News Update Hoge Raad

13 juni 2014
News Update Hoge Raad
Wilt u zich inschrijven voor wekelijkse ontvangst van onze nieuwsbrief? Klik dan hier.
De belangrijkste uitspraken van deze week
CIVIEL
Taken onderzoeker in enquêteprocedure
In het kader van het onderzoek naar Greenchoice zijn de personen die indirect bestuurder zijn geweest
van Greenchoice gehoord door de onderzoeker. Energie Concurrent, de door de OK ge schorste
formele bestuurder van Greenchoice, verzoekt de OK te bevelen dat de onderzoeker aan Energie
Concurrent kopieën verstrekt van de bandopnames van de interviews met de voormalige indirecte
bestuurders en dat de onderzoeker de gespreksverslagen aanpast aan het commentaar dat Energie
Concurrent naar aanleiding van die opnames heeft. De OK wijst het verzoek af. De HR bevestigt die
uitspraak omdat dergelijke verplichtingen niet voortvloeien uit de wettelijke taak en bevoegdheden van
een onderzoeker of uit de van hem te verlangen zorgvuldigheid. Bovendien is het niet aan Energie
Concurrent maar aan de gehoorde personen om desgewenst opmerkingen te maken naar aanleiding
van de vastlegging van hun eigen verklaring.
Direct naar de uitspraak
CIVIEL
Ook recht op vergoeding incassokosten als na ‘veertiendagenbrief’ geen
incassohandelingen zijn verricht
Sinds 1 juli 2012 is de vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten die zijn gemaakt voor de
invordering van contractuele geldschulden gefixeerd op een percentage van de hoofdsom. De HR
beslist in antwoord op een aan hem gestelde prejudiciële vraag dat een schuldeiser ook aanspraak kan
maken op die gefixeerde vergoeding indien hij na het zenden van de brief waarin een consument schuldenaar een laatste termijn van veertien dagen wordt gegeven om de geldschuld te voldoen, geen
verdere incassohandelingen heeft verricht.
105/6634944.1
Direct naar de uitspraak
Deze nieuwsbrief is een uitgave van Houthoff Buruma en is bedoeld als service aan cliënten en kantoorgenoten. De informatie in deze uitgave is van algemene aard en
mag niet worden opgevat als juridisch advies. Desgewenst verstrekken wij over de behandelde onderwerpen graag aanvullende informatie of een juridisch advies.
Houthoff Buruma heeft het auteursrecht op deze uitgave alsmede op alle daarin geplaatste artikelen. Na onze voorafgaande toestemming, en met bronvermelding en
vermelding auteursrecht Houthoff Buruma, kunnen bepaalde artikelen echter opnieuw worden gepubliceerd.
13 juni 2014
News Update Hoge Raad
CIVIEL
Prejudiciële vraag: kwalificatie verkrijging telefoon bij
telefoonabonnement
Hoe dient de verkrijging om niet van een mobiele telefoon bij een telefoonabonnement van een
consument te worden gekwalificeerd? Op deze aan hem gestelde prejudiciële vraag antwoordt de HR
dat in beginsel sprake is van koop op afbetaling als bedoeld in art. 7A:1576 BW. Wanneer het
abonnement is afgesloten vóór 25 mei 2011 dan geldt bovendien dat in beginsel sprake is van een
krediettransactie als bedoeld in art. 1 (oud) Wck. Is het abonnement daarentegen op of na 25 mei 2011
gesloten dan geldt dat in beginsel sprake is van een kredietovereenkomst als bedoeld in art. 7:57 lid 1
BW.
Direct naar de uitspraak
STRAF
Enkel voorlezen tekst volstaat voor valselijk opmaken
Verdachte en medeverdachte stellen als grap een persbericht op dat in strijd met de waarheid vermeldt
dat Versatel overnamegesprekken voert met Deutsche Telecom. Zij passen een bestaa nd persbericht
aan door “Belgacom” te veranderen in “Deutsche Telecom”. De aangepaste tekst printen zij uit. In een
hostel nemen zij samen plaats achter een pc. Terwijl verdachte de tekst voorleest, typt de
medeverdachte deze uit. Zij versturen het bericht 18 keer per e-mail aan diverse media, die ter zake
berichten. Het Hof veroordeelt verdachte als pleger voor het valselijk opmaken van het persbericht. De
HR verwerpt het beroep: verdachte kan worden aangemerkt als iemand die het persbericht (zelf) heeft
opgemaakt en daarmee valsheid in geschrift heeft gepleegd.
Direct naar de uitspraak
FISCAAL
Prejudiciële vragen over bewijs van aankomst goederen bij
onregelmatige beëindiging douaneregeling
Ter zake van onder de douaneregeling vervoerde goederen (voedingsmiddelen, bestemd voor VN strijdkrachten buiten Europa) met Bremerhaven en Antwerpen als kantoor van bestemming is niet de
van die kantoren vereiste elektronische terugmelding van ontvangst verkregen terwijl evenmin met
douanedocumenten de aankomst op het kantoor van bestemming is aangetoond. Met andere stukken
heeft belanghebbende wel aangetoond dat de goederen het douanegebied per schip heb ben verlaten.
De HR stelt aan het HvJ EU onder meer de vraag of dat voldoende is om het ontstaan van een
douaneschuld wegens onttrekking aan douanetoezicht te voorkomen.
105/6634944.1
Direct naar de uitspraak
2/3
13 juni 2014
News Update Hoge Raad
Contact
Bart van der Wiel
advocaat-partner
T +31206056111
M +31620250758
E [email protected]
Amsterdam
Alexander van der Voort Maarschalk
advocaat-partner
T +31206056112
M +31651405058
E [email protected]
Amsterdam
Aldo Verbruggen
advocaat-partner
T +31206056163
M +31622992629
E [email protected]
Amsterdam
Het cassatieteam van Houthoff Buruma is tevens bereikbaar via [email protected] of
020-605 6335. Volg ons op twitter: @HouthoffBuruma.
Inschrijven
105/6634944.1
Wilt u graag wekelijks door ons op de hoogte worden gebracht van de belangrijkste uitspraken van de
HR? Klik hier om u in te schrijven voor onze nieuwsbrief.
3/3