Kijkwijzers taalcompetenties.pdf

Kijkwijzer spreken
Oriënteren
- Wat is het spreekdoel?
- Wat is eigen aan mijn
spreekopdracht?
- Wie is mijn doelpubliek?
- Heb ik deze spreekopdracht al
eens eerder uitgevoerd?
Inhoud verkennen
- Wat wil ik zeker vertellen?
- Wat is de rode draad?
- Wat is de voorkennis van mijn
publiek?
Uitvoeren
Rekening houden met
- Technische aspecten van
spreken (articulatie/
spreektempo/
spreekvolume)
- Non-verbale taal (houding/
gebaren/ oogcontact)
- aangepaste taalvariëteit
(woorden/ zinsbouw/
uitspraak)
- spreekbriefje/ belangrijkste
inhoud
- structuur
Reflecteren
product
- Is mijn communicatie
geslaagd? Waarom (niet)?
Proces (strategieën)
- Waar liep het fout?
- Wat ging goed/ beter?
- Heb ik voldoende
georiënteerd?
- Heb ik de inhoud voldoende
verkend?
- Hoe verliep het spreken
zelf?
1
Kijkwijzer luisteren
Oriënteren
- Wat is mijn luisterdoel?
- Wat zijn de typische
kenmerken van de tekst
waarnaar ik ga luisteren?
- Wie is de spreker?
- Heb ik al eens eerder naar een
dergelijke tekst geluisterd?
- Wat was mijn werkpunt?
- Wat zijn de evaluatiecriteria?
Inhoud verkennen
- Wat weet ik al over het
onderwerp? (voorkennis)
- Wat wil ik er nog over weten?
Uitvoeren
Rekening houden met
- Concentratie/ gericht
luisteren
- Wat is de kern van de
boodschap?
- Aandacht voor de structuur
van het betoog
o Begin, midden, slot
o Aandacht voor
overzichten
o Aandacht voor
signaalwoorden
o Schema maken
o Noteren van
hoofdpunten
- Gebruik maken van
eventuele visuele
ondersteuning
- Noteren van vragen
- Gerichte vragen stellen
tijdens de luisteropdracht
- Durven doorvragen
-
vragen stellen na de
luisteropdracht
-
kritische houding
Reflecteren
Product
- Heb ik mijn luisterdoel
bereikt? Waarom (niet)?
- Kan ik alsnog mijn notities
aanvullen? Kan ik alsnog
bijsturen?
Proces (strategieën)
- Heb ik voldoende
georiënteerd?
- Heb ik de inhoud voldoende
verkend?
- Wat waren de sterke
punten/ zwakke punten
tijdens het luisteren?
- Wat is mijn werkpunt voor
de volgende opdracht?
Leerinhoud:
leren noteren
vragen leren stellen
OVUR
2
Kijkwijzer lezen
Oriënteren
- Wat is mijn leesdoel?
- Waar kan ik goede bronnen
vinden?
- Wat zijn de typische
kenmerken van de tekst?
- Wat/ Wie is de bron?
- Heb ik al eens eerder zo een
tekst gelezen?
- Wat was mijn werkpunt?
- Wat zijn de evaluatiecriteria?
Inhoud verkennen
- Wat weet ik al over het
onderwerp? (voorkennis)
- Wat wil ik er nog over weten?
- Is deze tekst relevant?
Uitvoeren
Rekening houden met
- Tekststructuur
o inleiding, midden, slot
o hoofd- en bijzaken
o stelling en
argumenten
o structuuraanduiders,
kopjes, titel,
inleiding,
signaalwoorden
- de relevante informatie
-
-
inpassen in de voorkennis
leesstrategie bijsturen
woordenschatstrategieën
toepassen
noteren van belangrijke
informatie, noteren van bronnen
Reflecteren
Product
- Heb ik mijn leesdoel bereikt?
Waarom (niet)?
Proces (strategieën)
- Heb ik voldoende
georiënteerd?
- Heb ik de inhoud voldoende
verkend?
- Wat waren de sterke
punten/ zwakke punten
tijdens het lezen?
- Wat is mijn werkpunt voor
de volgende opdracht?
Taalcompetenties: cursussen verwerken, vaktijdschriften lezen, beoordelen en toegankelijk maken van teksten voor
leerlingen
3
Kijkwijzer schrijven
Oriënteren
- Wat is het schrijfdoel?
- Welk medium kies ik?
- Wat zijn de typische
kenmerken/ vereisten van het
soort tekst dat ik ga schrijven?
− Wie is mijn doelpubliek?
Inhoud verkennen
- Wat is mijn probleemstelling?
- Wat weet ik over het
onderwerp?
- Wat wil ik erover schrijven?
- Wat zijn mijn argumenten?
- Wat zijn mijn gevoelens?
− Wat is de voorkennis van
mijn publiek? (inhoud/
vaktaal/ abstractieniveau)
− Welke bronnen kan ik
raadplegen?
Uitvoeren
Rekening houden met
- Hoofdthema/ rode draad
- Tekststructuur
o inleiding, midden, slot
o hoofd- en bijzaken
o stelling en argumenten
o titel, kopjes, inleiding,
alinea's, signaalwoorden,
structuurmarkeerders
- aangepaste taalvariëteit
- afwisseling in zinsbouw en
woordkeuze
- concreet taalgebruik en
voorbeelden
- spelling
- juiste integratie van bronnen
in de tekst
- juiste integratie van
grafieken en beeldmateriaal
Reflecteren
product
−
−
−
Heb ik mijn doel bereikt?
Is mijn tekst duidelijk
opgebouwd?
Zijn de vragen voor de
lezer beantwoord?
Proces (strategieën)
- Heb ik de inhoud voldoende
verkend?
- Heb ik met mijn publiek
rekening gehouden?
- Heb ik gereviseerd?
- Wat is mijn werkpunt?
Taalcompetenties: communiceren met partners in en buiten de school, werkjes maken, mails schrijven
4
5