Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten

Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten
- December 2014.
De Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten is gebaseerd op de gemaakte afspraken in
het Regeerakkoord en de aanvullende afspraken in het sociaal akkoord. In de Wet
banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten wordt uitgegaan van een opbouw tot 100.000
extra banen bij werkgevers in de markt (in 2025) en tot 25.000 extra banen bij de overheid (in
2023).
Doelgroep en doelgroepregister
- Een persoon met een arbeidsbeperking die voor arbeidsondersteuning een beroep doet op de
gemeente en die naar het oordeel van UWV niet in staat is 100% van het WML te verdienen.
- Iemand met een Wsw indicatie.
- Iemand die in de Wajong zit, tenzij na de herbeoordeling vaststaat dat de Wajonger volledig
en duurzaam arbeidsongeschikt is. VNG en sociale partners hebben afgesproken om
Wajongers en mensen op de Wsw wachtlijst de eerste jaren prioriteit te geven bij de
toeleiding naar de extra banen bij reguliere werkgevers. Het UWV zorgt voor een
doelgroepregister waarin de mensen komen te staan die tot de doelgroep voor de extra banen
behoren. Gemeenten en het UWV informeren de mensen als zij in het register komen te staan.
Gemeenten en UWV kunnen dit register raadplegen en de mensen via de regionale
Werkbedrijven bemiddelen op de extra banen. Werkgevers kunnen het UWV ook vragen of
iemand tot de doelgroep behoort.
Doelstelling quotumheffing
Met het quotum en de hieraan gerelateerde quotumheffing wordt beoogd om het gedrag van
de werkgever te beïnvloeden. Het doel is het bevorderen van de participatie van mensen met
een arbeidsbeperking op de arbeidsmarkt. Als een werkgever niet of onvoldoende voldoet aan
de quotumdoelstelling zal de werkgever een quotumheffing moeten betalen. De
quotumheffing wordt op zijn vroegst per 1 januari 2017 geactiveerd.
Wat is een baan voor deze wet?
Als één baan wordt geteld het aantal verloonde uren dat personen uit de doelgroep gemiddeld
werkt. Dit betekent op basis van de gegevens die er nu zijn (medio 2014) dat het om een baan
van circa 25 uur per week gaat. Kleinere banen tellen naar evenredigheid van het aantal uren
mee. Het kan dus gaan om meer arbeidscontracten dan (getelde) banen. Als uit de nulmeting
blijkt dat het gemiddelde aantal gewerkte uren (van iemand uit de doelgroep) substantieel
afwijkt van de gehanteerde 25 uur, dan kan de omvang van 25 uur nog wijzigen. Voor
deze wet gaan ook zogenaamde inleenverbanden meetellen. Inleenverbanden zijn
uitzendkrachten en detachering. Het meetellen van inleenverbanden vergroot de
mogelijkheden voor werkgevers om invulling te geven aan het beschikbaar stellen van extra
banen voor mensen uit de doelgroep.
Instrumenten
Om werkgevers daadwerkelijk in staat te stellen meer mensen met een arbeidsbeperking in
dienst te nemen is een goede ondersteuning van werkgevers noodzakelijk. In elke arbeidsregio
wordt een basispakket aanfunctionaliteiten (onder andere werkgeversdienstverlening,
voorzieningen waaronder werkplekaanpassingen, noriskpolis en proefplaatsing) onder regie
van het Werkbedrijf georganiseerd.
Uitvoering
Voor de quotumheffing wordt bij het bestaande uitvoeringsproces van het UWV en de
Belastingdienst aangesloten. Het UWV beoordeelt jaarlijks of een werkgever aan de
quotumverplichting voldoet en berekent het quotumtekort. Van de Belastingdienst ontvangen
de werkgevers met een quotumtekort een beschikking ter vaststelling van de quotumheffing.
Wanneer een werkgever niet aan het quotum voldoet, betaalt de werkgever een quotumheffing
per niet gerealiseerde arbeidsplaats.
Planning
Ingangsdatum is gepland op 1 januari 2015.