4.2 - mathonline

4 – Breuken met letters
4.2 – Vereenvoudigen
4 a 3a 2 b
ab
=
3
3ab
b
3a
=
3
b2
(teller en noemer eerst delen door a en daarna door b)
b x ( x − 1) x − 1
=
(teller en noemer delen door x)
xy
y
c a 2 + ab a + b
(teller en noemer delen door a)
=
ab
b
d 3 pq − 2q
6q
2
e x2 − 2 x
x
f
2
3p − 2
(teller en noemer delen door q)
6q
=
=
x−2
(teller en noemer delen door x)
x
ac ( b + 1)
2
c ( a + 1) ( b + 1)
2
g
=
ac ( b + 1)
c ( a + 1)
2
=
a ( b + 1)
( a + 1)2
(eerst delen door ( b + 1) en daarna door c)
a
b
a−b
a−b
1
−
=
=
=
2a − 2b 2a − 2b 2a − 2b 2 ( a − b ) 2
(één breuk van maken en vereenvoudigen door de factor ( a − b ) eruit te delen)
h x − 3y x + 2 y x − 3y + x + 2 y 2x − y
+
=
=
= 1 (één breuk van maken en vereenvoudigen)
2x − y 2x − y
2x − y
2x − y
i p 2 q3 ( p + 1)
3 2
p q
j ( a − 1) 2 bc
( a 2 bc ) 2
k
=
( a2b(c + 1))
=
q( p + 1)
(teller en noemer delen door p 2 en door q 2 of in één keer door p 2 q 2 )
p
( a − 1) 2 bc
a 4 b2 c 2
3
( abc ) 4
=
=
( a − 1) 2
a 4 bc
a6 b3 (c + 1)3
a 4b 4 c 4
=
(noemer uitwerken en dan teller en noemer delen door bc)
a 2 (c + 1)3
bc 4
(teller en noemer uitwerken en dan beide delen door a 4b3 )
l a − 2b 2a − b a − 2b − 2a + b −a − b
a+b
−
=
=
=−
= −1
a+b
a+b
a+b
a+b
a+b
5 a x 2 + 2 x + 1 ( x + 1)( x + 1) x + 1
=
=
= x +1
1 ⋅ ( x + 1)
1
x +1
De teller ontbinden en dan teller en noemer door ( x + 1) delen.
b
(a + b) ⋅ (a + b) a + b
a 2 + 2ab + b2 ( a + b )
=
=
=
=a+b
a+b
a+b
1⋅ ( a + b )
1
2
Teller ontbinden en dan de factor ( a + b ) wegdelen.
c x3 − 3x 2 − 10 x x( x 2 − 3x − 10) x( x − 5)( x + 2)
=
=
= x ( x − 5)
x+2
x+2
x+2
© Noordhoff Uitgevers
Uitwerkingen
1
4 – Breuken met letters
d p3 − 4 p p( p 2 − 4) p( p + 2)( p − 2)
=
=
= p( p + 2)
p−2
p−2
p−2
e 1 − x 2 (1 − x )(1 + x) (1 − x)(1 + x ) 1 + x
=
=
=
= − x − 1 , want −(1 − x) = −1 + x = x − 1
x −1
x −1
−(1 − x )
−1
f x2 − x
3
x +x
g
=
x ( x − 1)
(
x x +1
x2 − 1
=
2
x + 3x + 2
h 5 a−b 2
(
)
2
a −b
=
2
i x3 − 2 x 2
x2 − 4
)
2
=
x −1
x2 + 1
( x + 1)( x − 1) x − 1
=
( x + 1)( x + 2 ) x + 2
5(a − b)
2
( a − b )( a + b )
x2 ( x − 2)
( x + 2 )( x − 2 )
j a3 + 2a 2 − 3a
=
a2 − a
k
=
x2 − 4 x + 4
=
=
=
5(a − b)
a+b
x2
x+2
a (a 2 + 2a − 3) a( a + 3)( a − 1)
=
=a+3
a( a − 1)
a( a − 1)
( x − 2 )( x − 2 ) ( x − 2 )2
=
x ( x + 2)
x ( x + 2)
x2 + 2 x
Na deze ontbinding blijkt dat je de breuk niet kunt vereenvoudigen.
l
x
2
x + 2x − 3
−
1
2
x + 2x − 3
m x3 − 6 x 2 − 16 x
x2 − 8 x
n x 2 − 3x − 10
2
x + 3x + 2
=
o a3 + a 2 − 30a
2
a + 2a − 24
=
=
x −1
2
x + 2x − 3
=
x −1
1
=
( x − 1)( x + 3) x + 3
x( x 2 − 6 x − 16) ( x − 8 )( x + 2 )
=
= x+2
x( x − 8)
( x − 8)
( x + 2 )( x − 5) x − 5
=
( x + 2 )( x + 1) x + 1
=
a( a 2 + a − 30)
2
a + 2a − 24
=
a( a + 6)( a − 5) a(a − 5)
=
( a + 6)( a − 4)
a−4
6 a Neem bijvoorbeeld a = 1 en b = 1
1+1 1
≠ want de linkerkant is twee en de rechterkant is één.
Dan geldt
1
1
a+b b
≠
Dus
a
1
b Neem bijvoorbeeld a = 1 , b = 1 en c = 2
1+1 1
2 1
Dan krijg je
≠ want ≠
1+ 2 2
3 2
a+b b
≠
Dus
a+c c
© Noordhoff Uitgevers
Uitwerkingen
2
4 – Breuken met letters
c Neem bijvoorbeeld p = 1 en q = 2
1+1 1 1
2
1
≠ + want ≠ 1 +
Dan krijg je
1+ 2 1 2
3
2
p +1 p 1
≠ +
Dus heb je bewezen dat
p+q p q
d Neem bijvoorbeeld x = 1 en y = 1
1
1 1
1
≠ + want ≠ 1 + 1
Dan krijg je
1+1 1 1
2
1
1 1
≠ +
Dus
x+ y x y
e Neem bijvoorbeeld x = 1
1
1 1
1 1
≠ − want − ≠
Dan krijg je
1− 2 1 2
2 2
x
x x
≠
−
Dus 2
x − 2 x2 2
f Neem bijvoorbeeld a = 1
1+ 2 +1 1+1
4 2
≠
want ≠
Dan krijg je
2+3
3
5 3
Dus
a 2 + 2a + 1 a 2 + 1
≠
2a + 3
3
g Neem bijvoorbeeld a = b = c = d = 1
1+1 1 1
≠ + want 1 ≠ 2
Dan krijg je
1+1 1 1
a+b a b
≠ +
Dus
c+d c d
h Neem bijvoorbeeld a = b = c = d = 1
1+1 1 1
≠ + want 1 ≠ 2
Dan krijg je
1+1 1 1
a+b a b
≠ +
Dus
c+d c d
i Neem bijvoorbeeld x = 0
Dan krijg je
Dus
02 + 3 ⋅ 0 + 1
x 2 + 3x + 1
x2 + 1
© Noordhoff Uitgevers
02 + 1
≠ 3 ⋅ 0 want 1 ≠ 0
≠ 3x
Uitwerkingen
3