Ostrica Bedrijfsprofiel

Ostrica Bedrijfsprofiel
12-8-2014
Inhoudsopgave
Pagina
Hoofdstuk 1: Algemeen
1.1
Organisatie
3
1.2
Missie
3
1.3
Onze visie op de internationale vermogensbeheerindustrie
4
1.4
Vergunningen en regelgeving
6
Hoofdstuk 2: Beleggingsproces
2.1
Beleggingsconcept en filosofie
7
2.2
Beleggingsmodellen
8
2.3
Asset allocatie
9
2.4
Ostrica Structuren
12
Hoofdstuk 3: Doelgroepen
3.1
Samenwerkingsverbanden Ostrica
14
3.2
Beleggingsstrategieën
15
Hoofdstuk 4: Rapportage, performance en kosten van beheer
4.1
Rapportage
16
4.2
Performance
16
4.3
Historische performance volgens GIPS
16
4.4
Kosten van beheer
17
Hoofdstuk 5: Compliance en risicomanagement
5.1
Compliance
18
5.2
Risicomanagement
18
5.3
Vermogensadvies- en vermogensbeheerverzekering
19
Bijlagen
Facts en Figures
19
Contactgegevens
21
-2-
Hoofdstuk 1: Algemeen
1.1
Organisatie
Historie
Ostrica BV is opgericht in 1997 door de huidige partners van Ostrica, destijds als een 100% dochter van
United Asset Management (UAM), één van de grootste onafhankelijke vermogensbeheerders ter wereld.
In 2000 is UAM, inclusief Ostrica, overgenomen door Old Mutual Plc. Sinds 2007 is een meerderheid van
de aandelen in handen van het management van Ostrica. Dit zorgt voor continuïteit en commitment. In de
afgelopen 16 jaar hebben wij ons ontwikkeld tot een brede financiële dienstverlener op het gebied van
vermogensoplossingen. Met moderne strategieën, inspelend op de actualiteit, beschermen wij de
vermogens en optimaliseren deze voor rendement en risico.
Distributie
Wij richten ons met onze dienstverlening op verschillende doelgroepen. Het kennisintensieve
beleggingsproces in combinatie met de ‘open architectuur’ biedt professionele beleggers de mogelijkheid
het vermogen geheel of gedeeltelijk in beheer of regie te geven. Daarnaast stellen wij ons ‘mens en
machine’ beleggingsproces ter beschikking aan generalistische aanbieders in de financiële wereld, zoals
banken, verzekeraars, vermogensbeheerders en wealthmanagers. Hierbij kan gebruik worden gemaakt
van een ‘white-label’ variant van het beleggingsproces. De herstructurering van de financiële sector, die
als gevolg van de kredietcrisis heeft plaatsgevonden, heeft ertoe geleid dat generalistische financiële
instellingen delen van hun beleggingsproces aan Ostrica uitbesteden. Tot slot is Ostrica actief op de
retailmarkt. In Nederland sluit de onafhankelijke positie van Ostrica voor wat betreft haar distributie naar
particulieren
uitstekend
aan
bij
de
onafhankelijke
positie
van
financieel
intermediairs.
De
professionalisering die hier de afgelopen jaren heeft plaatsgevonden biedt volgens ons een prima
uitgangspunt naar de toekomst toe, zeker nu de traditionele aanbieders van financiële diensten als gevolg
van toegenomen transparantie onder vuur zijn komen te liggen. Op de particuliere markt werken wij
daarom nauw samen met specifieke vermogensconsultants en financiële planners.
1.2
Missie
Het is onze missie om op elk niveau van de beleggingspiramide een optimale vermogensoplossing te
kunnen bieden aan zowel particuliere – als aan institutionele beleggers.
-3-
De beleggingspiramide:
Actie
Proces
Vaststellen van lange termijn
vermogensverdeling (ALM)
Strategische
allocatie
Ostrica past binnen
bandbreedtes de tactische asset
allocatie toe en vult de
portefeuilles in met behulp van
relevante selectietechnieken
Uitkomst
Filosofie
Bandbreedte
vermogensverdeling: boven- en
ondergrenzen voor risicovrije en
risicovolle vermogenstitels
Vermogensplanning
gebaseerd op
neerwaarts risico
Tactische allocatie
Vermogensmix:
Risicovrije- en risicovolle
vermogenstitels
‘Mens en machine’
Operationele allocatie
Risicovrije
vermogenstitels
Portefeuille van
individuele titels
Risicovolle
vermogenstitels
De oplossingen van Ostrica worden gekenmerkt door een hoge mate van risicocontrole. Cliënten kunnen
op drie niveaus van de beleggingspiramide instromen. Het bovenste niveau, de strategische asset
allocatie wordt gekenschetst door een totaaloplossing, waarbij op basis van ‘asset-liability’ technieken een
strategische beleggingsportefeuille wordt vastgesteld. Het tweede niveau van de beleggingspiramide
behelst een wereldwijd tactisch allocatiesysteem waarbij een uitgebalanceerde portefeuille wordt ingevuld.
Het derde niveau omvat het beheren van een specifiek mandaat op het gebied van risicovrij- of
risicodragend vermogen.
1.3
Onze visie op de internationale vermogensbeheerindustrie
In de jaren ’50 en ’60 van de vorige eeuw vond een structurele verschuiving in de denkbeelden over
vermogensbeheer plaats. De aandacht verschoof steeds meer van individuele titelselectie richting
portefeuilleconstructie en risicoreductie. De basisgedachte was, dat de gemiddelde belegger het
marktgemiddelde niet kan verslaan, maar wel een betere risico-/rendementsverhouding kan realiseren
door vermogensbestanddelen op de juiste manier met elkaar te combineren. De ideeën op het gebied van
marktefficiëntie werden vertaald in praktisch toepasbare beleggingsconcepten door onder andere Vertin &
Fouse bij Wells Fargo, Barr Rosenberg, die later Barra en Rosenberg Equity Management oprichtte, en
Gary Bergstrom, die Acadian Asset Management tot een succesvol vermogensbeheerbedrijf maakte.
Gedurende de afgelopen dertig jaar is de aandacht bijna volledig van mens naar machine verschoven,
-4-
waarbij passieve belegging strategieën de boventoon zijn gaan voeren. Deze verschuiving is volgens ons
te radicaal: “omdat de beleggersmarkt in de praktijk wordt gekenmerkt door niet altijd even rationele
individuen binnen een omgeving, is complete marktefficiëntie niet per definitie vereist.”
1
Harry Markowitz , destijds researchpartner van Ostrica, toonde in een intern researchdocument aan dat
Europese beleggers hun vermogen met de introductie van de Euro niet rationeel alloceerden. Dit was
enerzijds het gevolg van ‘behavioral finance’ aspecten, waarbij de ‘home bias’ van Nederland verschoof
naar het Euroblok. Anderzijds was er sprake van beperkingen, die institutionele beleggers opgelegd
kregen vanuit regelgevende instanties.
Gedurende de afgelopen twaalf jaar zijn zowel institutionele- als particuliere beleggers hun vermogen
steeds meer gaan spreiden over passieve beleggingsstrategieën in alle vermogenscategorieën zonder
daarbij voldoende rekening te houden met het onderlinge verband tussen de te onderscheiden
categorieën in tijden van marktstress. Hierdoor is een situatie ontstaan van fictieve diversificatie, waarbij
(vaak met gebruik van leverage) een, op het eerste gezicht goed over vermogenscategorieën gespreide,
beleggingsportefeuille enorme verliezen leed in 2008. Het is de ‘overkwantificatie’, die heeft bijgedragen
aan schijnzekerheid binnen de gehanteerde risicomodellen en zodoende heeft geleid tot de systeemcrisis
van 2008. Na de systeemcrisis van 2008 zijn beleggers er inmiddels van overtuigd dat financiële markten
niet volledig efficiënt zijn. Deze inefficiënties uiten zich door gedragspsychologisch handelen van
beleggers enerzijds en gecreëerde marktfricties van de regelgevende instanties anderzijds. Wij zijn van
mening dat de extreme verschuiving van mens naar machine een keerpunt heeft bereikt en dat er een
gezonde balans zal ontstaan tussen individuele titelselectie enerzijds (de rendementsfactor) en
risicobeheer anderzijds. Het is uiteindelijk de mens die ervoor moet zorgen dat een beleggingsstrategie in
de tijd blijvend toegevoegde waarde voor beleggers levert. Door de inherente kwaliteiten van zowel de
mens als de machine op de juiste manier in te zetten, kunnen beleggers een betere risico/rendementverhouding realiseren, zonder voor buitengewone extra kosten te komen staan. Wij zijn er van
overtuigd dat deze verbeterde risico-/rendementverhouding alleen haalbaar is door gebruik te maken van
een objectief gestructureerd informatieverwerkingsproces, waarbij fundamentele analyses worden
gecombineerd met geavanceerde statistische technieken.
Dit is de kern van het Ostrica ‘mens en machine’ beleggingsproces. Het beleggingsproces is sterk
onderzoekgedreven en kenmerkt zich door continue innovatie om zo de concurrentie voor te blijven. Sinds
onze oprichting in 1997 hebben wij structureel de relevante benchmarks verslagen. Wij zijn beter en
1
H.M. Markowitz: Transition to a Pan European benchmark, internal research document, 1999
-5-
sneller dan gemiddeld in staat gebleken om relevante data te analyseren en deze informatie in de praktijk
om te zetten in betere rendement- en risicocombinaties.
Dit informatie verwerkingsproces is gestoeld op twee pijlers:
1. Het exploiteren van marktanomalieën die een gevolg zijn van gedragspsychologische
kenmerken;
2. Het exploiteren van marktimperfecties, die ontstaan door (zelf opgelegde) beperkingen met
behulp van arbitrage strategieën.
1.4
Vergunningen en Regelgeving
Ostrica is een beleggingsinstelling en beheerder en beschikt over de noodzakelijke vergunning van de
Autoriteit Financiële Markten. Daarnaast houdt De Nederlandsche Bank toezicht op de financiële soliditeit
van Ostrica als organisatie, het zogenaamde prudentiële toezicht. Ostrica en haar senior medewerkers
zijn aangesloten en geregistreerd bij het Dutch Securities Institute en onderschrijven daarmee de
gedragsrichtlijnen voor de sector. Ostrica heeft haar procedures en het zicht op naleving van de
gedragsrichtlijnen vastgelegd en beschreven in een document dat de AOIB wordt genoemd. Dit document
legt in detail vast hoe de administratieve organisatie en interne controles hierop worden uitgevoerd. Dit
document wordt periodiek geactualiseerd en dient ook als basis voor de controles van de AFM op de
organisatie. De organisatie onderwerpt zich twee maal per jaar aan een audit die wordt uitgevoerd door
KPMG. Deze rapporten worden tevens gedeeld met de toezichthouders die op deze manier op de hoogte
worden gehouden van de laatste stand van zaken. Tot slot is Ostrica lid van de Vereniging van
Vermogensbeheerders en Commissionairs. In het door Ostrica gehanteerde beleid met betrekking tot
belangentegenstellingen, is tevens opgenomen hoe Ostrica omgaat met onverhoopte belangenconflicten.
Voorts streeft Ostrica in het kader van MiFID naar de best mogelijke uitvoering van door haar geïnitieerde
orders voor de portefeuilles ("best execution"). Dit betekent dat de partijen die voor Ostrica orders
uitvoeren moeten voldoen aan strenge eisen met betrekking tot alle omstandigheden die van belang zijn
voor een optimale dienstverlening.
-6-
Hoofdstuk 2: Het beleggingsproces
2.1
Beleggingsconcept en filosofie
De kern van onze dienstverlening is ons zogenaamde ‘mens-en-machine’ beleggingsproces. Dit proces
combineert de toegevoegde waarde van zowel de mens als de computer.
KWANTITATIEVE
MODELLEN
FUNDAMENTELE
GEGEVENS
MENS EN
MACHINE
PROCES
MENS EN
MACHINE
BELEGGINGS
IDEEEN
BELEGGINGSVOORSTELLEN
-7-
De menselijke bijdrage wordt gevormd door een fundamentele analyse van bedrijven en sectoren naast
macro economische analyses. Kwantitatieve modellen en – gereedschap worden ingezet om analisten bij
te staan in de zoektocht naar consistente outperformance. De researchafdeling van Ostrica maakt gebruik
van intern gecreëerde databanken, die gevoed worden door diverse dataleveranciers zoals Datastream,
Factsheet, Bloomberg, Msci etc. Hiermee worden multifactor modellen gebouwd, gebruik makend van
menselijke input (verwachtingen en opinies) en historische gegevens.
Wij zijn er van overtuigd dat de toegevoegde waarde van de mens gericht moet zijn op het identificeren
van structurele veranderingen in de samenleving, waarbij de kwantitatieve methoden goed ingezet
kunnen worden om de optimale factor gewichten voor de verschillende variabelen binnen het proces vast
te stellen. Dit proces garandeert een consistent en goed gestructureerd besluitvormingsproces, waarbij
zowel beoordelingen als historische gegevens binnen econometrische modellen worden gecombineerd.
Bovenstaande betekent dat subjectieve informatie (menselijke beoordeling) geïncorporeerd wordt binnen
een gestructureerd besluitvormingsproces. Uit oogpunt van efficiency kan dit het beste door de computer
worden verwerkt.
Wij zijn geen voorstander van het afzonderlijk genereren van koop- en verkoopadviezen door zowel de
mens als de machine. Het ‘grote’ nadeel van een dergelijke aanpak is dat na het initiële selectieproces
een beleggingscomité zal moeten besluiten over een consensus aan- en verkooplijst, waarbij de
menselijke invoer overschat wordt. Vaak heeft dit een desastreuze werking op de voorspelkracht van het
2
uiteindelijk gegenereerde beleggingssignaal . De mens wordt hierbij in een positie gebracht waarin zijn
vaardigheid het minst is: het vaststellen van de gewichten voor individuele factoren, verwachtingen of
modellen.
2.2
Beleggingsmodellen
Onze beleggingsmodellen zijn gebouwd rondom het maximaliseren van het geometrische rendement, op
basis
van
een
bovengemiddelde
informatieverwerkingscapaciteit.
Dit
resulteert
in
een
informatievoorsprong (‘edge’) die vanuit het gestructureerde informatiesysteem kan worden bereikt. Deze
informatievoorsprong wordt in relatie gebracht met de kans op een buitengewoon rendement. Op deze
manier kan de afwijking ten opzichte van de benchmark, worden bepaald (de ‘bet size’). Afhankelijk van
het risicobudget wordt een grotere of minder grote actieve positie in de portefeuille opgenomen. Hierbij
maken wij gebruik van het Kelly criterium. Het Kelly criterium laat de omvang van de actieve positie een
2
Ole Gjolberg & Odd Nordhaug: Optimal Investment Committee Sizes; Journal of Portfolio Management, Winter 1996 Vol 2; pp 8794
-8-
functie zijn van de ‘edge’ (informatievoorsprong) gedeeld door de odds (winst/verlies ratio). Het Kelly
3
criterium is ontwikkeld door de Amerikaanse researcher John L. Kelly Jr. . Van oorsprong was dit een
natuurkundige werkzaam voor NASA. Hij deed onderzoek naar de optimale informatie transmissie via
telefoonlijnen voor AT&T in de tijd dat hij voor het prestigieuze Bell Labs (research centrum van AT&T)
werkte. Kelly veronderstelt dat actieve posities onafhankelijk van elkaar in de tijd kunnen worden geplaatst
4
en dat alle rendementen worden herbelegd. Naast Kelly heeft Richard Grinold de ‘fundamental law of
active management’ ontwikkeld, waarbij hij de informatievoorsprong koppelt aan de breedte van het
beleggingsuniversum, waarover deze informatievoorsprong wordt uitgewonnen. De informatievoorsprong
is te meten door de correlatie te nemen tussen de voorspellingen en de feitelijke uitkomsten, terwijl de
breedte van het beleggingsuniversum is te meten aan het aantal onafhankelijke actieve posities dat een
belegger kan nemen in de tijd. De praktische toepassing van beide theorieën is enorm belangrijk. Waar
Kelly ervoor zorgt dat men de optimale actieve positie bepaalt, waarbij men niet ‘underbet’, maar ook niet
‘overbet’, laat Grinold zien dat wanneer deze posities onafhankelijk van elkaar worden genomen men een
enorm diversificatievoordeel kan bereiken. Door beide theorieën op de juiste manier te schalen naar de
nutsfunctie van de eindbelegger worden optimale portefeuilles bereikt. Voor een groeibelegger zal het
herinvesteren van alle rendementen onderdeel zijn van de doelstellingsfunctie, terwijl een gepensioneerde
belegger de rendementen liever zal onttrekken. Binnen de beleggingsoplossingen van Ostrica wordt op
elk niveau gezocht naar de maximale informatievoorsprong (‘edge’), onder de voorwaarde dat de impact
van een verliezende actieve positie geminimaliseerd wordt. Om die reden wordt continu gezocht naar
actieve niet-gecorreleerde beleggingsstrategieën.
2.3
Asset Allocatie
Strategische asset allocatie
Bij de strategische asset allocatie wordt gebruik gemaakt van lange termijn rendementen en risico’s van
zoveel mogelijk niet-gecorreleerde vermogenscategorieën. De rendementen worden afgeleid met behulp
van de risicovrije rentevoet en per vermogenscategorie risico-, liquiditeits- en termijnpremies. Bovenop
deze risicopremies wordt per vermogenscategorie de gerealiseerde alpha per categorie toegevoegd.
Naarmate de premies sterk afwijken van hun lange termijn gemiddelden is er sprake van
onevenwichtigheden op macro economisch vlak. Van deze afwijkingen wordt bij de strategische asset
allocatie gebruik gemaakt.
3
Kelly, Jr, J. L., 1956. A New Interpretation of Information Rate. The Bell System Technical Journal, 35(4), 917–926.
4
Grinold, R: the fundamental law of active management; journal of portfolio management; Spring 1989; Vol 15 nr 3; pp 30-37
-9-
Een recent voorbeeld, waarbij de strategische asset allocatie is aangepast, is de liquidatie van
hedgefondsen in het najaar van 2007, nadat 2 beleggingsfondsen van Bear Stearns moesten sluiten.
Hiermee luidden zij de kredietcrisis in. Een ander voorbeeld is de massale opname van high yield - en
emerging markets obligaties in april 2009, nadat de Amerikaanse overheid haar stress test voor banken
had aangekondigd. In het eerste geval werd door de risicomanager een t -5 gebeurtenis (een scenario dat
bij een normale verdeling een waarschijnlijkheid heeft van eens in 3,5 miljoen jaar) waargenomen in de
markt voor neutrale beleggingsstrategieën. In het tweede geval was de risico-opslag bij high yield
obligaties circa 20%, wat zou duiden op een faillissement van meer dan 90% van het universum van high
yield obligaties. Over het algemeen zijn dit soort gebeurtenissen zeldzaam. Zij komen echter vaker voor
dan volgens de normale verdeling van rendementen verwacht mag worden.
Tactische asset allocatie
Tactische asset allocatie vindt plaats op kwartaalbasis. Macro-economische grootheden worden hier
gekoppeld aan verschuivingen in portefeuillegewichten. Door rechtstreeks portefeuillegewichten te
koppelen aan veranderingen in macro-economische grootheden, wordt de problematiek van instabiele
rendements-, risico en correlatieverwachtingen vermeden. Het is een bekend gegeven dat kleine
veranderingen in de invoervariabelen bij standaard ‘mean-variance’ optimalisaties leiden tot grote
portefeuilleveranderingen, wat voor implementatie-problemen (‘implementation shortfall’) zorgt. Black &
Litterman probeerden dit te omzeilen door aanpassingen ten opzichte van de marktportefeuille te doen,
aan de hand van relatieve voorspellingen ten opzichte van marktgemiddelden en deze te voorzien van
5
een gradatie in overtuiging (‘conviction’) . Ondanks de voordelen van de methodiek van Black & Litterman
boven ‘mean variance’ optimalisatie blijft de problematiek van het schatten van correlaties overeind staan.
Daarnaast wordt uitgegaan van normale verdelingen, wat in de praktijk niet het geval is. Wij staan om die
reden een methodiek voor, waarbij de gehele stap van het voorspellen van rendementen, risico en
correlaties wordt vermeden. Door relevante macro-economische grootheden (vast te stellen met
statistische technieken zoals regressie analyse) rechtsreeks te koppelen aan portefeuillegewichten wordt
de tussenstap eruit gehaald en krijgen portefeuilleveranderingen een natuurlijk verloop. Afhankelijk van de
beleggingsdoelstellingen kan de doelstellingsfunctie worden aangepast in het minimaliseren van
neerwaarts risico of in het maximaliseren van rendement. De portefeuille van een pensioenbelegger, die
periodiek een percentage van het vermogen onttrekt, wordt bijvoorbeeld voorzien van instrumenten om
het neerwaarts risico te minimaliseren. Een belegger die een lange termijn groei als doelstelling heeft, zal
daarentegen een strategie aangeboden krijgen die geënt is op het maximaliseren van het rendement.
Afhankelijk van de informatievoorsprong van ons tactisch asset allocatie systeem zullen de gewichten
sterker afwijken van de lange termijn gemiddelden.
5
Black F. and Litterman R.: Global Portfolio Optimization, Financial Analysts Journal, September 1992, pp. 28-43
-10-
Operationele asset allocatie
Om de onderliggende oorzaken van prijswijzigingen en andere gebeurtenissen op financiële markten te
identificeren, wordt bij de selectie van individuele aandelen en obligaties gebruik gemaakt van multifactor
modellen, die qua structuur gestoeld zijn op statistische technieken. Met behulp van principale
componenten (factor)analyse, stellen wij vast uit hoeveel hoofdfactoren de rendementen van de
individuele aandelen en obligaties te verklaren zijn. Vervolgens wordt per component de individuele
factoren opgespoord, om zodoende de rendementsbijdrage in de outperformance te bepalen. Binnen de
aandelenselectie wordt gewerkt met sector-, landen en regiomodellen, terwijl bij investment grade
obligaties wordt gecategoriseerd naar rating, sectoren en looptijden. Wij beleggen uitsluitend in liquide
vermogenscategorieën. Om deze reden wordt bij de invulling van de portefeuilles per vermogenscategorie
rekening gehouden met liquiditeitscriteria zoals de gemiddelde dagelijkse omzet en marktkapitalisatie.
Individuele aandelen selectie
Wij beschikken over een wereldwijd dekkend aandelenselectiesysteem. Hierbij worden 20.000
ondernemingen beoordeeld met behulp van circa 40 individuele factoren, verdeeld over de blokken:
waardering, fundamentele balansvariabelen, verwachtingen en gedragspsychologische factoren. De
beleggingsmodellen worden per sector en regio toegepast om sectorale en landenverschillen op de juiste
manier tot uiting te laten komen. De doelstelling van deze aanpak is te komen tot een
beoordelingssysteem per individueel aandeel. Vervolgens worden deze waarderingen ingepast in een
systeem, waarbij op risicofactoren de statistische techniek ‘stratified sampling’ wordt toegepast. Deze
6
risicofactoren zijn de door Fama & French afgeleide risicofactoren aangevuld met specifieke door Ostrica
ontwikkelde risicofactoren. Beleggingsportefeuilles bestaan gemiddeld uit 150 individuele posities. De
aandelenportefeuilles van Ostrica kunnen worden omschreven als ‘diversified stock picking portfolios’
7
zoals beschreven door Cremers & Petajisto .
Individuele obligatie selectie
Ostrica heeft de beschikking over een Europees obligatieselectiesysteem voor wat betreft investment
grade obligaties. Hierbij wordt een gelijkgewogen obligatie portefeuille samengesteld uit een universum
van 80.000 obligaties. De obligaties van de onderliggende ondernemingen worden beoordeeld op basis
van factoren die betrekking hebben op rentedekking, groei, winstgevendheid en leverage. Ook hier wordt
net als bij aandelen een beoordeling gemaakt per sector en land. Daarnaast wordt de rating als expliciete
6
Fama, Eugene F.; French, Kenneth R. (1993). "Common Risk Factors in the Returns on Stocks and Bonds". Journal of Financial
Economics 33 (1): 3–56
7
Cremers and Petajisto: How Active Is Your Fund Manager? A New Measure That Predicts Performance
The Review of Financial Studies / v 22 n 9 2009
-11-
risico-variabele meegenomen. Vervolgens wordt met dezelfde ‘stratified sampling’ methode de portefeuille
ingevuld, met dien verstande dat wij bij obligaties met gelijk gewogen portefeuilles werken. De
achterliggende gedachte hiervan is, dat markt gewogen indices een scheefheid hebben richting
bedrijven/landen met veel schulden, wat leidt tot relatief zware exposure in ‘slechte’ externe fondsen.
2.4
Ostrica Structuren
Met onze kwantitatieve beleggingsmodellen onderzoeken wij continu welke bedrijven en overheden in de
wereld interessant genoeg zijn om in te investeren. Met behulp van een hoogwaardig proactief
risicobeheersysteem, waarin rekening wordt gehouden met belangrijke risicofactoren, worden aandelen
en/of obligaties die het hoogste scoren in de beoordelingen geselecteerd. Een voorwaarde voor beleggen
in individuele titels is dat het vermogen toereikend is om voldoende spreiding binnen de portefeuille te
waarborgen. Door te kijken naar de hoogte van transactiekosten en het mitigeren van concentratierisico’s,
berekenen wij per vermogenscategorie of een beleggingsportefeuille te klein is om te beleggen in
individuele titels (aandelen en obligaties). In voorkomend geval kiezen wij voor spreiding via
beleggingsfondsen. Sommige vermogenscategorieën zijn überhaupt niet toegankelijk voor particuliere
beleggers, maar wel interessant genoeg om in te beleggen. Ook in dit geval kiezen wij voor
fondsoplossingen. Hoewel wij altijd zeer grondig te werk gaan in het selecteren van de juiste
fondsmanager en strategie, zitten in externe fondsen altijd onderdelen (titels) die wij zelf niet zouden
selecteren. Beleggen in externe fondsen geeft daarom altijd een bepaalde mis match met het beleid dat
wij voor onze cliënten zouden willen voeren.
In de afgelopen jaren zijn er verschillende nieuwe beleggingstechnieken ontwikkeld. Ook zijn er nieuwe
markten en sectoren bijgekomen waarin belegd kan worden. Door onze groei en ontwikkeling in de
afgelopen jaren zijn wij in staat op een efficiënte gestructureerde manier te beleggen in een
verscheidenheid van strategieën. Hierdoor kunnen wij de portefeuilles nog breder spreiden en de
beleggingsrisico’s nog beter managen. De rendementsontwikkeling zal daarmee naar de toekomst steeds
meer een evenwichtig verloop hebben en de portefeuille zal hierdoor minder onderhevig zijn aan sterke
koersdalingen en -stijgingen zoals wij die in het recente verleden hebben gezien.
Om voor alle beleggers, ongeacht de omvang van hun vermogen, optimaal gebruik te kunnen maken van
deze nieuwe beleggingsmogelijkheden hebben wij begin 2014 eigen structuren geïntroduceerd. Dit zijn
fondsen die door Ostrica zelf ingericht en gemanaged worden.
-12-
Beleggen in eigen structuren van Ostrica biedt de volgende voordelen ten opzichte van structuren van
derden:

Beste titelselectie, omdat het selectiemodel van onze researchafdeling optimaal wordt benut;

Verbeterde (out)performance omdat er, zoals bij externe fondsen niet het geval is, uitsluitend holdings
in de fondsen zitten die wij zelf geselecteerd hebben;

Per saldo lagere kosten, omdat de vaste kosten omlaag gaan;

Lage transactiekosten, omdat wij door onze omvang lage kosten hebben kunnen bedingen bij
effectenbanken;

Transparantie, omdat klant precies kan zien hoe wordt belegd.
-13-
Hoofdstuk 3: Beleggersdoelgroepen
3.1
Beleggersdoelgroepen
Als u vermogensoplossingen zoekt die naadloos aansluiten bij uw ambities, dan is Ostrica uw ideale
partner. Ostrica is een onafhankelijke financiële dienstverlener en biedt vermogensbeheer,
risicomanagement, inkomensstrategieën en fondsoplossingen voor ondernemers, particulieren en
professionele beleggers, zoals stichtingen en pensioenfondsen. Met moderne strategieën, inspelend op
actuele marktontwikkelingen behalen wij al 15 jaar structureel bovengemiddelde resultaten.
Particulieren, ondernemers en Stichtingen
Particulieren, ondernemers en Stichtingen nemen meestal het totale beleggingsproces van Ostrica af. De
portefeuille wordt in dat geval in discretionair beheer gegeven en bewaard bij een van aangesloten
depotbanken. Wij beleggen wereldwijd in individuele titels en bieden particulieren, ondernemers en
Stichtingen zodoende dezelfde institutionele kwaliteit als professionele beleggers. Particuliere beleggers
die over onvoldoende vermogen beschikken om, volgens onze maatstaven, voldoende gespreid in
individuele titels te kunnen beleggen, worden belegd in de structuren van Ostrica. Wij stellen voor deze
beleggers een portefeuille vast met behulp van de wiskundige techniek lineair programmeren. Hierbij
worden
de
verschillen
tussen
een
portefeuille
bestaande
uit
individuele
titels
en
een
beleggingsfondsenportefeuille geminimaliseerd.
Professionele beleggers
Professionele beleggers bieden wij de mogelijkheid om specifieke mandaten af te nemen. Deze mandaten
zijn gebaseerd op het brede universum van aandelen en investment grade obligaties dat Ostrica
analyseert. Mandaten kunnen gevormd worden als een wereldwijde invulling, maar ook specifieke stijl- en
regiomandaten behoren tot de mogelijkheden. Wij bieden deze mandaten aan vanaf Euro 50 miljoen. Ons
‘mens en machine’ beleggingsproces stellen wij tevens ter beschikking aan generalistische aanbieders in
de financiële wereld. Hierbij kan gebruik worden gemaakt van een ‘white-label’ variant van het
beleggingsproces. Banken, verzekeraars, vermogensbeheerders en wealthmanagers bieden hun cliënten
een totaaloplossing aan, maar beschikken veelal niet over de specifieke kennis op een deelgebied van
het beleggingsproces. Ostrica biedt hier uitkomst door de missende delen in het beleggingsproces met
onze strategieën voor onze rekening te nemen. Deze dienstverlening verrichten wij vanaf Euro 25 miljoen.
De marktbenadering verloopt rechtsreeks of via consultants die zich richten op de financiële sector.
-14-
3.2
Beleggingsstrategieën
Ostrica maakt voor alle beleggersdoelgroepen gebruik van hetzelfde gestructureerde beleggingsproces.
De beleggingsstrategieën zijn echter altijd afgestemd op de doelgroep of de individuele cliënt.
Institutionele beleggingsstrategieën zijn gebaseerd op specifieke mandaten voor die onderdelen waar
instituten zelf de benodigde kennis of ervaring ontberen. Naast specifieke mandaten voor ontbrekende
delen kunnen wij bepaalde delen van het beleggingsproces voor onze rekening nemen. Ook is het
mogelijk om (profiel)fondsen onder white label aan te bieden. De portefeuilles voor vermogende families
vanaf Euro 1 miljoen en Stichtingen worden volledig ingericht op de specifieke beleggingsdoelen. Er kan
sprake zijn van verschillende doelen die complementair aan elkaar zijn. In dat geval wordt aan cliënt per
doel
een
beleggingsstrategie
voorgesteld.
Op
de
Retailmarkt
werkt
Ostrica
met
standaard
beleggingsprofielen. De beleggingsstrategieën bestaan uit een uitgebalanceerde mix van internationale
aandelen, obligaties en alternatieve beleggingsstrategieën. Wanneer het vermogen van de cliënt groter is
dan Euro 500.000 dan wordt er belegd in individuele effecten. Vermogens kleiner dan Euro 500.000
worden doorgaans belegd in Ostrica structuren.
Naast specifieke mandaten en (deel)portefeuilles die volledig in aandelen of investment grade worden
belegd, biedt Ostrica onderstaande beleggingsstrategieën:
Inkomensstrategieën:
Groeistrategieën:
Beschermingsstrategieën:
Voor de korte en de middellange termijn bieden wij de mogelijkheid om te
beleggen in een vastrentend profiel. Hiermee neemt u minder risico, met
evengoed aantrekkelijke vermogensgroeimogelijkheden. Ostrica biedt drie
vastrentende profielen met elk een eigen risico- en rendementsverwachting.
Voor wie meer rendement uit zijn vermogen wil halen en het vermogen voor
langere tijd kan wegzetten, biedt Ostrica een breed scala aan
beleggingsstrategieën, elk met een eigen risico- en rendementsverwachting
Ostrica hanteert een actief beleggingsbeleid, waarbij per portefeuille wordt
bepaald wat de basis allocatie naar volatiliteit of andere
beschermingsstrategieën moet zijn. Hoe hoger het risico, hoe hoger de
allocatie naar de beschermingsstrategie zal moeten zijn. De allocatie wordt
vervolgens tactisch bijgestuurd.
Specifieke informatie met betrekking tot de beleggingsstrategieën van Ostrica is op aanvraag
beschikbaar.
-15-
Hoofdstuk 4: Rapportage, performance en kosten van beheer
4.1
Rapportage
Minimaal een keer per kwartaal worden alle cliënten geïnformeerd over hun beleggingsresultaten. In onze
rapportages leggen wij verantwoording af over de waardeontwikkeling van de portefeuille, onze
toegevoegde waarde, ons beleggingsbeleid en de titelselectie. Tevens geven wij onze visie op de
ontwikkelingen op financiële markten. De invulling van de rapportage kan worden afgestemd op de
specifieke behoeften van de eindbelegger. Professionele beleggers kunnen desgewenst, naast de
reguliere rapportages, periodiek een uitgebreide attributierapportage met betrekking tot de specifieke
mandaten ontvangen. Daarnaast worden maandelijkse overzichten verstrekt van de inkomsten en
uitgaven, de performance en een kort marktoverzicht. Voor alle beleggers bij Ostrica geldt dat zij via
internet inzage in hun account hebben.
4.2
Performance
De alpha van ons beleggingsproces komt vooral tot uiting in de tweede- en derde laag van de
beleggingspiramide. Als wij het volledige beheer doen, bestaat de toegevoegde waarde uit de alpha van
de tactische asset allocatie plus de alpha van de individuele titelselectie. De toegevoegde waarde van
deze totaalbenadering variëert van gemiddeld 1,7% tot 4,1% in de afgelopen 17 jaar. Onze structurele
outperformance komt voort uit het gestructureerd verwerken van informatie in alle drie de lagen van de
beleggingspiramide. De meeste toegevoegde waarde is behaald door cliënten die voor een
totaalbenadering hebben gekozen.
In de afgelopen 16 jaar zijn er 2 majeure gebeurtenissen geweest, waarbij Ostrica strategisch en tactisch
veel waarde voor beleggers heeft kunnen toevoegen. Dat is enerzijds het uiteenspatten van de ‘internet
bubble’ in 2000 en daarna de ‘housing bubble’ in 2008. Door op de juiste manier gebruik te maken van
dislocaties van kapitaal, kan op dat moment strategisch en tactisch veel waarde worden gecreëerd. Op
operationeel niveau heeft Ostrica door haar selectiekwaliteiten zowel in obligaties als in aandelen een
forse outperformance laten zien.
4.3
Historische performance volgens GIPS
Sinds onze oprichting 16 jaar geleden verslaan wij met ons gestructureerde beleggingsproces structureel
de benchmark. Zelfs in de langste ‘bear’ markt van de afgelopen 100 jaar hebben wij een positief absoluut
-16-
rendement weten te halen die de depositorente ruimschoots overtreft. Om de resultaten van Ostrica op
basis van objectieve maatstaven te kunnen publiceren, hebben wij besloten om onze performance ‘GIPS
compliant’ door derden te laten vaststellen. GIPS staat voor Global Investment Performance Standards
en die weerspiegelen algemene objectieve standaarden ten aanzien van het meten en presenteren van
de behaalde beleggingsresultaten met een beleggingsstrategie.
De GIPS® standaarden zijn uitgegeven door het CFA (Chartered Financial Analyst Institute) en voorzien
in een systeem voor het berekenen en rapporteren over investeringsresultaten aan cliënten van
beleggingsinstellingen. De GIPS® standaarden stellen investeerders in staat om de (historische)
performance van beleggingsinstellingen objectief te vergelijken.
Toegevoegde waarde GIPS® standaard
Door gebruikmaking van de GIPS® standaard kan de performance op een eenduidige wijze
gerapporteerd worden, ongeacht de geografische locatie van de beleggingsinstelling. Dit verbetert de
dialoog tussen Ostrica en onze (toekomstige) cliënten. Door deze eenduidige wijze van performance
meting kunnen resultaten tussen beleggingsinstellingen makkelijker met elkaar worden vergeleken.
Inmiddels rapporteren in Nederland diverse (grote) vermogensbeheerders over hun performance conform
de GIPS® standaarden. Wanneer u de performance van vermogensbeheerders objectief met elkaar wilt
vergelijken, is het belangrijk dat u er op let of de performance GIPS® compliant is.
De voordelen van GIPS® voor (potentiele) beleggers bij Ostrica:
• Zekerheid dat resultaten op een juiste manier gepresenteerd worden;
• Meer vertrouwen in resultaatpresentaties van de vermogensbeheerder;
• Beleggingsresultaten van verschillende vermogensbeheerders zijn beter te vergelijken
Verificatie van de gepubliceerde cijfers vindt plaats door een onafhankelijke accountant. Op verzoek is het
verificatierapport verkrijgbaar.
4.4
Kosten van beheer
De kosten van beheer zijn gerelateerd aan de aard van het mandaat en de omvang van het vermogen
onder beheer. De kosten variëren van 0,5% tot 1,5%. Afhankelijk van het distributiekanaal kan er sprake
zijn van een opslag.
-17-
Hoofdstuk 5: Compliance en risicomanagement
5.1
Compliance
Ostrica geeft een serieuze invulling aan haar compliance beleid. Naast de periodieke externe controles
hebben wij een eigen Compliance Officer in dienst die de bedrijfsprocessen toetst aan de interne en
externe regelgeving. Daarnaast zorgt de Compliance Officer ervoor dat processen worden geactualiseerd
op basis van hernieuwde inzichten of aanpassingen in wet- en regelgeving. Ostrica staat bekend als een
degelijke en betrouwbare partner en hecht veel waarde aan deze reputatie en het in stand houden ervan.
5.2
Operationeel Risicomanagement
Kennis wordt geborgd in de processen van de onderneming en niet uitsluitend in personen. Dit draagt bij
aan de continuïteit van de onderneming en maakt de onderneming minder afhankelijk van individuele
medewerkers. Ostrica besteedt daarbij de nodige aandacht aan een goede relatie met toezichthouders.
De wisselwerking die hierdoor ontstaat, komt ten goede aan onze dienstverlening. Binnen de huidige
transitie in de markt van inducements naar direct inkomen is Ostrica een absolute voorloper. Ons
inkomstenmodel is al sinds onze oprichting transparant voor zowel onze cliënten als toezichthouders.
Ostrica ziet het toenemende belang van kapitaalbeheer en de noodzaak van het aanhouden van een
(buffer)kapitaal dat in relatie staan tot de risico’s waaraan zij bloot staat.
Ostrica onderkent de volgende risico’s:
Marktrisico :
Juridisch risico :
Het risico dat een sterke daling van de wereldwijde effectenbeurzen of impact van
grote concurrentie een sterke daling van het bediend vermogen veroorzaakt.
Het risico dat er schade ontstaat uit aansprakelijkheid voor gedrag dat strijdig is met
wet- en regelgeving en het niet voldoen aan verplichtingen uit overeenkomsten.
Concentratierisico :
Het risico dat Ostrica afhankelijk is van enkele grote cliënten of intermediairs.
Claimrisico :
Het risico dat een cliënt een schadeclaim indient vanwege onjuist beheer.
Personeelsrisico :
Reputatierisico :
Continuatierisico :
Het risico dat door menselijke fouten (bijv. initiatie verkeerde order) cliënten van
Ostrica of Ostrica schade lijden.
Het risico dat het imago van Ostrica wordt aangetast door toedoen van een
medewerker, intermediair, cliënt of derden.
Het risico dat door een majeure gebeurtenis de server van Ostrica niet meer werkt
en bedrijfsvoering stil kom te liggen.
Compliance risico :
Het risico dat wettelijke en interne regels niet worden nageleefd.
Frauderisico :
Het risico dat er door fraude schade ontstaat.
Tegenpartij risico :
Het risico dat een partij met wie in de bediening van de cliënten wordt
samengewerkt de verplichtingen niet nakomt.
-18-
Ostrica toetst haar beleid en dienstverlening continu aan de geldende wet- en regelgeving. Niet ieder
risico zal op hetzelfde moment uitmonden in schade of totaal gemeten kapitaalbeslag. Ondanks dat heeft
Ostrica de nodige maatregelen getroffen om de risico’s te beperken. Zo werken wij onder andere met
standaardovereenkomsten, een vier-ogen principe, strikte service level agreements met de depotbanken
en verschillende ingebouwde controles.
5.3
Vermogensadvies- en vermogensbeheerverzekering
Om de continuïteit van de organisatie ook in het geval van calamiteiten zoveel mogelijk te kunnen
waarborgen heeft Ostrica als groep een zogenaamde D &O (Directors and Officers) en E&O (Errors and
Omissions) verzekeringspolis afgesloten. Deze polis biedt dekking voor fouten en mogelijke claims die
hieruit kunnen voortvloeien, bij de organisatie en/of de bij haar in dienst zijnde verantwoordelijke
medewerkers. Het betreft dekking op een aantal terreinen variërend van bestuurdersaansprakelijkheid,
beroepsaansprakelijkheid en aansprakelijkheden voor fouten in de arbeidssfeer. Deze risico’s zijn
ondergebracht bij Chartis Europ S.A. in Nederland (het voormalige Europese onderdeel van AIG). Er is
sprake van een totale verzekerde som per verzekeringstermijn van maximaal Euro 10.000.000,-. De
verzekering heeft telkens een looptijd van een jaar en wordt jaarlijks herzien en aan de relevante
omstandigheden aangepast.
-19-
Item
Toelichting
Datum oprichting
In december 1997 door de huidige partners van Ostrica
Medewerkers
Ostrica telt in totaal 57 medewerkers:

Het management bestaat uit 5 personen, namelijk de oprichters c.q. partners van
Ostrica;

De afdeling Research & Portefeuillebeheer bestaat uit 6 medewerkers. Zij genereren
en implementeren beleggingssignalen;

De afdeling Sales, Marketing & Communicatie en Relatiebeheer bestaat uit 13
medewerkers. Zij voorzien financiële consultants en de diverse groepen eindbeleggers
van relevante informatie;

De afdeling Telemarketing bestaat uit 19 vnl. parttime medewerkers. Hier worden
afspraken gegenereerd voor de afdelingen Sales en Relatiebeheer;

De Back Office bestaat uit 8 medewerkers. Hier vindt de uitvoering van de operationele
processen richting brokers en bewaarbanken plaats;

De afdelingen bedrijfsadministratie en compliance dragen zorg voor de financiële
verslaglegging richting de accountant en het uitvoeren van het compliance handvest.
Deze afdeling bestaat uit 2 medewerkers en externe consultants;

De afdeling ICT onderhoud en de ontwikkelt alle infrastructuren. Deze afdeling bestaat
uit 4 medewerkers.
Resultaten
Sinds oprichting verslaat Ostrica met haar gestructureerde beleggingsproces structureel de
benchmark. Gemiddelde toegevoegde waarde (outperformance) afhankelijk van profiel
tussen de 1,7% en de 4,1%.
Gemiddelde historische (bruto) beleggingsresultaten per strategie vanaf 1998 t/m Q2 2014*:
Resultaten van de
verschillende
strategieën
Toelichting profiel
Aandelen
Ondernemend
Totaal
Balans
Basis
Investment Grade
Historisch
Benchmark
Outperformance
100% aandelen wereldwijd
gespreid
7,4%
3,5%
3,9%
75% aandelen, 20% alternatieve
strategieën; max. 5% kasgelden
9,5%
2,6%
6,9%
8,4%
2,3%
6,1%
6,2%
2,2%
4,0%
5,4%
2,4%
3,0%
6,4%
5,2%
1,2%
50% aandelen; 25% alternatieve
strategieën; 20% obligaties, max.
5% kasgelden
15% aandelen; 25% alternatieve
strategieën, 55% obligaties, max.
5% kasgelden
10% aandelen; 25% alternatieve
strategieën, 60% obligaties, max.
5% kasgelden
100% hoogwaardige en
kredietwaardige obligaties
Voor meer informatie over de verschillende strategieën verwijzen wij naar de factsheets op onze website:
www.ostrica.nl
-20-
*Disclaimer - De in dit document gebruikte rendementen betreffen brutorendementen (Dit is exclusief:
beheervergoeding, bewaarloon, dividendbelasting en kosten van toezichthouders, maar inclusief
transactiekosten). Bovengenoemde performance-cijfers voor aandelen, ondernemend, totaal en balans
profiel zijn vanaf 2006 en het basis profiel vanaf 2008 opgesteld in overeenstemming met de Global
Investment Performance Standards (GIPS®). Dit betekent dat verificatie van de gepubliceerde cijfers door
een onafhankelijke accountant heeft plaatsgevonden. Op verzoek is het verificatie-rapport verkrijgbaar.
De rendementen van de indices zijn berekend conform de historische vermogensverdeling van het
betreffende Profiel. De huidige vermogensverdelingen van de profielen komen niet noodzakelijkerwijs
overeen met de historische vermogensverdelingen. Gebruikte indices zijn gepubliceerd door Morningstar,
Bloomberg en CBS. Dit document is uitsluitend bedoeld bij wijze van informatie: het betreft geen aanbod
tot aan- of verkoop van financiële instrumenten. Ostrica BV heeft aan de samenstelling van deze
publicatie de uiterste zorg besteed. De vermelde gegevens en rekenvoorbeelden zijn ontleend aan
betrouwbaar geachte bronnen en publiekelijk bekende informatie (en historische resultaten).
Aansprakelijkheden voor eventuele onjuistheden kunnen wij niet aanvaarden.
Contactgegevens
Ostrica BV
B: Prof.J.H. Bavincklaan 2
P: Postbus 7851, 1008 AB Amsterdam
T: +31 (0)20 540 83 00
F: +31 (0)20 540 83 01
E: [email protected]
W: www.ostrica.nl
-21-