vniG V e r e n i g i n g van Nederlandse Gemeenten Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid(SZW) Mw. drs. J. Klijnsma Postbus 90801 2509 LV 'S-GRAVENHAGE doorkiesnummer bijlage(n) (070) 373 8285 Bestuurlijke reactie op concept ons kenmerk datum ECSD/U201400502 25 februari 2014 Wet participatiebijdrage quotumdoelstelling Geachte mevrouw Klijnsma, In deze brief geven wij onze reactie op het concept wetvoorstel Wet participatiebijdrage quotumdoelstelling versie d.d. 23 december 2013, hierna aan te duiden als 'wetsvoorstel quotum'. De VNG reageerde al eerder op een versie van het wetsvoorstel quotum (versie juli 2013). We gaven toen aan het verstandig te vinden dat het kabinet een quotumregeling uitwerkt 'als stok achter de deur'. We hadden echter ook de nodige vragen over de doelgroep, doelgroepverklaringen, de vormgeving van de quotumheffing en uitvoeringsaspecten zoals controle en handhaving. Ook was de financiële paragraaf nog niet uitgewerkt Bij de conceptversie van 23 december jl constateren we dat er nog steeds veel onduidelijk is omdat nadere uitwerking in lagere regelgeving plaatsvindt (zoals beoordelingscriteria UWV, geldigheidsduur van registratie als doelgroep baangarantie/quotum, proces rondom monitoring en activering, nadere vaststelling quotumbaan in verloonde arbeidsuren, ed). Het blijft hierdoor lastig een totaalbeeld van de wet te vormen. We zullen desondanks op de volgende punten ingaan: algemeen beeld, regionale verschillen, administratieve lasten en bureaucratie, inzet heffingen, concurrentie tussen groepen en gemeenten als werkgever. Algemeen beeld Voor gemeenten is het van belang dat er een beweging op gang komt die van twee kanten komt: werkgevers en gemeenten moeten elkaar vinden op de regionale arbeidsmarkt om op die manier zoveel mogelijk mensen op een zo normaal mogelijke baan te plaatsen. Het quotum kan vanuit die optiek gezien worden als 'een stok achter de deur'. Daarnaast is het voor gemeenten belangrijk dat de banen zo snel mogelijk beschikbaar komen voor iedereen met een arbeidsbeperking. In de Werkkamer is afgesproken dat de eerste twee jaar voorrang wordt gegeven aan Wajongers en mensen op de WSW wachtlijst. VNG Postbus 30435 2500 GK Den Haag Tel 070-373 83 93 www.vnq.nl 01 Nu de huidige Wajongers bij het UWV blijven is het des te belangrijker dat er voldoende plekken beschikbaar komen voor mensen waarvoor gemeenten verantwoordelijk zijn. Het is belangrijk dat er een gelijk speelveld is voor de kandidaten die onder de verantwoordelijkheid van gemeenten en UWV naarwerk begeleid worden. Houd rekening met regionale verschillen in werkgelegenheid en arbeidsmarkt De wet geeft geen doorkijk op de wijze waarop gemeenten met veel werkzoekenden in een regio met weinig werkgelegenheid kunnen profiteren van het wetsvoorstel quotum. We missen in de wet en de toelichting een kabinetsvisie op het ontstaan van grote regionale verschillen en de manier waarop daarmee omgegaan wordt. Hoe kunnen gemeenten waar de meeste mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt wonen profiteren van de 125.000 banen en de quotumwet? Monitoren alleen volstaat niet Wij vragen het ministerie van SZW te komen met een plan van aanpak en te onderzoeken of compensatie voor de zogeheten nadeelregio's mogelijk is. De staatssecretaris van SZW heeft weliswaar op 19 februari jl tijdens de Kamerbehandeling van de Participatiewet toegezegd bij de verdeling van middelen (verdeelsystematiek participatiebudget) rekening te houden met het aantal arbeidsgehandicapten en opnamecapaciteit van de regionale arbeidsmarkt. Er komt echter geen extra geld. Voorkom onnodige administratieve lasten en bureaucratie voor werkgevers en gemeenten De Participatiewet en het Sociaal Akkoord gaan uit van een situatie waarin er in de arbeidsmarktregio een goede samenwerking tot stand komt tussen gemeenten en sociale partners. Op basis van een gezamenlijke analyse van de kansen en mogelijkheden op de regionale arbeidsmarkt, worden keuzes gemaakt over de inzet van instrumenten. Deze vorm van samenwerking tussen publieke en private partners vraagt om transparantie, vertrouwen in elkaar, het kunnen uitleggen van de keuzes die gemaakt worden en een zekere flexibiliteit en snelheid om vraag en aanbod bij elkaar te kunnen brengen. Wat niet helpt is het optuigen van bureaucratische processen en onduidelijke regels die voor meerdere uitleg vatbaar zijn. De VNG signaleert een aantal mogelijke knelpunten ten aanzien van de voorgestelde quotumwet. Onduidelijkheid over privacy aspecten Het UWV en de Belastingdienst krijgen een belangrijke rol in de quotumwet. Zo draagt het UWV zorg voor de inrichting en adequate werking van registratie van mensen met een arbeidsbeperking. Gemeenten moeten gegevens uitwisselen met UWV. De verdere inrichting van deze gegevensuitwisseling wordt geregeld in lagere regelgeving. Voor gemeenten zijn de uitvoeringsconsequenties van de wet daarmee niet helemaal duidelijk. De VNG wijst het kabinet er op dat de uitwisseling van gegevens van burgers een gevoelig onderwerp is dat goed in wet- en regelgeving geregeld moetworden. In hoeverre mogen overheidsinstanties ongevraagd gegevens uitwisselen? En in hoeverre kunnen burgers zelf bezwaar aantekenen tegen opname in het register? Administratieve lasten en kosten De VNG verzoekt het ministerie de opmerkingen van het Uitvoeringspanel (panel van gemeenten) ter harte te nemen ter voorkoming van uitvoerings-en administratieve lasten. Zo vraagt het Uitvoeringspanel aandacht voor het overschrijden van (wettelijke) termijnen als gevolg van vertraging bij een andere uitvoerder en pleit het Uitvoeringspanel voor gemeentelijk inzicht in het (doelgroep)register dat het UWV moet gaan beheren. VNG Postbus 30435 2500 GK Den Haag Tel 070-373 83 93 www vng nl 02 Vertalen van de wet naar de eigen situatie De quotumwet moet voor individuele werkgevers begrijpelijk en uitvoerbaar zijn. Hoe kunnen werkgevers op basis van de vooriiggende wet vaststellen wat hun aandeel in de realisatie van de quotumbanen zou moeten zijn? Wie gaat dit proces begeleiden? Rol UWV bij doelgroepverklaring Op uitdrukkelijk verzoek van de sociale partners krijgt het UWV de rol om te beoordelen of mensen behoren tot de doelgroep van de garantiebanen. Gemeenten kunnen potentiële kandidaten aanmelden bij UWV voor een toetsing verdiencapaciteit. We gaan er van uit dat - gezien het feit dat de beoordeling een wettelijke taak van het UWV wordt- deze dienstveriening om niet aangeboden zal worden aan gemeenten. De VNG vraagt zich ook af hoe het UWV straks - vóór de loonwaardemeting op de werkplek - kan vaststellen of iemand in aanmerking komt voor een garantiebaan. Hoe kan het UWV de verdiencapaciteit vaststellen? Op basis van welke informatie? Kunnen gemeenten bezwaar en beroep aantekenen bij UWV als ze het echt niet eens zijn met het besluit? Sluit aan bij de mechanismen voor werving en aannemen van personeel Om werkgevers te motiveren extra banen in te vullen met mensen met een arbeidsbeperking, is het logisch dat er nog gezocht wordt naar een manier waarop detachenngen mee kunnen tellen voor het quotum van een werkgever. Wel moet worden gewaakt voor te ingewikkelde voorwaarden. Zet heffingen en boetes in voor de doelgroep Mocht de quotumwet ingevoerd worden en een individuele werkgever niet voldoen aan zijn verplichting, dan bedraagt de boete € 5.000 per niet ingevulde plek. Het kabinet gaat uit van een aanzienlijke opbrengst als gevolg van het niet invullen van extra plekken. Is de boete dan bij voorbaat niet te laag? Is het niet te aantrekkelijk voor werkgevers om de verplichting af te kopen? De VNG stelt voor dat het kabinet dit evalueert. Het kabinet stelt voor om de boete als extra inkomsten in de werkhervattingskas te laten vloeien, teneinde uitkeringen mee te betalen. De optie wordt genoemd om een deel van dit geld naar het Rijk over te hevelen om Wajong en re-integratieregelingen mee te bekostigen. • Wanneer wordt besloten tot dat laatste? • Hoe moeten we dit zien tegen de achtergrond van de opmerking dat de opbrengsten van de opslagen eigenlijk weggestreept kunnen worden tegen de extra uitvoeringskosten van een geactiveerde quotumregeling? Overigens pleit de VNG voor het sturen en handhaven op resultaat (banen) en het voorkomen van afkoop. Indien er sprake is van afkoop is de VNG van mening dat inkomsten uit de quotumheffing ingezet zouden moeten worden voor re-integratie van de doelgroep van de Participatiewet en daarmee terug zouden moeten vloeien in het budget voor het sociaal domein. Concurrentie tussen de verschillende groepen De doelgroep van de quotumregeling bestaat uit de brede doelgroep van de Participatiewet (mensen die niet in staat zijn zelfstandig het minimumloon te verdienen). In de SZW brief aan de Tweede Kamer (d.d. 3 februari 2014) wordt gemeld dat het in dienst nemen van huidige Wajongers met een verdienvermogen boven 100 % minimumloon ook mee zal tellen voor de baangarantie. De VNG spreekt nadrukkelijk de wens uit dat een voorgestelde quotumregeling geen ongewenste concurrentie tussen de verschillende groepen in de hand zal werken. Diverse regelingen, instrumenten en vormen van participatiebeleid bevinden zich immers op hetzelfde terrein van instroomkansen voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. VNG Postbus 30435. 2500 GK Den Haag Tel 070-373 83 93 www vnq.nl 03 Zo zijn daar de SW, Wajong, Participatiewet en ook de ruimte in de WWB (werken met behoud van uitkering, ) en beroepspraktijkvorming in het MBO waar een quotumregeling en de beoogde doelgroep op diverse terreinen mee zou kunnen concurreren. Er is immers een tekort aan banen en de groep mensen die hierop aanspraak moeten maken neemt gestaag toe. Gemeenten als werkgever Behalve de beleidsmatige verantwoordelijkheid in het kader van het Participatiewet zijn gemeenten ook publieke werkgever in de gemeentelijke sector en overigens ook in de sociale werkvoorziening. In de rol van als publieke werkgever in de gemeentelijke sector heeft het werkgeversverband van gemeenten, het College voor Arbeidszaken uitgesproken actief aan de slag te gaan met de invulling van de banen voor mensen met een arbeidsbeperking. Dat gebeurt ondermeer door kennis te delen over aanpak en ervaringen met het werken met mensen met een arbeidsbeperking en door een aantal pilotprojecten functiecreatie op te zetten. Dat doen we in samenwerking met provincies (en mogelijk waterschappen) en met ondersteuning van het A&O fonds gemeenten en SBCM, het A&O fonds voor de sociale werkvoorziening. Gemeenten hebben, net zoals andere (publieke) werkgevers, behoefte aan duidelijkheid als het gaat om de doelgroep, doelgroepverklaringen en mogelijkheden om ondersteuning te krijgen bij het werken met mensen met een arbeidsbeperking. Ook zouden gemeenten graag zien dat het Rijk, in haar rol als mede publieke werkgever, de Verenigde Samenwerkende Overheidswerkgevers (VSO) eerder en beter betrekt bij het maken van afspraken over doel, doelgroep en verdere invulling van de quotumwet. Een specifiek punt van aandacht voor gemeente is het volgende. In het kader van de Algemene wet bestuursrecht wordt het als niet zuiver gezien wanneer een bestuursorgaan van de gemeente (het college) subsidie verleent aan de gemeente zelf. Het ministerie van SZW heeft ambtelijk aangegeven dat deze algemene lijn geen beletsel vormt voor een loonkostensubsidie (in het kader van de Participatiewet) naar loonwaarde bij een gemeentelijk dienstverband. In het algemeen zouden we graag zien dat generiek beleid voor re-integratievoorzieningen bij private werkgevers, op dezelfde manier toepasbaar is binnen de gemeente (en andere publieke werkgevers). Op beide punten zien we graag een formele bevestiging van het Rijk van onze opvattingen hierover. Hoogachtend, Vereniging van Nederiandse Gemeenten J. Kriens Voorzitter directieraad VNG Postbus 30435 2500 GK Den Haag Tel 070-373 83 93 www vng nl VMC V e r e n i g i n g van Nederlandse Gemeenten Postbus 30435 2500 GK Den Haag TNT Post Port betaald Port Payé Pays-Bas
© Copyright 2024 ExpyDoc