ze ondersteuning bij
activiteiten zoals bijv. het jaarfeest of het kerstfeest. De oudercommissie heeft de
Centrale Ouder Commissie (COC) gemandateerd.
Meer informatie over de oudercommissie kunt u vinden op onze website. Daarnaast kunt
u contact met hen opnemen via het volgende email adres:
[email protected]
8.6
Schriftelijke informatie
Om ouders te informeren over allerlei zaken die het dagverblijf betreffen gebruiken we
de nieuwsbrief en onze locatiepagina op onze website. In een nieuwsbrief treft u
informatie aan over personele aangelegenheden, activiteiten die georganiseerd worden,
Kinderopvang SKAR, Werkplan KDV Klimop 2014
23
ontwikkelingen op de locatie, nieuws van de groepen, mededelingen etc. De nieuwsbrief
komt gemiddeld 3x per jaar uit.
8.7
Contactgegevens
Kinderdagverblijf Klimop
Lupinestraat 12
6841 GD Arnhem
026-3210788
[email protected]
Locatiemanager: Loes Muller
06-51485094
[email protected]
Klantcontact
0900-BELSKAR 0900-2357527
[email protected]
www.kinderopvangskar.nl
Contactgegevens oudercommissie
[email protected]
De Rol van de locatiemanager
De locatiemanager geeft operationeel leiding aan een aantal opvanglocaties, waar diverse
soorten opvang worden geboden (dagopvang, buitenschoolse opvang en/of
peuterspeelzalen). De locatiemanager geeft sturing aan en begeleidt de medewerkers en
zorgt ervoor dat de dagelijkse gang van zaken op de opvanglocaties op optimale wijze
doorgang kan vinden. De locatiemanager draagt zorg voor de uitvoering van het beleid
op het gebied van de inrichting en uitstraling van de locaties, het locale financiële beleid
en de uitvoering van de dienstverlening op de werkvloer. De locatiemanager zorgt er
ook voor dat klanten tevreden zijn en dat de locatie op een voor klanten herkenbare en
juiste wijze geprofileerd wordt. De locatiemanager is tevens aandachtsfunctionaris
oftewel interne contactpersoon op het gebied van grensoverschrijdend gedrag, neemt
initiatieven in het kader van preventie en voorlichting en implementeert de aanpak.
Daarnaast is hij/zij eerste aanspreekpunt voor ouders en kinderen en collega’s en
verwijst zo nodig naar de Externe vertrouwenspersoon.
9.
Doelen
9.1
Locatiedoelen
Onze locatie werkt jaarlijks aan een aantal doelen. Hieronder beschrijven we eerst de
stand van zaken/evaluatie van de doelen van het vorige jaar. Daarna beschrijven we kort
de doelen, de aanleiding en het gewenste eindresultaat van het jaar 2014.
Over het verloop van de locatiedoelen informeren wij u via de nieuwsbrief van de locatie.
Doelen van 2013
• Samenwerking versterken met BSO Reuzensprong (o.a. jaarfeest) en de
Spilpartners = behaald /loopt door in 2014
• Een start maken met het werken met het OVM (ontwikkel volg systeem) = deels
behaald / loopt door in 2014
Doel
Activiteiten
Eindresultaat
Voortgang en
implementatie
van VVE
programma’s
Dagelijks werken met LOGO
3000
VVE programma is geborgd
De leeromgeving / hoeken zijn optimaal
Kaleidoscopische dagschema
Incl. sleutelervaringen en
anekdotes schrijven
Week en groepsplannen
maken
Er is een goede interactie tussen kinderen en
pedagogisch medewerkers
Oudergesprekken zijn gevoerd.
Er wordt planmatig gewerkt
Kinderopvang SKAR, Werkplan KDV Klimop 2014
24
Conflicthantering toepassen
Werken met het OVM
Werken met Kidsmart
Opbrengst Gericht Werken
implementeren
Ouders zijn op
de hoogte en
voelen zich
betrokken
Ouderbijeenkomsten
Nieuwsbrieven
kindgesprekken
Activiteiten kalender
Woordenlijst
Ouderbeleid
Zorgvuldige
overdracht van
dagverblijf naar
school
Warme overdracht,
een driegesprek (ouder,
leerkracht, pedagogisch
medewerker)
Een doorgaande leerlijn
Kinderopvang SKAR, Werkplan KDV Klimop 2014
25