Diagnostische cervicale sympathicusinfiltratie (= ganglion stellatum infiltratie) Pijnkliniek Harmoniestraat 68 2018 Antwerpen 03/2402268 [email protected] 1 Beste Mevrouw, Mijnheer In deze brochure vindt u meer informatie over de inspuiting die u zal ondergaan; een diagnostische cervicale sympathicusinfiltratie. Wat is dit? De sympathische zenuwen verenigen zich in een streng met zenuwknoopjes (= de sympathische grensketen) die gelegen is aan beide zijden van de wervelkolom. Deze streng met zenuwknoopjes loopt van in de hals (ganglion stellatum) tot laag onderaan in de rug. De sympathische zenuwen maken deel uit van het onwillekeurige zenuwstelsel. Deze regelen onder andere uw bloeddruk, het verwijden en vernauwen van de bloedvaten en de zweetsecretie. Bij sommige ziektebeelden (bv. complex regionaal pijnsyndroom) of pijnklachten blijkt het sympathisch zenuwstelsel mee verantwoordelijk te zijn voor het ontstaan of onderhouden van de klachten. A.h.v. een infiltratie wordt een lokaal verdovend product ingespoten rondom deze grensketen. Wanneer kan deze infiltratie overwogen worden? Deze behandeling wordt vooral toegepast bij bepaalde zenuwpijnen (bv. complex regionaal pijnsyndroom), circulatiestoornissen in de armen of handen of overmatig zweten. De indicatie voor een infiltratie wordt door de behandelende arts gesteld a.h.v. uw beschrijving van de pijnklachten en klinisch onderzoek. Doel van de infiltratie? Door ganglion stellatum te verdoven, kan nagegaan worden of uw pijn/klacht vermindert. Dit noemt men een proefbehandeling. Dit is een manier om vast te stellen of het sympathisch zenuwstelsel (mede) verantwoordelijk is voor uw pijnklachten. Indien de pijn de eerste uren na de infiltratie minstens halveert, kan een ontzenuwing (denervatie) met behulp van radiofrequente stroom of phenolisatie overwogen worden. De plaatselijke verdoving is na een aantal uren uitgewerkt. Hierna zal u mogelijk terug dezelfde pijn ervaren als voor de procedure. Het is zeker ook mogelijk dat de pijn geruime tijd minder aanwezig zal zijn. Indien er geen enkele beterschap optreedt na de diagnostische infiltraties, is een verdere behandeling van het ganglion stellatum zinloos. 2 Hoe verloopt de infiltratie? In het ziekenhuis schrijft u zich eerst in aan de balie van het pijncentrum. Vergeet niet identiteitskaart klaar te nemen. Daarna wordt u opgevangen door een verpleegkundige die u enkele vragen zal stellen. Breng steeds uw CT of MRI resultaten mee, dit zal de arts helpen om de juiste behandeling uit te voeren. □ DAGHOSPITAAL - Geef steeds uw verwijsbrief en eventuele onderzoeksuitslagen aan de verpleegkundige. - U vult een medische vragenlijst in en tekent een toestemmings-formulier. - U krijgt een operatiehemdje aan en neemt plaats op een zetelbed. - U krijgt een waakinfuus (om bij een eventuele onvoorziene reactie op de toegediende medicatie snel een geneesmiddel toe te kunnen dienen). - Met het zetelbed wordt u naar het operatiekwartier gebracht. □ OPERATIEKWARTIER - U neemt plaats op de tafel op uw rug. Op uw vinger wordt een saturatiemeter gezet, om uw parameters te kunnen volgen. Uw hals wordt ontsmet. Uw hals wordt steriel afgedekt met een aantal doeken. Onder röntgenstraling of echo wordt de naald op de juiste positie geplaatst. Door middel van injectie van contraststof wordt correcte positionering nagegaan, waarna de medicatie wordt ingespoten. □ DAGHOSPITAAL - Na de behandeling blijft u nog een half uur tot een uur ter observatie in het dagziekenhuis, daarna mag u naar huis. - Zorg ervoor dat iemand u begeleidt, want na de behandeling mag u niet zelf naar huis rijden (gedurende 24 uur). Wat te doen na de infiltratie? Er zal gevraagd worden om een dag of een aantal dagen na de infiltratie, uw arts op te bellen om het resultaat te bespreken en verdere afspraken te maken (Tel: 03/2402268). Indien de procedure een duidelijke vermindering van de klachten geeft (minstens 50% pijnreductie), wordt een definitieve chemische of radiofrequente behandeling gepland. 3 Mogelijke nevenwerkingen of complicaties - Tijdelijke pijn t.h.v. de insteekplaats is niet ongebruikelijk en niet verontrustend. Het is mogelijk dat er zich een bloeduitstorting voordoet ter hoogte van de hals. Heesheid kan optreden, maar verdwijnt na enkele uren. Mogelijke slikklachten zijn van korte duur (eerste 2 uren na de infiltratie wordt aangeraden niets te eten of te drinken). Een hangend ooglid, verdoofd gevoel t.h.v. het aangezicht, wazig zicht en loopneus is mogelijk. Het ontstmettingsproduct, Het lokale verdovingsmiddel of de contraststof kunnen aanleiding geven tot een allergische reactie. Ernstige verwikkelingen (zoals bloedingen, infectie, zenuwbeschadiging) zijn mogelijk, maar gelukkig erg zeldzaam. Er is een minieme kans dat het longvlies geraakt wordt, waardoor een klaplong kan optreden. Bij kortademigheid na deze procedure, dient u best een arts te contacteren. Bijzondere aandachtspunten en voorzorgen - Indien er een mogelijkheid bestaat dat u zwanger bent, gelieve dit zeker te melden. Bij bevestiging van zwangerschap zal de procedure niet worden uitgevoerd. - Gelieve gekende allergieën te melden. - Indien u een infectie doormaakt of antibiotica neemt, is het mogelijk dat de procedure uitgesteld wordt. - Hou er rekening mee dat u de dag van de procedure geen voertuigen mag besturen of machines mag bedienen. U moet dus zeker een begeleider (chauffeur) voorzien, zoniet kan de procedure uitgesteld worden. - Bepaalde bloedverdunners moeten gestopt en mogelijks vervangen worden. Indien u bloedverdunners neemt, neem dan contact op met de Pijnkliniek (03/240 2268). 4 Artsen pijncentrum: Dr. Haems Jan Pieter Dr. Lamens Dirk Dr. Spaas Carol Dr. Van Bets Bart Pijnkliniek AZ Monica [email protected] 03/2402268 5
© Copyright 2024 ExpyDoc