VERENIGING BELANGHEBBENDEN STICHTING PENSIOENFONDS AON GROEP NEDERLAND WAAROM EEN BELANGENVERENIGING? De eenzijdige opzegging per 1 januari 2014 door Aon Groep Nederland bv (AGN) van de met de Stichting Pensioenfonds Aon Groep Nederland (Pensioenfonds) gesloten uitvoeringsovereenkomst kwam voor de meesten van ons (d.w.z. pensioengerechtigden, slapers en aktieve deelnemers van het Pensioenfonds) als een grote, onplezierige verrassing. Ging het eerst nog om een wat diffuse mededeling (brief 30 juli 2013), de gevolgen van deze eenzijdige opzegging door AGN werden pas duidelijker door de brief van 11 april 2014. Daarin liet het bestuur van het Pensioenfonds ons weten dat – omdat zelfstandige voortzetting van het Pensioenfonds niet de voorkeur van het bestuur had – liquidatie van het Pensioenfonds met de daarbij behorende collectieve waardeoverdracht aan een andere pensioenuitvoerder het meest reële scenario was. Het zoeken was nog naar een geschikte andere pensioenuitvoerder, maar het voornemen om “ons” pensioenfonds te gaan liquideren was al aanwezig. Voor werkgever AGN stond in ieder geval blijkbaar al geruime tijd (sinds juli 2013?) vast dat de enige andere geschikte pensioenuitvoerder de door de werkgever (lees: Aon Plc) op te richten Belgische IORP zou zijn! In de brief van 28 mei 2014 wordt ons door het Pensioenfonds nieuwe informatie verschaft over het door AGN ingenomen standpunt m.b.t. de toekomstige pensioenuitvoering, zoals neergelegd in een nieuwe, vanaf 1 januari 2014 geldende uitvoeringsovereenkomst. In principe komt het erop neer dat AGN bij voortzetting van het Pensioenfonds - in tegenstelling tot het verleden - niet langer bereid is om toekomstige dekkingstekorten onder de Nederlandse toezichtregels te financieren. Dit betekent dat er dan, op een aantal reeds met De Nederlandse Bank overeengekomen herstelbetalingen en wat backservice en indexatieverplichtingen na, geen verdere bijstortingen meer zullen plaatsvinden. Alléén in geval er sprake zou zijn van liquidatie van het Pensioenfonds gevolgd door collectieve waardeoverdracht aan het in België op te zetten Aon European Pension Fund (AEPF), zou AGN bij toekomstige onderdekking onder de Belgische toezichtregels wél bereid zijn tot bijstorting! Afgezien van het feit dat deze door AGN gestelde voorwaarde (“Nederland niet, België wél”) op z’n minst enige ‘verbazing’ oproept, strookt dit ook niet met het al tientallen jaren lang bij de gepensioneerden, slapers en huidige deelnemers van het Pensioenfonds opgewekte vertrouwen c.q. bestaande verwachting van een zeer solide pensioentoezegging. Volgens de van toepassing zijnde pensioenreglementen heeft de werkgever alléén het recht zijn bijdrage aan het Pensioenfonds te verminderen of beëindigen in geval van betalingsonmacht, in geval van ingrijpende wijzigingen van omstandigheden. Uit de jaarrekening van AGN blijkt niet dat van een dergelijke situatie sprake is. In ieder geval hebben de door AGN in de afgelopen jaren genomen beslissingen (sinds 1.1.2009 geen nieuwe toetredingen meer tot het Pensioenfonds; sinds 1.1.2014 invoering beschikbare premieregeling voor àlle Aon werknemers) ertoe geleid dat het Aon Pensioenfonds een gesloten, slapend fonds is geworden met – volgens het bestuur – weinig toekomstperspectief. Dit alles, én de uitkomst van diverse door/namens het Pensioenfonds verrichte onderzoeken, analyses en berekeningen (waarin wij overigens inzage zouden willen hebben), hebben bij het bestuur van het Pensioenfonds tot de conclusie geleid dat liquidatie van het fonds gevolgd door een collectieve waardeoverdracht naar het in België gevestigde Aon European Pension Fund (AEPF) voor alle betrokkenen de beste oplossing zou zijn, waarbij de door AGN gedane pensioentoezeggingen het beste gewaarborgd kunnen blijven. Bij deze conclusie vallen echter nog wel de nodige kanttekeningen te maken. 1. Motor achter het opzetten van de AEPF is blijkbaar Aon Plc, gevestigd in de UK, sinds 2 april 2012 de holdingmaatschappij van de wereldwijde Aon groep. De bedoeling is dat het AEPF een multipensioenfonds wordt, waarin uiteindelijk alle gesloten Europese Aon VBspfAGN – waarom belangenvereniging? 20140807 1 VERENIGING BELANGHEBBENDEN STICHTING PENSIOENFONDS AON GROEP NEDERLAND pensioenfondsen moeten worden ondergebracht. Naast Belgie, Nederland, Ierland, en ?? – allen kleine tot middelgrote pensioenfondsen, zou dat – zodra de huidige tekorten zijn afgefinancierd – bijv. ook de UK gaan omvatten, met een pensioenvermogen van een aantal miljarden. Zoals uit de informatiebijeenkomsten van 7 en 9 juli 2014 duidelijk werd, is de achterliggende reden van deze centralisatie puur een financiële: onder de Belgische prudentiele toezichtsregels zou er eerder sprake zijn van een volledige dekkingsgraad dan onder de toezichtsregels van de andere Europese landen, in ieder geval Nederland. Dit leidt dus tot geen of minder herstelbetalingen én tot lagere premiebetalingen. Wat betreft ons Pensioenfonds, zou dat betekenen dat het met DNB overeengekomen lange termijn herstelplan onmiddellijk vervalt, waardoor verdere herstelbetalingen niet meer nodig zijn. Ook de reeds in de jaarrekening AGN genomen pensioenvoorziening van € 20 mio valt dan vrij. Het is niet bekend of dat bedrag op de een of andere manier alsnog voor het Pensioenfonds zal worden aangewend. 2. Het AEPF is een zog. Institution for Occupational Retirement (IORP), die onder de bescherming van de Europese Pensioenrichtlijn valt. De implementatie van die richtlijn verschilt echter per land. Er zijn landen die alleen de minimale eisen verwerken, andere landen stellen meer voorwaarden verplicht. In België heeft men blijkbaar voor de eerste optie gekozen: men spreekt zelf van een “uiterst efficiënt en voordelig juridisch, fiscaal en prudentieel kader”, waarbij de (financiële) belangen van de ondernemer/werkgever lijken te prevaleren boven die van de werknemers en gepensioneerden. Dat blijkt ook uit de regels mb.t. de samenstelling van het Bestuur en de Algemene Vergadering: die bestaan alleen uit door de deelnemende ondernemingen aangewezen personen, dus allemaal werkgever gerelateerd. Qua beslissingsbevoegdheid geldt het “one man, one vote” principe. In de praktijk heeft dit dus tot gevolg dat andere Aon bestuurders/c.q. andere Aon landen dus in meerderheid kunnen beslissen over ”ons” fonds; wij hebben immers maar 1 stem! Ook al omdat het (Belgische) fonds nog tientallen jaren moet blijven bestaan (immers: tot de datum dat de qua leeftijd jongste (ex) deelnemer c.q. diens partner aan het fonds overlijdt!) is dit een zorgelijke ontwikkeling. Mede omdat vroeg of laat toch het risico op belangenverstrengeling kan ontstaan. 3. In het Belgische bestuursmodel is geen enkele sprake van het – over de jaren zwaarbevochten - Nederlandse governance model waarin vertegenwoordigers namens werknemers en gepensioneerden mede-besturen en mede-beslissen. De Belgische wet biedt wel de mogelijkheid, dus niét de verplichting, om per fonds een Sociaal Comité op te richten, met daarin ook vertegenwoordigers van de werknemers en de gepensioneerden. Dit Comité heeft echter louter een adviserende functie en kan dus geen beslissingen afdwingen of tegenhouden! Ook hier geldt dus weer dat een meerderheid in het Bestuur of de Algemene Vergadering “ons” advies kan negeren of overrulen! 4. De in de brief van 28 mei neergelegde mening van het bestuur van het Pensioenfonds ‘dat de governance structuur voldoende waarborgen biedt om zeker te zijn dat de pensioentoezegging wordt nagekomen’ delen wij dus zeer zeker niet! De eisen m.b.t. de inrichting van de statuten zijn uitermate flexibel: de oprichters kunnen daarin zelf bepalen wie over wat beslist en met wat voor meerderheid. Het is dus uitermate belangrijk dat het Pensioenfond vooraf bepaalt wat men daarin wil veranderen om nu en in de toekomst evt. voor “ons” fonds nadelige besluiten te verhinderen, bijv. d.m.v. een instemmingsrecht of vetorecht. Dat geldt met name voor de oprichting, instandhouding en de bevoegdheden van het Sociaal Comité, en de opstelling, inhoud, wijziging én beeindiging/opzegging van de dokumenten die nu en in de toekomst voor beheer van “ ons” fonds belangrijk zijn: beheersovereenkomst (= uitvoeringsovereenkomst), financieringsplan, beleggingsplan, etc. Noot: zonder inzage in de statuten van het AEPF en de andere hierboven genoemde dokumenten, is het niet mogelijk om het nieuwe risicoprofiel van “ons” fonds alsook het AEPF te kunnen beoordelen. De belangenvereniging wil derhalve bereiken dat ook zij inzage in deze dokumenten krijgt. VBspfAGN – waarom belangenvereniging? 20140807 2 VERENIGING BELANGHEBBENDEN STICHTING PENSIOENFONDS AON GROEP NEDERLAND 5. De opstelling van het bestuur van het Pensioenfonds, dat men zich alleen met het beleggingsbeleid van “ons” fonds bezig wil houden, en niet met het totale beleggingsbeleid, is naar onze mening onvoorzichtig. In de stukken wordt weliswaar telkens benadrukt dat er binnen het AEPF geen sprake zal zijn van onderlinge solidariteit tussen de verschillende fondsen, en dat er in geval van tekorten geen onderlinge compensatie zal plaatsvinden (het zog. ringfencing), maar dat is juridisch gezien niet correct. Onder de Belgische wetgeving is slechts sprake van administratieve ringfencing, dus slechts intern afgescheiden vermogens. Juridisch gezien is er echter sprake van één vermogen, waarmee het AEPF volledig aansprakelijk is jegens externe schuldeisers (dus ook pensioengerechtigden) voor hun vorderingen op het AEPF. Een (dreigend) failliet van het ene fonds kan dus wel degelijk leiden tot nadelige financiële gevolgen bij de andere deelnemende fondsen. (Noot: in het recent aan de Tweede Kamer voorgelegd wetsvoorstel voor een (grensoverschrijdend) multipensioenfonds (APF), is dit ringfencen wél juridisch geregeld. Het failliet van de ene cel kan dan niet tot het failliet van de andere cellen leiden) 6. De brief van 28 mei vermeldt dat er – mocht er in de toekomst onverhoopt sprake zijn van betalingsonmacht bij AGN (vraag: ook bij een van de andere deelnemende Aon werkgevers??) - door Aon Plc een toezegging is afgegeven in de vorm van een ‘intentieverklaring’ waarin wordt ‘verklaard’ om nu en in de toekomst het AEPF en de werkgever (i.c. AGN) ‘financieel bij te staan in het voldoen aan haar pensioenverplichtingen, zoals dat in het verleden ook het geval is geweest’’. Uit juridisch oogpunt bekeken biedt dit echter geen enkele garantie dat Aon Plc in de toekomst evt. dekkingstekorten zal aanzuiveren: het is geen onvoorwaardelijke contractuele toezegging. 7. Op de pensioentoezegging van AGN als zodanig blijft weliswaar de Nederlandse sociale en arbeidswetgeving van toepassing, maar dat betreft de inhoud. Op de financiële uitvoering, d.w.z. de regels m.b.t. technische voorzieningen, beleggingen en beheer is echter alleen de Belgische wetgeving van toepassing. Is er in Nederland sprake van een gedetailleerd geregeld kwantitatief toezicht, in België is er alleen sprake van kwalitatief toezicht. Het Belgische prudentiele toezichtskader vereist slechts een prudente berekeningsmethode op basis van economische en actuariële hypothesen ‘die het (AEPF) moet kunnen rechtvaardigen’. In vergelijking met de meer objectieve maatstaven die in Nederland van toepassing zijn, lijken dit dus veeleer subjectieve maatstaven die op verschillende manieren kunnen worden ingevuld. 8. Overigens is er onder het Belgische model sprake van een lagere vermogensopbouw dan onder het Nederlandse model. Allereerst hoeven er geen herstelbetalingen meer plaats te vinden (waarvoor al € 20 mio. was gereserveerd). In de tweede plaats zijn onder de Belgische berekeningsmethode lagere premiebetalingen vereist, dan onder het Nederlandse Financiële Toezichtskader geval is. Deze lagere vermogensopbouw zou - zeker op de lange termijn bezien – tot onvoldoende dekking, dus tot lagere pensioenuitkeringen, kunnen leiden. 9. Gezien het feit dat het AEPF nog tientallen jaren zou moeten blijven bestaan, is ook de vraag wat er eigenlijk met het AEPF c.q. “ons” fonds gebeurt wanneer er in de toekomst sprake is van grote veranderingen binnen het Aon concern, bijv. afstoting van een van de poten, zoals ARS. Wie krijgt het AEPF dan toebedeeld, wie neemt de pensioentoezeggingen over, wie de garantiestelling (in wat voor vorm dan ook). Wat gebeurt er eigenlijk met “ons” fonds wanneer door de werkgever (wederom) de uitvoeringsovereenkomst wordt opgezegd? Het is niet bekend of het bestuur van het Pensioenfonds hier bij de diverse onderzoeken naar heeft gekeken. 10. Uit de brief van 28 mei blijkt, dat het bestuur van het Aon PF zélf geen voorstander is van collectieve waardeoverdracht naar een Nederlandse levensverzekeraar, omdat in dat geval dan maar ‘een zekere maar lage indexatie kan worden ingekocht’, die blijkbaar niet meer dan 0,5% - oftewel ca. 25% van de indexatieambitie (die blijkbaar 2% is?) oplevert. Afgezien van VBspfAGN – waarom belangenvereniging? 20140807 3 VERENIGING BELANGHEBBENDEN STICHTING PENSIOENFONDS AON GROEP NEDERLAND het feit dat voor de hoogte van de in te kopen indexatie uiteindelijk bepalend is wat werkgever AGN in dat geval aan het Pensioenfonds meegeeft (het Belgische pensioenmodel houdt immers wél rekening met een indexatie van 1 resp. 2%!), zijn er desalniettemin heel wat deelnemers die tóch liever voor de Nederlandse verzekeringsoptie kiezen dan voor het onderbrengen van hun pensioenaanspraak in het AEPF. We zijn dus van mening dat het Pensioenfonds ook moet c.q. had moeten (onder)zoeken naar de oplossing van een zog. “opt out” voor die deelnemers die de voorkeur geven aan een ‘Nederlandse oplossing’, voordat tot liquidatie en collectieve waardeoverdracht (naar Belgie) wordt besloten. 11. Een (voorlopige) voortzetting van het Aon Pensioenfonds in Nederland is beslist ook een reële mogelijkheid. Dat valt ook te concluderen uit de presentatie van het Pensioenfonds op 7 en 9 juli j.l. Behoudens wat reeds is afgesproken met het DNB, ca. € 20 mio), weigert AGN dan weliswaar nog verder bij te dragen bij onderfinanciering onder de Nederlandse dekkingsregels (gemiddeld 125% vereist) ; maar niet valt in te zien waarom AGN – net als in Belgie – niet zou kunnen bijstorten in het geval ook in Nederland de dekkingsgraad onder de 100% zakt!!! Wij zijn op dit moment van mening dat de huidige opzet en invulling van het AEPF absoluut geen voldoende waarborgen biedt dat de door AGN pensioentoezeggingen nu en in de toekomst volledig zullen worden nagekomen. Ook zijn wij van mening dat door het bestuur van het Pensioenfonds onvoldoende/niet afdoende is gekeken naar de mogelijkheid van een Nederlandse oplossing: (voorlopige) voortzetting van het gesloten Pensioenfonds en/of onderbrenging van de pensioenaanspraken bij een Nederlandse verzekeraar. In de brief van 18 mei wordt hier in ieder geval niet uitvoerig op in gegaan, behalve dan dat het bestuur het niet de beste oplossing vindt. In ieder geval zou een ‘opt out’ model voor deelnemers die de voorkeur geven aan een Nederlandse verzekeringsoplossing tot de mogelijkheden hebben moeten behoren. Bij de nu ontstane situatie: het naar aanleiding van de eenzijdige opzegging van de pensioenuitvoeringsovereenkomst door de werkgever tot stand gekomen voornemen van het bestuur van het Pensioenfonds om het fonds te liquideren, en om vervolgens - op (dwingend?) verzoek van de werkgever - collectieve waardeoverdracht van het fonds te laten plaatsvinden naar het AEPF, het Belgische multipensioenfonds van Aon Plc, waar - als gevolg van concentratie van meerdere landenfondsen en gebruikmakend van een soepeler Belgisch financieel toezichtsbeleid - grote financiële voordelen voor de Aon werkgever(s) zijn te behalen - zijn wij van mening dat er daarbij onvoldoende rekening is gehouden met de belangen van de (overige) belanghebbenden: hun recht op en hun wens naar een volledige nakoming van de aan hen in het verleden gedane pensioentoezeggingen. Vereniging Belanghebbenden Stichting Pensioenfonds Aon Groep Nederland 7 augustus 2014 VBspfAGN – waarom belangenvereniging? 20140807 4
© Copyright 2025 ExpyDoc