Dutch Lung Surgery Audit (DLSA) Beschrijving Dit overzicht toont de kwaliteitsindicatoren welke per 1 april 2014 ontsloten zullen worden in het kader van het getrapte transparantiemodel van DICA. De ontsluiting van deze kwaliteitsindicatoren werd overeengekomen tijdens het overleg tussen afgevaardigden van de zorgverzekeraars, DLSA, NVvL en DICA op 4 oktober 2013 in de Domus Medica in Utrecht. Als algemene voorwaarde voor het meenemen van een patiënt in de berekening van de kwaliteitsindicatoren is gesteld dat ten minste bekend/ingevuld moeten zijn: • • • • aard van de aandoening aard van de ingreep datum van de operatie postoperatieve overlevingsstatus Indicatoren DLSA Uitvraag per Over periode Inclusiecriteria DLSA Exclusiecriteria DLSA 1 april 2014 Patiënten met een operatiedatum van 01-‐01-‐2013 tot en met 31-‐12-‐2013 Alle chirurgische thoracale (thoraxwand, pleurale, long en mediastinale) ingrepen, in te delen in: • Resecties bij (verdenking) carcinoom of sarcoom primair uitgaande van de long (evt. zijde een locoregionaal recidief van een eerder behandelde tumor) • Mediastinum chirurgie (diagnostisch en therapeutisch) • Metastasectomieën van de long • Overige thoracale ingrepen • Radio Frequente Ablaties (RFA) van long-‐, pleura-‐ of thoraxwandtumoren • Weke delen resecties van de thoraxwand (niet benigne resecties) en wervelkolomchirurgie als zelfstandige ingreep • Diafragma chirurgie, niet via de thorax benaderd • Transthoracale slokdarmresecties • Cardiovasculaire ingrepen in de thorax • Thoracoscopische sympathectomieën • Longtransplantaties • Verrichtingen die door de longchirurg worden verricht voor complicaties na ingrepen die niet binnen de inclusiecriteria van de DLSA vallen 2014-‐01-‐27 1 2 3 4 Deelname aan de DLSA Teller Aantal patiënten van wie de informatie in de registratie volledig is Noemer Aantal patiënten dat een longoperatie of mediastinoscopie ondergaat en geregistreerd is in de DLSA Volume longoperaties en mediastinoscopieën Teller a aantal patiënten dat een resectie ondergaan vanwege een primair longcarcinoom Teller b aantal patiënten dat een mediastinoscopie ondergaan Teller c aantal patiënten dat een metastasectomie ondergaan Teller d aantal patiënten dat een overige thoracale ingreep ondergaan Het aantal anatomische parenchymresecties in de vorm van een segmentresectie, lobectomie of pneumonectomie, dat is verricht op de ziekenhuislocatie voor benigne of maligne pathologie (norm: tenminste 20 parenchymresecties) Aantal anatomische parenchymresecties in de vorm van een segmentresectie, (bi-‐) lobectomie of pneumonectomie vanwege een benigne of maligne oorzaak Bespreking multidisciplinair overleg? a. Percentage electieve patiënten, dat een resectie onderging vanwege primair niet-‐ kleincellig longcarcinoom, dat preoperatief in een multidisciplinair team is besproken (norm > 90%) b. Percentage (electieve) patiënten, dat een resectie onderging vanwege primair niet-‐ kleincellig longcarcinoom, dat postoperatief in een multidisciplinair team is besproken (norm > 90%) Teller a Aantal electieve patiënten die preoperatief zijn besproken in een multidisciplinair overleg Noemer a Aantal electieve patiënten die een parenchymresectie ondergingen vanwege een primair longcarcinoom Teller b Aantal electieve patiënten die postoperatief zijn besproken in een multidisciplinair overleg Noemer b Aantal electieve patiënten die een parenchymresectie ondergingen vanwege een primair longcarcinoom 2014-‐01-‐27 5 Bekendheid cTNM en pTNM? a. Percentage patiënten, dat een resectie ondergaat vanwege primair niet-‐kleincellig longcarcinoom, waarbij tijdens het preoperatief MDO het klinisch TNM stadium bekend is (geen norm) b. Percentage patiënten, dat een resectie ondergaat vanwege primair niet-‐kleincellig longcarcinoom, waarbij tijdens het postoperatief MDO het pathologisch TNM stadium bekend is (geen norm) Teller a Aantal patiënten waarbij tijdens het preoperatief MDO het klinisch TNM stadium bekend was Noemer a Aantal patiënten dat een parenchymresectie onderging vanwege een niet-‐ kleincellig longcarcinoom Teller b Aantal patiënten waarbij tijdens het postoperatief MDO het pathologisch TNM stadium bekend was Noemer b Aantal patiënten dat een parenchymresectie ondergingen vanwege een niet-‐ kleincellig longcarcinoom 6 Percentage patiënten, dat een electieve resectie onderging vanwege primair niet-‐ kleincellig longcarcinoom, dat besproken is in het MDO, met een wachttijd van < 21 dagen tussen het MDO en de chirurgische behandeling (geen norm) Teller Aantal patiënten waarbij de operatie binnen maximaal 21 dagen na het preoperatief MDO is verricht Noemer Aantal patiënten dat werden besproken in een preoperatief multidisciplinair overleg en die een parenchymresectie ondergingen vanwege een niet-‐kleincellig longcarcinoom Mediane wachttijd tussen het MDO en de chirurgische behandeling wordt tevens voor deze patiëntenpopulatie berekend 7 Percentage patiënten dat een pneumonectomie ondergaat bij een T1 niet-‐kleincellig longcarcinoom (geen norm) Teller Aantal patiënten waarbij een pneumonectomie is verricht Noemer Aantal patiënten dat een anatomische parenchymresectie ondergingen vanwege een cT1 niet-‐kleincellig longcarcinoom 2014-‐01-‐27 SONCOS indicatoren 1 a. Vinden er in uw ziekenhuislokatie behandelingen voor longcarcinoom plaats? Antwoord: Longresecties: Ja/Nee Radiotherapie: Ja/Nee Systemische therapie: Ja/Nee b. Naar welk instituut worden patiënten met longcarcinoom gediagnosticeerd in uw ziekenhuis verwezen voor: Antwoord: Longresectie: <naam> (Chemo)radiatie: <naam> Stereotactische radiotherapie (SBRT) <naam> Systemische therapie: <naam> *Indien bij zowel a. als b. alle vragen met ‘Nee’ beantwoord worden, dan hoeven onderstaande vragen niet verder ingevuld te worden 2 Hoeveel van de hier onder genoemde specialisten, met aantoonbare expertise in de behandeling van longkanker, zijn er op uw ziekenhuislokatie aanwezig ? -‐ Longartsen: Antwoord: Aantal: <C> -‐ Long-‐/thoraxchirurgen: Antwoord: Aantal: <C> -‐ Radiotherapeuten: Antwoord: Aantal: <C> -‐ Radiologen: Antwoord: Aantal: <C> -‐ Pathologen: Antwoord: Aantal: <C> -‐ Nucleair geneeskundigen: Antwoord: Aantal: <C> 3 a. Hoe vaak vindt het multidisciplinaire overleg voor patiënten met longcarcinoom in uw ziekenhuis plaats? Antwoord: nooit / <1 keer per 2 weken/ 1 keer per 2 weken / 1 keer per week (norm: 1 keer per week) b. Zijn bij dit multidisciplinaire overleg in uw ziekenhuis de volgende specialisten vertegenwoordigd? -‐ Een Longarts? Antwoord: Ja/Nee -‐ Een Long-‐ of thoraxchirurg? Antwoord: Ja/Nee -‐ Een Radiotherapeut? Antwoord: Ja/Nee -‐ Een Radioloog? Antwoord: Ja/Nee -‐ Een Patholoog? Antwoord: Ja/Nee -‐ Een Nucleair geneeskundige? Antwoord: Ja/Nee -‐ Een gespecialiseerd verpleegkundige / casemanager? Antwoord: Ja/Nee 2014-‐01-‐27 4 a. Is er de mogelijkheid tot wekelijkse consultatie van een vertegenwoordiger van het referentiecentrum bij dit multidisciplinaire overleg*? Antwoord: Ja/Nee b. Uit welk ziekenhuis is de vertegenwoordiger van het referentiecentrum afkomstig? Antwoord: <naam> * De vertegenwoordiger van het referentiecentrum is fysiek of via videoverbinding aanwezig bij het overleg 5 Zijn de volgende faciliteiten aanwezig op uw ziekenhuislokatie en zo niet met welk ziekenhuis zijn er schriftelijke afspraken gemaakt over verwijzing van patiënten waarbij het service-‐level is vastgelegd? (conform SONCOS document) a. Een endoscopie-‐afdeling waar bronchoscopieen kunnen worden verricht? -‐ eigen ziekenhuislokatie: Antwoord: Ja/Nee -‐ ander ziekenhuis/centrum, namelijk: Antwoord: <naam> b. Een endobronchiale echografie EBUS (inwendige echografie van de luchtwegen)? -‐ eigen ziekenhuislokatie: Antwoord: Ja/Nee -‐ ander ziekenhuis/centrum, namelijk: Antwoord: <naam> c. Een endo-‐oesophageale echografie EUS (inwendige echografie van de slokdarm)? -‐ eigen ziekenhuislokatie: Antwoord: Ja/Nee -‐ ander ziekenhuis/centrum, namelijk: Antwoord: <naam> d. CT-‐scan met angiografie voor spoeddiagnostiek? -‐ eigen ziekenhuislokatie: Antwoord: Ja/Nee -‐ ander ziekenhuis/centrum, namelijk: Antwoord: <naam> e. PET-‐scan en ventilatie-‐perfusiescintigrafie? -‐ eigen ziekenhuislokatie: Antwoord: Ja/Nee -‐ ander ziekenhuis/centrum, namelijk: Antwoord: <naam> f. Per-‐operatief vriescoupe onderzoek? -‐ eigen ziekenhuislokatie: Antwoord: Ja/Nee -‐ ander ziekenhuis/centrum, namelijk: Antwoord: <naam> g. 24/7 mogelijkheid om een spoedthoracotomie te verrichten? -‐ eigen ziekenhuislokatie: Antwoord: Ja/Nee 6 Hoeveel endobronchiale scopieën werden er in 2013 op uw ziekenhuislokatie verricht? Antwoord: Aantal: <CC> (norm: 100/jaar) 2014-‐01-‐27 7 Hoeveel nieuw met longkanker gediagnosticeerde patiënten werden er in 2013 in uw ziekenhuis behandeld? Antwoord: Aantal: <CCC> (norm: 25/jaar) 8 Hoeveel longresecties (anatomische segmentresecties, lobectomieen, pneumonectomieen) werden er in 2013 op uw ziekenhuislokatie verricht? Antwoord: Aantal: <CCC> (norm 20/jaar) *Indien u deelneemt aan de DLSA hoeft u deze vraag niet in te vullen omdat het aantal longresecties in 2013 direct kan worden afgeleid uit de gegevens in de DLSA Conclusie (automatisch gegenereerd) o U voldoet aan de gestelde normen o U voldoet niet aan de volgende normen: …….. Indien u niet aan een of meerdere normen voldoet, welke vervolgacties gaat u ondernemen? Antwoord: o Instelling stopt of en inmiddels gestopt met de betreffende behandeling, patiënten worden verwezen naar:………… o Instelling gaat door met de betreffende behandeling en de volgende acties zullen worden ondernomen om aan de normen te gaan voldoen:……….. Opmerkingen: 2014-‐01-‐27
© Copyright 2024 ExpyDoc