Wat mogen we van de buren verwachten?

Opzoomer Mee, Schiedamsedijk 55a , 3011 EE Rotterdam. Telefoon (010) 213 10 55, [email protected], www.opzoomermee.nl
Samenvatting
Burgerkracht in de zorg
Wat mogen we van
de buren verwachten?
Buren zorgen in veel opzichten voor elkaar. Dat geldt natuurlijk lang niet voor iedereen en lang
niet overal. Maar toch vinden heel veel mensen het vanzelfsprekend om hun buren te helpen.
Zo vanzelfsprekend dat ze het niet eens ‘zorg’ noemen. Je steekt gewoon een handje toe.
Die onderlinge zorg tussen buren wordt steeds belangrijker nu grote maatschappelijke
veranderingen voor de deur staan. Door de grote bezuinigingen van de laatste tijd zijn mensen
meer op elkaar aangewezen zoals dat vroeger ook gebruikelijk was. Als burgers met elkaar
het heft in eigen hand nemen, wordt dat ‘burgerkracht’ genoemd. Dat woord kun je dan ook
op veel plekken horen. Die burgerkracht wordt steeds belangrijker. Dat is zeker in de zorg het
geval. Ook daar wordt bezuinigd, maar er ontstaat ook een veel grotere rol voor de gemeente
omdat het Rijk veel taken overhevelt. De gemeenten zoeken nu naar manieren om de burger
een grotere rol in de zorg te laten spelen.
Dus wat kunnen we van de burger, en in het bijzonder van de buren, verwachten? Wat is
bekend over wat buren voor elkaar doen? Onderzoeken leveren allerlei aanknopingspunten op.
Kees Fortuin
1
Wat mogen we van
de buren verwachten?
Samengevat:
•
Buren bieden elkaar veel hulp en zorg. Hoeveel hulp en wat voor zorg verschilt van
geval tot geval, maar buren zijn wel belangrijk. Zo doen mensen in het algemeen vaker
een beroep op hun buren dan op hun vrienden, maar weer minder vaak dan op hun
familie.
•
Buren zijn er bijna altijd en je kunt ze heel snel te hulp roepen. Daarin verschillen ze
van familie. Buren kunnen heel gemakkelijk een oogje in het zeil houden en bellen
met instanties als er iets gebeurt. Ze zijn ook belangrijk bij hele praktische dingen: op
de poes passen bij vakantie, de sleutel bewaren als mensen van huis zijn. Dat zijn ook
dingen waar je je familie niet zo snel voor laat komen. Maar ook als er haast bij is. Buren
zijn er in geval van nood sneller bij dan familie of vrienden. Over het algemeen helpen
buren het vaakst bij simpele dingen. Dat kan ook ‘zorg’ zijn. Even op het raam tikken om
te kijken of alles goed is, de instanties bellen als je de bejaarde buurvrouw al een paar
dagen niet hebt gezien, even haar stoepje doen als je de sneeuw aan het wegvegen
bent, enzovoorts.
•
Er zijn ook zorgtaken die verder gaan, van iemand helpen met wassen tot naar de WC
helpen gaan. Het aantal buren dat dat wil doen, is veel kleiner. Maar er zijn nog steeds
mensen die ook dat willen doen voor hun buren. Als zorgtaken meer kennis vragen,
dichterbij iemands persoonlijke leven komen en langere tijd door lopen zijn er minder
mensen die deze zorgtaken willen doen.
•
Veel mensen hebben zorg of hulp nodig maar krijgen die niet. Er zijn ook mensen die
graag anderen willen helpen maar zich niet willen opdringen. Dat wordt ‘handelingsverlegenheid’ genoemd. Als je die twee groepen bij elkaar kunt brengen, boek je al de
eerste winst. De drempel verlagen om elkaar aan te spreken, is dus belangrijk.
•
Buren helpen elkaar vaker als ze elkaar al langer kennen. Het helpt dus als in de straat
al veel contacten tussen buren zijn. Ze kunnen dan gemakkelijker een beroep op elkaar
doen. Samen activiteiten gedaan hebben, een gedeelde geschiedenis helpt om zorg
tussen buren te kunnen organiseren.
De wereld van de officiële zorg is een heel andere dan die van burencontacten. Zo is er in de
zorg altijd een deskundige die meer weet dan jij. De dokter en de patiënt. Bij burencontacten
ben je gelijk en help je elkaar op basis van wederkerigheid. Er zijn ook veel minder regels,
voorschriften en formulieren dan in de zorg. Het maakt daarom verschil of je begint met de
informele wereld van de burencontacten of met een aanpak vanuit de officiële zorg. In de
verkenning pleiten we om te vertrekken vanuit de wereld van de buren.
De notitie beveelt aan om bijeenkomsten te organiseren om na te gaan of deze inzichten in
Rotterdam ook opgaan. Verder zijn in Rotterdam 1.750 straten waar door het Opzoomeren
straatnetwerken bestaan. Deze straatnetwerken zouden bij een aanpak wellicht goed benut
kunnen worden.
2
1