Opbrengsten VSO Inleiding Iedere school heeft tot taak onderwijs te bieden waarbij de leerlingen kennis, vaardigheden en houdingen verwerven. Uitgangspunt voor dat aanbod zijn de kerndoelen (voortgezet) speciaal onderwijs. De opdracht aan ons is om iedere leerling aan de hand van de daarin besloten kennis-, vaardigheids- en attitudedoelen tot optimale ontwikkeling te brengen. Elk schooljaar verantwoorden wij ons over de opbrengsten van ons onderwijs in relatie tot de vastgestelde ontwikkelingsperspectieven. Centraal staat dat wij ‘eruit halen wat erin zit’: op het gebied van Nederlandse taal, Rekenen en wiskunde en sociale competenties in het bijzonder. In de toekomst zullen er landelijke ‘standaarden’ komen voor het (voortgezet) speciaal onderwijs. Omdat die er op dit moment niet zijn, vergelijken we de behaalde opbrengsten op grond van school-eigen standaarden en maken we duidelijk welke consequenties wij aan de uitkomsten van de evaluatie verbinden voor de inrichting van ons onderwijs. Verantwoording ‘De kapstok wil deelnemers laten slagen in het vinden van een passende plek op de arbeidsmarkt of in het onderwijs.’ Bovenstaande geeft in het kort de doelstelling weer van onze school. Een bewuste keuze om deelnemers positieve schoolervaring te laten opdoen, hun zelfvertrouwen te vergroten en ze een plaats te geven in de maatschappij. De Kapstok is uniek in het bieden van een plek aan jongeren die uitvallen in het reguliere onderwijs of doorstromen vanuit het VSO. Op de leerwerktrajecten zorgen wij door onze methodiek dat vrijwel iedere jongere in staat is om een passende plek te krijgen op de (gesubsidieerde) arbeidsmarkt of in het vervolgonderwijs (MBO). De Kapstok is er speciaal voor jongeren die moeilijk bemiddelbaar zijn naar arbeid. Er is vaak sprake van ernstige gedragsproblemen en/of psychiatrische problemen. De Kapstok staat in de eerste plaats voor een veilig pedagogisch klimaat, dat zich kenmerkt door duidelijkheid, waardering en begrip. De omgang tussen medewerkers en leerlingen is op basis van wederzijds respect. We dragen als Kapstok de volgende basiswaarden uit; veiligheid, verantwoordelijkheid en respect. De Kapstok is enerzijds gericht op een brede persoonlijke vorming en participatie in de samenleving en anderzijds op duurzame toeleiding van leerlingen naar een passende plaats op de arbeidsmarkt. In goed uitgeruste leerwerkplaatsen wordt op een professionele manier de arbeidsmarktgerichte leerweg aangeboden. De leerwerktrajecten zijn bedrijfsmatig opgezet. Daardoor is het mogelijk om de jongeren meer als werknemers te benaderen, zodat ze zich de arbeidsvaardigheden en specifieke beroepskwalificaties eigen kunnen maken. De Kapstok biedt een grote verscheidenheid van beroepssectoren aan, waardoor de jongeren de kans krijgen om de verschillende werkvelden en beroepen te verkennen (arbeidsoriëntatie). Op de leerwerktrajecten ontwikkelen de jongeren de algemene competenties voor arbeid. De jongeren leren de technische en sociale vaardigheden die nodig zijn binnen het beroepsveld. Daarnaast is er aandacht voor het aanleren van de vaardigheden om werk te verwerven, te behouden en om van werk te veranderen. 1 Onze resultaatgegevens en opbrengsten zijn verkregen door genormeerde ROC-toetsen, toetsen van branche-organisaties, IVIO, etc. De bestendigingsgegevens afkomstig uit de gegevens van ons nazorgbeleid. Op basis van de uitstroomgegevens van voorgaande jaren heeft de school de volgende standaardnormen waar ze aan willen voldoen: - 25% van de leerlingen moet voldoen aan de gevorderde standaard van niveau 2F of hoger op de kernvakken. 50% van de leerlingen moet voldoen aan de voldoende standaard van niveau 1F. 75% van de leerlingen moet succesvol uitstromen naar een plek in de maatschappij, respectievelijk: - 1. Al dan niet gesubsidieerde arbeid - 2. Arbeidsmatige dagbesteding - 3. Vervolgonderwijs op het ROC MBO (BBL of BOL) 1. Totale uitstroom In deze paragraaf wordt informatie gegeven over de totale uitstroom in aantallen leerlingen onderscheiden in verschillende categorieën. In onderwijskundige eenheden kort verblijf en onderwijskundige eenheden lang verblijf. De eerste groep betreft scholen waar op basis van een samenwerkingsovereenkomst residentiële plaats bekostiging (RP*) plaatsvindt. Het gaat hier dus (nog) niet om de verblijfsduur op de onderwijskundige eenheid. Totaal aantal leerlingen op 1 oktober j.l. Kort verblijf leerlingen op 1 oktober j.l. (RP) Overige leerlingen op 1 oktober j.l. Totaal aantal leerlingen dat de school dit schooljaar heeft verlaten Aantal kortverblijf leerlingen dat de school dit jaar verlaten heeft (RP) Aantal leerlingen dat langer dan twee jaren aanwezig was op de school en de school verlaten heeft Aantal leerlingen dat korter dan twee jaren aanwezig was op de school en de school verlaten heeft 361 120 47 73 *RP: bij OCR geldt ten aanzien van het benoemen van RP-leerlingen een uitzondering: op OCR worden alleen de leerlingen uit de kliniekklas hieronder geschaard. Dit vanwege het vaak zeer langdurige karakter van de overige RP-leerlingen in het onderwijs op OCR. 2. Uitstroom van kortverblijf leerlingen Niet van toepassing. 3. Uitstroom van leerlingen die langer dan 2 schooljaren op de school verbleven Hier wordt het aantal leerlingen bedoeld dat langer dan 2 schooljaren op de school verbleef, onderscheiden in einduitstroom en tussentijdse uitstroom. Onder tussentijdse uitstroom wordt verstaan leerlingen die in het VSO hebben verlaten voordat ze een van de drie leerroutes hebben 2 afgerond en klaar waren voor de schakeling naar de vervolgbestemming Dagbesteding, Arbeid of Vervolgonderwijs. Doorplaatsen naar de Kapstok is daarom altijd tussentijdse uitstroom. Einduitstroom van leerlingen die langer dan 2 schooljaren op de school verbleven: a. Uitstroombestemming (UB): UB Aantal leerlingen BUITENLAND ONBEKEND ZORG zonder ond. THUIS niet leerpl. THUIS wel leerpl. ANDERS MBO 1+2 5 MBO 3+4 2 ARBEID 26 SOC WVZ 1 ATC 1 Arbm. DB 4 Actg. DB Bel.g. DB Totaal 39 Percentages 13% 5% 67% 3% 3% 10% 100% b. Uitstroomniveau (UN, formuleren in 1F, 2F, formuleren in citoscores, vaardigheidsscores, anders…) UN Aantal leerlingen Percentages <1F 6 15% 1F 22 56% 2F 10 26% 3F 1 3% Totaal 39 100% c. Indien beschikbaar de IQ scores van de uitgestroomde leerlingen >130 115-129 100-114 1 85-99 70-84 55-69 Bij hoeveel van deze leerlingen is sprake van een disharmonisch IQ profiel? (verschil PIQ en VIQ minimaal 15 punten): 9 19 5 Geschat 35-54 Geschat Onbekend 5 6 Tussentijdse uitstroom van leerlingen die langer dan 2 schooljaren op de school verbleven: 3 d. Uitstroombestemming: UB Aantal leerlingen VSO DB VSO AGL VSO b/k VSO g/t 1 VSO havo/vwo BUITENLAND ONBEKEND 3 PRO VMBO b/k VMBO g/t HAVO/VWO ZORG zonder ond. 1 THUIS niet leerpl. 3 THUIS wel leerpl. ANDERS Totaal 8 Percentages 13% 38% 13% 38% 100% e. Uitstroomniveau: UN Aantal leerlingen <1F 2 1F 5 2F 1 3F Totaal f. >130 115-129 100-114 percentages 25% 63% 13% 8 100% Indien beschikbaar de IQ scores van de uitgestroomde leerlingen. 85-99 70-84 55-69 Bij hoeveel van deze leerlingen is sprake van een disharmonisch IQ profiel? (verschil PIQ en VIQ minimaal 15 punten): 5 2 1 Geschat 35-54 Geschat Onbekend 0 4. Uitstroom van leerlingen die korter dan 2 schooljaren op de school verbleven Einduitstroom van leerlingen die korter dan 2 schooljaren op de school verbleven: g. Uitstroombestemming: UB Aantal leerlingen BUITENLAND ONBEKEND PRO ZORG zonder ond. Percentages 4 THUIS niet leerpl. THUIS wel leerpl. ANDERS MBO 1+2 MBO 3+4 ARBEID SOC WVZ ATC Arbm. DB Actg. DB Bel.g. DB Totaal 15 3 23 1 31% 6% 47% 2% 7 14% 49 100% h. Uitstroomniveau: UN Aantal leerlingen <1F 13 1F 21 2F 15 3F Totaal i. >130 115-129 100-114 Percentages 27% 43% 31% 49 100% Indien beschikbaar de IQ scores van de uitgestroomde leerlingen. 5 85-99 70-84 55-69 Bij hoeveel van deze leerlingen is sprake van een disharmonisch IQ profiel? (verschil PIQ en VIQ minimaal 15 punten): 8 24 8 Geschat 35-54 Geschat <35 Onbekend 4 9 Tussentijdse uitstroom van leerlingen die korter dan 2 schooljaren op de school verbleven: j. Uitstroombestemming: UB Aantal leerlingen VSO DB VSO AGL 4 VSO b/k VSO g/t VSO havo/vwo BUITENLAND 1 ONBEKEND 4 PRO VMBO b/k VMBO g/t 1 Percentages 17% 4% 17% 4% 5 HAVO/VWO ZORG zonder ond. THUIS niet leerpl. THUIS wel leerpl. ANDERS Totaal k. Uitstroomniveau: UN <1F 1F 2F 3F Totaal l. >130 115-129 100-114 4 5 17% 21% 5 24 21% 100% Aantal leerlingen 14 5 5 Percentages 58% 21% 21% 24 100% Indien beschikbaar de IQ scores van de uitgestroomde leerlingen. 1 85-99 70-84 55-69 Bij hoeveel van deze leerlingen is sprake van een disharmonisch IQ profiel? (verschil PIQ en VIQ minimaal 15 punten): 4 12 4 Geschat 35-54 Geschat Onbekend 3 3 5. Vergelijking van de uitstroom met het eerder gestelde OPP In deze paragraaf wordt het OPP dat twee jaren voor uitstroom vastgesteld is, in verband gebracht met de uiteindelijke uitstroom. Dit geldt zowel ten aanzien van einduitstroom als tussentijdse uitstroom. Wanneer een leerling tussentijds is uitgestroomd en dit niet het oorspronkelijke OPP was, wordt dit tweeërlei geïnterpreteerd: positief indien de uitstroom hoger is dan het oorspronkelijke OPP, negatief indien de uitstroom is naar een leerroute lager dan het OPP. Heeft een leerling de school korter dan twee jaren bezocht, dan wordt het ‘oudste’ OPP bekeken. Resultaat Lager dan OPP OPP behaald Hoger dan OPP Totaal Aantal leerlingen 34 54 32 120 Percentages 28% 45% 27% 100% 6. Analyse van de opbrengsten 1. Leerlingen die instromen komen anders dan in het verleden, steeds vaker uit het (voortgezet) speciaal onderwijs. Het aantal leerlingen dat afkomstig is uit het reguliere onderwijs was 6 2. 3. 4. 5. 6. bijvoorbeeld in het schooljaar 2010-2011 52%. Het aantal leerlingen afkomstig uit het reguliere onderwijs was in het schooljaar 2012-2013 41% en in schooljaar 2013-2014 31%. Binnen De Kapstok wordt een intensief programma aangeboden om de werknemersvaardigheden aan te leren en/of te verbeteren. Als deze vaardigheden op voldoende niveau zijn gaat de leerling op stage. Binnen de stage blijkt een deel van de leerlingen zonder begeleiding en aansturing van een pedagogisch onderlegde collega/ medewerker terug te vallen onder het minimum niveau van de werknemersvaardigheden. Het verkrijgen van een arbeidscontract met een minimale loonwaarde (al dan niet met loondispensatie) lukt in dat geval niet. Het aantal leerlingen dat uitgestroomd is zonder geschikte uitstroombestemming (thuiszitters) was in 2010-2011 17 %, in 2011-2012 13 %, In 2012-2013 16% en nu in 20132014 14%. Wij zijn tevreden over de daling ten aanzien van dit punt. Desondanks blijft dit een aandachtspunt. De conjunctuur, economische recessie maakt dat het steeds moeilijker is om leerlingen uit te laten stromen naar de arbeidsmarkt. Desondanks zijn onze cijfers wat betreft de uitstroom naar arbeid afgelopen schooljaar gestegen van 27% in 2012-2013 naar 45% 2013-2014. Dit verklaren we door de professionalisering van de medewerkers, waaronder de trajectbegeleiders op de afdeling Arbeidstraining en de intensieve samenwerking met het UWV om jongeren met een arbeidshandicap (Wajong) toe te leiden naar de arbeidsmarkt. De verwachting is overigens dat met de Participatiewet en het wegvallen van de Wajongregeling voor 18+ers het percentage uitstroom naar arbeid zal dalen. In de praktijk blijkt daarnaast dat er in bepaalde beroepssectoren nauwelijks stageplekken en/of werkplekken beschikbaar zijn. Het aantal leerlingen dat geen werk vindt en hierdoor niet naar een BBL-ROC opleiding kan doorstromen wordt steeds groter. Hierdoor wordt vaker gekozen voor een BOL-ROC opleiding. Ondanks dat ons doel is om leerlingen uit te laten stromen naar de (gesubsidieerde) arbeidsmarkt of MBO-onderwijs, is dit niet altijd haalbaar. Er stromen ook leerlingen uit naar Arbeidsmatige Dagbesteding. 7. Consequenties daarvan voor de inrichting van ons onderwijs De Kapstok is tevreden over de leeropbrengsten van deze moeilijk bemiddelbare en kwetsbare groep. Gezien de verzwaring van de doelgroep (zie punt 1) moeten we de komende tijd blijven werken aan de kwaliteit van het onderwijs. Om de standaardnormen te behalen zijn onderstaande interventies noodzakelijk. 1. In de Kapstokacademie, tijdens teambijeenkomsten, leerlingbesprekingen en op de werkvloer werken we continu aan een professionele houding en het scheppen van een veilig pedagogisch klimaat. Zelfreflectie, feedback geven en ontvangen staat hierbij centraal. De Kapstok start tevens op een aantal locaties met de invoering van Schoolwide Positive Behaviour Support (PBS). Het doel van PBS is het creëren van een positieve, sociale omgeving die het leren bevordert en die gedragsproblemen voorkomt of doet afnemen. 2. Middels klanttevredenheidsonderzoeken willen we in kaart brengen hoe we vraag en aanbod nog beter op elkaar kunnen af stemmen. 7 8. Bestendiging Uitgangspunt is dat de leerroute behorend bij het gekozen uitstroomperspectief de leerling in voldoende mate toerust om met succes het onderwijs, al dan niet met extra ondersteuning, op de vervolgvoorziening te kunnen volgen. Dat betekent dat er van uit mag worden gegaan dat de leerling twee jaar na plaatsing in beginsel nog steeds op die plek zit. Als school spannen we ons in om er voor te zorgen dat we zicht hebben op de eisen die de vervolgscholen en/of arbeidsmarkt stellen aan onze leerlingen. We proberen ons onderwijsaanbod daarop af te stemmen. Na 1 oktober van ieder jaar wordt navraag gedaan bij de vervolgbestemming van de leerlingen die het jaar voor het afgelopen schooljaar plus het jaar daarvoor de school hebben verlaten. Ook verzamelen we informatie om zicht te houden op de bestendiging van de verworven plaatsen. In onderstaande tabellen staan gegevens opgenomen over andere leerling-cohorten dan tot dusver: het gaat om cohorten van voorgaande jaren. Bestendiging leerlingen 1 schooljaar geleden: schooljaar 2012-2013 Nog op de uitstroombestemming (incl. verhuizing) Niet meer op de vervolgbestemming (incl. opstroom qua niveau en of schooltype) Onbekend / anders Totaal Aantal Percentages 106 32 69% 21% 15 153 10% 100% Bestendiging leerlingen 2 schooljaren geleden: schooljaar 2011-2012 Nog op de uitstroombestemming (incl. verhuizing) Niet meer op de vervolgbestemming (incl. opstroom qua niveau en of schooltype ) Onbekend / anders Totaal Aantal Percentages 117 17 87% 13% 134 100% 9. Analyse van de bestendiging Vanaf schooljaar 2009-2010 werkt De Kapstok volgens haar nazorgbeleid. Nadat een leerling uitgestroomd is voert de mentor van de leerling een jaar lang intensieve nazorg. Dit betekent dat de mentor 3x per jaar contact heeft met de leerling en vervolgplek, om te checken of de bestendiging juist is en of we hier nog iets in kunnen betekenen. Vanaf het schooljaar 2011-2012 is dit nazorgbeleid verlengd naar 2 jaar. 10. Consequenties daarvan voor de inrichting van ons onderwijs Actie: het nazorgbeleid wordt schooljaar 2014-2015 geëvalueerd en indien nodig bijgesteld. 8
© Copyright 2024 ExpyDoc