Islamophobia and its origins. A study among Dutch youth.

Islamophobia and its origins.
A study among Dutch youth.
H. Dekker & J. van der Noll (2009)
Paper prepared for presentation at the IMISCOE Cross-Cluster Conference:
Interethnic Relations: Multidisciplinary Approaches.
Uit eerder onderzoek bleek dat 51% van de Nederlandse bevolking een negatieve
opinie heeft over de Islam en moslims. De relatie tussen moslims en niet-moslims
vormt een grote politieke uitdaging voor West-Europese landen. Als islamofobie
toeneemt, zal dit volgens de auteurs leiden tot een vicieuze cirkel met ernstige
gevolgen: het tast de sociale en politieke cohesie aan; er zal een toename zijn van
discriminatie, marginalisatie en sociale isolatie van moslims; moslimjongeren zullen
zich sterker buitengesloten en wanhopig voelen waardoor de kans op radicalisering
toeneemt.
De huidige studie onderzoekt hoe islamofobie ontstaat. Er is gebruik gemaakt van
een vragenlijst onder 580 niet-islamitische Nederlanders uit de derde klas van het
voortgezet onderwijs. Islamofobie wordt in deze studie gedefinieerd als een
negatieve houding t.o.v. de islam en moslims.
De volgende factoren blijken belangrijk in het ontstaan van islamofobie:
•
•
•
Direct contact: Meer contact met moslims hangt samen met een positievere
houding t.o.v. de islam en moslims. Echter, dit geldt alleen als het contact
positief wordt geëvalueerd; indien het contact als negatief wordt
geëvalueerd, leidt meer contact niet tot een positievere houding.
De houding van relevante anderen (socialisatieprocessen): uitingen door
ouders, goede vrienden en media kunnen iemands houding t.o.v. de islam en
moslims beïnvloeden.
De kennis, overtuigingen, en emoties die iemand heeft beïnvloeden de
conclusies die hij of zij trekt over de islam en moslims: ervaren bedreiging en
negatieve vooroordelen en stereotypen dragen bij aan islamofobie.
Het onderzoek levert de volgende percentages op:
•
•
•
54% van de respondenten geeft aan een negatieve tot zeer negatieve
houding te hebben t.o.v. de islam en moslims; 40% heeft een positieve
houding
60% heeft zelden of af en toe direct contact met moslims; van hen geeft
68% aan dat zij dit contact als negatief ervaren
slechts 8% heeft vaak direct contact met moslims; van hen die regelmatig of
vaak contact hebben met moslims, ervaart 65% dit contact als positief
ART.1 MIDDEN NEDERLAND | WWW.ART1MN.NL
KAAP HOORNDREEF 42 | 3563 AV | UTRECHT | 030 232 86 66 | [email protected]
K.V.K. UTRECHT: 411.81.560 | BTW NR: NL 0070.91.631.B01 | IBAN: NL 76 RABO 039.46.91.881
•
•
•
•
64% heeft het beeld dat de media negatief is over de islam en moslims; 26%
denkt dat de media neutraal zijn
47% heeft negatieve vooroordelen en stereotype beelden over de islam en
moslims; zij vinden de islam en moslims o.a. agressief, dominant en
vrouwonvriendelijk
44% ervaart vooral negatieve emoties t.o.v. de islam en moslims; zij ervaren
ongemakkelijkheid, woede en angst
25% ervaart de islam, Turken en Marokkanen als bedreigend
ART.1 MIDDEN NEDERLAND | WWW.ART1MN.NL
KAAP HOORNDREEF 42 | 3563 AV | UTRECHT | 030 232 86 66 | [email protected]
K.V.K. UTRECHT: 411.81.560 | BTW NR: NL 0070.91.631.B01 | IBAN: NL 76 RABO 039.46.91.881