Verslag Netwerkdag LEC Brandweer BRZO 13 november 2014

Netwerkdag Brandweer BRZO – 13 November 2014
BRZO-inspecteurs en -experts van de overheid kwamen op 13 november bijeen op het IFV
in Arnhem om bij te praten over actuele ontwikkelingen in de industriële veiligheid.
Hoofdingrediënten voor de netwerkdag van het Landelijk Expertisecentrum BrandweerBRZO
waren de Visie 2015-2018, de nieuwe Seveso III richtlijn, veiligheidsmanagementsystemen
en leren van incidenten. Een boeiende wisselwerking tussen theorie en praktijk.
Visie LEC BrandweerBRZO
Walter de Koning van Gemini Consultants beet de spits af met een uiteenzetting van de visie
van het LEC BrandweerBRZO voor de komende jaren. De kernboodschap: De
veiligheidsregio’s hebben hun BRZO-taken al flink geprofessionaliseerd via zes
bovenregionale samenwerkingsverbanden op de schaal van de omgevingsdiensten. Maar nu
is het tijd om ‘door te pakken’ in het licht van nieuwe ontwikkelingen. Want op 1 januari treedt
de nieuwe Wet Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving (VTH) in werking en op 1 juni
wordt de nieuwe Seveso III richtlijn van kracht. Een moment bij uitstek om de rol van de
brandweer in het BRZO-domein te herijken. Kern van de visie is het Actieplan
BrandweerBRZO voor de periode 2015-2018, met als hoofdlijnen:
-
Meer aandacht voor preventie op basis van BBT-documenten;
Verder investeren in deskundigheid en kennis van de samenwerkingsverbanden;
Versterken van de relatie tussen preventie en repressie;
Transparantie in uitvoering van de advies- en toezichttaken;
Landelijk gesprekspartner voor overheid en bedrijfsleven.
De Koning verwacht dat de definitieve visie in maart 2015 wordt aangeboden aan de
directies van de veiligheidsregio’s. De presentatie leidde tot enige reacties uit de zaal. Zoals
een oproep om bij de verdere uitwerking van de visie de vaart erin te houden. De directies
van de veiligheidsregio’s moeten immers tijdig kunnen anticiperen op consequenties in
termen van opleiding en training van BRZO-inspecteurs. Ook waarschuwde een deelnemer
dat de inspecteurs door het brede pakket kennis en vaardigheden waarover zij moeten
beschikken ‘duizendpoten’ dreigen te worden. Het moet wel te behappen blijven. Een
kwestie van het goed organiseren van de benodigde kennis binnen de bovenregionale
BRZO-teams, stelde De Koning.
Walter de Koning: “Kennis en deskundigheid zijn de centrale issues in het actieprogramma.
Wij vinden het essentieel dat in elk BRZO-team mensen zitten met minimaal drie jaar
repressieve ervaring in industriële incidentbestrijding. Zo kunnen we operationele
deskundigheid aan de rechterkant van de veiligheidsketen koppelen aan professioneel
preventieadvies aan de voorkant. Een ander belangrijk punt is transparantie bij de uitvoering
van de advies- en inspectietaken. Voor bedrijven moet helder zijn wat de brandweer precies
eist aan veiligheidsmaatregelen en wat het belang van die maatregelen is. Als je als BRZOexpert niet begrepen wordt, valt het draagvlak voor wat je doet weg.”
Certificatie en managementsystemen
In het programma was er veel aandacht voor normen en veiligheidsmanagementsystemen,
waarborgen voor risicobeheersing in industriële inrichtingen. Hoe kunnen ondernemingen
meetbare veiligheid degelijk in hun bedrijfsvoering verankeren? Een drieluik van sprekers gaf
inzicht.
Dick Hortensius van de NEN-organisatie ging in op de herziening van de NTA 8620-norm,
noodzakelijk vanwege de nieuwe Seveso III-richtlijn. Een breed samengestelde werkgroep
met vertegenwoordigers van de brandweer, de industrie en kennisinstituten boog zich over
de vraag hoe de norm makkelijker toepasbaar kan worden gemaakt in de praktijk van BRZOindustrieën. Conclusie: door aan te sluiten bij bestaande standaarden, in dit geval de nieuwe
High Level-structuur van de NEN. Door deze structuur kan een
veiligheidsmanagementsysteem eenvoudiger worden geïntegreerd in bestaande
managementsystemen van bedrijven. De NTA 8620 als plug-in, met minder inspectie- en
auditlasten tot gevolg.
Frans Stuyt van de Stichting Coördinatie Certificatie Milieu- en Arbomanagementsystemen
(SCCM) haakte op het thema in door de koppeling te leggen tussen veiligheidsmanagement
en certificering. Weerbarstige materie, want een certificaat zegt niet alles. Ter illustratie wees
Stuyt op de casus Odfjell. Hoewel de Rotterdamse terminal een ISO 14001-certificaat
(milieuzorg) had, bracht onderzoek structurele tekortkomingen in de veiligheid aan het licht.
Een falende veiligheidscultuur die niet bij de ISO-audits boven water kwam, omdat ISO
14001 een brede milieuzorgstandaard is, waarin veiligheid slechts een klein aandeel is. Om
de kwaliteit van de veiligheidszorg beter te verankeren in managementsystemen, werkt
SCCM aan een specifiek certificatieschema op basis van de NTA 8620. Daarin staat
omschreven op welke veiligheidsaspecten BRZO-bedrijven dienen te worden geaudit en
over welke specifieke kennis en vaardigheden de BRZO-inspecteurs moeten beschikken.
Als derde spreker over de NTA lichtte Jean Luteijn van Euro Tank Terminal toe hoe deze
onderneming omgaat met de BRZO-verplichting om een veiligheidsmanagementsysteem in
te richten. De opgave: er is een lijvig pakket wet- en regelgeving en kwaliteitsvereisten,
waaraan de branche moet voldoen. Hoe kunnen al die eisen praktisch toepasbaar worden
gemaakt voor de mensen die ermee moeten werken? De oplossing werd gevonden in een
integraal managementsysteem voor de totale bedrijfsvoering, overzichtelijk gerangschikt in
rubrieken voor verschillende bedrijfsprocessen. Elementen uit het
veiligheidsmanagementsysteem zijn op verschillende plaatsen in dit managementsysteem
geïntegreerd.
Luteijn vertelde hoe de prestaties op het gebied van veiligheid, Arbo en milieu meetbaar zijn
gemaakt via Kritieke Prestatie Indicatoren (KPI’s). Implementatie van die KPI’s is best lastig,
omdat het bedrijf niet alles zelf in de hand heeft. Softwareontwikkelaars die
managementsystemen leveren kennen bijvoorbeeld vaak de specifieke vereisten voor de
BRZO niet en dan kunnen de managementprogramma’s niet goed met die prestatieindicatoren overweg. Luteijn benadrukt dat de NTA 8620 houvast kan bieden bij het inrichten
van een veiligheidsmanagementsysteem, maar dat het wel een systeemnorm is, een
instrument en geen doel. Waar het werkelijk om gaat is een goed functionerende
veiligheidscultuur, waarbij thema’s als veiligheidsprocedures, opleiding en training van
medewerkers en het oplossen van incidenten, storingen en lekkages via de Plan-Do-CheckAct cyclus systematisch worden bewaakt en afgehandeld. Die cyclus heeft ETT met zijn
veiligheidsmanagementsysteem ‘gesloten’.
Leren van incidenten
Na het theoretisch kader in het ochtendprogramma verschoof de focus van de netwerkdag
naar de praktijk. Leren van incidenten, daar ging het om bij verschillende casussen die
werden besproken. Tony Heer van de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond en Hans
Buurman van de Gezamenlijke Brandweer namen de deelnemers mee in een incident van
afgelopen zomer. Blikseminslag bij de Maasvlakte Olie Terminal (MOT) veroorzaakte op 11
augustus een serieuze tankrandbrand (rimsealbrand). De casus toonde ondubbelzinnig hoe
belangrijk het is dat bedrijven hun interne veiligheidsvoorzieningen goed voor elkaar hebben.
Want omdat MOT momenteel op alle tanks een nieuw type vaste schuimblusinstallatie
installeert, kon de tankrandbrand binnen een half uur met een minimum aan brandweerinzet
effectief worden geblust. Een leerzame casus voor de brandweer èn het bedrijf. De MOT
versnelt vanwege het bewezen nut de vernieuwing van de blusinstallaties op alle tanks en
rondt dat project eind dit jaar af.
De deelnemers aan de themadag mochten ook zelf met een incidentscenario stoeien in een
virtuele oefenomgeving. De uitdaging voor de BRZO-specialisten was om in de huid van een
bevelvoerder of officier van dienst te kruipen en op basis van beschikbare informatie
operationele beslissingen te nemen. Dat werd puzzelen. Want informatie is in de beginfase
van een incident nooit compleet, dus moet je steeds je plan bijstellen. In dit
programmaonderdeel konden de deelnemers ook hun feitelijke kennis testen door
‘examenvragen’ te beantwoorden via elektronische stemkastjes.
Mijndert van Nimwegen van de Gezamenlijke Brandweer belichtte vanuit het perspectief van
de officier van dienst elf daadwerkelijke incidenten in het verzorgingsgebied van de
Gezamenlijke Brandweer in 2013 en 2014. Leerzaam om te horen wat operationele
beslissers in dit dynamische gebied allemaal voor hun kiezen krijgen. Een lekkende
zwavelzuurleiding, brand op een booreiland in een dok, een omgevallen containerkraan...
Een lus naar het ochtendprogramma, waar het belang van koppeling tussen preventie en
repressie werd benadrukt. Want voor operationele beslissers is het noodzakelijk te weten
wat een bedrijf vooraf aan risicobeheersing heeft gedaan.
Van Nimwegen: “De repressieve praktijk bewijst dat preventieve veiligheid werkt. Een stevig
inspectie- en controleregime verkleint het aantal incidenten en beperkt de effecten. En als ik
tijdens een incident situaties tegenkom waaruit blijkt dat een bedrijf steken heeft laten vallen
in de preventieve veiligheid, dan schroom ik niet om de vergunningverlener ter plaatse te
laten komen. De taakvelden risicobeheersing en repressie hebben elkaar nodig en hebben
veel informatie met elkaar te delen. In het belang van de veiligheid in dit risicovolle gebied.”
Samenvattend: een boeiende en geslaagde netwerkdag, waar door de deelnemers actief
werd bijgedragen aan de discussie over een verdere upgrade van de rol van de brandweer in
het BRZO-veiligheidsbeleid. Walter Reurink trad tijdens de bijeenkomst voor de laatste keer
op als dagvoorzitter. Vanwege een nieuwe job legt hij ook zijn functie als
programmamanager van het LEC BrandweerBRZO neer. Bij de volgende netwerkdag in
maart 2015 zal Erwin de Bruin, hoofd Industriële Veiligheid bij de Veiligheidsregio
Rotterdam-Rijnmond, het stokje van Reurink overnemen.