Quick Scan Instroom Beroepservaringperiode 2014 Definitieve presentatie Olaf Koops, Ruben Vogel maart/april 2014 2 Inleiding presentatie Quickscan 2014 is een update van Quickscan instroom BEP van begin 2012. Twee onderzoeksvragen: Wat is de verwachte uitstroom uit het onderwijs in de periode 2015-2020? Wat is de verwachte opnamecapaciteit van de beroepspraktijk in de periode 2015-2020? Centrale vraag onderzoek: “ Hoe ziet de te verwachten instroom in de BEP er voor de vier vakdisciplines in de periode 2015-2020 uit?” Onderzoeksaanpak Herhaling van onderzoek en onderzoeksaanpak uit 2012 Plus #1: verdieping uitstroom Academies voor de Bouwkunst en Academies voor de Beeldende Kunsten Plus #2: eerste peiling van opnamecapaciteit in de beroepspraktijk 3 Aantal ingeschrevenen architectenregister in 2012 Per 31 december 2012 in totaal 14.189 personen ingeschreven: A 10697 S 836 L 739 I 1917 In 2012 als gevolg van economische crisis ook sterke stijging uitstroom in architectenregister (721, ca. 250 meer dan gemiddeld) Instroom (-) en uitstroom (+) in balans in 2012, trendbreuk met de voorgaande 10 jaar. 4 Analyse instroom in het architectenregister 736 nieuwe registraties in het architectenregister in 2012 2010-2012: sterke daling instroom bij architecten en interieurarchitecten, groei bij landschapsarchitecten. Instroom ligt boven uitstroom onderwijs Ruim kwart instroom heeft niet de Nederlandse nationaliteit, de Chinese (20%) en Duitse (17%) nationaliteit komen het meest voor Discipline A S L I Totaal 2012 548 57 44 87 736 2010 686 62 23 137 908 2010-2012 2010-2012 -138 -20% -5 -8% 21 91% -50 -36% -172 -19% 5 In- en uitstroom onderwijs Toekomstige instroom BEP in 2015-2020 bevindt zich nu in het onderwijssysteem. Instroom master aan universiteiten voor huidig studiejaar 2013/2014 is eerste lichting voor de BEP. Een student die architect wil worden en in of na collegejaar 2010-2011 met bachelor opleiding is begonnen, zal voor het dragen van de titel architect zeker de beroepservaringperiode moeten doorlopen. Ook deel van instroom in bachelor onderwijs uit eerdere jaargangen zal pas na 1-1-2015 afstuderen door uitloop studieduur. CBS: Gemiddelde studieduur WO architectuur/bouwkunde in 2011/12: VWO – Master: 7,1 jaar (waar 5 jaar nominaal voor staat) HBO – Master: 3,67 jaar (waar 2 jaar nominaal voor staat) VWO – Bachelor: 5,25 jaar (waar 3 jaar nominaal voor staat) 6 Uitstroom Master Architectuur 2007-2013 Totale uitstroom in 2012-2013 is 534 studenten voor vakdiscipline Architectuur, waarvan 470 afkomstig van de universiteiten en 64 van de Academies voor de Bouwkunst. Over de periode 2007-2013 is het aantal afgestudeerden in de vakdiscipline Architectuur sterk toegenomen, met name aan de TU Delft. Uitstroom per jaar 2007-08 2008-09 2009-10 2010-11 2011-12 2012-13 276 262 303 373 373 Gem. '07-'13 Delft Eindhoven Totaal universiteiten 300 66 102 95 87 93 97 366 378 357 390 466 470 315 90 405 6 Academies van Bouwkunst 54 49 62 56 83 64 61 Architectuur 420 427 419 446 549 534 466 7 Uitstroom Master Stedebouw 2007-2013 Totale uitstroom in 2012-2013 is 105 studenten voor vakdiscipline Stedebouw, waarvan 70 afkomstig van TU Delft, 23 van TU Eindhoven en 12 van de Academies voor de Bouwkunst. Totale uitstroom ligt vanaf 2010-2011 op ca. 100 per jaar, ruim hoger ten opzichte van de periode 2007-2010 als gevolg van groei aantal afgestudeerden aan TU Delft. Uitstroom per jaar 2007-08 2008-09 2009-10 2010-11 2011-12 2012-13 Gem. '07-'13 Delft Eindhoven Totaal universiteiten 48 46 66 78 79 70 11 19 14 10 6 23 59 65 80 88 85 93 65 14 78 3 Academies van Bouwkunst 8 14 7 13 11 12 11 Stedebouw 67 79 87 101 96 105 89 8 Uitstroom Master Landschapsarchitectuur 2007-2013 Totale uitstroom in 2012-2013 voor vakdiscipline Landschapsarchitectuur is 31 studenten, waarvan 25 afkomstig van Wageningen Universiteit. Academie van Bouwkunst Amsterdam is de enige Academie waar landschapsarchitectuur wordt aangeboden. Uitstroom per jaar Wageningen Delft Totaal universiteiten 2007-08 2008-09 2009-10 2010-11 2011-12 2012-13 39 25 Gem. '07-'13 22 21 15 23 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 1 6 22 21 15 23 40 31 24 4 25 Academie van Bouwkunst Amsterdam 3 1 2 2 10 0 3 Landschapsarchitectuur 25 22 17 25 50 31 31 9 Uitstroom Master Interieurarchitectuur 2007-2013 Totale uitstroom in 2012-2013 is 33 studenten voor vakdiscipline Interieurarchitectuur, waarvan 8 afkomstig van de Academies voor de Bouwkunst en 25 van de Academies voor de Beeldende Kunsten. Meer dan de helft van de studenten interieurarchitectuur aan de Academies voor de Beeldende Kunsten heeft niet de Nederlandse nationaliteit. Uitstroom per jaar Academie van Bouwkunst Arnhem Academie van Bouwkunst Maastricht Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten Hogeschool voor de Kunsten - Utrecht Sandberg Instituut - Amsterdam Piet Zwart Institute - Rotterdam AKV | St.Joost Interieurarchitectuur 2009-10 5 0 0 0 0 10 5 20 2010-11 2011-12 2012-13 5 5 5 0 0 3 0 2 0 0 8 9 0 5 7 10 10 9 0 0 0 15 30 33 Gem. '07-'13 5 1 1 4 3 10 1 25 10 Trends voor uitstroom onderwijs in 2015-2020 (1) Instroom internationale studenten in masterprogramma Instroom 2013 is indicatie voor uitstroom vanaf 2015 Onderwijsinstelling Aandeel internationale studenten 48% (2010, instroom Masteropleiding Architecture, TU Delft Urbanism and Building Sciences) 17% (2013, instroom Masteropleiding Architecture, TU Eindhoven Building and Planning) 33% (2013, instroom Afstudeerrichting Landscape Wageningen UR Architecture) 0% (2013, vakdisciplines Architectuur, Stedebouw en Acadademies voor Bouwkunst Landschapsarchitectuur) Acadademies voor Beeldende Kunsten ~50% (2013, vakdiscipline interieurarchitectuur) Collegegeld voor studenten van buiten de EU gaat vanaf 2015 omhoog 11 Trends voor uitstroom onderwijs in 2015-2020 (2) Daling instroom onderwijs in bachelor en master Numerus Fixus ingevoerd vanaf 2011-2012 aan TU Delft voor de bachelor Bouwkunde van maximaal 450 studenten. Daling in het aantal aanmeldingen van 20 tot 25 procent vanaf 20112012, daarnaast ook een lager uitvalpercentage. Laatste lichting voor de numerus fixus aan TU Delft stroomt in 20132014 de master in, in totaal gaat het om 737 studenten voor de Master Architectuur. Deze lichting zal vanaf 2015 uitstromen. Als gevolg van economische crisis in de bouw is het aantal aanmeldingen voor de bachelor bouwkunde fors gedaald in 2013-2014: Eindhoven 158 aanmeldingen tegenover 238 in 2012-2013 Delft 265 aanmeldingen tegenover 387 in 2012-2013 en 582 in het piekjaar 2009-2010. 12 Opnamecapaciteit Naast een relevant diploma zijn een relevante baan en een mentor vereisten voor deelname aan de beroepservaringperiode Opnamecapaciteit reguliere werkplekken architectenbureaus onzeker door economische vooruitzichten. Peiling uitgevoerd naar toekomstige verwachtingen van aantal beschikbare reguliere werkplekken voor de beroepservaringperiode: Telefonische interviews van beroepsverenigingen (BNA, NVTL, BNI, BNSP , BNO), De Beroepservaring en Atelier Rijksbouwmeester Mailenquête onder ca. 30 mentoren en ca. 30 bureaus naar verwachtingen van opnamecapaciteit in de beroepspraktijk 13 De Beroepservaring Voorafgaand aan de invoering van de Wet op de Architectentitel per 1-1-2015 is in 2003 Het Experiment, later De Beroepservaring, in gang gezet. Het programma Beroepservaring is een tweejarig beroepservaringtraject van architecten, stedenbouwkundigen, landschapsarchitecten en interieurarchitecten. Deelname aan het programma was niet verplicht voor inschrijving in het architectenregister. Aantal deelnemers in 2012 is 32, dat is de helft ten opzichte van 2008 en 2010 als gevolg van de malaise in de architectenbranche. Architecten Stedenbouwers Landschapsarchitecten Interieurarchitecten Totaal aantal deelnemers Experiment 1 Experiment 2 Experiment 3 Beroepservaring SLA Beroepservaring SLAI 2004 2006 2008 2010 2012 36 39 62 30 18 15 3 15 7 4 36 39 62 60 32 14 Peiling opnamecapaciteit Beroepsverenigingen geven de volgende indicatie van omvang van aantal beschikbare reguliere plekken per vakdiscipline: Architecten: 30 a 40 plekken, na herstel oplopend tot 60 a 70 Stedebouw: 10 a 20 plekken per jaar Landschapsarchitecten: 10 plekken Interieurarchitecten: 10 a 20 plekken 15 Peiling aantal mentorplekken Het aantal beschikbare mentoren lijkt geen knelpunt te worden. Er hebben reeds 30 a 40 mentoren hun interesse kenbaar gemaakt bij het Bureau Architecten register. Slechts klein deel mentoren (ca. 15 procent) heeft ook een werkplek beschikbaar. Er is veel enthousiasme om mentorrol vrijwillig, liefst en zo mogelijk tegen een kleine vergoeding op te pakken bij architecten, stedebouwers en landschapsarchitecten. Onder kleine groep van interieurarchitecten is enige terughoudendheid voor het mentorschap. Het opleiden van een afgestudeerde interieurarchitect voelt als extra concurrentie in een financieel moeilijke tijd, zeker als daar geen vergoeding tegenover staat. 16 Huidige economische situatie Architectenbranche Sinds 2008 is de branche-omzet van architectenbureaus van 1,7 miljard naar 0,7 miljard gedaald Gemiddelde omvang van een bureau is kleiner geworden: van 8 naar 4 personen Ongeveer de helft van de architecten is zelfstandig architect of ZZPer, voor een deel het gevolg van krimp bij grote bureaus Vooruitzicht 2014 is somber met kleine krimp (bron: Rabobank, EIB), eerste lichtpuntjes van herstel worden langzaam zichtbaar in najaar 2013 door lichte toename werkvoorraad architectenbureaus en verbetering van het consumentenvertrouwen. Marktkansen liggen in het buitenland of bij herbestemmingen van gebouwen en in specifieke niches als zorg en duurzaamheid. 17 Trends in opnamecapaciteit 2015-2020 Economisch herstel Nederlandse bouwsector EIB voorziet voor 2015 (+17%) en de jaren 2016-2019 (+10,5% pj) een sterke opleving bij de nieuwbouw van woningen. Ook het herstel en verbouw van woningen trekt op termijn sterk aan (+5% pj). EIB voorziet beperkte groei in de utiliteitsbouw (+2% pj in 2016-2019) door overcapaciteit aan kantoren en bezuinigingen bij de rijksoverheid. Herstel leunt sterk op private investeringen, kredietverlening van banken blijft beperkt Uit reacties van de telefonische interviews en peiling onder mentoren en bureaus blijkt licht optimisme over middellange termijn herstel van de sector na 2014. 18 Trends in opnamecapaciteit 2015-2020 Het aantal zelfstandigen neemt toe Nederland kent 800 duizend zzp-ers en dit aantal neemt de komende jaren toe bij uitblijven fundamentele hervormingen op de arbeidsmarkt. Het aandeel en de groei van zelfstandigen in de creatieve beroepen loopt voor op de rest van de economie. Op de arbeidsmarkt voor alle vier disciplines blijft de komende jaren het aantal vacatures achter bij het arbeidsaanbod. Het aantal werkloze architecten ligt hoog en als pas afgestudeerde is daardoor de concurrentie hoog. Het zelfstandigenbestaan is de uitweg naar het beroepsmatig uitoefenen van een van de vier vakdisciplines. 50 tot 70 procent begint als zelfstandig architect of zzp-er, eventueel parttime in combinatie met een tweede baan in ander soort werk. 19 Instroom beroepservaringperiode 2015-2020 In stappen van uitstroom onderwijs naar instroom beroepservaringperiode Overgangseffecten in 2015 Academies van Bouwkunst hebben vrijstelling aangevraagd voor de beroepservaringperiode voor inschrijving in het architectenregister 20 Van Uitstroom onderwijs naar Instroom BEP Uitstroom Onderwijs Optie 1: werken in beroepspraktijk in loondienst bij een bureau Optie 2: werken in beroepspraktijk in eigen bureau of als zzp-er Optie 3: vertrek naar buitenland - - ?% ?% vaak route voor internationale studenten het is mogelijk om met baan in beroepspraktijk in buitenland aan BEP deel te nemen ?% Instroom Beroepservaringperiode Optie 4: stapt niet in beroepspraktijk - - kiest voor andere (aanverwante) professie kiest voor nieuwe studie werkloosheid 21 Van Uitstroom onderwijs naar Instroom BEP Werken bij een bureau in loondienst (Optie 1) of als zelfstandige met eigen bureau (Optie 2) is de ambitie voor de meeste afgestudeerden Bottleneck voor Optie 1 is de opnamecapaciteit van de bureaus. Optie 1 en de andere opties zijn voor Nederlandse afgestudeerden communicerende vaten: bij een hogere kans op optie 1 wordt minder uitgeweken naar andere opties en andersom. Een deel begint aan optie 1 en optie 2 maar zal op termijn bij gebrek aan werk overgaan naar optie 4. Internationale studenten (200-250 per jaar) blijven vaak na studie korte tijd in Nederland (1 a 2 jaar) en vertrekken vervolgens naar eigen land of elders (optie 3), dat maakt de beroepservaringperiode minder van belang voor deze groep afgestudeerden. ‘?%’: deelname aan de beroepservaringperiode is in begin van loopbaan geen noodzakelijke voorwaarde voor optie 1 en optie 2, men kan ook zonder titel aan de slag. Ook is deelname een investering in tijd en geld. 22 Resultaten Quick Scan Instroom BEP 2014 Uitstroom onderwijs 2015-2016 2017-2020 Architectuur 450 350 Stedebouw 90 75 Landschapsarchitectuur 30 30 Interieurarchitectuur 25 25 Opnamecapaciteit bureaus 2015-2016 2017-2020 Architectuur 30 a 40 60 a 70 Stedebouw 10 a 20 10 a 20 Landschapsarchitectuur 10 a 15 10 a 15 Interieurarchitectuur 10 a 20 10 a 20 Totaal Totaal 595 480 50 a 90 90 a 120 Er is een grote mismatch tussen de uitstroom uit het onderwijs en de opnamecapaciteit bij de bureaus. Het aantal beschikbare reguliere plekken bij bureaus in de beroepspraktijk ligt op 10 tot 15 procent van het aantal afgestudeerden, voor de crisis vond de helft van de afgestudeerden een baan in de beroepspraktijk. In de periode 2017-2020 wordt de mismatch kleiner door afname van de uitstroom onderwijs en toename van de opnamecapaciteit als gevolg van economisch herstel. Deel van mismatch tussen vraag en aanbod wordt ingevuld door de mogelijkheid van de zelfstandige route in de BEP voor architecten met een eigen bureau en werkzamen in de beroepspraktijk met een kort lopend contract. 23 Zet in op flexibiliteit van het invullen van de BEP Meer dan de helft van de afgestudeerden begint een eigen bureau of als zzp-er. Ook kunnen bureaus vaak maar arbeidscontracten met een looptijd van maanden aanbieden aan nieuwe medewerkers. Deze groepen doen beroepservaring op maar hebben geen perspectief op een baan/uitoefening van het beroep van twee jaar. Een andere barrière voor deze groepen is het urencriterium voor deelname aan de BEP van 20 uur per week (en 42 weken per kalenderjaar). Aanbeveling 1: Om bovenstaande groepen de mogelijkheid te geven om toch deel te kunnen nemen aan de BEP, is maximale flexibiliteit in het programma-aanbod van de BEP nodig. Te denken valt aan een modulair programma in blokken van drie tot zes maanden waarbij het mogelijk wordt om over een periode van 2 tot 5 jaar de beroepservaringperiode te kunnen doorlopen. 24 Ontwikkel breed draagvlak bij bureaus voor de BEP Er is een grote mismatch de uitstroom uit het onderwijs en de opnamecapaciteit bij de bureaus. Ook hebben bureaus bij de invulling van nieuwe plekken de keuze om gebruik te maken van de grote groep werkloze architecten die reeds in bezit is van de titel. Reguliere werkplekken worden in de beroepspraktijk verdrongen door stageplaatsen, waarvan een deel wordt ingevuld door niet-studenten. De grote bureaus van internationale allure opereren op de internationale arbeidsmarkt. Middelgrote bureaus hebben de afgelopen jaren harde klappen gehad. Kansen liggen er bij de groeiende groep van kleine architectenbureaus. De informatievoorziening over de BEP is bij de kleine architectenbureaus niet overal bekend. Aanbeveling 2: Ontwikkel breed draagvlak bij bureaus voor de BEP 25 Verbeter de informatievoorziening over de BEP De nieuwe wetgeving en de invulling van de beroepservaringperiode is niet bij iedereen goed bekend in de beroepspraktijk, bij de onderwijsinstellingen en vooral bij studenten. Partijen die wel bekend zijn met de aankomende wijzigingen hebben niet helder hoe de beroepservaringperiode ingevuld gaat worden. Aanbeveling 3: Verbeter de informatievoorziening over de beroepservaringperiode 26 Aandachtspunt 1: Overgangseffecten bij invoering BEP in 2015 Eerste grote lichting rond master af in zomer 2015 In Delft is deze lichting extra groot, laatste lichting voor invoering numerus fixus (737 studenten zijn aan master architectuur gestart in 2013/2014) In begin van loopbaan is de beroepservaringsperiode geen noodzaak, gemotiveerde toekomstig deelnemers aan de BEP die werkzaam zijn in de beroepspraktijk bij een bureau of als zzp-er kunnen deelname aan de BEP uitstellen met één of twee jaar. De uitstroom van voor 1-1-2015 zal dit mogelijk gedeeltelijk compenseren. Ook al hebben zij recht op de titel zonder BEP, dan willen zij toch participeren uit leerdoeleinden/waardeverhoging titel naar de toekomst toe (zie Experiment en De Beroepservaring) Opnamecapaciteit van de sector is beperkt door uitblijven economisch herstel in 2014 in de architectenbranche. 27 Aandachtspunt 2: Interieurarchitectuur De animo en waarde van deelname aan de beroepservaringperiode is in het vakgebied interieurarchitectuur lager ten opzichte van de overige disciplines. Een afgeronde masteropleiding interieur heeft al een meerwaarde in de praktijk, door de relatief grote concurrentie met veel niet opgeleide beroepsuitoefenaars. Onder kleine groep van interieurarchitecten is enige terughoudendheid voor het mentorschap. Het opleiden van een afgestudeerde interieurarchitect voelt als extra concurrentie in een financieel moeilijke tijd, zeker als daar geen vergoeding tegenover staat. 28 Bijlage: Lijst met betrokken personen Begeleidingscommissie: Rob Docter (Bureau Architectenregister, tevens opdrachtgever) Guus Enning (Atelier Rijksbouwmeester, mede-financier) Telefonisch geinterviewde personen: Julietta Zanders (De Beroepservaring) Dennis Wasch (Atelier Rijksbouwmeester, De Beroepservaring) Joep Habets (BNA) Gerrit van Oosterom (NVTL) Annemiek Teesing (BNI) Patrick Aarts (BNO) Tjerk Ruimschotel (BNSP) De onderzoekers danken iedereen voor hun bijdrage.
© Copyright 2024 ExpyDoc