20140909_Reactie_VBV_op_recente_nieuwsberichten

Vakvereniging Brandweer Vrijwilligers (VBV)
Veiligheidsregio’s bezuinigen veiligheid weg.
De gewone burger zal er weinig van hebben opgemerkt, de gemiddelde brandweermens werkte het op
de lachspieren en de vakinhoudelijk deskundigen bij de brandweer haalden hun schouders op en
1
wendden zich meewarig af van zoveel onkunde: Twee nieuwsberichten uit de veiligheidsregio’s Zeeland
2
en Flevoland over de inzet van de brandweer.
In Zeeland gooide Jan Lonink, burgemeester van Terneuzen, hoge ogen met zijn uitlatingen over de
sluiting van brandweerkazernes en de inzet van brandweerploegen van maar 2 personen. In Flevoland
haalde commandant Gerrit Spruit het sprookje van het bijbouwen van kazernes weer van stal om de
wettelijke opkomsttijden van de brandweer te kunnen halen.
Toeval? Waarschijnlijk niet. De VBV herkent hier de dilemma’s waar de besturen van de
veiligheidsregio’s mee tobben. Namelijk bezuinigen en voldoen aan de wettelijke opkomsttijden. Bij dhr.
Lonink is bezuinigen waarschijnlijk de doelstelling. Dhr. Spruit heeft grote moeite om te kunnen voldoen
aan wettelijke eisen op het gebied van brandweerzorg. Hun bedoeling is voor ons duidelijk; weg met de
wettelijke kaders voor opkomsttijden en voertuigbezettingen. Als dat niet lukt met vakinhoudelijk juiste
argumenten dan maar met argumenten die volledig uit de lucht zijn gegrepen. Het is voor de VBV
uitermate verontrustend dat prominente functionarissen door deze uitspraken politieke belangen boven
de veiligheid van de burger en brandweerlieden stellen.
De grote brand aan de Kelders in de binnenstad van Leeuwarden toont aan dat de kennis van de actuele
bouwkundige staat op het gebied van brandveiligheid van panden, volstrekt ontoereikend is. Terwijl
Brandweer Nederland aangeeft dat een brand beperkt dient te blijven tot één compartiment, valt er bij
deze brand twee brandcompartimenten verder een slachtoffer terwijl deze in theorie 40 minuten de tijd
had moeten hebben om te vluchten uit zijn appartement.
Drie overheidsinspecties concluderen samen dat de absolute ondergrens voor brandveiligheid
bestaande bouwwerken vaak niet wordt gehaald. De gemeente Leeuwarden had dat in 2007
geconstateerd en sprak haar zorg uit dat een deel van de geconstateerde tekortkomingen in
gemeente zou kunnen leiden tot moeilijk beheersbare branden. Echter, een dergelijk brand in
binnenstad van Leeuwarden is niet opgenomen in het brandrisicoprofiel van 27 maart 2013 van
veiligheidsregio Friesland. Wij vragen ons af of dat in Zeeland en Flevoland aantoonbaar anders is.
in
al
de
de
de
Los daarvan, geven de actuele brandweerstatistieken geen enkele aanleiding tot het verminderen van de
slagkracht van de brandweer. Integendeel; in 2013 werden op het gebied van brandschades
verschillende records gebroken en ziet de brandveiligheid in de studentenhuisvesting, de zorgcomplexen
en de zelfredzaamheid van ouderen in onze samenleving er ook niet bepaald rooskleurig uit.
Kortom; alle signalen duiden op risico’s die vragen om snel én adequaat ingrijpen van de brandweer. Dé
organisatie waarvan de burger verwacht dat deze professioneel ingrijpt als alle veiligheidsbarrières
hebben gefaald. De brandweer doet dat graag snel, vakkundig en zo veilig als mogelijk. Wie zegt dat dit
met een brandweerploeg van 2 personen kan, geeft in onze ogen aan niet veel op te hebben met de
veiligheid van burgers en brandweerlieden. Daarnaast zou dhr. Lonink zich moeten afvragen hoe hij met
ploegen van 2 personen een Moerdijk scenario (1 of 2) in zijn eigen gemeente Terneuzen wil aanpakken
of andere rampen het hoofd wil bieden.
Dhr. Spruit willen wij adviseren zich eerst eens te verdiepen in de wettelijke kaders en de totstandkoming
ervan, voordat je met kletskoek verhalen vraagt om het afschaffen van normen voor opkomsttijden en
zelfs zo ver gaat om het product van de Nederlandse wetgever als slecht te typeren, alleen omdat deze
hem blijkbaar zelf niet goed uitkomen. Ronduit schokkend is dat Spruit burgers die langer dan drie
1
Vakvereniging Brandweer Vrijwilligers (VBV)
minuten in een brandend pand zitten, als kansloos wegzet. De dagelijkse praktijk en de CBS statistieken
geven een volstrekt ander beeld.
Zoals de VBV al vaker heeft opgemerkt, zijn de opkomsttijden van de brandweer maar voor een deel
maatgevend voor het verloop van een incident. Echter, burgers ontlenen hun gevoel van (brand)veiligheid
aan de wetenschap dat de brandweer snel aanwezig is als dat nodig is. Onafhankelijk wetenschappelijk
onderzoek is nodig om de gehele samenhang tussen brandveiligheid en brandweerzorg te kunnen
bepalen en daar goed onderbouwde uitspraken over te kunnen doen. Zo’n onderzoek moet nog
plaatsvinden.
Tenslotte vragen wij ons af wat beide functionarissen de afgelopen jaren hebben gedaan met de
conclusies uit de vele rapporten van de Inspectie VenJ en de Onderzoeksraad Voor Veiligheid. De
meeste rapporten (n.a.v. rampen en ongevallen) gaan over (een gebrek aan) risicoperceptie. Daar zijn
evenzovele en heel duidelijke aanbevelingen uitgerold - zoals o.a. de benodigde slagkracht bij kwetsbare
objecten - die kennelijk nu ineens niet meer zo belangrijk worden geacht door Lonink en Spruit.
3
Het Inspectierapport n.a.v. een dodelijke brand in Harderwijk geeft aanbevelingen over de ‘span of
control’ bij maatgevende branden. Wij stelden de vraag; als men twee extra manschappen niet kan
overzien, wie kan dan de inzet van 2 manschappen met een bestelbus en voor 3,5 minuut water, die de
‘eerste vijf minuten’ alleen moeten overbruggen, overzien? En dat ook nog eens veilig noemen? Zelfs na
de overwegingen van de commissie Oosting betreffende de onderbezetting van de eerste eenheden bij
de inzet bij de vuurwerkramp in Enschede? Een antwoord op onze vraag hebben we tot dusver nog niet
gekregen.
Vervolgens is de brandweer in ons land al sinds 2004 aan het ‘experimenteren’ met Variabele
Voertuigbezetting maar hebben wij nog steeds geen objectieve en toetsbare resultaten en evaluaties
gezien, laat staan eenduidige opleidingen en toets criteria voor het personeel. De veiligheidsregio’s
‘experimenteren’ er dus vrolijk en ongehinderd op los, bedenken eigen opleidingsnormen en delen aan
alle geslaagde cursisten vrolijk gekleurde certificaten uit voor getoonde prestaties die nergens
beschreven staan, althans niet in de wettelijke bepalingen.
In een poging om als bestuur/werkgever buiten schot te blijven, wijst een enkele regio de medewerkers
dan ook nog even heel fijntjes op de eigen verantwoordelijkheid voor ‘disfunctioneel’ handelen. Dit voor
het geval er iets mis mocht gaan bij de uitvoering van al deze “innovatieve” ideeën. Het Instituut Fysieke
Veiligheid (IFV), het nationale kennisinstituut van de brandweer, lijkt door onderlinge verdeeldheid niet
met passende oplossingen en antwoorden te kunnen komen.
De VBV heeft heldere ideeën over de inrichting van de brandweerzorg en eventuele bezuinigingen. Onze
4
adviezen zijn tot dusver zorgvuldig en met groot draagvlak tot stand gebracht en blijken verrassend
nauwkeurig. Wij zijn dan ook graag bereid om onze kennis en ervaring in te zetten. Wij kunnen
beschikken over een breed netwerk van experts in het brandweerveld en in andere vakgebieden. Als het
gaat over aanpassingen in de wet dient dat uitsluitend gebaseerd te zijn op onafhankelijk
wetenschappelijk onderzoek en niet op roeptoeterende functionarissen.
1
http://www.omroepzeeland.nl/nieuws/2014-09-04/733491/vrz-bevestigt-sluiting-negen-brandweerposten#.VAj5zfl_uSr
http://www.omroepflevoland.nl/nieuws/116042/flevoland-commandant-te-laat-bij-brand-accepteren
3
http://www.nbdc.nl/cms/show/id=432669
4
O.a. onze Nota van advies ‘Een veilig Besluit?’: http://www.brandweervrijwilligers.nl/een-veilig-besluit-3/
2
2