Les 28 - Vierde naamval en zinsbouw

Les 27 – Antwoorden
Opdracht 1: Geef de volledige vervoeging van het werkwoord Reizen, ‫} ע‬n‫{ נ עַס‬nása} [pa'al].
Omdat de derde radikaal (stamletter) ‫ ע‬toonloos is, verloopt de vervoeging afwijkend.
Persoon
Ik (m)
Ik (v)
Jij (m)
Jij (v)
Hij
Zij
Tegenwoordige tijd
‫} ע‬n ‫נוס‬
)
nose'a
‫} ת‬n‫נוסע‬
)
nose'at
‫} ע‬n ‫נוס‬
)
nose'a
‫} ת‬n‫נוסע‬
)
nose'at
‫} ע‬n ‫נוס‬
)
nose'a
‫} ת‬n‫נוסע‬
)
nose'at
Verleden tijd
+,-.‫} ע‬n‫נ עַס‬
násattie
+,-.‫} ע‬n‫נ עַס‬
násattie
-.
ַ‫ עַסע ע‬
}n ‫נ‬
násattá
- }n
. ‫ עַסע‬
}n ‫נ‬
nása'at
‫ עַסע‬
}n ‫נ‬
nása
6ַ‫ עַסע ע‬
.‫נ‬
násáh
Toekomende tijd **
‫} סע‬n ‫ּא‬
èssa
‫} סע‬n ‫ּא‬
èssa
‫} סע‬n + ,tissa
+,‫ע‬.‫ס‬+ ,tissie
‫} סע‬n +,+
yissa
‫} סע‬n + ,tissa
Persoon
+,‫אנ‬3
+,‫אנ‬3
6ַ‫ ע‬-‫א‬
‫את‬
.
‫וא‬6
‫א‬+,6
Wij (m)
Wij (v)
Jullie (m)
Jullie (v)
Zij (m)
Zij (v)
‫ם‬+,‫נוסע‬
.
‫נוסעות‬
.
‫ם‬+,‫נוסע‬
.
‫נוסעות‬
.
‫ם‬+,‫נוסע‬
.
‫נוסעות‬
.
‫נו‬.‫} ע‬n‫נ עַס‬
‫נו‬.‫} ע‬n‫נ עַס‬
‫ם‬-.
ּ ‫סע‬.
}n ‫נ‬
@ּ-.‫} ע‬n‫ס‬.‫נ‬
‫ עַסעו‬
.‫נ‬
‫ עַסעו‬
.‫נ‬
‫} סע‬n +,‫נ‬
‫} סע‬n +,‫נ‬
‫עו‬.‫ס‬+ ,‫עו‬.‫ס‬+ ,- *
‫עו‬.‫ס‬+,+
‫עו‬.‫ס‬+,+ *
‫} חנו‬n
. ‫אנ‬3
‫} חנו‬n
. ‫אנ‬3
‫ם‬-‫א‬
ּ
@-‫א‬
ּ
‫)ם‬6
@6)
nosiem
nosot
nosiem
nosot
nosiem
nosot
násanoe
násanoe
nesatèm
nesatèn
násoe
násoe
nissa
nissa
tissoe
tissoe
yissoe
yissoe
Gebiedende wijs: m: ‫} ע‬n‫ ס‬sa,v: +,‫סע‬. sie, meerv.: ‫עו‬.‫ ס‬soe*, infinitief: ‫סֺע‬.
}n ‫לנ‬, , ‫סוע‬.
}n ‫ נ‬,‫ ל‬linso'a, 'te reizen'.
* De mannelijke vorm is gebruikelijk, in plaats van de verouderde vrouwelijk vorm
** In oudere teksten ontbreekt een yod.
Opdracht 2: geef de uitspraak en vertaal
6‫ עַמ‬
ַ‫ ע‬+ַ‫ ו ע‬6‫מ‬.
ַ‫ עַקד ע‬
) ‫ ו‬6ַ‫ב ע‬.‫ ו עַּנג‬6ַ‫( עַצפֺנ ע‬Gen. 13:14) tsáfonáh wánègbáh wáqedmáh wáyámmáh
Naar het noorden en [naar het] zuiden en [naar het] oosten en [naar het] westen
‫וסף‬+
) 6‫ת‬+)
ַ‫ב ע‬
betáh yosef
Naar het huis van Jozef
a
Ik (v) reis naar Egypte
6‫מ‬,
ַ‫ ע‬+‫ר‬.
}n ‫מצ‬, ‫} ת‬n‫נוסע‬
) +,‫אנ‬3
nie nose'at mitzrayiemáh
a
of
‫ם‬,+‫ר‬.
}n ‫מצ‬.
, ‫} ת ל‬n‫נוסע‬
) +,‫אנ‬3
nie nose'at lemitzrayiem
a
Wij reizen (m) naar het noorden
6ַ‫ם צ עַפונ ע‬+,‫נוסע‬
. ‫} חנו‬n
. ‫אנ‬3
nachnoe nos'iem tsáfonáh
Zij reisde in oostelijke richting
6‫ עַח‬
ַ‫מזר ע‬, 6ַ‫ עַסע ע‬
. ‫א נ‬+6,
hie násáh mizrácháh
of
‫} ח‬n‫ר‬.‫מז‬, @‫וו‬+,‫לכ‬. 6ַ‫ עַסע ע‬
. ‫א נ‬+6, hie násáh lechiwoen mizrach
Het westen van de stad
‫ר‬+,‫ע‬6 }n ‫ר עַב‬3‫מע‬.
}n ‫ב‬
bema'aráv ha'ier
De reizigers reisden naar Jeruzalem ‫ם‬,+‫} ל‬n ‫רוש‬,
ַ‫ עַסעו ל ע‬
. ‫ם נ‬+,‫נוסע‬
. 6 }n hanosiem násoe liroeshálayiem
Les 28 – Vierde naamval en zinsbouw
Om in een zin het lijdend voorwerp (de vierde naamval dus) aan te geven wordt soms het
(onvertaalbare) woord ‫{ א)ת‬et} of ‫{ אּת־‬èt} gebruikt. Je kunt dit woordje, het tot voorzetsel
vervluchtigde restje van het woord ‫{ אות‬ot}, teken, beschouwen als een pijltje dat vanuit het
werkwoord naar het lijdend voorwerp wijst. De officiële naam is nota accusativi. Het wordt alleen
gebruikt wanneer het lijdend voorwerp bepaald is, dus welbij een eigennaam en bij 'de man',
niet bij 'een man'. Maar vaak wordt het weggelaten, vooral in poëzie.
De woordvolgorde in het Hebreeuws kan verschillen:
• In het Bijbels Hebreeuws is de gebruikelijke volgorde Werkwoord – Onderwerp – Voorwerpen.
• In het moderne Hebreeuws is de gebruikelijke volgorde Onderwerp – Werkwoord –
Voorwerpen. (Ik denk dat je het best kunt uitgaan van de Engelse woordvolgorde, want in het
Nederlands kennen we tal van onverklaarbare wisselingen in woordvolgorde. Een tijdbepaling
vooraan in een zin weet de volgorde onderwerp-werkwoord al te veranderen).
• Als het onderwerp een persoonlijk voornaamwoord is, wordt dit soms weggelaten wanneer het
vervoegde werkwoord voldoende zegt over geslacht, aantal en persoon; dit zit dan al
'ingebakken' in het werkwoord.
• Een belangrijk woord kan naar het begin van een zin worden verplaatst. In vragende zinnen is
het gebruikelijk te beginnen met het vragend voornaamwoord: ?‫אמר‬
}n ‫וא‬6 +‫מ‬.
, ‫{ ל‬lemie hoe ámar}
'totwie hij sprak?', tot wie sprak hij?
• Soms wordt een woord naar achteren verschoven om een zin formeel of archaïsch te laten
klinken, zoals in het Bijbels Hebreeuws.
• Soms wordt een woord naar achteren verschoven om het nadruk te geven: !6-‫א‬
ַ‫ת )חל ע‬. 6 }n
{hatchel attáh} Beginnen jij!
Woordenschat
We gaan aan de slag met de stam ‫שרת‬, dienen, waarvan tal
van woorden zijn afgeleid.
‫ש)ר)ת‬
sheret [pi'el]
Dienen
‫ש עַר)ת‬
sháret (m)
Dienst
‫} ת‬n‫ש עַ ר‬
shárat (m)
Dienst, bediening
‫ש עַר עַת‬
shárát (m)
Conciërge (school)
‫רות‬+‫ש‬
) ,‫שרות‬
)
sheroet (m)
Dienst
‫שרות־דֺב‬
)
sheroet dov
Slechte dienst
+‫מ‬.
, ‫רות־עצ‬
}n
‫ש‬
)
sheroet atsmie
Zelfbediening
‫רות‬+‫ש‬
) ‫ת‬+,‫מונ‬
moniet sheroet
Gemeenschappelijke taxi(bus), zie foto
@‫רות־ב עַטחו‬
,
‫ש‬
)
sheroet bittáchon Geheime dienst, Shien Beth, Shabak, ‫ש״ב‬
‫ם‬+‫רות‬+
, ‫ש‬
) ,‫ם‬+‫רות‬
, ‫ש‬
) sheroetiem
'Diensten', toilet of badkamer (in de spreektaal)
e
‫} ת‬n‫ש עַר‬.‫מ‬
m shárat (m)
Dienaar
e
‫ּתת‬
ּ ‫שר‬
ַ‫מ ע‬.
m shárètèt (v)
Dienares
Opdracht 1: Geef de volledige vervoeging van het werkwoord Dienen, ‫{ ש)ר)ת‬sheret} [pi'el].
Deze is niet te vinden op de website http://www.hebrew-verbs.co.il/; de vervoeging is nagenoeg
identiek met .‫} ך‬n‫{ ב)ר‬berach}, zegenen (to bless) dat er wel voorkomt, en ook in les 25. Of gebruik
de website http://www.hebrewatmilah.org/maskilon1/index.htm, kijk onder de ‫ש‬.
Persoon Tegenwoordige tijd
Verleden tijd
Toekomende tijd
Persoon
Ik (m)
+,‫אנ‬3
a
Ik (v)
‫ש עַר)ת‬3‫א‬
sháret
+,‫אנ‬3
Jij (m)
6ַ‫ ע‬-‫א‬
Jij (v)
.-.‫} ת‬n‫ש)ר‬
sherat
‫את‬
.
Hij
‫שר!ת‬
!
sheret
‫וא‬6
Zij
6‫ת‬.
ַ‫שר ע‬
)
shertáh
‫א‬+,6
Wij (m)
Wij (v)
Jullie (m)
Jullie (v)
Zij (m)
‫ם‬+‫רת‬
, ‫ש‬
ַ‫מ ע‬. meshártiem
Zij (v)
Gebiedende wijs: m:
,v:
‫} חנו‬n
. ‫אנ‬3
‫} חנו‬n
. ‫אנ‬3
‫ם‬-‫א‬
ּ
@-‫א‬
ּ
‫)ם‬6
@6)
, meervoud:
, infinitief:
Opdracht 2: Geef de uitspraak en vertaal:
‫ארּת‬6ַ‫את ע‬.
) ‫ ו‬,‫ם‬,+‫} מ‬n ‫א‬
ַ‫ ע‬6 }n ‫ )את‬,‫ם‬+6ֺ‫ל‬
, ‫ ב עַר עַא ָא‬,‫ת‬+‫)אש‬
, ‫בר‬. . (Genesis/Bereshiet 1:1)
6ַ‫סע עַד ע‬. ‫} מ‬n
, ‫רות ב‬+‫ש‬
) 6 }n
‫רות‬+‫ש‬
) ‫ת‬+,‫מונ‬.‫} ע ב‬n ‫נוס‬
) +,‫אנ‬3
+‫מ‬.
, ‫} עצ‬n ‫רות‬+‫ש‬
) ‫)ש‬+ ‫חנות‬3 ‫} ב‬n
‫ם‬+‫רות‬+
, ‫} ש‬n
) ‫וא ב‬6 ‫שר עַת‬
ַ‫ ע‬6 }n
‫} בצ עַב עַא‬n ‫} תנו‬n
. ‫ר‬+‫ש‬
)
@‫} מלו‬n
ַ‫} ת ב ע‬n‫שר‬
ַ‫מ ע‬. 6 }n
Bronnen: Leerboek der Hebreeuwsche taal, rabbijn S.Ph de Vries; en.wikipedia.org; millon; www.hebrewverbs.co.il