Protocol geldend binnen PLEYSIER COLLEGE DELFT Schooljaar 2013/2014 Exemplaar ouders/leerlingen J.C. Pleysierschool ‘de lesplaats Delft’ schooljaar 2011-2012 exemplaar ouders/leerlingen 1 Samenvatting werkwijze stappenplan bij ongewenst gedrag Stap Sanctie Registratie/Actie 1 Zelf bepalen Leerkracht 2 1e Eruitformulier Leerkracht 3 X GI Verwerken in Magister 3 2e Eruitstuurformulier Gesprek UC afspraken worden verwerk op het eruitstuurformulier UC verwerkt in Magister Lesdag tot 16.00 uur TO volgende dag om 8.00 uur terug voor gesprek 2 dagen tot 16.00 uur Melding bij Administratie er wordt naar huis gebeld om dit te melden. 14.00 uur belt mentor. Melder verwerkt in magister 5 Time Out door G3 Kan ook na herhaaldelijk stap 4 In overleg met LD verwerkt door OP of UC 6 Traject in overeenstemming met IHP In overleg met LD verwerkt door OP of UC 7 Schorsing (max 2 keer) Besloten door CT 8 Contract Contract wordt opgesteld om grens vast te stellen 9 Verwijdering CT in overleg met de directeur 4 = pubergedrag…. GI = GedragsInstructie UC= Unitcoördinator LD= Locatie directeur OP= Orthopedagoge CT= Crisisteam J.C. Pleysierschool ‘De lesplaats Delft’ schooljaar 2013-2014 Docentenexemplaar Opnieuw eruit naar huis 2 Hoofdstuk 1. Ongewenste gedragingen van leerlingen School Leerlingen Personeel De school als leefgemeenschap. Dat houdt in: omgaan met elkaar. Dat houdt verder in dat er omgangsregels moeten zijn. En deze regels zijn er om te zorgen dat we het met elkaar goed en gezellig kunnen houden. Maar regels vragen ook om te worden overschreden. Zeker in de leeftijdsperiode waarin onze leerlingen zijn. Dus kun je erop rekenen dat er wel eens situaties voorkomen dat een leerling zich niet gedraagt zoals het moet. Hoe gaan we daar mee om?? Dat vinden we hieronder. Degene die ongewenst gedrag signaleert, vult dit in in Magister en koppelt dit terug naar de mentor van de leerling. De mentor heeft de verplichting de zaak af te handelen volgens de procedure (zie hoofdstuk 3. Stappenplan ter afwikkeling van ongewenst gedrag) 1.1. De 4 G`s, gradaties in ongewenst gedrag. Kinderen kunnen vervelend zijn maar dat hoort bij een kind net als volwassenen soms vervelend kunnen zijn. Wij hebben het dan over gedrag dat beheersbaar is, maar er is ook gedrag dat vraagt om een andere aanpak en gedrag kent ook een negatieve spiraal die van mild naar ernstig kan verlopen, daarom maken wij onderscheid tussen vier soorten gedrag: 1. G1 = Grensbepalend gedrag Dit gedrag is heel gezond bij kinderen. Er moet bekeken worden wat mag en wat niet. Vaak gebeurt dit op een natuurlijke wijze, denk hierbij aan jonge kinderen die toch even aan een warme kachel moeten zitten, door ‘trial and error’ ervaren kinderen vaak de grens. 2. G2 = Grens verkennend gedrag Dit gedrag is vooral bekend in een aantal fases van een kind, zo rond de twee jaar, zo rond het vierde levensjaar en vooral tijdens de pubertijd. Het gedrag is het opzoeken van de grenzen die gesteld zijn. Adequaat acteren op het gedrag geeft de grenzen aan. Binnen onze school gebeurt dit middels een GI. Een GI bestaat altijd uit de volgende onderdelen: - Het benoemen van het ongewenste gedrag; - Het geven van een ‘omdat’; - Het aangeven van mogelijke consequenties; - Het aanbieden van alternatief gedrag . Deze twee gedragingen zijn ‘des kinds’ m.a.w. je mag dit van een opgroeiende puber verwachten. Gaan kinderen willen en wetens over de grens heen dan komen zij in het gebied van het grensoverschrijdend gedrag. © NEKOSE Den Haag 2014 3 3. G3 = Grensoverschrijdend gedrag Leerlingen die zich niet laten corrigeren, ondanks duidelijke GI`s hun gedrag toch voortzetten moeten geconfronteerd worden met de sancties die hierbij te geven zijn. Grensoverschrijdend gedrag is altijd een strijd, een strijd die door de opvoeder gewonnen dient te worden daar en anders onhoudbare en vooral onveilige situaties ontstaan. Grensoverschrijdend gedrag typeert zich door het storende karakter binnen de dagelijkse routine. Gewoon lesgeven is niet meer mogelijk en vaak heerst er een gevoel van onveiligheid. In dit soort situaties gaat de regel: ‘De klas eerst!’ heel duidelijk op. De leerling wordt uit de klassensituatie gehaald en er moet overlegd worden met de OP en de UC om te bepalen ‘hoe nu verder’. In veel gevallen leidt G3 tot een timeout. 4. G4 = Grenzeloos gedrag Zoals de naam aangeeft kent de leerling en grenzen meer. Er is een situatie ontstaan waarbij GI`s zinloos zijn omdat de leerling denkt een machtstrijd te hebben gewonnen. Een geval van G4 kenmerkt zich door verbale agressie, provocaties en het creëren van bondjes met medeleerlingen om samen tegen de autoriteiten te ‘vechten’. Het is van belang om in dit geval alle lesactiviteiten te staken, ondersteuning te vragen en de leerling te isoleren van de rest van de groep. De leerling krijgt de opdracht om de school te verlaten. In dit geval is art. 51 en 371 WvS van toepassing. Artikel 138 van het Nederlandse Wetboek van Strafrecht: 1. Hij die in de woning of het besloten lokaal of erf, bij een ander in gebruik, wederrechtelijk binnendringt of, wederrechtelijk aldaar vertoevende, zich niet op de vordering van of vanwege de rechthebbende aanstonds verwijdert, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste een jaar of geldboete van de derde categorie. Artikel 461 van het Nederlandse Wetboek van Strafrecht: 1. Hij die, zonder daartoe gerechtigd te zijn, zich op eens anders grond waarvan de toegang op een voor hem blijkbare wijze door de rechthebbende is verboden, bevindt of daar vee laat lopen, wordt gestraft met geldboete van de eerste categorie. 1.1.2. Gedragsketen Gedrag wordt gekenmerkt dat het kan verergeren als er niet adequaat wordt opgetreden. Jongeren zoeken grenzen, zijn de grenzen niet duidelijk of wordt er door de collega`s verschillend geacteerd op ongewenst gedrag dan kan dit leiden tot verergering van het ongewenste gedrag. Leerlingen kunnen dan van G1, naar G2, naar G3 en zelfs G4 afglijden. Des te sneller er wordt ingegrepen in de gedragsketen hoe effectvoller de interventie zal zijn. Op het niveau van G3 gaat het om een machtsstrijd waarbij het van belang is om professioneel te blijven handelen (zie ‘Anders dan Anders’). © NEKOSE Den Haag 2014 4 1.1.3. Verantwoordelijkheid m.b.t. gedrag De school neemt haar verantwoordelijkheid serieus. Dit impliceert dat interventies in de school of in de directe omgeving van school plaats vindt. Het is van belang voor de leerling dat er op de juiste manier met grensoverschrijdend gedrag wordt omgegaan, zodat er een preventieve werking van kan uitgaan. Hieronder staan duidelijke afspraken over het signaleren van grensoverschrijdend gedrag en over de nemen maatregelen. 1.1.4. Signaleren. Elk personeelslid heeft een verantwoordelijkheid in het signaleren van grensoverschrijdend gedrag zoals verderop beschreven. Bij het signaleren hoort altijd: 1. Het aanspreken van de leerling(en) op het gedrag; 2. Het vormen van een zo volledig mogelijk beeld van het gedrag. Wie zijn er nog meer bij betrokken, het aangericht onheil etc. 3. Het omschrijven van het gedrag in Magister. De gedragsbeschrijving vindt plaats in termen van waarneembaar gedrag, zonder persoonlijke beladenheid of vooroordelen. Het gaat hier ook om waarneembaar gedrag met een vermoeden dat het van kwaad tot erger kan komen. Er wordt dan contact opgenomen met de unitcoördinator, de mentor en de locatiedirecteur. Die bepalen wat er vervolgens gaat gebeuren. Daarbij gaan we uit van onderstaand stappenplan.: zie hoofdstuk 2. Stappenplan ter afwikkeling van ongewenst gedrag. Afhankelijk van het getoonde gedrag kan een keuze gemaakt worden voor een instap in een hogere stap. Om tot een goede aanpak te komen, is het van belang dat duidelijk is wat ontoelaatbare grensoverschrijdende gedragingen zijn. Hieronder zijn deze weergegeven met de bijbehorende maatregelen. © NEKOSE Den Haag 2014 5 2.2 Ontoelaatbare grensoverschrijdende gedragingen en bijbehorende maatregelen: 2.2.1 VERNIELING EN VANDALISME Het opzettelijk en zonder toestemming vernielen, beschadigen, onbruikbaar maken van spullen die een ander toebehoren. Graffiti valt hier ook onder. Maatregelen van de school Nemen van maatregelen volgens vastgelegd stappenplan Informeren ouders/verzorgers dader en slachtoffer Dader(s) (ouders/verzorgers) schriftelijk aansprakelijk stellen voor de geleden schade Indien het strafbare feit dit vereist de politie in kennis stellen en de verdachte aan de politie overdragen Eventuele getuigen worden ter beschikking van de politie gehouden Het slachtoffer wordt indien nodig door de school ondersteund bij het doen van aangifte. Het verwerken in Magister en het invullen van het registratie- en meldingsformulier. 2.2.2 VERBALE INTIMIDATIE EN AGRESSIE Onder verbale agressie wordt verstaan het verbaal/schriftelijk bedreigen, intimideren, beledigen, kleineren of discrimineren en/of uitschelden van een persoon. Maatregelen van de school Nemen van maatregelen volgens vastgelegd stappenplan Informeren ouders/verzorgers dader en slachtoffer Indien het strafbare feit dit vereist de politie in kennis stellen/of in overleg treden en eventueel de verdachte aan de politie overdragen. Eventuele getuigen worden ter beschikking van de politie gehouden. Het slachtoffer wordt indien nodig door de school ondersteund bij het doen van aangifte. Binnen de school wordt gezorgd voor begeleiding van het slachtoffer eventueel met behulp van derden. Eventueel slachtofferhulp inschakelen via de politie. Verwerken in Magister en het invullen van het registratie en meldingsformulier. © NEKOSE Den Haag 2014 6 2.2.3 FYSIEKE INTIMIDATIE EN AGRESSIE Het uitoefenen van enig feitelijk geweld op het lichaam van een ander. Hierbij kan zonder of met reden opzettelijk pijn of letsel worden veroorzaakt. Maatregelen van de school Nemen van maatregelen volgens vastgelegd stappenplan. Informeren ouders/verzorgers dader en slachtoffer Politie in kennis stellen en indien het strafbare feit dit vereist de verdachte aan de politie overdragen. Eventuele getuigen worden ter beschikking van de politie gehouden. Het slachtoffer wordt indien nodig door de school ondersteund bij het doen van aangifte. Binnen de school wordt gezorgd voor begeleiding van het slachtoffer en de leerkracht. Eventueel slachtofferhulp inschakelen via de politie. Verwerken in Magister en het invullen van het registratie en meldingsformulier. 2.2.4 WAPENBEZIT De school ziet als wapenbezit: Het voorhanden hebben van voorwerpen die het karakter dragen van een wapen of die eenvoudig kunnen worden aangewend als wapen. Ook voorwerpen die een relatie met het onderwijs hebben (schroevendraaiers, beitels etc.) wanneer zij worden aangetroffen buiten het onderwijsproces vallen hieronder. Maatregelen van de school Nemen van maatregelen volgens vastgelegd stappenplan. Informeren ouders/verzorgers van de leerling. Indien het strafbare feit dit vereist, de politie in kennis stellen en de verdachte aan de politie overdragen. Eventuele getuigen worden ter beschikking van de politie gehouden Verwerken in Magister en het invullen van het registratie- en meldingsformulier. Ad. De school heeft de vrijheid om lockers gevraagd en ongevraagd te controleren. Ook worden jassen, tassen en kleding inhoud gecontroleerd op o.a. wapens, drugs e.d. 2.2.5 SEXUELE INTIMIDATIE We verstaan hieronder: ongewenst seksueel getinte aandacht in de vorm van verbaal, fysiek of non-verbaal gedrag, dat door degene die hiermee geconfronteerd wordt als onaangenaam wordt ervaren. Dit gedrag vindt plaats binnen of in samenhang met de onderwijssituatie. Dit gedrag kan zowel opzettelijk als onopzettelijk zijn. © NEKOSE Den Haag 2014 7 Maatregelen van de school: De leerling als preventie de cursus omgaan met seksualiteit laten volgen. Voorvallen van seksuele intimidatie melden bij de directie of vertrouwenspersoon De school bezit een klachtenprocedure waarnaar gehandeld wordt Nemen van maatregelen volgens vastgelegd stappenplan Informeren ouders/verzorgers en een gesprek arrangeren Invullen van registratie en meldingsformulier. Bij ontucht met een “aan de zorg, opleiding of waakzaamheid toevertrouwde minderjarige” is geen klacht van het slachtoffer nodig. Het bevoegd gezag kan zelf ook aangifte doen. Hoe te handelen bij seksuele intimidatie binnen de school Komt er een melding van seksuele intimidatie door een van de betrokkenen binnen de school, dan zal altijd de LC de TL informeren. Is de dader een leerling: Onder verantwoording van: A. Handeling(en): Slachtoffer wijzen op de mogelijkheid van aangifte te doen B. C. Ouders slachtoffer informeren over de berichtgeving Ouders dader informeren over de feitelijke situatie - VP, UC of LD - VP, UC of LD D. E. Slachtofferhulp inschakelen Indien gewenst het slachtoffer begeleiden of laten begeleiden bij aangifte Dader straf opleggen: terugkomen en / of schorsen (hangt van de ernst van de situatie – te beoordelen door slachtoffer, ouders en in overleg met TL) - VP, UC of LD - VP, UC of LD f. - VP, UC of LD - CT, UC of LD Is de dader een volwassene: A. B. C. D. E. Handeling: slachtoffer wijzen op de mogelijkheid van aangifte doen slachtofferhulp inschakelen dader schorsen en Bevoegd Gezag informeren ouders slachtoffer informeren over de berichtgeving Onder verantwoording van: indien gewenst het slachtoffer begeleiden of laten begeleiden bij aangifte - VP, UC of LD © NEKOSE Den Haag 2014 - VP, UC of LD - VP, UC of LD - UC of LD - VP, UC of LD 8 2.2.6 DIEFSTAL EN VERDUISTERING NB: altijd wordt hierbij de politie ingeschakeld! Het zich wederrechtelijk toe-eigenen van andermans eigendom. Dit kan in allerlei vormen en gradaties plaatsvinden. Er kan sprake zijn van een kleine diefstal, maar ook van afpersing met geweld. Maatregelen van de school Nemen van maatregelen volgens vastgelegd stappenplan. Informeren ouders/verzorgers dader en slachtoffer. Bemiddeling in teruggave/schadevergoeding. Indien het strafbare feit dit vereist de politie in kennis stellen en de verdachte aan de politie overdragen. Eventuele getuigen worden ter beschikking van de politie gehouden. Het slachtoffer wordt indien nodig door de school ondersteund bij het doen van aangifte. Invullen van het registratie- en meldingsformulier. 2.2.7 DRUGS BEZIT EN/OF GEBRUIK ERVAN. NB: altijd wordt hierbij de politie ingeschakeld! Het in bezit hebben van drugs, alsook het handelen en verstrekken van drugs in de school en het schoolterrein of directe omgeving is absoluut verboden. Bij verdenking van drugs in kluisjes mag de school de kluisjes en tassen van de verdachte leerlingen doorzoeken. Maatregelen van de school: a. bij gebruik van softdrugs: altijd een gesprek met de leerling en ouders altijd duidelijke afspraken met de leerling altijd wordt contact opgenomen met politie de leerling krijgt een verplichte voorlichting bij Brijder b. bij het dealen van softdrugs in of bij de school: altijd een gesprek met de leerling altijd worden de ouders/verzorgers in het bijzijn van de leerling op de hoogte gesteld altijd wordt contact opgenomen met de politie een verplichte voorlichting bij Brijder de leerling wordt geschorst voor de duur van vijf dagen © NEKOSE Den Haag 2014 9 c. bij gebruik van harddrugs: altijd een gesprek met de leerling altijd een gesprek met de ouders/verzorgers altijd wordt contact opgenomen met de politie schorsing, en hulpverleningcircuit opstarten. d. bij dealen in harddrugs: Ouders/verzorgers bellen. altijd wordt contact opgenomen met de politie. schorsing, en hulpverleningcircuit opstarten. Nemen van maatregelen volgens vastgelegd stappenplan. Informeren ouders/verzorgers dader en slachtoffer. In beslag nemen van de drugs en deze overdragen aan de politie. De politie in kennis stellen/of in overleg treden en de verdachte aan de politie overdragen. Eventuele getuigen worden ter beschikking van de politie gehouden. Invullen van het registratie- en meldingsformulier. 2.2.8 ALCOHOLBEZIT EN/OF GEBRUIK ERVAN Alcohol en onderwijs gaan niet samen. Alcoholbezit en/of het gebruik ervan zijn op school en het schoolterrein verboden. Dit geldt ook voor buitenschoolse activiteiten. Bij verdenking van alcohol in lockers mag de school de lockers, tassen en kleding van de verdachte leerlingen doorzoeken. Maatregelen van de school Nemen van maatregelen volgens vastgelegd stappenplan Informeren ouders/verzorgers en een gesprek arrangeren In beslag nemen van eventueel voorradige drank en desgewenst overdragen aan de politie. Leerlingen zijn verplicht om voorlichting te volgen bij Brijder. Het verwerken in Magister en het invullen van registratie en meldingsformulier. 2.2.9 VUURWERK EN/OF VUURWERKHANDEL Het in bezit hebben, ontsteken, verhandelen van vuurwerk is op school, het schoolterrein en in de directe omgeving van school verboden. Bij verdenking van vuurwerk in kluisjes mag de school de locker en tassen van de verdachte leerlingen doorzoeken. © NEKOSE Den Haag 2014 10 Maatregelen van de school Nemen van maatregelen volgens vastgelegd stappenplan Informeren ouders/verzorgers van de leerling en vuurwerk aan de politie overdragen De politie informeren en indien het strafbare feit dit vereist de verdachte aan de politie overdragen Eventuele getuigen worden ter beschikking van de politie gehouden Het verwerken in Magister en het invullen van het registratie- en meldingsformulier Politie eventueel via de contactpersoon op de hoogte houden. Hoofdstuk 2. Stappenplan ter afwikkeling van ongewenst gedrag Indien er sprake is van verbaal/fysiek geweld/grove onwilligheid of ander onacceptabel1 gedrag dan volgen onderstaande stappen. De precieze afhandeling is opgenomen in hoofdstuk 3 Is er sprake van een zeer ernstige situatie? Ga dan over op stap 5 of 7. Betrek direct UV/LD Stap 1. Gesprek tussen leerkracht en leerling Doel: de leerling zich bewust laten worden van het ontoelaatbare van zijn gedrag. Actie: Aanspreken op gedrag middels methodische FB en GI: De leerkracht geeft de grens aan en gaat niet in discussie gedurende de les. Het gesprek kan na de les of aan het einde van de dag een vervolg krijgen. Indien gewenst worden GI tijdens de les gegeven. Heeft deze stap niet het gewenste effect, dan wordt overgegaan naar stap 2. Stap 2. Eruitstuurformulier De leerling krijg na 3 methodische GI`s een eruitstuurformulier: Een leerling kan binnen maximaal 5 naar de kantine worden gestuurd om daar een eruitstuurformulier in te vullen. Als het formulier goed is ingevuld kan hij/zij het weer opnieuw proberen. Zorgt een leerling in de kantine voor onrust, dan geeft de leerkracht de opdracht om direct door te gaan naar de UC. Stap 3. 2e Eruitstuurformulier Bij herhaling van het gedrag of ander ontoelaatbaar gedrag krijgt de leerling een tweede eruitstuurformulier (minimaal 3 methodische GI`s). Hij moet deze invullen en zich daarmee melden bij de UC. De UC heeft een gesprek met de leerling om alternatief gedrag te bespreken. De UC maakt afspraken. De afspraken worden verwerkt op het eruitstuurformulier. De UC verwerkt de afspraken in Magister. 1 Het gaat hier om grensoverschrijdend gedrag dat op dat moment zorgt voor een onwenselijke situatie voor docent en/of leerling(en). © NEKOSE Den Haag 2014 11 Hierna mag de leerling terug naar de klas. Dit impliceert wel dat de leerling dezelfde dag tot 16.00 uur op school moet blijven. Indien de leerling bij een praktijkles eruit wordt gestuurd mag hij/zij niet terugkeren in de les. De leerling gaat naar de kantine en werkt hier aan een opdracht. Indien er geen theorieopdracht is, kan de leerling een taak/opdracht voor de conciërge uitvoeren. Is dit niet mogelijk, dan moet de leerling het schoolregels overschrijven. Gaat de leerling niet uit de les? Schakel dan de schoolleiding (LD/UC) in. Is de leerkracht zelf niet in de gelegenheid om de schoolleiding in te schakelen, dan kan een collega gevraagd worden of indien nodig een leerling. Stap 4. Derde maal uit de les gestuurd of ander ontoelaatbaar gedrag (en het niet nakomen van afspraken) directe TO, verloren tijd inhalen. Strafmaat: 4 uur inhalen. Het is duidelijk dat het niet gaat komen met deze leerling deze dag. Doormodderen zal alleen maar leiden tot meer schade aan relaties en het gevoel van veiligheid ondermijnen. Het is in belang van deze leerling en de klas dat hij/zij naar huis gaat. Het gaat hierbij om een beperkte TO met de duur van de rest van de dag. Deze verloren tijd moet worden ingehaald. Daarnaast zal de leerling 4 uur extra lesuren moeten volgen op school. Dit zijn altijd de direct opvolgende dagen, voorbeeld: leerling X wordt op dinsdag naar huis gestuurd. De volgende ochtend is er een gesprek met deze leerling en zijn ouders. Dezelfde middag moet de leerling tot 16.00 uur nablijven maar ook nog eens op de donderdag erna. In overleg kan de OP of UC hierbij aanwezig zijn. Dit is afhankelijk van de situatie. UC moet van tevoren met de desbetreffende docent hebben gesproken. De mentor registreert in Magister en meldt de afhandeling bij UC en OP (mail). Gedragskaart: In bepaalde gevallen kan in overleg met UC en mentor een gedragskaart worden opgesteld (afspraken hierop vermelden). UC en mentor zijn verantwoordelijk voor deze kaart. De mentor meldt gedragskaart in Magister. Gedrag plus acties (o.a. gedragkaart en aanverwante acties) moeten worden besproken in leerling-bespreking. UC/OP/mentor nemen dat voor hun rekening. Ouders schriftelijk in kennis stellen: Mentor stelt ouders schriftelijk op de hoogte van het gedrag van de leerling en de gemaakte afspraken. Hier is een standaard brief voor opgesteld. Belangrijk is dat de ernst van de zaak wordt overgebracht. De brief moet door de ouders worden getekend en geretourneerd. Mentor maakt melding van de brief in Magister (o.a. afspraken, medewerking ouders e.d.). Stap 5. Time Out door G3 of herhaaldelijk stap 4. Strafmaat: blokweek. De leerling laat zich moeilijk corrigeren, is herhaaldelijk op zijn/haar gedrag aangesproken en hij/zij heeft door het gedrag een TO gekregen en/of het gedrag laat zich niet corrigeren, de leerling is respectloos, reageert niet op FB en GI`s. De dagelijkse routine is in gedrang, dit moet direct worden gestopt. De leerling krijgt direct een TO. De duur van deze TO is © NEKOSE Den Haag 2014 12 afhankelijk van de situatie en het moment waarop het crisisoverleg zal plaatsvinden (dit moet wel binnen twee schooldagen). Dit houdt in dat een leerling minimaal met strafmaatregelen Gesprek met ouders/verzorgers en UC en indien gewenst de leerkracht/OP. In dit gesprek wordt benadrukt dat de situatie ernstig is. Er is verbetering noodzakelijk die met strafmaatregelen worden afgedwongen. Onderzoeken of ouders/verzorgers zich in deze aanpak kunnen vinden. De mentor doet verslag van het gesprek in Magister (o.a. afspraken, medewerking ouders e.d.). Gedragskaart: In bepaalde gevallen kan in overleg met UC en OP een gedragskaart worden opgesteld (afspraken hierop vermelden). UC en OP zijn verantwoordelijk voor deze kaart. De mentor meldt gedragskaart in Magister. Gedrag plus acties (o.a. gedragskaart en aanverwante acties) moeten worden besproken in leerling-bespreking. UC/OP/mentor nemen dat voor hun rekening. Bovenstaande 5 stappen komen het meest voor. Ze hebben betrekking op grensverleggend en beginnend en hardnekkig ongewenst gedrag. De volgende stappen hebben betrekking op zeer hardnekkig ongewenst gedrag en herhaald grensoverschrijdend gedrag. Stap 6. Traject in overeenstemming met OPP Strafmaat: het traject i.v.m. zeer hardnekkig ongewenst gedrag en herhaald grensoverschrijdend gedrag. Tijdelijk verbod op de lessen. Gemiste lessen worden dubbel ingehaald. Er vindt een gesprek met LD en UC plaats. Desgewenst met OP, docent en/of mentor. De ouders/ verzorgers worden door de mentor telefonisch op de hoogte gesteld. De leerling krijgt een brief met de mededeling tijdelijk de lessen niet te mogen volgen plus overige gemaakte afspraken. De brief moet door de ouders/ verzorgers worden ondertekend en geretourneerd. De brief wordt door UC klaargemaakt en verzonden. De leerling kan voor de rest van de dag en de daaropvolgende dag de toegang tot de school ontzegd. De leerling kan ook op school worden opgevangen. Tenzij redelijke gronden zich daartegen verzetten, worden de ouders/verzorgers onmiddellijk op de hoogte gebracht. Het CT zal worden geraadpleegd. De UC informeert crisisteam en LD het desbetreffende mentor. Mentor doet verslag in Magister. © NEKOSE Den Haag 2014 13 Hieruit volgt : Aanmelding bij de IZC (interne zorgcommissie). Als het een leerling betreft die het zorgniveau van de school overstijgt, wordt deze aangemeld bij de EZC. Deze geeft een advies over de verdere aanpak. De leerling blijft ingeschreven op school. Om dit te realiseren wordt de omschreven procedure hiervoor gevolgd en het aanmeldingsformulier voor de EZC ingevuld. Stap 7 Schorsing Bij een volgend ernstig incident of in het uitzonderlijke geval dat het incident zeer ernstig is, wordt de leerling geschorst. De schorsing bedraagt minimaal drie dagen tot maximaal vijf dagen. Bij een tweede schorsing bestaat de mogelijkheid tot verwijdering. Bij de derde schorsing vindt verwijdering plaats. Zie stap 9. De wettelijke regeling onderwijs is bij een schorsing van toepassing. Hierbij gelden de volgende voorwaarden: Het bevoegd gezag (bestuursraad) wordt, voorafgaand aan de verwijdering, in kennis gesteld van deze maatregel en om goedkeuring gevraagd. LD schakelt het bevoegd gezag van de school in. Het besluit van de schorsing wordt door LD mondeling en schriftelijk aan de leerling en ouders/verzorgers bekendgemaakt. AD stelt de inspectie van de schorsing schriftelijk en met opgaaf van redenen in kennis. Gedurende de schorsing wordt de leerling de toegang tot de school ontzegd. Voor zover mogelijk worden er maatregelen genomen waardoor de voortgang van het leerproces van de leerling gewaarborgd kan worden, hierbij kan worden gedacht aan huiswerk e.d. LD maakt in overleg met AD afspraken om de leerling hierna goed op te kunnen vangen. Ook andere oplossingen worden onderzocht, zoals plaatsing in een ander onderwijsinstituut. LD maakt van de schorsing melding bij de leerplichtambtenaar van de gemeente waar de leerling woonachtig is. De betrokken ouders worden uitgenodigd (LD) voor een gesprek over de maatregel. Hierbij worden nadrukkelijk oplossingsmogelijkheden verkend, waar de mogelijkheden en onmogelijkheden van de opvang van de leerling op school aan de orde komen. LD en OP zitten bij het gesprek. Van het gesprek met de ouders/verzorgers wordt een verslag gemaakt (LD) wat de ouders voor gezien tekenen en dit wordt opgeslagen in het leerlingendossier. Het verslag wordt door LD ter kennisgeving gestuurd aan: - Het bevoegd gezag, - De ambtenaar leerplichtzaken • LD licht de betrokken docent/mentor/team in. © NEKOSE Den Haag 2014 14 Stap 8 Contract Na de tweede schorsing ontstaat een situatie waarbij de school moet gaan aangeven dat grenzen bereikt zijn. Als een leerling in korte tijd voor een tweede maal geschorst wordt kan direct worden overgegaan tot het opstellen van een contract. In de meeste gevallen wordt een contract gemaakt als een leerling een derde keer ernstig in de fout gaat. Hierbij tellen de incidenten van het voorgaande jaar mee. Gaat het om grensoverschrijdende gedragingen die plotsklaps optreden terwijl in de voorgaande tijd geen of bijna geen incidenten hebben plaatsgevonden dan moet er nader onderzoek worden verricht naar de oorzaak van dit gedrag. Gaat het echter om jongeren die frequent negatief opvallen en waarbij er vaker sprake is geweest van probleemgedrag, dan is het opstellen van het contract een signaal naar de leerling en zijn/haar ouders: ‘Wij zijn niet de juiste school voor uw kind, wij moeten op zoek naar andere, beter passende oplossingen’. In het contract worden de voorwaarden gesteld waarop de leerling op school mag verblijven. Verbreekt de leerling het contract dan wordt direct de verwijderingsprocedure gestart. Stap 9 Definitieve verwijdering. Er zijn drie redenen om tot definitieve verwijdering over te gaan: 1. Bij het zich meermalen voordoen van een ernstig incident dat ingrijpende gevolgen heeft voor de veiligheid en/of onderwijskundige voortgang van de school, kan worden overgegaan tot definitieve verwijdering. 2. Een ernstig incident waarbij de veiligheid van personeel en/of leerlingen in het gedrang komt. (heftige vechtpartijen, bedreiging met wapens, mollest, afpersing, e.d.) 3. Het verbreken van het contract. Bij verwijdering zijn een aantal regelingen van toepassing: Verwijdering van een leerling van school is een beslissing van het bevoegd gezag (het College van Bestuur). Voordat men een beslissing neemt, dient het bevoegd gezag de betrokken leerkracht en de schoolleiding en eventueel andere betrokkenen te horen. Hiervan wordt een verslag gemaakt wat aan de ouders/verzorgers ter kennis wordt gesteld en door de ouders/verzorgers voor gezien wordt getekend. Het verslag wordt ter kennisgeving opgestuurd naar: - De ambtenaar leerplichtzaken. - De inspectie onderwijs. De definitieve verwijdering gebeurt alleen in overleg met de inspectie. Gedurende dit overleg kan de leerling worden geschorst. Het bevoegd gezag stelt de inspectie van een definitieve verwijdering schriftelijk en met opgaaf van redenen in kennis. © NEKOSE Den Haag 2014 15 De school stelt de ouders/verzorgers schriftelijk en in een gesprek met opgaaf van redenen over het voornemen tot definitieve verwijdering in kennis. Het vervolgtraject en het definitieve karakter van de verwijdering komen in dit gesprek nadrukkelijk aan de orde. Ouders/verzorgers kunnen binnen zes weken schriftelijk bezwaar maken de school. De school moet daarna binnen vier weken opnieuw beslissen nadat de leerling, en als deze nog geen 18 jaar is, ook zijn ouders de gelegenheid hebben gehad te worden gehoord. De school neemt, na de leerling en de ouders/verzorgers te hebben gehoord en hen inzage in de adviezen en rapporten te hebben gegeven, een uiteindelijke beslissing binnen vier weken na ontvangst van het bezwaarschrift. Een besluit tot verwijdering is pas mogelijk nadat een ander onderwijsinstituut is gevonden om de leerling op te nemen of dat aantoonbaar is dat het bevoegd gezag , gedurende acht weken, er alles aan heeft gedaan om de leerling elders geplaatst te krijgen. De leerling wordt in deze periode niet in een andere klas geplaatst. Het besluit tot verwijdering ligt in eerste instantie bij de locatiedirecteur. De locatiedirecteur neem het besluit op basis van hoor en wederhoor. In afwachting van dit onderzoek is een leerling geschorst, met uitzicht tot verwijdering. Na het onderzoek neemt de LD contact op met de AD en adviseert het proces van definitieve verwijdering te starten. Van het hele proces moeten verslagen worden gemaakt die ter kennisgeving moeten worden aangeboden aan: De leerling en zijn ouders De leerplichtambtenaar van de gemeente waar het kind woont Het bevoegd gezag De inspecteur © NEKOSE Den Haag 2014 16 Hoofdstuk 4: Procedures bij overige situaties 4.1. Stappenplan ‘Te laat komen’ Stappen: Stap 1 Stap 2. Stap 3. Stap 4. Stap 5. Handeling: De school begint om 8.30 uur. 8.31 uur is te laat!. Van 8.30 tot 8.45 uur wordt er geregistreerd aan de straat. De redenen van het te laat komen worden ter plaatse besproken. Hierna worden mentoren via de mail op de hoogte gebracht. Komt een leerling na 8.45 uur op school dan moet hij zich melden bij een medewerker van de administratie. Hier wordt genoteerd: o Te laat zonder reden (te harde wind, verslapen, te laat van huis, iemand had een lekke band, we hebben met z’n allen gewacht tot diegene er was, tussen de lessen door,……) o Te laat met reden Zichtbaar bewijs of briefje/telefoontje van thuis Te-laat-briefje wordt op de administratie ingevuld. Leerling meldt zich met te-laat-briefje bij de docent. Heeft de leerling geen te-laat-briefje, dan komt hij / zij niet in de les. Medewerker administratie zet de te laat gegevens in Magister. Docent zet de protocollaire stappen in. 4.1.2 Maatregelen als een leerling te laat komt zonder reden: Aantal malen te laat: - 1e x te laat: - 2e x te laat: - 3e x te laat: Maatregel: Waarschuwing Waarschuwing met situatie beschrijving: Als je….. dan! Deze leerling moet volgens de methodiek leren om op tijd te komen, hij/zij moet zich de volgende dag om 8.00 uur melden. Indien het te laat komen binnen één week plaatsvindt dan heeft de leerling een straftaak: ‘Voor hen die te vaak te laat komen….’ Voor iedere 3e X in één week geldt deze regel. Niet verschijnen De leerling die niet om 8 uur komt moet verloren tijd aan het einde van de dag inhalen! 8 uur komen De ouders van de leerling krijgen een brief waarin wij aangeven dat wij ons zorgen maken over het ‘verzuim’ van de leerling. - 4e x te laat: - 5e x te laat: - 6e x te laat: - 7e x te laat: © NEKOSE Den Haag 2014 8 uur komen en `s-middag tot 16.00 uur blijven. Er gaat een brief naar de ouders en naar de leerplichtambtenaar. 1 week lang om 8 uur melden. 17 - 8e x te laat: 1 week lang van 8.00 tot 16.00 uur op school blijven. - 9e x te laat: Leerling wordt aangemeld bij de leerplichtambtenaar. De leerplichtambtenaar gaat een gesprek aan met de leerling en de ouders. - Meer dan 9x te laat: Leerling moet naar Bureau Halt. Komt de leerling daar niet meer voor in aanmerking, dan wordt er een proces-verbaal opgemaakt. 4.2 Leerlingen die herhaaldelijk spullen vergeten. Je kunt wel eens wat vergeten, maar bij sommige leerlingen is het meer regel dan uitzondering. De leerling is verantwoordelijk voor zijn/haar spullen. Leerlingen die lockersleutel, gymkleding, huiswerk, boeken, zal voor de eerste keer worden gewaarschuwd. Bij een tweede keer wordt de leerling naar huis gestuurd om materialen op te halen. De tijd die daarmee verloren gaat wordt na schooltijd ingehaald. 4.3 Pesten 4.3.1 Wat verstaan we onder pesten? Vijandig gedrag tegen een onschuldig en vaak hulpeloos slachtoffer. Het kan vanuit een eenvoudige plagerij uitgroeien tot een ondraaglijke situatie, waarin kinderen worden gesard, doodgezwegen, geschopt, geslagen en worden uitgestoten uit een groep. Dit vijandig gedrag kan op school of onderweg van huis naar school en visa versa zich voordoen. Indien het pesten buiten dit gebied plaatsvindt, wordt in overleg met de betrokkenen, waaronder ook de ouders of verzorgers, de politie ingeschakeld. Bij pesten hoort: Het slachtoffer – deze kan zich niet verweren en staat vaak alleen. Ze missen vaak de vaardigheden om voor zichzelf op te komen. Ze trekken soms op de verkeerde manier de aandacht, klikken, zijn te volgzaam en hebben veelal te weinig zelfvertrouwen. De pester - deze richt zich op onschuldige personen vanuit een frustratie die op school of thuis kan liggen. De pester houdt geen rekening met anderen en accepteert alleen zijn eigen waarden en normen. Ze willen zich bewijzen macht vertonen en invloed hebben ten koste van anderen. Het kan ook voortkomen uit eigen onzekerheid, gewoonte of verveling. De middengroep – ze helpen de pester mee uit angst om zelf gepest te worden, of ze doen mee voor een beloning of houden zich afzijdig. Soms kan deze groep door de pester bewerkt worden en zelf pestgedrag vertonen. Helpen moet: pesten is een groepsgebeuren en dient dan ook in de groep aangepast te worden. Werken aan een positieve sfeer en respect voor elkaar. © NEKOSE Den Haag 2014 18 4.3.2 Stappenplan pesten Stap 1. Onder verantwoording van: (uitgangspunten) Een ieder op onze school is alert op het pesten van/ door Allen één of meerdere van onze leerlingen. Stap 2. Indien pesten wordt waargenomen of men ondervindt pestgedrag, dit melden aan: Een vakdocent, mentor, conciërge, UC of vertrouwenspersoon. Een vakdocent, mentor, conciërge, coördinator of vertrouwenspersoon Mentor Stap 3. Diegene die de melding krijgt, licht vervolgens de mentor in. Stap 4. De beide partijen worden vervolgens onafhankelijk van elkaar gehoord. Dit gebeurt altijd. Stap 5. De partijen worden door de mentor samen gebracht voor verzoening. Mentor Stap 6. Indien de zaak zich toch voortzet, wordt dit in handen van UC gegeven. UC hoort ook beide partijen en bepaalt dan een strategie. Bijvoorbeeld: - Ouders inlichten, eventueel met hulpvraag. - Met partijen individueel of samen enkele gesprekken houden. - Hulpteam samenstellen uit klasgenoten. - Overlegt met het zorgteam. - Overlegt in de IZC legt sancties op. - Stelt een bindend/ dwingend omgangscontract op. UC Stap 7. Mocht de zaak ondanks de inspanningen van UC verergeren? OP inschakelen. UC /OP/ LD Bovenstaande dient als gevolg te hebben, dat alle betrokkenen zich, liefst vanuit persoonlijke overtuiging, gedurende de schooltijd het stappenplan (de uitgangspunten) onderschrijven en zich weer veilig kunnen voelen. Het is het belangrijk dat alle leerlingen op de hoogte zijn van de uitgangspunten en hier ook op aangesproken kunnen worden. Het is wenselijk om met ingang van het nieuwe schooljaar dit in de klas aan de orde te stellen en bijvoorbeeld een contract op te maken dat door alle leerlingen ondertekend wordt. Dit contract dient in de klas opgehangen te worden. © NEKOSE Den Haag 2014 19 Hoofdstuk 5: Schoolreglement van ‘de lesplaats Delft’. 5.1 Uitgangspunten Op onze school is geen ruimte voor discriminatie vanwege huidskleur, taal, godsdienst, sekse, seksuele voorkeur, handicap of nationaliteit. Wij willen een school zijn waar iedereen zich veilig voelt. Pesten, schelden, onbeschaafd en respectloos gedrag zijn dan ook niet acceptabel. 5.2 Algemene schoolregels 1. Lestijden zijn dagelijks van 8.00 tot 16.00 uur. Maak dus geen afspraken binnen deze tijden. De mentor beslist of je eerder vrij bent, dit is een privilege. 2. Alle personeelsleden hebben de plicht leerlingen aan te spreken op hun gedrag en hierbij wordt geen onderscheid gemaakt in de functie van de medewerker. Het niet opvolgen van een gedragsinstructie heeft direct gevolgen. Over de gedragsinstructies en de consequenties kan niet worden gediscussieerd. 3. De school is van ons allemaal. Jij bent medeverantwoordelijk voor een veilige en gezellige school. 4. De school heeft een beleid dat gericht is op veiligheid op en rond de school. Om deze veiligheid te kunnen waarborgen is afgesproken dat jongeren na schooltijd direct naar huis gaan. Wij hebben hiervoor een gebied afgebakend: 5. © NEKOSE Den Haag 2014 20 6. Voel je je onveilig dan moet je dat melden bij je mentor of de leerlingvertrouwenspersoon. Draag geen wapens bij je. Het personeel heeft het recht om lockers, jassen en tassen te controleren. Wapenbezit leidt altijd tot schorsing en misschien wel tot verwijdering. Het personeel heeft ook het recht om mobieltjes en andere beelddragers te controleren. Het in bezit hebben van materiaal dat gekenmerkt wordt als ‘happy slapping’ wordt in beslag genomen en overgedragen aan de politie. In een crisis overleg wordt de eventuele strafmaat bepaald. Het mobieltje kan dan alleen door ouders worden opgehaald. 7. De lesplaats heeft een anti-rookbeleid. Roken mag alleen met toestemming van je ouders/verzorgers. Roken mag alleen tijdens de pauzes en op de daartoe aangewezen plekken. 8. De school is tegen drugs. Bezit, gebruik, verkoop voor of onder schooltijd is strafbaar. Er is een protocol. Handel in drugs binnen de school zal leiden een verwijderingprocedure. Drugsgebruik voor of onder schooltijd leidt tot een verplichte voorlichting van de Brijderstichting. 9. De school heeft het recht om lockers, kleding, jassen, tassen maar ook containers van bromfietsen en fietstassen te controleren op drugs, wapens en andere zaken die bij wet verboden zijn. Spullen die worden aangetroffen en die voldoen aan deze criteria wordt overgedragen aan de politie. 10. Energy drank is bij ons op school verboden. Wij hebben veelal te maken met drukke jongeren. Eén blikje energy drank staat gelijk aan 8 kopjes koffie en hier zullen jongeren niet rustiger van worden. Het drinken van energy drank onder schooltijd zal leiden tot een Time Out. Blikjes worden in beslag genomen en vernietigd. 11. Het personeel is opgeleid op in te grijpen bij agressie en zal dat in geval van crisis ook doen. 12. De lesplaats Delft is een taalvriendelijke school. Wij geven elkaar geen bijnamen en we kennen een vloekprotocol. Iedere vloek staat gelijk aan € 0,50 boete. Ook ‘een fuckfinger’ wordt gezien als vloeken. De boete moet in principe dezelfde dag voldaan worden. Lukt dit niet dan krijgt de leerling één dag uitstel. Daarna wordt hij/zij in de gelegenheid gesteld om te werken voor de boete. 13. Er wordt alleen Nederlands gesproken op onze school, het is dus niet toegestaan om in een andere taal met elkaar te communiceren. op. 14. Als je het niet eens bent met je docent, voer dan geen discussies tijdens de les maar maak afspraak met hem/haar om je probleem te bespreken. 15. Om 8.45 uur start het lesprogramma. Je dient om 8.30 uur aanwezig te zijn (voor verdere uitleg zie spijbelprotocol). Ook na de pauzes moet je zorgen dat je op tijd in de klas bent; © NEKOSE Den Haag 2014 21 is de deur dicht dan ben je te laat. Wij volgen het beleid ‘aanval tegen uitval’ van de gemeente Delft, dit houdt in dat wij verzuim melden bij de leerplichtambtenaar. Ook te laat komen is verzuim. Als je meer dan vijf minuten te laat bent, dan haal je een te-laat briefje bij de administratie. 16. Door de school georganiseerde activiteiten zijn verplichte schoolactiviteitent, ook in de avond. Niet verschijnen op zo`n activiteit is dus spijbelen en wordt doorgegeven aan de leerplichtambtenaar. 17. Je loopt met je fiets/bromfiets het schoolplein op en stalt deze op de daarvoor bestemde plek. Tijdens schooltijd blijf je op het schoolterrein. 18. Ziek- en betermeldingen moeten ouders/verzorgers tussen 8.00 en 8.30 telefonisch doorgeven. 19. Maak afspraken met artsen zoveel mogelijk buiten schooltijd. 20. Je mag alleen eten en drinken in de pauzes in de kantine of op het schoolplein. Ruim je rommel zelf op! 21. Het gebruik van een locker is verplicht. Je doet alle waardevolle spullen in je locker, dus geen zonnebrillen, MP3 spelers en mobiele telefoons in de klas. Heb je één van deze voorwerpen toch bij je dan wordt deze in beslag genomen en krijg je die pas na één week terug. Bij herhaling moeten ouders het komen ophalen. 22. De school is niet verantwoordelijk voor het kwijtraken, vermissing of diefstal van privé voorwerpen. 23. Je kleding is verantwoord, je kwetst geen medemens met je kleding. Je jas doe je in je locker. Bij twijfel m.b.t. ‘Wat is een jas of wat is verantwoord?’ beslist de docent. 24. Je pet, bandala of hoofddoek doe je in je kluis. 25. Als je uit de les bent gestuurd krijg je een “eruit formulier”. Je vult deze in op zo`n wijze dat de docent kan zien wat er mis is gegaan. De docent beslist of het formulier goed genoeg is ingevuld. Bij de derde ‘eruit’ word je naar huis gestuurd. 26. Je bent zuinig op de eigendommen van jezelf, anderen en de school. Veroorzaak je schade, wordt er beroep gedaan op de WA-verzekering van je ouders/verzorgers (zie WA-verklaring). 27. Om ontwikkelingen goed in kaart te brengen worden alle incidenten op de lesplaats vastgelegd. Wij werken met Magister waarin alle overtredingen worden gemeld. Zwaardere overtredingen worden vertaald in een blauw incidentenformulier. De blauwe incidentenformulieren mogen gezien worden door de politie. Blauwe incidentenformulieren kunnen ook leiden tot een zorgmelding en zelfs een schorsing of verwijdering van school. © NEKOSE Den Haag 2014 22 28. Tijdens de pauzes ben je in de kantine of het schoolplein. 29. In en om het gebouw gelden normale omgangsvormen, dus geen grof- of racistisch taalgebruik, geen geweld naar personeel en medeleerlingen en geen vernielingen aan het meubilair of het gebouw. Het geven van bijnamen is verboden. 30. Blijf van elkaar af want voordat je het weet heb je ruzie. Stoeien is niet toegestaan. Lichamelijk geweld heeft gevolgen, minimaal een time-out, maar afhankelijk van de heftigheid kan het zelfs leiden tot verwijdering. 31. De lesplaats kent leerling mediators, zij hebben een opleiding gevolgd om te bemiddelen bij ruzies. Een leerling-mediator bemiddelt alleen als jij dat wilt. Wil je geen bemiddeling dan moet je dat aangeven. 32. De lesplaats kent corveediensten, dit zijn belangrijke onderdelen van de dagelijkse routine. Je bent medeverantwoordelijk en je helpt hiermee de school en de omgeving schoon te houden. © NEKOSE Den Haag 2014 23 Bijlagen: Gedragsregistratie- en meldingsformulier De lesplaats Delft Datum Naam rapporteur : : Omschrijving melding : Betrokken(en): : Politie in kennis gesteld? Ja Nee Reden: Ouders op de hoogte gebracht? Genomen maatregelen © NEKOSE Den Haag 2014 Ja Reden: Reden: Nee Reden: : 24 . Afkortingen: UC OP LD AD GI LPD TO G4 Unitcoördinator (dhr. Dolmans Orthopedagoog (mevr. Stipdonk en mevr. Verheul) Locatie directeur (dhr. J. de Grijs Algemeen directeur (dhr. B. Sander) Gedrags Instructie Lesplaats Delft Time Out Vier soorten gedrag © NEKOSE Den Haag 2014 25
© Copyright 2025 ExpyDoc