Adviezen na operatie bij blaaskanker met vervangblaas

Adviezen na operatie bij blaaskanker met vervangblaas Inleiding U heeft een blaasoperatie gehad en heeft daarbij een vervangblaas gekregen. In het A12 Oncologisch Centrum bent u zo goed mogelijk voorbereid op de situatie thuis en adviezen meegekregen voor thuis. De adviezen staan in deze folder vermeld. Adviezen Het is van groot belang dat u onderstaande adviezen na de operatie opvolgt voor een voorspoedig herstel. Voldoende drinken Er is vocht nodig om afvalstoffen via de nieren af te voeren. Daarom is het goed om dagelijks twee tot twee en een halve liter per dag drinken. (2 liter = 10 glazen of 13 kopjes). U kunt water, sap, melk, limonade, thee of koffie drinken. Eten/Dieet Na de operatie is uw darm iets korter. Dit levert meestal geen probleem op; u hoeft in principe geen speciaal dieet te volgen. Wel adviseren wij u vezelrijk te eten, bijvoorbeeld bruin / volkoren brood en veel fruit. Dit bevordert een regelmatige stoelgang. Alcohol dient u in beperkte mate te gebruiken. Bij de stoelgang is het van belang om niet te hard te persen. In de eerste zes tot acht weken na ontslag uit het ziekenhuis is de kans op een breuk van de buikwand namelijk vergroot. Lichamelijke inspanning Uw darmen, buikwand en urinewegen moeten genezen van de operatie. Dit duurt ongeveer zes weken. Daarom adviseren wij u om het thuis rustig aan te doen. U zult merken dat u nog snel vermoeid bent. Het lichaam geeft vaak het beste aan wanneer de belasting te groot is. Zorg dat u voldoende rust neemt en zich ontspant. Vermoeidheid kan wel drie tot zes maanden aanhouden. Het is raadzaam de eerste zes tot acht weken na ontslag uit het ziekenhuis geen zware lichamelijke arbeid te verrichten. Zwaar tillen, zware huishoudelijke werkzaamheden of sporten, zijn activiteiten die u beter kunt vermijden. U kunt uw activiteiten langzaam opvoeren. Drie weken na de ingreep kunt u weer gaan fietsen zodra de lichamelijke conditie dit toelaat. Autorijden is vanaf twee maanden na de ingreep geen probleem. Verder dient u de eerste zes weken na de operatie geen geslachtsgemeenschap hebben. Pijnmedicatie Als de operatiewond nog gevoelig is, mag u drie keer per dag 1000mg Paracetamol slikken. U kunt deze medicatie afbouwen afhankelijk van de pijn. Bloedverdunnende medicijnen Als u voor de operatie bloedverdunnende medicijnen gebruikte, mag u deze weer gaan gebruiken als uw uroloog dit heeft voorgeschreven. Voordat u naar huis gaat, hoort u van de verpleegkundige wanneer u de bloedverdunnende medicijnen weer moet gebruiken. Het opnieuw leren plassen met de vervangblaas Kort na de operatie kan er een beperkte hoeveelheid urine in de vervangblaas opgeslagen worden. Met de vervangblaas voelt u geen aandrang om te plassen. Als de vervangblaas vol is en niet op tijd wordt geleegd, kan urineverlies ontstaan doordat de blaas ‘overloopt’. Daarom adviseren wij u om elke twee uur te plassen, ook ’s nachts. ’s Nachts kunt u hiervoor de wekker zetten. Na drie tot zes maanden is de capaciteit van de vervangblaas meestal toegenomen tot 300-­‐500 ml. Dan hoeft u ’s nachts mogelijk de wekker niet meer te zetten om te plassen. Het leren legen van de blaas Tijdens de operatie heeft de uroloog een stuk van de darm gebruikt als vervangblaas. Het darmweefsel produceert slijm. Dit is in de urine terug te zien als slijmdraden of -­‐propjes. In het begin kan dit vrij veel zijn, maar in de loop van de tijd neemt dit vaak af. Mede door het slijm lukt het niet altijd om de vervangblaas spontaan te legen. U kunt hierdoor last hebben van ongewild urineverlies (incontinentie). Met name bij hoesten, lachen, tillen en bewegen, maar ook ’s nachts als u slaapt. Meestal verdwijnt deze vorm van incontinentie binnen zes maanden. Wanneer u niet zelf kunt plassen, kunt u met behulp van een slangetje meerdere malen per dag zelf uw blaas legen. De fysiotherapeut en incontinentieverpleegkundige begeleiden u bij het leren legen van de blaas. U begint hiermee na ongeveer twee weken, nadat de blaaskatheter is verwijderd. Een klein percentage van patiënten blijft echter incontinent. Vaak gaat het dan om de lichte vorm van incontinentie. Wanneer dit bij u het geval is, maak dit dan bespreekbaar met uw uroloog. Dan kan hij samen met u kijken wat er eventueel aan gedaan kan worden en hoe u zo min mogelijk last heeft van dit urineverlies in uw dagelijkse leven. Soms is bijvoorbeeld fysiotherapie nodig om de bekkenbodem spieren te verstevigen of juist te leren ontspannen. Contact opnemen In noodgevallen kunt u terecht bij de dichtstbijzijnde Spoedeisende Hulp. Geef daarbij aan dat u bent geopereerd in het A12 Oncologisch Centrum, locatie Antoniushove in Leidschendam. Voor vragen over praktische zaken en wanneer u zich zorgen maakt over lichamelijke verschijnselen kunt u de eerste 48 uur na ontslag uit het A12 Oncologisch Centrum bellen met de afdeling Oncologische Chirurgie: 070 357 44 10 (24 uur per dag bereikbaar). Daarna kunt u contact opnemen met uw casemanager of uw behandelend uroloog via de polikliniek. We adviseren u de eerste 30 dagen na de operatie direct contact op te nemen met uw uroloog als: •
U koorts heeft boven 38,5 ˚C of langer dan 24 uur 38,0˚C. •
U plotseling toenemend kortademig wordt. •
U hevige en/of toenemende buikpijn heeft, die niet vermindert na het innemen van medicijnen tegen de pijn. •
U roodheid of zwelling van de operatiewond heeft die niet eerder aanwezig was, of als er plotseling helderrood bloed of pus uit de wond komt. •
U bloedverlies heeft vanuit de plasbuis of er veel bloed of bloedstolsels bij de ontlasting zitten. •
Het plassen niet meer goed gaat en / of u een sterk verminderde urine productie heeft terwijl u goed drinkt. Uw been rood, dik, gezwollen en / of pijnlijk wordt (dit kan wijze op een verstopping van de diepe afvoerende aderen door gestold bloed; trombose). •
Contact Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen, neem dan gerust contact op met uw casemanager. Deze is tijdens werkdagen telefonisch te bereiken tijdens kantooruren (9.00 – 17.00). Bronovo Maria Schellart Simone van de Leur Tel: 070 312 53 60 Groene Hart Ziekenhuis Anita de Bruijn Pauline Elffers Tel: 0182 50 50 66 Medisch Centrum Haaglanden Annemiek Verheij Gerda Scheffer Tel: 070 330 30 56 (MCH Westeinde) 070 357 43 92 (MCH Antoniushove) E-­‐mail: [email protected] Lotgenotencontact Op de websites van de Vereniging voor mensen met blaaskanker en nierkanker en de Vereniging Nederlandse Kankerbestrijding (KWF) kunt u meer informatie vinden over contact met lotgenoten. Het kan zijn dat u tijdens de periode van onderzoek en behandeling, maar ook daarna behoefte heeft aan contact met medepatiënten. Mogelijk heeft u er baat bij uw angst en verdriet te kunnen delen met lotgenoten. Ook kunnen deze ervaringsdeskundigen u allerlei praktische informatie geven. Voor informatie kunt u terecht bij de onderstaande verenigingen: •
www.kankerpatient.nl/waterloop: Vereniging voor mensen met blaaskanker en nierkanker. •
www.kwf.nl: Vereniging Nederlandse kankerbestrijding. OC0007-­‐2124 juni 2014 De A12 Ziekenhuizen werken samen om u betere zorg te kunnen bieden. Dat doen we door specialistische kennis en ervaring te bundelen. Naast complete zorg in uw eigen ziekenhuis, staan binnen het hele samenwerkingsverband gespecialiseerde behandelteams voor u klaar. U blijft als patiënt altijd nauw betrokken bij de keuzes in uw behandelproces. Zo halen we het beste uit onszelf voor uw gezondheid. Bronovo Bronovolaan 5 2597 AX Den Haag 070 312 41 41 www.bronovo.nl Groene Hart Ziekenhuis Bleulandweg 10 2803 HH Gouda 0182 50 50 50 www.ghz.nl/a12oncologie Medisch Centrum Haaglanden Locatie Westeinde Lijnbaan 32 2512 VA Den Haag 070 330 20 00 Locatie Antoniushove Burgemeester Banninglaan 1 2262 BA Leidschendam 070 357 44 44 www.mchaaglanden.nl/a12oncologie