Academische reflectie over werkveldervaring

Studiefiche
Vanaf academiejaar 2014-2015
Academische reflectie over werkveldervaring (D012163)
Cursusomvang
(nominale waarden; effectieve waarden kunnen verschillen per opleiding)
Studiepunten 3.0
Studietijd 75.0 u
Contacturen
15.0 u
Aanbodsessies in academiejaar 2014-2015
A (jaar)
Lesgevers in academiejaar 2014-2015
Beeckman, Dimitri
Van Hecke, Ann
Verhaeghe, Sofie
GE12
GE12
GE12
Aangeboden in onderstaande opleidingen in 2014-2015
Master of Science in de verpleegkunde en de vroedkunde
Verantwoordelijk lesgever
Medelesgever
Medelesgever
stptn
3
aanbodsessie
A
Onderwijstalen
Nederlands
Trefwoorden
Portfolio, integratie, teamwerking, multidisciplinariteit, wetenschappelijk werk
Situering
Dit opleidingsonderdeel is gesitueerd in het Masterjaar van de opleiding Master in de
Verpleegkunde en Vroedkunde. De doelstelling is om de student op een systematische
en begeleide manier op een academisch niveau te laten reflecteren over de eigen
competenties en het toekomstig functioneren als Master opgeleide
verpleegkundige/vroedkundige professional. De student dient in een eerste fase (onder
begeleiding van een coach) een reeks van competenties te definiëren waaraan hij/zij
wenst te werken in dit opleidingsonderdeel. Hierbij wordt gestart van het
competentieprofiel van de opleiding. De selectie van competenties dient helder
verantwoord te worden door de student. Het proces om deze competenties te behalen
en de reflectie hierover wordt vastgelegd in een persoonlijk digitaal portfolio.
Inhoud
Het proces van reflectie wordt begeleid door coaches. De rol van deze coaches is het
reflectie proces inhoudelijk mee te helpen vormen.De doelstelling isom competenties
die moeilijk behaald kunnen worden in andere opleidingsonderdelen te laten behalen d.
m.v. activiteiten in dit opleidingsonderdeel.De student is eindverantwoordelijke voor het
proces en de realisatie van de beoogde competenties.
In dit opleidingsonderdeel wordt gewerkt aan de opmaak van een digitaal portfolio. Het
proces wordt begeleid door coaches. Het portfolio dient te bestaan uit vier delen.
Het eerste deel van het portfolio bestaat uit een beschrijving van werk- en
leerervaringen die opgedaan werden tijdens het Masterjaar. De student dient op een
zelfstandige manier vorm te geven aan de wijze waarop hij/zij deze werk- en
leerervaringen wenst te verwerven. Dit kan (deels) door het lezen en analyseren van
literatuur, interviews met nationale/internationale professionals, het bijwonen van
congressen/symposia, het lopen van een korte en duidelijk gefocuste stage, … De
focus van de werk- en leerervaringen dient gelinkt te worden met de gekozen
uitstroomas (ANP/AMP, onderwijs, onderzoek, management). Vanuit de opleiding
wordt het verwerven van werk- en leerervaringen in een internationale context
bijzonder gestimuleerd. De studenten krijgen daarom de mogelijkheid om deel te
nemen aan onderwijsactiviteiten die ingepland zijn in het faculteitsbrede
(Goedgekeurd)
1
opleidingsonderdeel “Internationalisation@home”. In dit opleidingsonderdeel zullen
internationale sprekers lezingen/sessies geven over diverse topics (internationaal
perspectief) die gelinkt zijn met de opleidingen in de Faculteit Geneeskunde en
Gezondheidswetenschappen. Het eerste deel van het portfolio dient een beschrijving te
zijn van deze activiteiten.
Het tweede deel van het portfolio bestaat uit een analyse en reflectie over de
opgedane werk- en leerervaringen. In dit deel wordt beschreven op welke manier en in
welke mate de beoogde competenties bereikt werden door de activiteiten die in het
eerste deel van het portfolio beschreven werden. Dit deel dient eveneens een
argumentatie te bevatten voor de keuze van de verdiepingsvakken en keuzevakken.
Van de studenten wordt hierbij een kritische reflectie verwacht.
Het derde deel van het portfolio bestaat uit een overzicht van de bewijzen waarmee
aangetoond wordt dat activiteiten effectief uitgevoerd werden. Dit kan gaan over
formele bewijzen (attesten, certificaten, diploma’s), maar ook over informele bewijzen
(verwerking van literatuur, uitgetypte interviews).
Het vierde deel bestaat uit de uitwerking van een persoonlijk ontwikkelingsplan. Hierin
dient de student te beschrijven op welke manier aan de competenties van een master
opgeleide verpleegkundige/vroedkundige professional verder gewerkt zal worden, dit
ook na het afstuderen. Hieruit dient te blijken dat de student toekomstgericht denkt over
de professionele loopbaan en dat hij/zij beschikt over decompetenties om te komen tot
levenslang leren en groei in een complexe realiteit.
Begincompetenties
De student beschikt over een goede kennis van de Engelse taal.
De student dient voor volgende opleidingsonderdelen geslaagd te zijn:
• Visie- ontwikkeling en basisconcepten in verpleegkunde/vroedkunde
• Diagnostiek, interventies en outcomes in verpleegkunde/vroedkunde
• Zorgethiek
• Multidisciplinaire benadering van klinische besluitvorming
De student dient volgende opleidingsonderdelen te volgen of gevolgd te hebben:
• Advanced Practice in de verpleegkunde of Advanced Practice in de vroedkunde of
• Advanced practice in de geestelijke gezondheidszorg
• Evidence Informed Practice in verpleegkunde/vroedkunde/GGZ
• Literatuuronderzoek in verpleegkunde/vroedkunde/GG
• Economische aspecten van de gezondheidszorg
• Veranderingsmanagement in de gezondheidszorg
De student beschikt over een goede kennis van de Engelse taal.
Eindcompetenties
De student getuigt van een attitude tot permanente bijscholing of levenslang leren en
kan daartoe de nodige instructies en scholing voorzien.
Als toekomstige Master in de Verpleegkunde:
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
Zich een verantwoord oordeel kunnen vormen over ontwikkelingen die zich in eigen
land of vanuit het buitenland aandienen als waardevol voor de verpleegkunde en
vroedkunde.
De kwaliteit van het (eigen) professioneel handelen zoals het uitgevoerd wordt
kunnen analyseren, leemten ontdekken en vernieuwende zorg ontwikkelen door op
een creatieve manier gebruik te maken van nationale en internationale
wetenschappelijke kennis en ervaringskennis.
Bevindingen / ervaringen uit het werkveld in een ruimer - theoretisch ondersteund kader kunnen plaatsen.
Een discussie kunnen voeren over de nieuwste ontwikkelingen betreffende de
specifieke beroepsuitoefening en de consequenties daarvan voor de maatschappij,
waarbij het formuleren van een eigen mening belangrijk geacht wordt.
Kunnen bijdragen aan het maatschappelijk debat over zorg aansluitend bij de positie
die men bekleedt.
De student kan een persoonlijk ontwikkelingsplan uitwerken voor de komende 5 jaar.
De student kan verantwoordelijkheid opnemen voor en sturing geven aan het eigen
professioneel ontwikkelingstraject.
De student heeft kennis van en inzicht in de processen gekoppeld aan de methodiek
van zelfsturing en kan medewerkers begeleiden in het opstellen en uitvoeren van een
persoonlijk ontwikkelingsplan.
(Goedgekeurd)
2
•
•
•
•
•
De student kan zich inhoudelijk verdiepen in een verpleegkundig / vroedkundig
thema, een verpleegkundige / vroedkundige problematiek (verwerven van
gespecialiseerde kennis)
De student consulteert regelmatig wetenschappelijke literatuur en woont
wetenschappelijke bijeenkomsten bij.
Creditcontractvoorwaarde
Toelating tot dit opleidingsonderdeel via creditcontract is mogelijk mits gunstige beoordeling
van de competenties
Examencontractvoorwaarde
Dit opleidingsonderdeel kan niet via examencontract gevolgd worden
Didactische werkvormen
Begeleide zelfstudie, project, stage, veldwerk, zelfstandig werk
Toelichtingen bij de didactische werkvormen
De inhoud van dit opleidingsonderdeel wordt deels zelf vorm gegeven door de student.
Bij de start van het academiejaar worden de studenten ingedeeld in kleine groepen
(maximum 10 studenten per groep). Deze groep wordt toegewezen aan een coach.De
studenten werken op een zelfstandige manier een plan uit waarin zij aangeven hoe de
vooropgestelde competenties bereikt zullen worden. Dit plan kan bestaan uit
gesprekken met relevante actoren uit het werkveld, het brengen van een studiebezoek,
het bijwonen van een lezing/bijscholing, het verwerken van artikels, … Doorheen het
academiejaar organiseert de coach 3 contactmomenten (voltallige groep) waarbij
ervaringen/inzichten met elkaar gewisseld en bediscussieerd worden.
Daarnaast worden ook plenaire momenten voorzien. Tijdens deze momenten worden
sprekers (nationaal/internationaal) uit het werkveld uitgenodigd. Studenten kunnen
deze momenten aangrijpen om de beoogde competenties (deels) te bereiken. Tijdens
het traject dienen documenten via Minerva opgeladen te worden.
Leermateriaal
Het nodige leermateriaal wordt aangereikt in opleidingsonderdelen vanuit het
schakelprogramma en het masterprogramma.
Referenties
Vakinhoudelijke studiebegeleiding
Groepsbegeleiding en individuele begeleiding door de titularis en een begeleider
(mogelijkheid tot persoonlijk overleg op vraag)
Evaluatiemomenten
niet-periodegebonden evaluatie
Evaluatievormen bij periodegebonden evaluatie in de eerste examenperiode
Evaluatievormen bij periodegebonden evaluatie in de tweede examenperiode
Evaluatievormen bij niet-periodegebonden evaluatie
Portfolio, participatie
Tweede examenkans in geval van niet-periodegebonden evaluatie
Examen in de tweede examenperiode is mogelijk
Toelichtingen bij de evaluatievormen
Eindscoreberekening
(Goedgekeurd)
3