(meerjaren)begroting 2015-2020 - Waterschap Peel en Maasvallei

(meerjaren)begroting 2015-2020
"(samen)werken aan water"
<foto volledige pagina>
*2014.24794*
Rapportinformatie
Hoofdtitel............................................................................................ (meerjaren)begroting 2015-2020
Subtitel .......................................................................................................... "(samen)werken aan water"
Rapportnummer: ................................................................................................................... 2014.24794
Versienummer: ................................................................................................................................... 001
Versiedatum: .............................................................................................................. 5 november 2014
Bestuurlijk traject
Behandeling in dagelijks bestuur: ................................................................................. 14 oktober 2014
Behandeling in commissies: .......................................................................................... 29 oktober 2014
Behandeling in algemeen bestuur: ........................................................................... 19 november 2014
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
-2-
Inhoudsopgave
Leeswijzer.............................................................................................................................................. 4 1 Aanbieding van de begroting 2015 ........................................................................................... 6 1.1 Bestuurlijke samenvatting ................................................................................................ 6 1.2 Financiële samenvatting .................................................................................................. 9 2 Begroting 2015 naar kosten en opbrengsten en de financiële positie ............................... 20 2.1 Begroting 2015 naar kosten- en opbrengstensoorten ................................................... 20 2.2 Waterschapsbelastingen ............................................................................................... 29 2.3 Weerstandsvermogen.................................................................................................... 38 2.4 Financieringsparagraaf .................................................................................................. 42 2.5 Risicoparagraaf.............................................................................................................. 45 3 Programma Waterkering .......................................................................................................... 49 3.1 Wat willen we bereiken? ................................................................................................ 49 3.2 Wat gaan we ervoor doen?............................................................................................ 51 3.3 Wat mag het kosten? ..................................................................................................... 56 4 Programma Watersysteem ...................................................................................................... 59 4.1 Wat willen we bereiken? ................................................................................................ 59 4.2 Wat gaan we ervoor doen?............................................................................................ 60 4.3 Wat mag het kosten? ..................................................................................................... 77 5 Programma Vergunningen en handhaving ............................................................................ 81 5.1 Wat willen we bereiken? ................................................................................................ 81 5.2 Wat gaan we ervoor doen?............................................................................................ 82 5.3 Wat mag het kosten? ..................................................................................................... 89 6 7 8 9 10 11 Programma Bestuur, communicatie en veiligheid ................................................................ 92 6.1 Wat willen we bereiken? ................................................................................................ 92 6.2 Wat gaan we ervoor doen?............................................................................................ 94 6.3 Wat mag het kosten? ................................................................................................... 100 Programma Bedrijfsvoering .................................................................................................. 104 7.1 Wat willen we bereiken? .............................................................................................. 104 7.2 Wat gaan we ervoor doen?.......................................................................................... 105 7.3 Wat mag het kosten? ................................................................................................... 111 Programma Concern- / administratieve posten................................................................... 115 Meerjaren investeringsprogramma 2015-2020 .................................................................... 120 9.1 Projecten watersysteem .............................................................................................. 120 9.2 Investeringen 2015-2020 ............................................................................................. 122 9.3 Meerjarige kapitaallastenontwikkeling 2015-2020 ....................................................... 123 Overige paragrafen begroting 2015 ...................................................................................... 126 10.1 Verbonden partijen ...................................................................................................... 126 10.2 Uitgangspunten en normen ......................................................................................... 126 10.3 EMU-saldo ................................................................................................................... 127 10.4 Kostentoerekening ....................................................................................................... 128 Bijlagen .................................................................................................................................... 131 (Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
-3-
Leeswijzer
Voor u ligt de meerjarenbegroting 2015-2020 van Waterschap Peel en Maasvallei. Deze begroting is
opgesteld conform de in de Voorjaarsnota 2014 geschetste kaders, uitgangspunten en inhoudelijke
ontwikkelingen.
Samenvatting
In hoofdstuk 1 vindt u onze visie op deze begroting en de meerjarenraming. Verder geven wij u
samengevat inzicht in de financiële situatie van ons waterschap.
Begroting 2015 naar kosten en opbrengsten
In hoofdstuk 2 brengen wij, conform de wettelijke voorschriften, de begroting naar kostensoorten en
de vermogenspositie van het waterschap in beeld. Het hoofdstuk eindigt met een aantal risico’s, dat
wij op ons af zien komen.
Begroting 2015 naar programma’s
In de hoofdstukken 3 tot en met 7 geven wij per programma weer waar ons waterschap inhoudelijk
voor staat en welke producten en projecten wij in 2015 gaan leveren. Ieder hoofdstuk is op dezelfde
wijze opgebouwd.

Als eerste schetsen wij een beeld van wat wij als waterschap willen bereiken. U vindt onze
visie en de beoogde effecten die wij maatschappelijk gezien willen bereiken.

Vervolgens geven wij aan welke concrete producten en projecten wij in 2015 willen gaan
realiseren.

Tot slot maken wij inzichtelijk welke kosten gepaard gaan met de uitvoering van ons werk en
geven wij inzicht in de meerjarige kostenontwikkeling die wij verwachten.
Op deze manier krijgt u een transparant beeld van de wijze waarop en de middelen waarmee wij onze
doelen realiseren. Het programma opgenomen in hoofdstuk 8 geeft alle lasten en baten van het
waterschap weer, die niet direct in verband kunnen worden gebracht met de programma’s beschreven
in hoofdstuk 3 tot en met 7.
Investeringsprogramma
Per programma is een overzicht opgenomen van de geplande investeringen in de periode 2015-2020.
Wij hebben een groot aantal projecten onder handen om onze waterkeringen en ons watersysteem op
orde te brengen. Dit hoofdstuk vat alle investeringen opgenomen in de begroting nog eens samen.
Verplichte paragrafen
Hoofdstuk 10 bevat diverse paragrafen die volgens wettelijke voorschriften in de begroting
opgenomen moeten worden en die nog niet in eerdere hoofdstukken aan de orde zijn gekomen.
Bijlagen
Tot slot is er nog een aantal (wettelijk verplichte) bijlagen opgenomen.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
-4-
Aanbieding van de begroting 2015
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
-5-
1 Aanbieding van de begroting 2015
Waterschap Peel en Maasvallei is waterautoriteit in Noord- en Midden-Limburg. Samen met partners
brengen wij, via Nieuw Limburgs Peil, balans in het vasthouden en afvoeren van water, saneren en
herinrichten wij beken, keren wij Maashoogwater en zuiveren wij afvalwater. Onze taak is gericht op
economische dynamiek en een gezonde en veilige leefomgeving.
Ook in 2015 vertaalt ons waterschap deze missie weer in tal van maatregelen. Welke dat zijn en welke
financiële gevolgen ze hebben, kunt u lezen in deze (meerjaren)begroting.
1.1
Bestuurlijke samenvatting
Inleiding
Bij deze bieden wij u de laatste begroting van deze bestuursperiode aan. In de afgelopen
bestuursperiode is er veel werk verzet. Er zijn veel ontwikkelingen geweest in onze taken. We noemen
de dijken, klimaat, Nieuw LimburgsPeil. Wij hebben van uw bestuur de ruimte gekregen om de
uitvoering op deze onderdelen op te pakken. Zonder dat dit heeft geleid tot grote lastenstijgingen.
Aan de vooravond van de verkiezingen en een nieuw tijdperk voor het waterschapsbestel in Limburg
hebben we een begroting waar we allen trots op kunnen zijn. Een begroting die een goed fundament
vormt om invulling te geven aan de wateropgave die er voor ons waterschap ligt. In deze begroting is
géén rekening gehouden met de mogelijke gevolgen van de fusie met Waterschap Roer en Overmaas
per 1 januari 2017. Het meerjarenperspectief is gebaseerd op de huidige situatie.
De voorliggende begroting is het resultaat van de inspanningen van zowel bestuur als ambtelijke
organisatie. Een aantal jaren achtereen constateren we, dat de ter hand genomen strategie werkt.
Een strategie die enerzijds moet leiden tot een krachtige waterschapsorganisatie met ruimte voor
innovatie en ontwikkeling, en anderzijds tot een gematigde toename van de lastendruk voor onze
ingezetenen. Ons inziens slagen we daar al enige jaren in. Tegelijkertijd houden we onze
waterschapsfinanciën structureel op orde. In een tijd waarin de ontwikkelingen elkaar snel opvolgen,
biedt de gekozen koers een houvast voor stabiliteit en continuïteit.
Met waardering voor iedereen die de afgelopen jaren zijn/haar inbreng heeft geleverd, zijn wij
verheugd een (meerjaren)begroting voor te kunnen leggen die voor 2015:

voorziet in een (maatschappelijk) verantwoorde invulling van onze taak en ambitie;

leidt tot een gelijkblijvende belastingdruk in ons gebied vergeleken met 2014;

kan bijdragen aan het economisch herstel van onze regio;

maatschappelijk en politiek-bestuurlijk verantwoord is;

recht doet aan de uitgangspunten van het Bestuursakkoord Water; en

past binnen de afgesproken koers en kaders.
Tegelijkertijd willen we met het optimisme op langere termijn wat voorzichtiger zijn en in het
perspectief plaatsen van de ontwikkelingen en opdrachten die we op ons af zien komen.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
-6-
Ontwikkelingen in de zuiveringstaak
Ofschoon de waterzuiveringstaak in financiële zin onze grootste taak is, heeft vooral de
(kosten)ontwikkeling in de watersysteemtaak onze aandacht. De waterzuiveringstaak laat mede door
technische innovaties en vergaande samenwerking met partners in de afvalwaterketen, een redelijk
stabiel beeld zien met de afgelopen jaren zelfs een dalende trend. De daling van de kosten voor het
zuiveren van afvalwater en daarmee het belastingtarief voor de zuiveringsheffing in 2015, is hiervan
het gevolg.
Ontwikkelingen in de watersysteemtaak
De watersysteemtaak zal naar onze mening een steeds prominentere positie in gaan nemen binnen
ons ‘all-in’ waterschap. Qua taak en in het verlengde daarvan als kostengenerator. We zijn als
waterschap nog tal van (beleids)terreinen aan het verkennen om er achter te komen hoe groot onze
opdracht nu precies is en wat dat betekent voor onze omgeving en ons waterschap. We noemen als
voorbeeld de dossiers op het gebied van de aanleg en onderhoud van waterkeringen (kabels en
leidingen, groene en grijze dijken) en het aanpassen van ons watersysteem op het veranderende
klimaat. Een en ander ook in relatie met het visie document ‘Water in beweging’, visie op het
waterbeheer in Limburg 2020. Voor de uitvoeringsmaatregelen die uit onze opdracht volgen moeten
middelen vrijgemaakt worden om deze ook daadwerkelijk uit te kunnen voeren. Hoeveel en wanneer?
Daar kunnen we op dit moment geen antwoord op geven omdat we nog in de verkenningsfase zitten.
Omdat er op dit moment meer vragen dan antwoorden zijn, hebben we met de mogelijke structurele
gevolgen of een voorschot daarop, geen rekening gehouden in deze (meerjaren)begroting. Dat leek
ons niet de juiste weg. Naar onze mening zal de spanning toenemen tussen ambitie, taakuitvoering en
beheersing van de watersysteemkosten. Dit is waarom wij op langere termijn dan ook wat minder
optimistisch zijn.
Omdat wij voor de geduide ontwikkelingen geen middelen vooraf ramen, vragen wij u enige ruimte in
de begrotingsuitvoering. Dit om in te kunnen spelen op mogelijke kansen en uitdagingen die in de
dynamiek van alledag ontstaan. Deze ‘ruimte’ houdt in dat het nodig kan zijn vooruitlopend op de
structurele invulling van beleid, incidenteel een budget te overschrijden. In wezen is dit niets nieuws
maar een herbevestiging van gemaakte afspraken. De structurele invulling van beleid in relatie tot een
maatschappelijke verantwoorde lastenontwikkeling, is en blijft ter overweging van uw bestuur en zullen
wij u ook voorleggen.
Één waterschap in Limburg
Provinciale Staten van Limburg hebben 4 juli 2014 besloten dat de beide waterschappen per 1 januari
2017 fuseren tot een waterschap Limburg. Dit besluit ligt ter goedkeuring voor bij de minister. In het
2DB-overleg van 23 september 2014 is de intentie uitgesproken om op 1 januari 2017 te beschikken
over een geïntegreerde crisisorganisatie, een geïntegreerde informatievoorziening en een geïntegreerd HRM. Om dit te bereiken, achten wij het noodzakelijk om nog in 2014 te starten met het
voorbereiden van de integratie van de crisisorganisatie, de informatievoorziening en het human
resource management van de nieuwe organisatie. Het proces van voorbereiden en neerzetten van
een nieuwe organisatie op deze onderdelen legt beslag op de bestaande capaciteit van medewerkers
en op nog niet begrote middelen. Om de reguliere bedrijfsvoering niet te schaden zal de inzet van
mensen en middelen vergroot moeten worden. Het voorstel voor het opstellen van een businesscase,
waarin de doelen en benodigde middelen voor het realiseren van een geïntegreerde crisisorganisatie,
informatievoorziening en HRM in beeld gebracht worden is inmiddels besproken in de stuurgroep (de
twee dagelijkse besturen) en kan in opdracht van de twee kwartiermakers worden uitgevoerd.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
-7-
Beperkte kostengroei 2015
De toename van de kosten 2015 ten opzichte van de oorspronkelijke begroting 2014 is beperkt tot
0,56%. Dit is inclusief de invulling van de voorstellen en ontwikkelingen op de watersysteemtaak
genoemd in de Voorjaarsnota 2013 met tevens een verruiming van incidenteel beschikbare middelen.
Veruit het grootste gedeelte van zeer matige kostenstijging is het gevolg van een gunstigere
kostenontwikkeling op de zuiveringstaak.
Gelijke belastingdruk 2015 en gematigde toename 2016 en verder
In het Bestuursakkoord Water is de wens uitgesproken om de lokale lasten gematigd te laten stijgen
zonder exact aan te geven wat onder 'gematigd' wordt verstaan. Gelet op de opdracht waarvoor de
waterschappen aan de lat staan en de te realiseren besparingen in de afvalwaterketen, zijn landelijk
afspraken gemaakt over wat een 'gematigde' lastenontwikkeling is. Die afspraken komen er voor de
waterschappen op neer dat de totale belastingopbrengsten (watersysteem- en zuiveringsheffing) in de
periode 2010 t/m 2020 niet meer dan 2,7% per jaar (exclusief inflatie) mogen stijgen. Op basis van de
voorliggende begroting en ons voorstel blijft het totale belastingvolume in 2015 gelijk ten opzichte van
2014. We willen er voor de beeldvorming nog op wijzen dat stijging van het belastingvolume niet
hetzelfde is als tariefstijging. In paragraaf 2.2 van deze begroting zijn een aantal uitgewerkte
rekenvoorbeelden opgenomen waaruit blijkt wat een en ander betekent voor de
lastendrukontwikkeling 2015 in specifieke situaties.
Voorstel
Gelet op voortzetting van de afgesproken koers en het voeren van een verantwoord strategisch
financieel beleid van ons waterschap, stellen wij voor de voorliggende begroting inclusief het
dekkingsvoorstel 2015, overeenkomstig ons voorstel vast te stellen.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
-8-
1.2
1.2.1
Financiële samenvatting
De meerjarenraming 2015-2020
De meerjarenraming is de belangrijkste indicator om inzicht te krijgen in de ontwikkeling in de jaren
(trend) van de structurele lasten ten opzichte van de structurele baten (de meerjarige Verlies en
Winstrekening). De meerjarenraming is geen exacte wetenschap maar is wel een goed instrument om
de vinger aan de pols te houden en toetsen of we nog op de afgesproken koers liggen. De
meerjarenraming is wel een dynamisch instrument. Het financieel beeld van ons waterschap wordt
continu positief en negatief beïnvloedt door allerlei ontwikkelingen omdat we niet alles (kunnen)
voorzien. Maar door onze eigen strategie en dynamiek kunnen we de meeste ontwikkelingen het
hoofd bieden en inpassen.
De wetgever schrijft voor dat er sprake moet zijn van een structureel sluitende meerjarenraming
(structurele exploitatielasten = structurele exploitatiebaten) en, als dat niet zo is, moeten we aangeven
hoe we denken het evenwicht te herstellen. De provincie heeft in dit verband een toezichthoudende
taak.
Voorjaarsnota 2014
Op basis van de gemaakte afspraken en uitgezette financiële koers bij de begroting 2012/2013 en de
voorjaarsnota 2014 kwamen we tot de volgende ontwikkeling van het belastingvolume ter dekking van
de structurele kosten. Voor de duidelijkheid: met belastingvolume wordt niet bedoeld het tarief. Het
belastingvolume is onderdeel van het dekkingsplan van de begroting dat tezamen met toepassing van
de kostentoedelingsverordening leidt tot een bepaald belastingtarief om de dekking van de begroting
te waarborgen.
Structurele kosten te dekken uit belastingvolum e (x € 1.000)
2014
2015
2016
2017
2018
2019
2020
Zuiveringstaak
28.105
28.105
28.355
28.607
28.863
29.120
29.379
% stijging zuiveringstaak t.o.v. voorgaande jaar
-1,17%
0,00%
0,89%
0,89%
0,89%
0,89%
0,89%
Watersysteemtaak
25.801
27.024
27.650
28.663
29.668
p.m.
p.m.
% stijging w atersysteemtaak t.o.v. voorgaande jaar
4,48%
4,74%
2,32%
3,66%
3,51%
p.m.
p.m.
Structureel te dekken kosten/belastingvolume 2013-2018
53.906
55.129
56.005
57.270
58.531
p.m.
p.m.
% stijging t.o.v. voorgaande jaar
1,46%
2,27%
1,59%
2,26%
2,20%
p.m .
p.m .
Op grond van de Meerjarenbegroting 2014-2018 en de Voorjaarsnota 2014 voorspelden we dat het
totale belastingvolume voor 2015 zou stijgen met ongeveer 2,27 % en dat we uitgaan van een jaarlijks
structureel dekkende begroting. Dit lag ruim binnen de marge (2,7%+inflatie) die op grond van het
Bestuursakkoord door de Unie van Waterschappen is aangegeven en we als ‘meetlat’ hanteren. Wat
de uitkomsten zijn van de ontwerpbegroting op basis van de huidige inzichten, presenteren we in de
onderdelen hierna.
Structureel te dekken kosten actuele meerjarenraming 2015-2020
Uitgangspunt is een jaarlijks structureel sluitende begroting. Enerzijds omdat er dan nog altijd sprake
is van een zeer gematigde lastenontwikkeling en anderzijds omdat die koers een positief effect heeft
op het EMU-saldo van zowel ons individuele waterschap als Nederland als totaal. Uitgaande van een
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
-9-
jaarlijks structureel sluitende begroting met inbegrip van de ontwikkelingen en voorstellen
(Voorjaarsnota 2013) komen we op basis van de huidige inzichten tot het volgende scenario.
Structurele kosten te dekken uit belastingvolum e (x € 1.000)
2014
Zuiveringstaak
28.105
% stijging zuiveringstaak t.o.v. voorgaande jaar
Watersysteem taak
25.801
% stijging w atersysteemtaak t.o.v. voorgaande jaar
Structureel te dekken kosten/belastingvolume 2014-2020
53.906
% stijging t.o.v. voorgaande jaar
2015
2016
2017
2018
2019
2020
27.332
27.605
27.881
28.160
28.441
28.726
-2,75%
1,00%
1,00%
1,00%
1,00%
1,00%
26.574
27.813
28.617
29.729
30.614
31.631
3,00%
4,66%
2,89%
3,89%
2,98%
3,32%
53.906
55.418
56.498
57.889
59.055
60.357
0,00%
2,80%
1,95%
2,46%
2,01%
2,20%
Op basis van de voorjaarsnota gingen we er van uit dat de totale lastendrukstijging in ons gebied tot
en met 2018 met gemiddeld zo'n 1,95% per jaar zou toenemen. Op basis van de huidige inzichten
komen we uit op een toename van zo'n 1,9% per jaar tot en met 2020. De stijging van de totale lasten
voor zowel 2015 als de jaren daarna, ligt ruim binnen de marge die op grond van het Bestuursakkoord
door de Unie van Waterschappen is aangegeven. Grafisch ziet de ontwikkeling eruit als volgt.
Als we de huidige meerjarenperiode in ogenschouw nemen, kunnen we concluderen dat de verwachte
groei van het belastingvolume in ons gebied onder de norm ligt die als een’ gematigde ’lastenontwikkeling’ is geduid. Dit ondanks het feit dat we in 2010 en 2011 nog extra stappen hebben moeten
zetten om onze begroting structureel op orde te brengen (o.a. vanwege taakverzwaringen, wegvallen
dividenduitkering Nederlandse Waterschapsbank, incidentele dekking van structurele kosten omzetten
in structurele dekking).
De meerjarenraming is geen exacte wetenschap maar het is wel een goede indicator op grond
waarvan we financieel de vinger aan de pols houden en toetsen of we nog op de afgesproken koers
liggen. De meerjarenraming is een dynamisch instrument. Het financieel beeld van ons waterschap
wordt continu positief en negatief beïnvloedt door onszelf maar ook door ontwikkelingen in de
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 10 -
buitenwereld. Ook kunnen we niet álles voorzien. Maar door onze eigen strategie en dynamiek
kunnen we de meeste ontwikkelingen het hoofd bieden en inpassen.
Hierna gaan we op hoofdlijn in op de ontwikkelingen naar taak.
Zuiveringstaak
Uw bestuur heeft bij de behandeling van eerdere begrotingen onderschreven dat u zich kunt vinden in
de uitgangspunten van het financiële beleid die wij hanteren als het gaat om de zuiveringsheffing. Die
uitgangpunten zijn:

aan het einde van de planperiode een structureel kostendekkend zuiveringstarief;

aan het einde van de planperiode zo min mogelijk reserves en gedurende de planperiode
alleen reserves opbouwen om het tarief gelijkmatig te kunnen laten stijgen over de jaren;

een gematigde stijging van de zuiveringsheffing om de kostenstijging van het watersysteem te
compenseren.
Onze inzet was het tarief voor de zuiveringsheffing tot en met 2015 gelijk te houden aan het tarief
2012. De kostenontwikkeling van de zuiveringstaak is dermate, dat het verantwoord is het
zuiveringstarief in 2015 te laten dalen. Hiervan profiteren zowel de huishoudens als de bedrijven
hetgeen kan bijdragen aan een positieve impuls in ons gebied. Uitgaande van een structureel
sluitende begroting op de zuiveringstaak zal het belastingvolume stijgen van € 28,1 miljoen in 2014
naar afgerond € 29,9 miljoen in 2024. We refereren aan 2024 omdat de onderliggende planperiode die
we onder andere hanteren in de begroting van het Waterschapsbedrijf Limburg, verder reikt dan de
scope van onze eigen waterschapsbegroting. Deze ontwikkeling is zo'n € 1,0 miljoen lager dan de
ontwikkeling waarmee wij in de begroting 2014-2018 en de voorjaarnota 2014 rekening hadden
gehouden. Deze lagere kostenontwikkeling komt enerzijds door andere toepassing van nieuwe
zuiveringstechnieken door het Waterschapsbedrijf Limburg, en anderzijds en in mindere mate,
vanwege
voordelen
door
nieuwe
toetreders
in
de
gemeenschappelijke
regeling
Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen. Het voorgaande gecombineerd met de inzet
van de tariefegalisatiereserve zuiveringsheffing (mede ter afdekking van risico's), zouden we in 2024
een structureel sluitende begroting kunnen bereiken door het belastingvolume van de
zuiveringsheffing in de periode 2016-2024 jaarlijks met 1% te laten stijgen. Ook hebben we rekening
gehouden met de inzet van de bestemmingsreserve tariefegalisatie zuiveringsheffing om de kosten
van de verlenging van de extra verhoging (€ 350.000 per jaar) van het budget voor kwijtschelding te
bekostigen. Dit is verantwoord omdat die reserve voldoende groot is om dat risico af te dekken en we
dan die kosten niet in het belastingtarief hoeven door te berekenen.
Watersysteemtaak
In de voorjaarsnota 2014 gingen we voor 2015 nog uit van een stijging van de te dekken kosten uit
belastingen van 4,74%. Die was onder andere gebaseerd op:

reguliere loon- en prijsinflatie (+2%);

de jaarlijkse HWBP bijdrage (+1%). De jaarlijkse bijdrage neemt toe van € 2,99 miljoen in
2014, naar € 4,13 miljoen in 2015. Hiermee wordt de afgesproken overname en fasering van
gedeeltelijke financiering van het HWBP door de waterschappen (totaal € 181 miljoen per
jaar) voltooid;

uitvoering van projecten herstel watersystemen (+0,85%);

het opzetten/faciliteren van een professionelere dijkwachtorganisatie (+0,5%).
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 11 -
Op basis van de huidige inzichten komen we uit op 3%. Dit komt onder andere door doorgevoerde
kostenverlagingen (bijvoorbeeld als gevolg van digitalisering van processen, ander invulling ICTfunctie), meevallende kostenontwikkelingen (bv lagere sociale lasten, hogere doorberekening aan
taak zuiveringsbeheer) en kostenontwikkelingen die we binnen de huidige begroting afdekken. Een
lager stijgingspercentage voor 2015, brengt met zich mee dat de basis voor de percentages van de
kostenontwikkeling ná 2015 ook weer wijzigen. Zo komt de prognose voor 2016 uit op een stijging van
4,66% terwijl eerder nog werd uitgegaan van 2,32%. Het blijven echter prognoses die continu invloed
van interne en externe ontwikkelingen blijven veranderen. We proberen door de inzet van
instrumenten eventuele extremen (op een verantwoorde) wat af te zwakken en tegelijkertijd een
gelijkmatige groei te realiseren. Die mogelijkheden zullen we ook in relatie tot de ontwikkeling 2016
verkennen.
Meerjarenbegroting 2015-2020
De afgelopen periode hebben we op basis van de meest recente ontwikkelingen de meerjarenraming
opnieuw opgebouwd en aangepast. De dynamiek kan door allerlei ontwikkelingen groot zijn waardoor
aanpassing of bijsturing van het strategisch financieel beleid gewenst of zelfs noodzakelijk is. De
actuele meerjarenraming ziet er uit als volgt:
Meerjarenraming (x € 1.000)
Raming ¹
Raming
(incl. wijz)²
Raming
Raming
Raming
Raming
Raming
Raming
2014
2014
2015
2016
2017
2018
2019
2020
Lasten
P ro gramma Waterkering
P ro gramma Watersysteem
P ro gramma Vergunningen en Handhaving ³
P ro gramma B estuur, co mmunicatie, heffingen en veiligheid
P ro gramma B edrijfsvo ering
P ro gramma Co ncern-/administratieve po sten
To taal lasten (A )
3.306
3.591
3.820
4.133
4.546
5.064
5.496
5.934
14.323
40.152
40.639
42.185
42.078
42.906
44.068
44.328
29.887
4.219
4.140
4.222
4.305
4.390
4.477
4.565
5.050
3.697
4.128
4.304
4.392
4.492
4.562
4.670
0
1.574
1.081
1.114
918
567
447
436
5.299
4.857
4.378
4.580
4.649
4.499
4.423
4.483
57.865
58.090
58.186
60.538
60.888
61.918
63.473
64.416
B aten
P ro gramma Waterkering
P ro gramma Watersysteem
P ro gramma Vergunningen en Handhaving
P ro gramma B estuur, co mmunicatie, heffingen en veiligheid
P ro gramma B edrijfsvo ering
P ro gramma Co ncern-/administratieve po sten
To taal baten (B )
T e de k k e n k o s t e n/ s a ldi m e e rja re nra m ing ( A - B )
0
0
0
0
0
0
0
0
512
434
434
434
434
434
434
434
128
50
128
128
128
128
128
128
722
138
0
0
0
0
0
0
0
584
696
696
696
282
127
111
2.550
2.418
2.418
2.433
2.456
2.479
2.502
2.526
3.702
3.702
3.691
3.714
3.737
3.346
3.215
3.223
5 4 .16 3
5 4 .3 8 8
5 4 .4 9 5
5 6 .8 2 4
5 7 .15 1
5 8 .5 7 2
6 0 .2 5 8
6 1.19 3
Wa a rv a n:
T e de k k e n k o s t e n zuiv e rings t a a k
2 8 .10 5
2 8 .10 5
2 7 .6 8 2
2 8 .8 2 6
2 8 .3 9 5
2 8 .7 2 6
2 9 .5 6 4
2 9 .4 8 3
T e de k k e n k o s t e n wa t e rs ys t e e m t a a k
2 6 .0 5 8
2 6 .2 8 3
2 6 .8 13
2 7 .9 9 8
2 8 .7 5 6
2 9 .8 4 6
3 0 .6 9 4
3 1.7 10
257
482
239
18 5
13 9
117
80
79
0
0
350
1.2 2 1
5 14
566
1.12 3
757
D e k k ing:
D e k k ing uit s pe c if ie k e be s t e m m ings re s e rv e s
D e k k ing uit be s t e m m ings re s e rv e t a rie f s e ga lis a t ie
D e k k ing uit be la s t inge n
5 3 .9 0 6
5 3 .9 0 6
5 3 .9 0 6
5 5 .4 18
5 6 .4 9 8
5 7 .8 8 9
5 9 .0 5 5
6 0 .3 5 7
T o taal
5 4 .16 3
5 4 .3 8 8
5 4 .4 9 5
5 6 .8 2 4
5 7 .15 1
5 8 .5 7 2
6 0 .2 5 8
6 1.19 3
¹
Dit is de raming 2014 volgens de oorspronkelijk vastgestelde begroting 2014 in het algemeen bestuur van 20 november
2013; dus vóór kanteling van de organisatie.
² Dit is de gewijzigde begroting 2014 inclusief de verschuivingen als gevolg van de kanteling van de organisatie.
³ Voor de raming 2014¹ geldt dat dit de raming was voor het programma ‘watersysteem op orde: herstelde watersystemen’.
In de meerjarenraming hebben wij gerekend met een loon- en prijsontwikkeling van 2%. Deze
inschatting vormt een risico in de meerjarenraming. Géén rekening hebben wij gehouden met de
consequenties van de fusie omdat er nog geen duidelijkheid is over de basis waarop die berekening
dan gebaseerd zou moeten worden. Ook is geen rekening gehouden met groei van het areaal. Wél
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 12 -
hebben we rekening gehouden met de structurele en incidentele effecten als gevolg van nieuwe
toetreders tot de Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen per 1 januari 2015.
Daarnaast hebben wij ook rekening gehouden met de meerjarige lasten van het investeringsplan voor
zowel de afschrijvingslasten als de financieringslasten. Hierin begrepen:

een investeringsvolume van € 3 miljoen (netto) per jaar in projecten watersystemen om de
dekking van die investeringen te garanderen en gelijkmatig door te berekenen in de tarieven;

de te betalen jaarlijkse bijdrage aan de uitvoering van het Hoogwaterbeschermingsprogramma
(HWBP), die we aanmerken als een jaarlijkse investering. De bijdrage van ons waterschap
aan het HWBP is het gevolg van het gesloten Bestuursakkoord Water. Een en ander om de
Rijksbegroting structureel met € 181 miljoen te verlichten. Nieuw is, dat we vanaf 2016
rekeninghouden met de jaarlijkse prijsindexatie van de € 181 miljoen. Het verloop van de
bijdrage was/is als volgt: bijdrage 2011-2013 € 1,85 miljoen per jaar, 2014 € 2,99 miljoen
oplopend tot jaarlijks € 4,13 miljoen in 2015. Door de prijsindexatie loopt de bijdrage in 2016
op naar € 4,3 miljoen. Met ingang van 2017 hebben wij ook rekening houden met de invoering
van een eigen projectgebonden bijdrage (€2 miljoen per jaar) waardoor het bedrag volgens
onze huidige berekeningen oploopt tot zo'n € 6,3 à € 6,4 miljoen per jaar. In de vorige
meerjarenraming gingen we nog uit van € 5,3 miljoen;
De te dekken kosten in de periode 2014-2020 lopen op van € 54,16 miljoen in 2014, naar € 61,19
miljoen in 2020 (+ € 7,03 miljoen = + 12,9%). Dat is over de hele periode een jaarlijkse groei van
2,05% per jaar. Dit is op basis van het huidig inzicht. De te dekken structurele lasten nemen volgens
onze verwachting op basis van voortschrijdend inzicht, risico’s en ontwikkelingen die we op ons af zien
komen, eerder toe dan af. Het strategisch financieel beleid dient daarom steeds heroverwogen te
worden.
Te dekken kosten uit belastingen
Om de begroting structureel sluitend te houden zou het totale belastingvolume in ons gebied van
€ 53,91 miljoen in 2014, moeten stijgen naar € 60,36 miljoen in 2020. Dit een stijging van € 6,45
miljoen over een periode van zes jaren. De stijging van de totale lastendruk in ons gebied zou in die
periode daarom uitkomen op 1,9% per jaar. Afgezet tegen de landelijke opvatting over wat een
gematigde stijging is (2,7% + inflatie) voldoen we ruimschoots aan het verwachtingspatroon.
De uitsplitsing van de structureel te dekken kosten vanaf 2015 naar taak, gecorrigeerd voor de
incidentele kosten in de exploitatie die we uit de reserves halen (2015 € 589.000), is als volgt:
Structurele kosten te dekken uit belastingvolum e (x € 1.000)
2014
Zuiveringstaak
28.105
% stijging zuiveringstaak t.o.v. voorgaande jaar
Watersysteem taak
25.801
% stijging w atersysteemtaak t.o.v. voorgaande jaar
Structureel te dekken kosten/belastingvolume 2014-2020
53.906
% stijging t.o.v. voorgaande jaar
2015
2016
2017
2018
2019
2020
27.332
27.605
27.881
28.160
28.441
28.726
-2,75%
1,00%
1,00%
1,00%
1,00%
1,00%
26.574
27.813
28.617
29.729
30.614
31.631
3,00%
4,66%
2,89%
3,89%
2,98%
3,32%
53.906
55.418
56.498
57.889
59.055
60.357
0,00%
2,80%
1,95%
2,46%
2,01%
2,20%
Om de begroting structureel sluitend te houden in 2015 hoeft het totale belastingvolume 2015
(watersysteem- en zuiveringsheffing) ten opzichte van 2014 niet te stijgen. Ook de meerjarige
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 13 -
ontwikkeling van de waterschapslasten voldoet ruim aan het uitgangspunt opgenomen in het
Bestuursakkoord Water.
De kosten, die we structureel dekken uit het belastingvolume van de zuiveringsheffing, dalen met
2,75% ten opzichte van 2014 en zijn met name het gevolg van de uitwerking van de neerwaarts
bijstelling van de structurele netto kosten van het Waterschapsbedrijf. Vanaf 2016 is het nodig om het
belastingvolume voor de zuiveringsheffing jaarlijks met zo'n 1,00% te verhogen. Dit om de begroting
van de zuiveringstaak op termijn (2024) structureel sluitend te houden overeenkomstig de bestuurlijke
uitgangspunten.
1.2.2
Dekkingsplan 2015
Zuiveringstaak
Wij stellen voor het belastingvolume van de zuiveringsheffing 2015 te verlagen van € 28.104.825 in
2014 naar € 27.331.943 in 2015. Dit is een daling van 2,75%. De structurele lasten en baten zijn zo in
evenwicht.
Watersysteemtaak
In 2011 en 2012 heeft uw algemeen bestuur een solide financiële basis gelegd voor de ambitie en
taakuitvoering van het waterschap. Om onze begroting op orde te houden, stellen we voor het
belastingvolume voor de watersysteemtaak te laten groeien van € 25.800.871 in 2014 naar
€ 26.573.753 in 2015. Dit is een stijging van 3,00%. Hierdoor blijft onze begroting structureel in
evenwicht.
Samenvatting dekkingsvoorstel begroting 2015
Op grond van het voorgaande stellen wij voor:

het belastingvolume 2015 voor de zuiveringsheffing vast te stellen op € 27.331.943;

het belastingvolume 2015 voor de watersysteemheffing vast te stellen op € 26.573.753;

de resterende nog niet gedekte incidentele kosten watersysteem (€ 239.369), te halen uit de
specifiek daarvoor gevormde bestemmingsreserves. Een en ander overeenkomstig in het
verleden genomen besluiten;

de tijdelijke verhoging van het kwijtscheldingsbudget zuiveringsheffing te verlengen en het
bedrag (€ 350.000) te dekken uit de bestemmingsreserve tariefegalisatie zuiveringsheffing.
Het totale belastingvolume 2015 (zuiverings- en watersysteemheffing) komt hiermee op € 53.905.696
en is gelijk aan het belastingvolume 2014. Wat dit betekent voor de tarieven en voor de belastingdruk,
is uitgewerkt in paragraaf 2.2 'Waterschapsbelastingen'.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 14 -
1.2.3
De begroting van kosten- en opbrengstensoorten 2015
Kostensoorten: de lasten (x € 1.000)
Cat.
Rekening
Begroting
2013
2014
Begroting
(incl. wijz)
2014
Begroting
2015
Lasten
41 To taal rente en afschrijvingen
42 To taal perso neelslasten
43 To taal go ederen en diensten derden
43a To taal go ederen en diensten WB L en B sGW
44 To taal bijdrage aan derden
Opbrengstsoorten: de baten (x € 1.000)
Cat.
7.355
7.176
7.775
13.455
13.735
13.686
7.989
7.416
8.131
7.824
25.947
27.351
27.351
26.796
86
280
280
281
1.010
2.007
1.583
1.824
54.764
57.864
58.256
58.186
Rekening
Begroting
Begroting
2013
2014
Begroting
(incl. wijz)
2014
45 To taal to evo egingen aan vo o rzieningen / o nvo o rzien
Totaal Lasten
5.430
14.302
2015
Baten
81
To taal financiële baten
801
842
1.009
864
82
To taal perso nele baten
168
0
0
0
83
To taal go ederen en diensten aan derden
2.736
1.146
1.146
1.257
84
To taal bijdragen van derden
137
0
0
0
85
To taal waterschapsbelastingen
52.420
53.609
53.609
53.538
86
To taal interne verrekeningen
2.333
2.010
2.010
1.938
58.595
3.831
57.607
-257
257
0
57.774
-482
482
0
57.597
-589
589
0
Totaal Baten
Saldo baten minus lasten/te dekken kosten
Dekking uit specifieke bestemmingsreserves
Dekking exploitatiesaldo uit overige reserves
De totale lasten 2015 stijgen ten opzichte van de (primitieve) begroting 2014 met € 322.000 (0,56%).
De stijging is beperkt en het gevolg van::

een stijging van de kapitaallasten (€ 420.000) als gevolg van uitvoering van het investeringsplan. Inbegrepen de (verhoging van de) bijdrage aan het Hoogwaterbeschermingsprogramma
2015;

een stijging van de totale personeelslasten met per saldo € 231.000. Dit is enerzijds het
gevolg van de doorberekening van de verwachte 2% indexering en versterking van een aantal
onderdelen in onze organisatie. Anderzijds zijn op dit onderdeel budgetten komen te vervallen
door een andere invulling van de ICT functie en de rechtstreekse verantwoording van
pensioen-/wachtverplichtingen ten laste van daarvoor gevormde voorziening;

een stijging van de kosten van goederen en diensten geleverd door derden met € 408.000.
Een bedrag van € 155.000 heeft betrekking op de regulier doorgerekende prijsinflatie 2015
(2%). Daarnaast zijn door de andere invulling van de ICT-functie een aantal budgetten binnen
de waterschapsbegroting hergroepeerd waardoor op dit onderdeel de ICT/GIS budgetten met
€ 144.000 zijn verhoogd. Hier ligt een relatie met het vervallen van een budget van € 100.000
personeel derden op het vorige onderdeel. Daarnaast zijn een aantal posten structureel
verhoogd vanwege verhoging budgetten overeenkomstig eerdere besluitvorming van uw
bestuur (benzine en diesel € 45.000, recreatief medegebruik € 24.000, onderhoudskosten
gebouwen € 81.000). Daarnaast zijn door het digitaliseren van processen de budgetten voor
porto-, kopieer- en drukwerkkosten verlaagd met € 37.000. De overige wijzigingen hebben per
saldo een verlaging van € 3.000 opgeleverd;
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 15 -

zeer geringe stijging van de bijdrage aan het Waterschapsbedrijf Limburg met € 131.000. Dit
in combinatie met de verlaging van de post ‘taakontwikkeling zuiveringsbeheer’ met € 686.000
om het huidige scenario voor de tariefontwikkeling op een financieel rechtmatige manier in te
kunnen vullen;

verhoging van de incidentele ruimte voor nieuw beleid in post ‘incidentele taakontwikkeling
watersysteem’ met € 111.000 als gevolg van nieuwe toetreders tot de BsGW;

verlaging van de post ‘structurele taakontwikkeling watersysteem’ met € 337.000 vanwege
verschuiving van de gereserveerde ruimte voor nieuw beleid naar de desbetreffende posten in
combinatie met een verhoging van € 152.000 met het oog op de meerjarige kosten- en
tariefontwikkeling watersysteem;

daling met € 113.000 van de jaarlijkse storting in de onderhoudsvoorziening voor het
waterschapskantoor en de loodsen ten gunste van de reguliere onderhoudsbudgetten;

overige per saldo een stijging van € 5.000.
De totale baten 2015, exclusief belastingvolume 2015, zijn per saldo met € 12.000 gedaald ten
opzichte van de oorspronkelijke begroting 2014 ten gevolge van:

de hogere bespaarde rente eigen financieringsmiddelen (€ 22.000 voordeel) vanwege het
meer ter beschikking hebben van eigen financieringsmiddelen (reserves en voorzieningen);

extra inkomsten vanwege te ontvangen 'entreegelden' € 111.000 van nieuwe toetreders per
1 januari 2014 tot de Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen;

verhoging baten omdat we meer kosten weg kunnen schrijven naar investeringsprojecten
(€ 64.000). Een en ander overeenkomstig de bestaande gedragslijn;

stijging van het bedrag voor kwijtschelding en oninbaarheid met € 71.000 (nadeel) ten
opzichte van 2014;

verlaging van de baten met € 138.000 door het vervallen van de onttrekking aan de
voorziening pensioenen/wachtgelden voormalig personeel/bestuurders. Dit omdat we die
kosten voortaan rechtstreeks ten laste van de voorziening brengen.
Voor meer gedetailleerde cijfers met toelichting verwijzen we naar het hoofdstuk van de
kostensoorten.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 16 -
1.2.4
Vermogenspositie
Weerstandsvermogen
In juli 2005 heeft uw bestuur de nota 'Reserves en voorzieningen' vastgesteld. In deze nota zijn
normen opgenomen voor de hoogte van onze algemene reserves. De algemene reserves worden
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 17 -
geacht aan de maat te zijn, wanneer deze een omvang hebben van minimaal 5% en maximaal 10%
van de structurele netto kosten van een taak. Het streefniveau is 7,5% (per taak). Op basis van de
begroting 2015 bedraagt het percentage van het weerstandsvermogen afgezet tegen de structurele
kosten van de watersysteemtaak 7,06% en die van de zuiveringstaak 8,23%. We voldoen hiermee
aan onze eigen normering.
Het eigen vermogen (algemene en bestemmingsreserves) bedraagt per einde 2015 circa € 15,6
miljoen op een verwacht balanstotaal van ongeveer € 80 miljoen (20% van het verwachte
balanstotaal).
1.2.5
Conclusie ten aanzien van de financiële positie
De financiële positie moet in samenhang worden gezien met de ontwikkeling van structurele lasten en
baten (meerjarenraming), de vermogenspositie en de mogelijkheden tot kostenbeheersing in relatie tot
taakuitvoering. De meerjarenraming is de belangrijkste indicator. De meerjarenraming is een prognose
van de meerjarige Verlies- en Winstrekening. Een exploitatie die structureel op orde is, is de beste
garantie voor de continuïteit (ook in politiek bestuurlijke zin) van een overheidsbedrijf. Een structureel
sluitende meerjarenraming en het eventueel nemen van maatregelen om het evenwicht te herstellen,
worden onderschreven/geëist door de wetgever. Enerzijds vanwege het streven naar een structureel
financieel gezonde overheid, anderzijds vanwege het nakomen van afspraken op Europees niveau
(Economische en Monetaire Unie (EMU)).
Uit de analyse van de meerjarenraming maken wij op dat we onze kosten, voor zover door ons zelf
beïnvloedbaar, beheersen en dat de totale lastendrukstijging voor de inwoners in ons gebied de
komende jaren zeer gematigd is. Dat onderschrijft ons inziens dat we een solide begroting met een
goed en stevig fundament hebben. Dit vormt een uitstekend vertrekpunt in de nieuwe bestuursperiode om (verder) invulling te geven aan het waterbeheer in Limburg.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 18 -
Begroting 2015
naar kosten en opbrengsten
en de financiële positie
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 19 -
2 Begroting 2015 naar kosten en opbrengsten en de financiële
positie
2.1
Begroting 2015 naar kosten- en opbrengstensoorten
Kostensoorten (de lasten)
R e k e ning 2 0 13
B e gro t ing 2 0 14
( inc l wijziginge n)
B e gro t ing 2 0 14
B e gro t ing 2 0 15
Catego rie
(€)
(€)
(€)
(€)
1.016.729
1.899.421
1.519.105
2.268.396
800.711
801.775
968.535
824.259
3.612.156
4.653.676
4.688.730
4.681.966
5.429.596
7.354.872
7.176.370
7.774.621
4201 Salarissen huidige perso neel en bestuurders
9.820.729
10.069.064
10.129.818
10.301.376
4202 So ciale lasten
2.454.933
2.307.511
2.325.270
2.243.054
641.973
564.474
639.474
593.709
1.279.001
118.000
244.387
18.000
105.380
138.000
138.000
0
0
258.041
258.041
258.041
Lasten
41 Rente en afschrijvingen
4101 Externe rentelasten
4102 Interne rentelasten
4103 A fschrijvingen van activa
To taal
42 P erso neelslasten
4204 Overige perso neelslasten
4205 P erso neel van derden
4206 Uitkeringen vo o rmalig perso neel en bestuurders
Structurele lo o n- en prijso ntwikkeling 2014 (2%)
Structurele lo o n- en prijso ntwikkeling 2015 (2%)
To taal
0
0
0
271.908
14.302.016
13.455.090
13.734.990
13.686.088
43 Go ederen en diensten van derden
4301 Duurzame gebruiksgo ederen
428.304
415.083
415.083
439.083
4302 Overige gebruiks- en verbruiksgo ederen
296.338
342.929
364.429
678.474
4303 Energie
493.039
419.948
465.077
465.077
4304 Huur en pachten
458.256
491.988
470.888
464.888
4307 Verzekeringen
172.379
168.261
168.261
168.111
71.564
46.535
73.535
73.535
4309 Onderho ud do o r derden
2.382.955
1.917.709
2.066.249
1.728.625
4310 Overige diensten do o r derden
3.685.936
3.315.153
3.983.887
3.528.098
P rijso ntwikkeling t/m 2014
0
298.649
123.364
123.364
P rijso ntwikkeling 2015
0
0
0
154.612
7.988.773
7.416.255
8.130.773
7.823.867
24.235.475
24.865.487
24.865.487
24.996.076
0
795.050
795.050
108.649
-53.498
0
0
0
1.764.592
1.690.951
1.690.951
1.690.951
25.946.569
27.351.488
27.351.488
26.795.676
0
4308 B elastingen
To taal
43a Waterschapsbedrijf Limburg en B elastingsamenwerking B sGW
4310a B ijdrage Waterschapsbedrijf
4310a Ko sten taako ntwikkeling zuiveringsbeheer
4310b Verevening ko sten WB L met Ws Ro er en Overmaas
4310c B ijdrage B elastingsamenwerking Gemeenten en
Waterschappen
To taal
44 B ijdrage aan derden
4402 A an o verheden
4402 A an o verheden: bijdrage in frictieko sten Libel
4403 A an o verigen
4405 B ijdragen aan o penbare lichamen
4405 B ijdragen aan o penbare lichamen: frictieko sten Libel
To taal
68.823
63.500
63.500
0
189.617
189.617
0
16.810
27.000
27.000
27.000
0
0
0
65.000
0
0
0
189.617
85.633
280.117
280.117
281.617
422.600
45 To evo egingen aan vo o rzieningen / o nvo o rzien
4501 A an vo o rzieningen
1.010.266
536.000
423.600
4502 Onvo o rzien
0
230.969
364.926
235.533
4502 Incidentele taako ntwikkeling watersysteem
0
395.000
165.000
506.075
4502 Structurele taako ntwikkeling watersysteem
0
845.000
629.287
659.746
1.010.266
2.006.969
1.582.813
1.823.954
5 4 .7 6 2 .8 5 3
5 7 .8 6 4 .7 9 1
5 8 .2 5 6 .5 5 1
5 8 .18 5 .8 2 3
To taal
T o t a a l La s t e n
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 20 -
Opbrengstensoorten (de baten)
R e k e ning 2 0 13
B e gro t ing 2 0 14
B e gro t ing 2 0 15
B e gro t ing 2 0 14
( inc l wijziginge n)
Catego rie
(€)
(€)
(€)
(€)
0
40.000
40.000
40.000
800.711
801.775
968.535
824.259
800.711
841.775
1.008.535
864.259
150.757
0
0
0
17.400
0
0
0
168.157
0
0
0
154.648
50.000
50.000
50.000
45.500
0
0
0
9.291
0
0
0
67
0
0
0
240
0
0
0
2.525.760
1.095.989
1.095.989
1.207.292
2.735.506
1.145.989
1.145.989
1.257.292
8401 Van o verheden
82.358
0
0
0
8405 Van pro vincies
54.393
0
0
0
0
0
0
0
136.751
0
0
0
B aten
81 Financiële baten
8101 Externe rentebaten
8102 Interne rentebaten
To taal
82 P erso neel baten
8201 B aten salarissen / so ciale lasten
8202 Uitlening perso neel
To taal
83 Go ederen en diensten aan derden
8301 Verko o p gro nd
8302 Verko o p duurzame go ederen
8303 Verko o p o verige go ederen
8304 Opbrengsten uit gro nd en water
8305 Huuro pbrengsten uit o verige eigendo mmen
8306 Diensten vo o r derden
To taal
84 B ijdragen van derden
8406 Van o verigen
To taal
85 Waterschapsbelastingen
8501 Opbrengst waterssyteemheffing gebo uwd
13.884.000
14.486.327
14.486.327
15.083.158
8502 Opbrengst watersysteemheffing ingezetenen
7.318.000
7.650.155
7.650.155
7.876.090
8503 Opbrengst watersysteemheffing o ngebo uwd
3.040.000
3.606.176
3.606.176
3.527.611
62.000
58.213
58.213
86.894
8.488.000
8.315.475
8.315.475
8.195.010
19.850.999
19.789.350
19.789.350
19.136.933
-1.291.000
-1.097.148
-1.097.148
-1.168.191
1.067.829
800.000
800.000
800.000
52.419.828
53.608.548
53.608.548
53.537.505
8504 Opbrengst watersysteemheffing natuur
8506 Opbrengst zuiveringsheffing bedrijven
8507 Opbrengst zuiveringsheffing huisho udens
4503/04 Kwijtschelding en o ninbaarverklaring
8507 B elastingo pbrengsten vo o rgaande jaren
To taal
86 Interne verrekeningen
8601 Onttrekkingen aan vo o rzieningen
8603 Geactiveerde lasten
633.490
138.000
138.000
0
1.699.870
1.873.498
1.873.498
1.937.398
2.333.361
To taal
T o taal B aten
S a ldo ba t e n m inus la s t e n ( re s ult a a t )
2.011.498
2.011.498
1.937.398
5 8 .5 9 4 .3 14
5 7 .6 0 7 .8 10
5 7 .7 7 4 .5 7 0
5 7 .5 9 6 .4 5 4
3 .8 3 1.4 6 1
- 2 5 6 .9 8 1
- 4 8 1.9 8 1
- 5 8 9 .3 6 9
2 5 6 .9 8 1
4 8 1.9 8 1
5 8 9 .3 6 9
D e k k ing uit s pe c if ie k e be s t e m m ings re s e rv e s
In de tabellen vergelijken we (conform de voorschriften) de jaarrekening 2013, de begroting 2014, de
gewijzigde begroting 2014 en de begroting 2015 met elkaar. In de begroting 2014 zijn de ontwikkelingen tot en met medio 2014 verwerkt. De bruto lasten stijgen ten opzichte van de (oorspronkelijke)
begroting 2014 van € 57.864.000 naar € 58.186.000 (+0,56%).
2.1.1
Toelichting op de kostensoorten (de lasten)
Deze paragraaf geeft een korte toelichting op de soorten kosten binnen onze exploitatiebegroting.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 21 -
Rente en afschrijvingen
De kosten van rente en afschrijving bedragen € 7.774.621 (begroting 2014: € 7.354.872). De kosten
van rente en afschrijving hebben betrekking op de in het verleden gedane investeringen en geplande
investeringsprojecten 2015 (meerjarig investeringsprogramma (MIP)). De afschrijvingskosten bedragen € 4.681.966 en de rentekosten € 3.092.655.
Een groot gedeelte van het investeringsprogramma is gebaseerd op de projecten van ons Integraal
Waterbeheerplan (vanaf 2012 € 3 miljoen per jaar). Bij uitvoering van projecten nemen de jaarlijkse
kapitaallasten sneller toe dan de vrijval uit oude projecten is. Met het oog op kostenbeheersing en
kostenbeperking hebben we het investeringsvolume in watersysteemprojecten gefaseerd afgebouwd
van € 5 miljoen in 2010, naar € 4 miljoen in 2011 en € 3 miljoen vanaf 2012. Dit heeft een positief
effect gehad op ons EMU saldo van ons waterschap mede waardoor het nemen van aanvullende
maatregelen op dat vlak nu niet nodig is.
De jaarlijkse stijging van de kapitaallasten zet in de toekomst door. Dit komt doordat we elk jaar
opnieuw investeren en dat tegelijkertijd de vrijvallende kapitaallasten uit oude investeringen gering
zijn. Ook de jaarlijks te betalen bijdrage aan het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP) vanaf
2011 heeft een verhogend effect op de kapitaallastenontwikkeling. De bijdrage 2014 van € 2,99
miljoen, stijgt naar € 4,13 miljoen in 2015. Overeenkomstig het Bestuursakkoord Water stijgt de totale
bijdrage van de waterschappen in het HWBP van € 131 miljoen in 2014, naar € 181 miljoen in 2015.
In 2014 heeft er een heroriëntatie plaatsgevonden ten aanzien van de ICT investeringen. Een en
ander in het licht van het ‘outsourcen’ van ICT dienstverlening. Dit heeft een verlagend effect gehad
op de te plegen investeringen en daarmee op de kapitaallastenontwikkeling 2015 en verder.
Afschrijvingen
De afschrijvingskosten 2015 stijgen licht ten opzichte van 2014 vanwege de doorberekening van de
lasten van de investeringsplanning. De stijging is minder hoog doordat we het investeringsvolume op
ICT gebied structureel hebben verlaagd.
Rente
Bij het opmaken van de begroting houden we vooraf rekening met de rentelast van de financiering van
nieuwe investeringen. Het aantrekken van een externe geldlening levert dus geen extra lasten op voor
de begroting, tenzij we meer moeten aantrekken dan vooraf voorzien. In de begroting 2014 hebben
we er rekening mee gehouden dat de externe financieringsbehoefte vanwege gepleegde en nieuwe
investeringen circa € 35,7 miljoen bedraagt. Die behoefte is hoger dan in de begroting 2014 (€ 22
miljoen) omdat we jaarlijks blijven investeren in het realiseren van onze wateropgave en niet te
vergeten de voorfinanciering van de aanpak van onze dijken vooruitlopend op het nHWBP. We
hebben de gemiddelde financieringskosten per € 1 geïnvesteerd vermogen (rente omslagrentepercentage) verder kunnen verlagen naar 3,77% (2014: 3,88%).
In de Wet Financiering Decentrale Overheden (Wet Fido) staan heldere regels over wanneer een
geldlening aangetrokken moet worden. Daarnaast hebben we nog nadere regels gesteld ten aanzien
van het risicogedrag in de Verordening beleids- en verantwoordingsfunctie Waterschap Peel en
Maasvallei 2009. Ons beleid is gericht op het financieren van activiteiten tegen zo laag mogelijke
financieringskosten. De financieringsbehoefte neemt afhankelijk van de omvang van het meerjarig
investeringsprogramma jaarlijks toe. Daarnaast stijgen de externe rentelasten door de verwachte
afname van de eigen financieringsmiddelen (reserves en voorzieningen). Dit mede als gevolg van de
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 22 -
besteding van de reserves naar aanleiding van besluitvorming door het algemeen bestuur op
6 oktober 2010 (inzet vrij aanwendbare deel van de reserves). Hierdoor moeten we meer met
geldleningen gaan financieren.
Interne rentelasten
De interne rentelasten betreffen een 'fictieve' rentevergoeding aan de reserves en voorzieningen op
basis van de verwachte stand op 1 januari van het betreffende begrotingsjaar. Hierbij houden we
rekening met het verwachte rekeningsaldo van het lopende jaar. De verwachte omvang per 1 januari
2015 waarover de interne rentelast is berekend, bedraagt afgerond € 20,5 miljoen (2014: € 20
miljoen). Op basis van een rentepercentage van 4,0% rekenen we € 824.259 (2014: € 801.775 ) toe
aan onze reserves en voorzieningen, als ware het externe financieringsmiddelen. Per saldo heeft het
voorgaande geen invloed op de begroting, omdat we de berekende fictieve rentekosten weer volledig
als bespaarde rente (vanwege het hebben van eigen financieringsmiddelen) terugsluizen naar de
exploitatie als 'fictieve' batenpost (zie interne rentebaten). Het opnemen van deze posten is een
wettelijke verplichting.
Personeelslasten
De geraamde bestuurs- en personeelslasten betreffen alle lasten die verband houden met het huidige
en voormalige bestuur en personeel. Hierbij horen het salaris met vaste toelagen van het personeel
en bestuur, de uitkeringen en pensioenen ten behoeve van voormalig personeel en de daarop
betrekking hebbende sociale lasten. Ook horen hierbij de uitgaven die voortvloeien uit diverse
vergoedingsregelingen. We ramen de personeelslasten 2015 op totaal € 13.686.088 (2014:
€ 13.455.090). Dit is een stijging van € 230.998. Gecorrigeerd voor het verschuivingen (€ 100.000
personeel derden als gevolg van een andere invulling van de ICT-functie, het voortaan verantwoorden
van bestuurderspensioenen direct ten laste van de daarvoor specifieke bestemde voorziening
(€ 138.000), bedraagt de feitelijke stijging € 468.998 (€ 230.998 + €100.000 + 138.000).
Salarissen huidig personeel en bestuurders
De salarissen en vergoedingen van personeel en bestuur worden in 2015 geraamd op € 10.301.376.
In 2013 was dat aanvankelijk € 10.069.064. Per saldo een stijging van afgerond € 232.000. De stijging
is een resultante van de invulling van een aantal functies in het kader van ‘het robuust maken van de
organisatie’. Dit hadden we in de begroting 2014 al aangekondigd. Een belangrijke aanleiding was
onderzoeksrapport dat is opgesteld door Policy Research corporation naar de toekomstvastheid van
het waterschapsbestel in Limburg waarin ook de kwetsbaarheid van ons waterschap werd
blootgelegd. De budgetruimte voor de te nemen maatregelen hadden wij expliciet binnen de
structurele begrotingspost voor nieuw beleid benoemd én gereserveerd (voorjaarsnota 2013). Het is
dus niet zo dat de daarmee gemoeide kosten nu leiden tot extra kosten voor onze waterschapsbegroting.
In 2015 is de formatie, inclusief team dijkverbetering (3 fte), geraamd op 182,11 fte (2014:178,50fte).
Dit is een toename van 3,6fte en is het gevolg van versterking van de projectcontrol (+1 fte),
adviesfunctie watertoets (+1fte), ecologisch adviesfunctie (+1fte), ICT en verschuivingen binnen
overige bedrijfsvoeringsfuncties (per saldo +1,8 fte). Tot slot hebben er zich als gevolg van de
dynamiek in de taakuitvoering, verschuivingen voorgedaan binnen de totale organisatie die per saldo
nog hebben geleid tot een verlaging van 0,2fte.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 23 -
Sociale lasten
De sociale werkgeverslasten zijn een afgeleide van de berekende bruto loonkosten en overige
vergoedingen waarover we wettelijke sociale werkgeverslasten zijn verschuldigd. In de begroting 2014
hadden we de sociale lasten structureel extra verhoogd met € 400.000 om de raming en werkelijkheid
dichter bij elkaar te brengen. We gaan er vanuit dat de sociale werkgeverslasten 2015 cumulatief zo’n
23% zullen gaan bedragen. Op grond van onze berekening op basis van de ‘belaste’ vergoedingen/uitgaven, verwachten we ten opzichte van 2014 bijna € 65.000 minder nodig te hebben..
Overige personeelslasten
Onder deze post zijn kosten geraamd van bijvoorbeeld werving en selectie, opleidingen, seminars,
Arbo maatregelen, geneeskundige dienst en de exploitatiekosten van het bedrijfsrestaurant. De
stijging komt voor rekening van de opleidings-/studiekosten die afgeleid worden van de loonsom (is
een percentage van de loonsom conform Cao/SAW).
Personeel van derden
Een structureel budget van € 100.000 vervalt op dit onderdeel doordat we het ICT-beheer op een
andere wijze invullen. Voor vervanging van personeel bij (langdurige) ziekte, zwangerschapsverlof en
dergelijke, hebben wij geen vervangingsbudget geraamd (= bedrijfsrisico).
Uitkeringen voormalig personeel en bestuurders
Dit betreft de verwachte kosten van wachtgelden pensioenverplichtingen voormalig bestuur. Deze
kosten brengen wij met ingang van 2015 voortaan rechtstreeks ten laste voor de speciaal daarvoor
gevormde voorziening. Enerzijds omdat de storting al ten laste is gekomen van de exploitatie en
anderzijds, met het oog op vermindering van de administratieve belasting.
Stelpost loon- en prijsontwikkeling
In de voorjaarsnota 2014 is aangegeven dat we rekening houden met een structurele loon- en prijsstijging op de personeelslasten van 2% ten opzichte van 2014. De indexering is niet alleen bedoeld
voor dekking van de stijging van kosten van het bruto loon uit hoofde van het nog nieuw uit te
onderhandelen CAO akkoord ingaande 2014, maar ook voor stijging van kosten als uitwerking van
secundaire arbeidsvoorwaarden en sociale lasten. Op het moment dat een nieuwe Cao is gesloten en
de financiële effecten daarvan bekend zijn, gaan we die bij de eerst volgende gelegenheid op basis
van de werkelijkheid doorrekenen en komen deze stelposten te vervallen.
Goederen en diensten van derden
De totale kosten van goederen en diensten van derden bedragen € 7.823.867 (2014: € 7.416.255). Dit
is afgerond € 407.612 hoger dan in 2014.
De kosten van goederen en diensten die we afnemen van derden bestaan onder andere uit:

energiekosten, belastingen, verzekeringen, huren en pachten;

onderhoudskosten: het uitbestede onderhoud van waterlopen en waterkeringen, onderhoud
waterschapshuis en loodsen, werkmaterieel, pompen en dergelijke;

overige diensten door derden, zoals juridische en technische advisering door derden, maar
ook contributies, lidmaatschappen en bijdragen aan verenigingen (Stichting Toegepast
Waterbeheer (STOWA) en Unie van Waterschappen).
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 24 -
Naast verschuivingen tussen de kostensoorten is de wijziging ten opzichte van de oorspronkelijke
begroting 2014 het gevolg van:

verhoging van het budget recreatief medegebruik met € 24.000;

verhogingen/hergroeperingen diverse budget ICT-/Gisbeheer vanwege andere invulling
€ 144.300. Hier ligt een relatie met het vervallen van een budget van € 100.000 voor de inhuur
van derden en de heroriëntatie van ICT investeringen;.

structurele verhoging van het budget voor benzine en diesel met € 45.000. Dit vanwege
stijging van accijnzen en btw de afgelopen jaren (1ste Bestuursrapportage 2013 € 20.000, en
de begroting 2014 € 25.000);

hogere kosten (€ 27.000) voor de motorrijtuigen- en onroerendzaakbelasting;

verhoging budget onderhoudskosten gebouwen € 81.700. Hier ligt een relatie met de
verlaging van de storting in de onderhoudsvoorziening met € 113.400;

daling overige lidmaatschappen/contributies/bijdragen € 9.100;

verlaging budget porto-, kopieer-/drukwerk kosten met afgerond € 38.000 vanwege de
digitalisering van processen;

stijging normvergoeding afname Woz-gegevens gemeenten ten behoeve van het opleggen
van belastingen € 25.000;

een bedrag van afgerond € 154.600 ter compensatie van de verwachte prijsinflatie 2015 (2%)
over de budgetten die onder deze categorie vallen;

daling van € 175.285 van de post prijsontwikkeling t/m 2014 vanwege compensatie stijgingen
op andere begrotingsposten;

overige per saldo een verlaging van € 11.603.
Goederen en diensten Waterschapsbedrijf Limburg (WBL) en Belastingsamenwerking
Gemeenten en Waterschappen (BsGW)
Bijdrage Waterschapsbedrijf Limburg
Op basis van de begroting 2015 van het Waterschapsbedrijf, bedraagt de te betalen bijdrage aan het
Waterschapsbedrijf € 24.996.076. In de begroting 2014 was een bedrag geraamd van € 24.865.487.
Ten opzichte van de begroting 2014 stijgt de bijdrage aan het Waterschapsbedrijf met € 130.589
miljoen. Dit is een stijging van 0,52%. Ons aandeel in kosten van het Waterschapsbedrijf is
afgenomen (van 36,24% naar 36,2%) op basis van de afgesproken verdeelsleutel tussen de
waterschappen (aandeel in verhouding vervuilingseenheden Limburg). De totale bijdrage 2015 aan
het Waterschapsbedrijf heeft volledig betrekking op de zuiveringstaak.
Kosten taakontwikkeling zuiveringsbeheer
Deze post is sinds een aantal jaren onderdeel van begroting om op een financieel rechtmatige manier
invulling te kunnen geven aan het gewenste tarievenbeleid. Voor 2015 is dat een daling van het
belastingtarief met circa 4% met een kleine stijging van circa 1 % in de jaren daarna.
Bijdrage Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen
Met ingang van 2011 is de gemeenschappelijke regeling Belastingsamenwerking Gemeenten en
Waterschappen opgericht. De oprichting is er op gericht zoveel mogelijk financiële en maatschappelijke voordelen te behalen door samenwerking op het gebied van belastingheffing en
invordering. Bij de oprichting zijn we er van uitgegaan dat we een structurele besparing realiseren van
€ 254.000 in 2012, oplopend tot € 358.000 in 2015. Door het ‘succesverhaal’ van de gemeenschappelijke regeling in termen van partijen die zich aangesloten hebben sinds de oprichting in 2011, is de
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 25 -
besparing in 2015 opgelopen tot zo'n € 0,7 miljoen. Dat bedrag loopt op tot bijna € 1,2 miljoen in 2020.
Hiermee halen we ruimschoots de gestelde financiële doelen bij de oprichting van de belastingsamenwerking.
Bijdragen aan derden
Op deze kostensoort worden bijdragen geraamd die we verstrekken aan derden. Er zijn bijdragen
geraamd ten behoeve van:

het projectbureau Maas voor de Kaderrichtlijn Water (€ 15.000);

de financiering van de landelijke beverrattenbestrijding (€ 30.000);

het project Deltaplan Hoge Zandgronden (€ 35.000);

de bijdrage op basis van een bestuurlijk convenant met betrekking tot glastuinbouw en milieu
€ 12.000);

jaarlijkse tegemoetkoming in de frictiekosten voormalig ‘Libel’-gemeenten in de Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen (€ 189.617). Deze tegemoetkoming loopt tot
en met 2017.
Toevoegingen aan voorzieningen/onvoorzien
Voorzieningen
De toevoeging aan de voorziening ad € 422.600 (2014: € 536.000) bestaat uit de toevoegingen aan:

de voorziening ‘onderhoud waterschapskantoor en loodsen’ voor de instandhouding van die
gebouwen € 22.600 (2014: € 136.000). Op basis van een geactualiseerd meerjarenonderhoudsplan, hebben we de jaarlijkse storting in de onderhoudsvoorziening verlaagd. Die
verlaging is grotendeels ten gunste van gekomen van de reguliere onderhoudsbudgetten voor
de gebouwen;

de voorziening ‘beheer en onderhoud waterkeringen’ (€ 400.000).
Op basis van een geactualiseerd meerjarenonderhoudsplan voor het waterschapskantoor en de
loodsen, is de jaarlijks storting in de onderhoudsvoorziening voor het kantoor en de loodsen van het
waterschap verlaagd van € 136.000 naar € 22.600.
Onvoorzien
In de begroting is verder een post ter grootte van € 235.533 opgenomen ter dekking van onvoorziene
kosten (verplicht). Conform de voorjaarsnota bedraagt deze post circa 0,4% van de totale begroting.
Binnen de post onvoorzien is een bedrag van € 50.000 geoormerkt om invulling te geven aan
innovaties. De exacte invulling van dit bedrag is op dit moment nog niet bekend. Het oormerken heeft
tot doel om te waarborgen dat er budgetruimte beschikbaar is voor het onderzoeken of ten uitvoer
brengen van innovaties.
Incidentele en structurele taakontwikkeling watersysteem (lees: posten incidenteel en structureel
nieuw beleid)
Om invulling te kunnen geven aan de voorstellen en ontwikkelingen opgenomen in de voorjaarsnota
2013, hebben we een post structurele taakontwikkeling watersysteem van € 845.000 opgenomen.
Hiervan is medio 2014 zo’n € 337.000 aan ontwikkelingen/maatregelen in de jaarschijf 2015 geïmplementeerd waardoor nog zo’n € 508.000 voor 2015 resteert. Daarnaast hebben we met het oog op de
meerjarige structurele ontwikkeling van de watersysteemheffing en het nakomen van de budget-
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 26 -
afspraak met Waterschap Roer en Overmaas met betrekking tot voorbereidingskosten fusie, een
incidenteel bedrag van € 151.746 opgenomen.
Ook hebben we een budget van € 506.075 (was 2014 € 395.000) opgenomen voor incidentele
uitgaven. Dit budget is gekoppeld aan de incidentele middelen die wij ontvangen uit de entreegelden
van nieuwe toetreders tot de BsGW. Vanwege verwachte nieuwe toetreders per 1 januari 2015
(negen nieuwe gemeenten) stijgt het bedrag dat wij tijdelijk aan entreegelden ontvangen. Dit doen we
om grip te houden op de begroting. Door dit op deze wijze inzichtelijk te houden willen we voorkomen
dat we tijdelijke middelen als een structureel dekkingsmiddel gaan gebruiken. Dit is een maatregel om
te waarborgen dat bij een afname of zelfs het volledig vervallen van tijdelijke inkomsten, een
begrotingstekort ontstaat. Het beschikbare bedrag voor incidentele aanwending is hoger geworden
dan waarmee we oorspronkelijk rekening mee hadden gehouden in bijvoorbeeld de Voorjaarsnota
2013 (€ 167.000). Hierdoor hoeven we om invulling te geven aan de voorstellen en ontwikkelingen die
een incidenteel karakter hebben, minder beslag te leggen op onze reserves. Bijkomend voordeel is
dat het minder interen op reserves een positief effect heeft op het EMU-saldo van ons waterschap.
2.1.2
Toelichting op de opbrengstensoorten (de baten)
Deze paragraaf geeft een korte toelichting op de soorten opbrengsten binnen onze exploitatiebegroting.
Financiële baten
We ramen de financiële baten 2015 op € 864.259 (2014: € 841.775). Met ingang van 2012 hebben
geen dividenduitkering van de Waterschapsbank meer geraamd. Wel hebben we nog een opbrengst
geraamd van € 40.000 uit externe rentebaten. De overige financiële baten betreffen de bespaarde
rente vanwege het kunnen aanwenden van reserves en voorzieningen voor de financiering van onze
activiteiten. Zie hiervoor ook de toelichting onder het kopje ‘interne rentelasten’ van de vorige
paragraaf.
Goederen en diensten aan derden
In de oorspronkelijke begroting 2014 hadden we rekening gehouden met € 1.145.989 vanwege de
levering van goederen en diensten aan derden. In de begroting 2015 gaan we uit van € 1.257.292.
Deze stijging van afgerond € 111.303 is het gevolg van extra incidentele inkomsten (tot en met 2020
aflopend) uit te ontvangen ‘entreegelden’ BsGW doordat per 1 januari 2015 naar verwachting negen
nieuwe gemeenten toetreden tot het samenwerkingsverband. De geraamde entreegelden stijgen
daarom van € 584.389 naar € 695.692.
Bijdragen van derden
De raming 2015 bedraagt evenals in 2014 € 0. De in de jaarrekening 2013 verantwoorde bedragen
betroffen bijdrages vanwege de coördinatie van het project samenwerken in de afvalwaterketen en
een ontvangen bedrag vanwege het gesloten partnercontract met de provincie (onderdeel bevers).
Waterschapsbelastingen
Op basis van de ervaringen van de afgelopen jaren hebben wij een inschatting gemaakt ten aanzien
van een structurele post voor extra/nagekomen belastingbaten. Met ingang van de begroting 2009
hebben wij daarom een post opgenomen van € 600.000. Als onderdeel van de door te voeren
ombuigingsmaatregelen (pakket I) hebben wij die raming op basis van ervaringscijfers met ingang van
2012 verhoogd tot € 800.000. Het geraamde bedrag voor kwijtschelding en oninbaar hebben wij voor
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 27 -
2015 geraamd op € 1.168.191. In de begroting 2013 hadden we aangegeven dat we gelet op de
ontwikkelingen ten aanzien van de kwijtschelding belastingen, het kwijtscheldingsbudget voor 2013 en
2014 tijdelijk met € 295.000. Op grond van de realisatie van de afgelopen jaren trekken we die lijn
door vanaf 2015 en verder, door het budget voor kwijtschelding te verhogen met € 350.000. Deze
verhoging wordt niet structureel doorgerekend in het tarief van de zuiveringsheffing omdat we die
kosten dekken uit de opgebouwde tariefegalisatiereserve zuiveringsheffing. Dit is in lijn met het
gevoerde beleid in de afgelopen jaren.
Uitgaande van een stijging van het belastingvolume van de watersysteemheffing met 3,00% en een
daling van het belastingvolume voor de zuiveringsheffing van 2,75%, blijft de opbrengst uit
belastingen gelijk aan de belastingopbrengst van 2014 zijnde € 53.905.696. De verdeling van
watersysteemheffing en zuiveringsheffing naar categorie ziet er uit als volgt.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 28 -
In de afzonderlijke paragraaf ‘waterschapsbelastingen’ gaan wij nader in op de belastingen, de
belastingtarieven en de belastingdruk.
Interne verrekeningen
Onttrekkingen aan voorzieningen
De kosten van de wachtgeld- en pensioenverplichtingen brengen voortaan rechtstreeks ten laste van
de daarvoor gevormde voorziening. Dit maakt de tot 2014 geraamde onttrekking overbodig. De raming
bedraagt daarom in 2015 € 0.
Geactiveerde lasten
Hier verantwoorden we de inzet van personeel op investeringsprojecten. Voor 2015 gaat het om een
bedrag van € 1.937.398 (2014: € 1.873.498) In de doorberekening is rekening gehouden met het team
Dijkverbetering waarvan we de kosten ten laste brengen van de te verwachten subsidie (ca. € 42
miljoen) van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu voor prioritaire dijkverbeteringen. Een en ander
overeenkomstig het besluit van het algemeen bestuur (15 december 2010). In de doorberekening zijn
ook organisatiekosten opgenomen. Een en ander overeenkomstig de bestaande gedragslijn die we
volgen bij reguliere watersysteemprojecten.
2.1.3
Incidentele baten en lasten
Er zijn in de begroting lasten en baten opgenomen met een incidenteel karakter. We noemen aan de
kant van de kostensoorten van de begroting:

een budget voor kapitaallasten van incidentele investeringen die worden afgedekt door inzet
van bestemmingsreserves (€ 204.359) conform eerdere besluitvorming;

een beschikbaar budget van € 506.075 (‘incidentele taakontwikkeling watersysteem) voor
invulling van voorstellen en ontwikkelingen met een incidenteel karakter volgens de
opsomming in de Voorjaarsnota 2013;

een budget voor de tegemoetkoming in de frictiekosten van de Libelgemeenten die per 1
januari 2014 waren toegetreden tot de gemeenschappelijke regeling Belastingsamenwerking
Gemeenten en Waterschappen (€ 189.617 in de periode 2014-2017);

een projectbijdrage (€ 35.000) voor het project Deltaplan Hoge Zandgronden die ten laste
wordt gebracht van de het budget Nieuw Limburgs Peil (via bestemmingsreserve).
Aan de kant van de opbrengstensoorten/baten van de begroting noemen we de te ontvangen
‘entreegelden’ door ons waterschap vanwege nieuwe toetreders tot de BsGW. Op grond van de
gemeenschappelijke regeling ontvangen de ‘founding fathers’ ingeval van nieuwe toetreders, een
compensatie voor de gepleegde investeringen als initiatiefnemers. De nieuwe deelnemer mag het
totale bedrag over een periode van maximaal 6 spreiden. Rekening houdende met de toetreding van
negen nieuwe gemeenten per 1 januari 2015, hebben we een opbrengst 2015 geraamd van
€ 695.692. De incidentele verhoging van het budget voor kwijtschelding belastingen in 2013 en 2014
(€ 295.000), hebben we voor 2015 gehandhaafd en verhoogd tot € 350.000.
2.2
2.2.1
Waterschapsbelastingen
Inleiding
De waterschapsbelastingen en de daarmee gepaard gaande wijzigingen, spelen een belangrijke rol
binnen onze begroting. Vandaar dat wij hierna uitvoerig ingaan op de op te brengen belastingen. De
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 29 -
uiteindelijke tariefontwikkeling wordt bepaald door twee factoren. Enerzijds is dit de ontwikkeling van
de kosten en anderzijds is dit de ontwikkeling in de belastinggrondslagen. In de voorgaande
paragrafen zijn we in gegaan op de kostenontwikkeling, dus ligt in deze paragraaf de nadruk op de
ontwikkeling van de belastingopbrengsten, belastinggrondslagen en belastingcategorieën.
2.2.2
Belastingopbrengsten 2015
Doel van het belastingstelsel is de bekostiging van waterschapstaken. Waterschappen zijn voor de
structurele dekking van de kosten voor uitvoering van de waterschapstaken bijna volledig afhankelijk
van de opbrengst uit belastingen.
We onderscheiden de watersysteemheffing, verontreinigingsheffing (directe lozingen op ons
watersysteem) en zuiveringsheffing (indirecte lozingen). Op de verontreinigingsheffing wordt verder
niet ingegaan, omdat de opbrengsten onderdeel uitmaken van de totale watersysteemtaak en de
opbrengsten verwaarloosbaar zijn omdat de gemeentelijke overstorten zijn vrijgesteld.
Rekening houdende met het halen van € 589.359 uit de bestemmingsreserves, blijft het totale
belastingvolume (watersysteem- en zuiveringstaak) 2015 gelijk aan dat van 2014 zijnde € 53,906
miljoen. De totale lastendruk in ons gebied stijgt/daalt met 0,0%.
Volgens de ontwerpbegroting 2015 wordt € 26,574 miljoen gedekt uit de belastingopbrengsten van de
watersysteemheffing. In 2014 was dat € 25,8 miljoen. Dit is een stijging van 3% en dat is aanzienlijk
lager dan de Voorjaarsnota 2014. Nadat de direct toe te rekenen kosten aan de betreffende
categorieën zijn toegerekend, dient op basis van de geldende kostentoedelingsverordening 2015
daarvan te worden opgebracht:

30,0% door ingezetenen;

56,1% door gebouwd;

13,6% door ongebouwd;

0,3% door natuur.
Het op te halen belastingbedrag van de zuiveringsheffing 2015, zijnde € 27,4 miljoen, wordt
omgeslagen over het aantal vervuilingseenheden in ons verzorgingsgebied.
Gebaseerd op de kostenverdeling en kaders zoals vastgelegd in de kostentoedelingsverordening
2014, zijn de opbrengsten naar belastingcategorie als volgt:
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 30 -
Ontwikkeling opbrengsten
Watersysteemheffing
Categorie
Gebouw d
Rekening
Begroting
2013
2014
Begroting Stijging 2015
t.o.v. 2014
2015
(€)
(€)
(€)
13.884.000
14.650.576
15.083.158
2,95%
Categorie
Ongebouw d
3.040.000
3.423.613
3.527.611
3,04%
Categorie
Ingezetenen
7.318.000
7.642.101
7.876.090
3,06%
62.000
24.304.000
84.581
25.800.871
86.894
26.573.753
2,73%
3,00%
19.789.000
19.789.350
19.136.933
-3,30%
8.612.000
28.401.000
8.315.475
28.104.825
8.195.010
27.331.943
-1,45%
-2,75%
52.705.000
53.905.696
53.905.696
0,00%
Categorie Natuur
Totaal w atersysteemheffing
Zuiveringsheffing
Categorie
Huishoudens
Categorie
Bedrijven
Totaal zuiveringsheffing
Totaal opbrengsten belastingen
De stijgingspercentages per categorie voor de watersysteemheffing verschillen onder andere als
gevolg van wijziging van de kosten die we per categorie direct toerekenen zoals de kosten van
kwijtschelding naar de categorie ingezetenen. Een en ander veroorzaakt daardoor kleine verschillen
ten opzichte de stijging van het totaal van de belastingopbrengsten watersysteemheffing van 3,00%.
Maar wat een en ander nu feitelijk betekent voor de tarieven 2015 en nog belangrijker de lastendruk,
is in de volgende paragrafen uitgewerkt.
Dekkingspercentage structurele kosten door belastingopbrengsten
De structureel te dekken kosten 2015 (na correctie van de incidentele posten ten laste van de reserve)
bedragen in totaal € 53.905.696. Hiervan heeft een bedrag van € 26.573.753 betrekking op te dekken
kosten watersysteembeheer en € 27.331.943 op zuiveringsbeheer. Gelet op de totaal te dekken
structurele kosten 2015 en het dekkingsvoorstel, bedragen de dekkingspercentages van de belastingen voor het watersysteembeheer 100% en het zuiveringsbeheer 100%.
Bestemmingsreserve tariefegalisatie
De bestemmingsreserve tariefegalisatie is bedoeld om in te zetten voor een evenwichtige en
gelijkmatige tariefontwikkeling. De structurele kosten van het watersysteem en zuiveringsbeheer zijn
en worden structureel afgedekt. De tijdelijke verhoging van het budget voor kwijtschelding voor de
zuiveringsheffing is verlengd. De bestemmingsreserve tariefegalisatie zuiveringsheffing dient hiervoor
als achtervang als mocht blijken dat de reguliere exploitatie hiervoor ruimte biedt.
Kwijtscheldingsbeleid
Huishoudens die de waterschapsbelastingen niet kunnen betalen, kunnen aanspraak maken op de
kwijtscheldingsregeling. De kwijtscheldingsregeling is in wezen een vangnet voor de financieel minder
bedeelden.
Het kwijtscheldingsbeleid wordt uitgevoerd door de BsGW en zijn gebaseerd op het rapport
‘Financiële gevolgen Kwijtscheldingsbeleid Limburgse Waterschappen’ van maart 2001. Het geraamde kwijtscheldingsbedrag voor 2015 bedraagt € 921.991 (2014: € 855.775). We hadden het bedrag in
2013 en 2014 incidenteel met € 295.000 verhoogd. Met ingang van 2015 verhogen we dat bedrag tot
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 31 -
€ 350.000. Dit om meer de ervaringscijfers van voorgaande jaren te volgen voor wat betreft de
zuiveringsheffing. Structurele aanpassing van het budget achten we nog niet nodig omdat we door
meevallende resultaten op de zuiveringstaak de afgelopen jaren, op basis van de huidige inzichten
nog voldoende reserves hebben om het risico voor langere termijn te kunnen dragen.
Belastingtarieven 2015
Nadat we per categorie het op te brengen belastingbedrag hebben bepaald op basis van de
kostentoedelingsverordening, wordt het tarief bepaald aan de hand van een wiskundige breuk:
€ belastingvolume categorie
Tarief
=
aantal eenheden / waarde
Uit de formule kan worden afgeleid dat wanneer we de kosten beheersen, dit niet hoeft te betekenen
dat we het tarief beheersen. De kosten (en daarmee indirect het belastingvolume) zijn beïnvloedbaar,
echter externe ontwikkelingen die de omvang in het onderste deel van de formule bepalen niet
(bijvoorbeeld aantal ingezetenen, WOZ-waarde, vervuilingswaarden). Wanneer het belastingvolume
(de teller) van het ene op het andere jaar hetzelfde blijft, maar bijvoorbeeld het aantal ingezetenen (de
noemer) daalt, is er toch sprake van een tariefstijging door externe factoren.
De gemeenschappelijke regeling Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen verstrekt
jaarlijks de gegevens met betrekking tot de verwachte ontwikkeling van het aantal ingezetenen, WOZwaarde, vervuilingseenheden en dergelijke. Dit wordt afgeleid uit het register van belastingplichtigen
(cohier) van het lopend belastingjaar. Van bekende ontwikkelingen wordt een inschatting gemaakt van
het effect op de meerjarige ontwikkeling van de belastingmaatstaven. Die gegevens dienen vervolgens als basis om te komen tot de uiteindelijke tariefvaststelling (decembervergadering algemeen
bestuur).
Om te komen tot een prognose van de voorlopige tarieven 2015 gaan we uit van de volgende
grootheden of uitgangspunten:

we gaan uit van de huidige kostentoedelingspercentages volgens de kostentoedelingsverordening 2014;

het aantal te belasten woonruimten stijgt met 400 ten opzichte van 2014;

in de totale WOZ-waarde van gebouwd is een verwachte waardedaling van 2,5% en 0,15%
groei vanwege toename van het aantal onroerende zaken. De herrekende prognose 2014
(€ 46,01 miljard op basis van de feitelijke belastingkohier stand augustus 2014) heeft als basis
gediend voor de berekening van de prognose 2015;

handhaving van het aantal hectares per deelcategorie wegen, overig ongebouwd en
natuurterreinen op het niveau van 2014. Dit doen we zolang de huidige kostentoedelingsverordening voor wat betreft de toedelingspercentages, ongewijzigd blijft.
In de volgende tabel zijn de gehanteerde uitgangspunten voor berekening van de belastingtarieven
samengevat.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 32 -
Omvang belastingmaatstaven (aantal x 1000)
Categorie
Ingezetenen
Maatstaf
Aantal ingezetenen
Categorie
Gebouw d
Maatstaf
Belastbare Woz-w aarde (x € 1 mrd)
Categorie
Ongebouw d
Maatstaf
Hectares w egen
Maatstaf
Hectares overig ongebouw d
Categorie
Natuur
Maatstaf
Hectares natuur
Rekening
Prognose
Prognose
2013
2014
2015
Watersysteem
Watersysteem
Watersysteem
164,3
165,0
165,4
47,4
45,8
44,9
6,9
6,9
6,9
66,5
66,0
66,0
26,7
24,5
24,5
Wanneer we het uiteindelijke tarief gaan bepalen, rekenen we met niet-afgeronde getallen.
Ontwikkeling vervuilingseenheden (aantal x 1000) Rekening Prognose Prognose
2013
2014
2015
402,3
401,0
404,0
172,0
168,5
173,0
Vervuilingseenheden zuiveringsheffing
Categorie
Huishoudens
Maatstaf
Vervuilingseenheden
Categorie
Bedrijven
Maatstaf
Vervuilingseenheden
De aannames zijn onder andere gebaseerd op onderzoeken naar bevolkingsontwikkeling, de
vastgestelde Provinciale Woonvisie, het vestigingenregister Limburg (VRL) en het handelsregister. Op
grond van de geactualiseerde prognoses van de BsGW verwachten we ten opzichte van de ramingen
2014 een toename van het aantal vervuilingseenheden. Ondanks het afhaken van een bedrijf die uit
kostenoverwegingen een eigen zuiveringsinstallatie heeft gebouwd met een rendement van 95% en
die voorheen voor circa 6.200 vervuilingseenheden werd aangeslagen. Dit stijging is vooral het gevolg
van de kwalitatieve verbetering van onderliggende administraties door koppeling van meerdere
(voorheen afzonderlijke) administraties.
Op basis van het voorgaande komen we tot de volgende voorlopige tarieven voor de
watersysteemheffing en de zuiveringsheffing.
Tarieven watersysteemheffing 2014 en indicatieve tarieven 2015
2014
2015
Vastgestelde Indicatief
tarieven
Categorie
Ingezetenen
Maatstaf
Per ingezetene
€
46,32 €
47,62
Categorie
Gebouwd
Maatstaf
% van Woz-waarde
0,0320
0,0336
Categorie
Ongebouwd
Maatstaf
Hectares wegen
€
132,79 €
136,82
Maatstaf
Hectares overig
€
37,94 €
39,09
Categorie
Natuur
Maatstaf
Hectares
€
3,08 €
3,16
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 33 -
De daling van de WOZ-waarde heeft weliswaar een verhogend effect op het tarief voor gebouwd,
maar door de daling van de WOZ-waarde op de aanslag (2,5%) wordt dit effect geneutraliseerd.
Omdat we bij de tarievenberekening voor gebouwd uitgaan van een gemiddelde daling over heel
Noord- en Midden-Limburg, kunnen er echter door afwijkingen in individuele gemeenten toch
verschillen ontstaan. Bij de definitieve tariefvaststelling 2015 in december 2014 (door het algemeen
bestuur), gaan we uit van de meest recente prognose van de WOZ-waarde.
Tarieven zuiveringsheffing
2014
Zuiveringsheffing
Categorie
Maatstaf
Categorie
Maatstaf
Huishoudens
Per vervuilingseenheid
Bedrijven
Per vervuilingseenheid
2015
Zuiveringsheffing
€
49,35
€
47,37
€
49,35
€
47,37
Door structurele daling van de kostenontwikkeling bij het Waterschapsbedrijf Limburg in combinatie
met de toename van het aantal vervuilingseenheden, kunnen we de eerdere scenario’s ten aanzien
van de tariefontwikkeling op een verantwoorde wijze herzien.. Oorspronkelijk hadden we afgesproken
om het tarief in de periode 2012-2015 hetzelfde te houden, met een gematigde stijging in de jaren
daarna. Op grond van de huidige inzichten kunnen we het tarief met ingang van 2015 structureel
verlagen met € 1,98 (-4%) met een gematigde stijging van circa 1% per jaar voor de jaren daarna.
Lastendruk
Als gevolg van wijziging van de belastingtarieven 2015, verandert ook de lastendruk voor
belastingplichtigen ten opzichte van 2014. Om een beeld te kunnen vormen van wat een en ander
betekent voor de lastendruk, hebben we een aantal voorbeelden uitgewerkt. Dit onder voorbehoud
van veranderingen in de persoonlijke situatie en afwijkingen in individuele gemeenten ten opzichte van
de gemiddelde ontwikkeling van de WOZ-waarde in ons hele gebied.
Voorbeeld 1:

huishouden bestaande uit meerdere personen;

waarde eigen woning per 1 januari 2013 € 250.000 (belastingjaar 2014);

waarde eigen woning per 1 januari 2014 € 243.750 (belastingjaar 2015).
Vanwege de verwachte waardedaling van de marktprijzen met gemiddeld 2,5%, is de waarde van de
eigen woning gedaald. De lastendruk 2014/2015 ziet er uit als volgt.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 34 -
Lastendruk
Lastendruk
Lastendruk
2014
2015
Watersysteemheffing:
Gebouwd (*)
Ingezetenen
€
€
80,00 €
46,32 €
81,90
47,62
Zuiveringsheffing:
Meerpersoons huishouden 3ve
€
148,05 €
142,11
Totaal van de heffingen
€
274,37 €
271,63
€
2,74
1,00%
Afname t.o.v. 2014
Afname % t.o.v. 2014
(*)
Woz belastingjaar 2014
Woz belastingjaar 2015 =WOZ 2014 -/- 2,5%
€
€
250.000
243.750
De totale afname in 2015 is in dit voorbeeld € 2,74 op jaarbasis, een daling van de lastendruk met
1,00%.
Voorbeeld 2:

agrarisch bedrijf met 25 hectare landbouwgrond;

waarde bedrijfsruimte en ondergrond 1 januari 2013 € 500.000 (belastingjaar 2014);

waarde bedrijfsruimte en ondergrond 1 januari 2014 € 487.500 (belastingjaar 2015);
Berekening lastendruk
Lastendruk
2014
Lastendruk
2015
Watersysteemheffing agrarisch bedrijf:
Gebouwd (*)
Watersysteemheffing ongebouwd (25 ha.)
€
€
160,00 €
948,50 €
163,80
977,25
Zuiveringsheffing agrarisch bedrijf:
Zuiveringsheffing 3ve
€
148,05 €
142,11
Totaal van de heffingen
€
1.256,55 €
1.283,16
€
26,61
2,12%
Toename t.o.v. 2014
Toename % t.o.v. 2014
De totale toename in 2015 is in dit voorbeeld € 26,61 op jaarbasis, een stijging van de lastendruk van
2,12% ten opzichte van 2014.
Voorbeeld 3:

agrarisch bedrijf met 40 hectare landbouwgrond;

waarde bedrijfsruimte en ondergrond 1 januari 2013 € 500.000 (belastingjaar 2014);

waarde bedrijfsruimte en ondergrond 1 januari 2014 € 487.500 (belastingjaar 2015);
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 35 -
De totale toename in 2015 is in dit voorbeeld € 43,86 op jaarbasis, een stijging van de lastendruk van
2,4%.
Voorbeeld 4:

huishouden bestaande uit meerdere personen;

huurder.
Berekening lastendruk
Lastendruk
2014
Lastendruk
2015
Watersysteemheffing:
Ingezetenen
€
46,32 €
47,62
Zuiveringsheffing:
Meerpersoons huishouden (3ve)
€
148,05 €
142,11
Totaal van de heffingen
€
194,37 €
189,73
€
4,64
2,39%
Afname t.o.v. 2014
Afname % t.o.v. 2014
De afname van het aanslagbedrag 2015 is in dit voorbeeld € 4,64 op jaarbasis, een daling van 2,39%.
Voorbeeld 5:

huishouden bestaande uit 1 persoon;

huurder.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 36 -
Berekening lastendruk
Lastendruk
2014
Lastendruk
2015
Watersysteemheffing:
Ingezetenen
€
46,32 €
47,62
Zuiveringsheffing:
Éénpersoons huishouden (1ve)
€
49,35 €
47,37
Totaal van de heffingen
€
95,67 €
94,99
€
0,68
0,71%
Afname t.o.v. 2014
Afname % t.o.v. 2014
De daling van het aanslagbedrag 2015 is in dit voorbeeld € 0,68 op jaarbasis, een daling van 0,71%.
Voorbeeld 6:

eenpersoonshuishouden

waarde eigen woning per 1 januari 2013 € 250.000 (belastingjaar 2014);

waarde eigen woning per 1 januari 2014 € 243.750 (belastingjaar 2015).
Berekening lastendruk
Lastendruk
2014
Lastendruk
2015
Watersysteemheffing:
Gebouwd (*)
Ingezetenen
€
€
80,00 €
46,32 €
81,90
47,62
Zuiveringsheffing:
Eenpersoons huishouden 1ve
€
49,35 €
47,37
Totaal van de heffingen
€
175,67 €
176,89
€
1,22
0,69%
Toename t.o.v. 2014
Toename % t.o.v. 2014
(*)
Woz belastingjaar 2014
Woz belastingjaar 2015 =WOZ 2014 -/- 2,5%
€
€
250.000
243.750
De toename van het aanslagbedrag 2015 is in dit voorbeeld € 1,22 op jaarbasis, een stijging van
0,69%.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 37 -
Samengevat:
Lastendrukontwikkeling 2013-2015
Lastenvoorbeeld
Meerpersoonshuishouden (3ve), eigen woning € 250.000
Meerpersoonshuishouden (3ve), huren
Eénpersoonshuishouden (1ve), eigen woning € 250.000
Eénpersoonshuishouden (1ve) , huren
Agrarisch bedrijf 25 ha, opstallen € 500.000, 3ve
Agrarisch bedrijf 40 ha, opstallen € 500.000, 3ve
2.3
(getallen x € 1)
2013
0,88
-0,11
0,88
-0,11
-87,52
-141,22
2014
2015
5,81
1,78
5,81
1,78
120,31
187,66
-2,74
-4,64
1,22
-0,68
26,61
43,86
Weerstandsvermogen
In juli 2005 heeft uw bestuur de nota ‘Reserves en voorzieningen’ vastgesteld. De in deze nota
opgenomen voorstellen tot herijking van reserves en voorzieningen hebben we in de begroting 2006
geïmplementeerd en actualiseren we van jaar tot jaar.
2.3.1
Algemene reserves
We kennen twee algemene reserves, te weten:

algemene reserve watersysteem (geraamde stand 1 januari 2015: € 1,875 miljoen positief);

algemene reserve waterzuivering (geraamde stand 1 januari 2015: € 2,250 miljoen positief).
Verkorte staat reserves en voorzieningen
(x € 1.000)
Verkorte staat reserves en voorzieningen
Eigen vermogen
Weerstandsvermogen
Algemene reserve watersysteem
Algemene reserve waterzuivering
Stand per 1
januari
Bestemmingsreserves
Bestemmingsreserve tariefegalisatie watersysteemheffing
Bestemmingsreserve tariefegalisatie zuiveringsheffing
Bestemmingsreserves met specifieke bestemming
Totaal eigen vermogen (a)
Voorzieningen (b)
Totaal reserves en voorzieningen (a+b)
Vermeerderingen Verminderingen
Stand per 31
december
2015
2015
2015
2015
1.875
2.250
0
0
0
0
1.875
2.250
1.646
6.454
5.498
17.723
0
0
0
0
39
350
1.740
2.129
1.607
6.104
3.758
15.594
2.881
423
405
2.899
20.604
423
2.534
18.493
In de nota ‘Reserves en voorzieningen’ hebben we normen opgenomen voor de gewenste hoogte van
de algemene reserves. Streefniveau is een hoogte van 7,5% van de netto kosten per taak, waarbij het
minimum niveau is bepaald op 5% en het maximum niveau op 10%.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 38 -
Toetsing algemeen weerstandsvermogen (€ x 1000)
Watersysteem
26.574
Zuivering
Streefniveau is 7,5% van netto structurele kosten zijnde
1.993
2.050
Geraamde stand 31 december 2015
Afwijking ten opzichte van streefniveau (7,5%) in geld
1.875
-118
2.250
200
Bandbreedte op basis van begroting 2015:
Minimaal niveau 5 % van netto structurele kosten
Maximaal niveau 10 % van netto structurele kosten
1.329
2.657
1.367
2.733
Geraamde stand 31 december 2015
1.875
2.250
Algemene reserve (weerstandsvermogen)
Netto structurele kosten in begrotingjaar 2015
27.331
Toetsing:
Op basis van het voorgaande concluderen we dat de omvang van het weerstandsvermogen voor het
watersysteem 7,06% bedraagt en die voor de zuivering 8,23% van de netto structurele kosten 2015.
Deze uitkomsten passen binnen de afgesproken normen.
2.3.2
Bestemmingsreserves
Bestemmingsreserves (x € 1.000)
Bestemmingsreserves
Tariefegalisatie watersysteemheffing
Tariefegalisatie waterzuiveringsheffing
Bestrijding hoogwater
Stimulering verbetering watersystemen
Mobiliteit
Saneringskosten
Innovatieprojecten programma Watersysteem
Bedrijfsvoering 2012 en verder
Dekking kapitaallasten
Totaal bestemmingsreserves
Stand per 1
januari 2015
1.646
6.454
450
1.340
610
0
0
894
2.205
13.599
Stand per 31
december 2015
1.607
6.104
450
550
510
0
0
394
1.854
11.469
Directe onttrekkingen of toevoegingen aan reserves mogen volgens de voorschriften niet
plaatsvinden. Dit betekent dat de kosten die uit een bestemmingsreserve worden gedekt, eerst in de
exploitatie (Verlies- en Winstrekening) verantwoord moeten worden. Daarna moet het rekenings-/
begrotingssaldo worden bepaald. En dan pas wordt via resultaatbestemming de inzet van de
bestemmingsreserves zichtbaar gemaakt. Voor de beeldvorming met betrekking tot het verwachte
verloop van de reserves, houden wij in deze paragraaf toch rekening met de inzet van de reserves.
Reserves worden bij besluit van algemeen bestuur ingesteld, en bij besluit van het algemeen bestuur
opgeheven.
Bestemmingsreserve ‘Tariefegalisatie watersysteemheffing’
Deze reserve vindt haar oorsprong in de jaarrekening 2005. Deze bestemmingsreserve is bedoeld om,
indien de algemene reserves aan de maat zijn, rekening-/begrotingsoverschotten op de watersys-
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 39 -
teemtaak in te storten. Deze kunnen we op een later moment inzetten om de tarieven van de
watersysteemheffing te egaliseren en/of om deze minder hard en/of gelijkmatiger te kunnen laten
stijgen in de toekomst. In feite is er sprake van een instrument waarmee we een evenwichtiger
tarievenbeleid kunnen voeren of waarmee we incidentele uitgaven kunnen bekostigen. Ook zal deze
reserve ingezet worden om invulling te kunnen geven aan de incidentele ontwikkelingen geschetst in
de Voorjaarsnota 2013. Hoe groot het beslag op deze reserve bedrag uiteindelijk zal zijn, is niet exact
te zeggen in afwachting van mogelijk incidentele ruimte die binnen de reguliere exploitatie zal
ontstaan. Bij de jaarrekening zal de definitieve balans op worden gemaakt en zullen wij uw bestuur de
bijbehorende voorstellen doen.
Bestemmingsreserve ‘Tariefegalisatie zuiveringsheffing’
Deze reserve vindt haar oorsprong in de jaarrekening 2012. Deze bestemmingsreserve is bedoeld om,
indien de algemene reserves aan de maat zijn, rekening-/begrotingsoverschotten op de
waterzuiveringstaak in te storten. Deze kunnen we op een later moment inzetten om de tarieven van
de zuiveringsheffing te egaliseren en/of om deze minder hard en/of gelijkmatiger te kunnen laten
stijgen in de toekomst. In feite is er sprake van een instrument waarmee we een evenwichtiger
tarievenbeleid kunnen voeren of waarmee we incidentele uitgaven kunnen bekostigen. Op basis van
de huidige inzichten is de reserve is voldoende groot om het risico ten aanzien van de kwijtschelding
voor de langere termijn af te dekken.
Bestemmingsreserve ‘bestrijding hoogwater’
De bestemmingsreserve hoogwaterbestrijding is bedoeld om de variabele kosten bij een hoogwatergolf te dekken indien er geen andere dekkingsmiddelen zijn. Conform eerder gemaakte afspraken
hebben we de noodzakelijke omvang bepaald op € 450.000. De gedragslijn is dat we eerst de kosten
proberen op te vangen binnen de lopende exploitatie van het jaar waarin de hoogwatergolf optreedt,
daarna via de vrij aanwendbare reserve, en als laatste via deze bestemmingsreserve.
Bestemmingsreserve ‘stimulering verbetering watersystemen’
Deze reserve is ingesteld om mogelijkheden te creëren om derden te stimuleren maatregelen te
nemen die leiden tot verbetering van het watersysteem. In de voorjaarsnota 2008 hebben we
aangekondigd dat we gemeenten willen stimuleren om de gemeentelijke overstorten op ons
watersysteem aan te pakken. In de begroting 2009 hebben we hiervoor in totaal een bedrag
vrijgemaakt van € 3 miljoen. Als onderdeel van het pakket 3 om ruimte te creëren binnen onze
begroting, hebben we in 2012, een bedrag van € 1 miljoen van deze reserve afgeroomd. We
verwachten op basis van declaraties 2015 dat we zo’n € 790.000 gaan afrekenen met de gemeenten.
Bestemmingsreserve ‘mobiliteit’
De mens is de belangrijkste productiefactor voor een organisatie. Het is daarom van belang dat de
kennis en vaardigheden van de mensen kwalitatief op peil blijven. Dat kan alleen wanneer we in
mensen blijven investeren. Als dat niet gebeurt vermindert de waarde, net als bij een ander
kapitaalgoed. Daarnaast is het zo dat wanneer er discrepanties zijn in de organisatie, er ruimte moet
zijn om deze aan te pakken. Met de vorming en het kunnen beschikken over deze reserve, kunnen we
de mobiliteit van het personeel bevorderen/stimuleren. Bij concrete inzet maken we (eventueel
achteraf) een begrotingswijziging. De kosten worden altijd eerst in de exploitatie verantwoord..
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 40 -
Bestemmingsreserve ‘Saneringskosten’
De kosten van bodemsanering in enig jaar moeten volgens de regels voor verslaglegging, als
kosten/verlies in de exploitatie verantwoord worden. De te verwachten subsidie over de gemaakte
kosten moet als inkomst verantwoord worden. Het verschil is het bedrag dat wij als waterschap voor
onze rekening nemen en verrekenen we via het jaarrekeningbesluit verrekenen met deze
bestemmingsreserve. Vanwege het onzekere en incidentele karakter als ook de omvang daarvan,
ramen we géén structureel budget in onze exploitatie. De bestemmingsreserve, voor zover er niet is
voorzien in dekking binnen de reguliere exploitatie, dient als achtervang. We verwachten dat met het
afronden van de sanering/ledigen zandvang Leudal te Neer de bestemmingsreserve opgeheven kan
worden. Omdat het er nog geld beschikbaar is in deze bestemmingsreserve ten tijde van de opmaak
van deze begroting (€ 1 miljoen), hebben we deze reserve nog wel vermeld.
Bestemmingsreserve ‘Innovatieprojecten programma Watersysteem’ (voorheen KenA-projecten)
Deze bestemmingsreserve gebruiken we voor het afdekken van incidentele kosten voor innovatieprojecten van het programma Watersysteem (voorheen gelabeld aan de afdeling Kennis en Advies).
We verwachten dat met de vaststelling van de jaarrekening 2014 deze reserve volledig is opgebruikt
waardoor deze opgeheven wordt. Omdat het er nog geld beschikbaar is in deze bestemmingsreserve
ten tijde van de opmaak van deze begroting (€ 35.000), hebben we deze reserve nog wel vermeld.
Bestemmingsreserve ‘bedrijfsvoering 2012 en verder’
Deze reserve zetten we in om (organisatie)wijzigingen als gevolg van beleidswijzigingen, te kunnen
realiseren. Ook willen we met deze reserve de kwetsbaarheid van de organisatie verminderen. Bij
concrete inzet zal (eventueel achteraf) maken we een begrotingswijziging (kosten moeten eerst in
exploitatie verantwoord worden). Afhankelijk van hoe een en ander zich de komende jaren ontwikkelt,
kan in principe altijd een heroverweging plaatsvinden ten aanzien van het bestedingsdoel van deze
reserve. Dat geldt dan voor dat deel van deze reserve, waarop geen financieel/juridische
verplichtingen rusten.
Bestemmingsreserve ‘dekking kapitaallasten’
Op basis van de nieuwe voorschriften voor de waardering en afschrijving van investeringen op de
balans, mogen bestemmingsreserves niet meer rechtstreeks in mindering worden gebracht op de
investering of andersom. De bestemmingsreserve en de ‘bruto’ investering blijven zichtbaar op de
balans waarbij de bestemmingsreserve evenredig via resultaatbestemming vrijvalt ten gunste van
dekking van het rekening/begrotingssaldo. Een en ander vloeit voort uit eerdere, door het algemeen
bestuur genomen besluiten.
Voorzieningen
Voorzieningen (x € 1.000)
Voorzieningen
Wachtgeld-/pensioenverplichtingen vm bestuur
Onderhoud waterschapskantoor en loodsen
Beheer en onderhoud waterkeringen
Natschade peilopzet Maas
Totaal voorzieningen
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
Stand per 1
januari 2015
872
456
186
1.367
2.881
Stand per 31
december 2015
716
430
486
1.267
2.899
- 41 -
Voorziening ‘Wachtgeld-/pensioen verplichtingen’
Met ingang van 2006 moeten we voor wachtgeld- en pensioenverplichtingen voor voormalige
bestuurders een voorziening vormen ter grootte van de verwachte toekomstige verplichting. De
toekomstige verplichting wordt jaarlijks bij het opmaken van de jaarrekening opnieuw berekend. Dan
vindt ook eventuele bijstorting of vrijval plaats ten laste respectievelijk ten gunste van de exploitatie
(Verlies- en Winstrekening). Voor het afdekken van de geraamde kosten 2015 verwachten we zo’n
€ 156.000 uit de voorziening ‘Wachtgelden en pensioenverplichtingen voormalig bestuurders’ te halen.
Voorziening ‘Onderhoud waterschapskantoor Blerick’, ‘onderhoud loods Horst’ en ‘onderhoud loods
Nederweert’
Met ingang van 2007 hebben we een voorziening ingesteld voor het onderhoud van het
waterschapskantoor Blerick. De jaarlijkse storting bedroeg € 136.000. Op basis van een actualisatie
van het onderhouds-/beheerplan in 2014 voor het waterschapskantoor waarbij we ook de loodsen
hebben betrokken, hebben we met ingang van 2014 het bedrag neerwaarts bijgesteld tot € 22.600. De
neerwaartse bijstelling is ten gunste gekomen van reguliere onderhoudsbudgetten in de exploitatie.
Voor het uitvoeren van diverse onderhoudswerkzaamheden volgens het onderhoudsplan 2015,
hebben we naar verwachting in totaal zo’n € 50.000 nodig en halen we uit deze voorziening.
Voorziening ‘Beheer en onderhoud waterkeringen’
Met ingang van 2011 hebben we een voorziening ingesteld voor het beheer en onderhoud van
waterkeringen. De jaarlijkse storting in de voorziening is begroot op € 400.000. Voor het uitvoeren van
het onderhoud verwachten we in 2015 een bedrag van € 100.000 nodig te hebben uit de voorziening.
Voorziening ‘Natschade peilopzet Maas’
Dit is een voorziening voor claims van ingezetenen en bedrijven. In 2010 hebben wij een bedrag
ontvangen van Rijkswaterstaat ter grootte van € 1.526.234 ter afhandeling van schadeclaims die het
gevolg kunnen zijn van de verhoging van het peil van de Maas (traject Sambeek-Grave). Het
waterschap heeft een bestuursakkoord met Rijkswaterstaat om deze claims af te handelen. Het gaat
hier om het treffen van een voorziening voor aanwezige risico’s en te verwachten verplichtingen
waarvan de omvang redelijkerwijs is te schatten. Medio 2014 heeft de eerste fase (+10cm) van de
peilopzet plaatsgevonden. In 2015 houden we rekening met een uitgave ten laste van deze
voorziening van € 100.000.
2.3.3
Prognose balans 2015
Als basis voor de berekening van de kapitaallasten, die voortvloeien uit de in het verleden gedane
investeringen, hebben we de staat van vaste activa begroting 2015 genomen. Daarin hebben we ook
de investeringsprogramma’s tot en met 2015 verwerkt.
2.4
Financieringsparagraaf
Als gevolg van onze dagelijkse activiteiten is er continu een ingaande en uitgaande geldstroom via
onze rekening courant. Via de rekening courant doen we niet alleen reguliere uitgaven (bijvoorbeeld
salarissen) maar ook investeringsuitgaven. Uitgaande van een sluitende jaarbegroting zorgen de
investeringsuitgaven ervoor dat er een vermogensbehoefte (financieringsbehoefte) op lange termijn
bestaat. In de bedrijfseconomie wordt als vuistregel gehanteerd dat reguliere uitgaven (exploitatieuitgaven) met ‘kort geld’ gefinancierd mogen worden (zoals bijvoorbeeld de rekening courant) en
investeringsuitgaven met ‘lang geld’ (looptijd geldlening langer dan één jaar). Het doel is de financieel-
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 42 -
economische kwetsbaarheid te minimaliseren en de continuïteit op langere termijn te waarborgen
(solvabiliteit). Op grond van het voorgaande kan de financieringsstructuur van een organisatie op
hoofdlijn worden afgelezen aan de verhouding tussen de afschrijvingen op investeringen en de
aflossingen op geldleningen. Wanneer deze verhouding nagenoeg (structureel) 1:1 is, zou men
kunnen concluderen dat investeringen zijn gefinancierd met vaste geldleningen met een looptijd die
nagenoeg aansluit bij de investerings- en kapitaalbehoefte op langere termijn. Voor een (semi-)
overheidsorganisatie geldt echter een uitzonderlijke situatie, omdat financieringsbeslissingen naast
het wettelijke kader vooral worden geleid door het kostenaspect. De continuïteit staat niet of
nauwelijks ter discussie.
Als we kijken naar de verhouding tussen afschrijvingen en aflossingen in de begroting 2015, dan is die
verhouding ongeveer 2,3:1 (€ 4.681.966 : € 2.030.756). Hieruit kunnen we concluderen dat we tot op
heden de gepleegde investeringen veelal met ‘kort geld’ en interne financieringsmiddelen (reserves en
voorzieningen) hebben gefinancierd. De wettelijke kaders geven tot op zekere hoogte de ruimte voor
deze benaderingswijze. Wij maken maximaal gebruik van die ruimte zolang de rentetarieven voor ‘kort
geld’ voordeliger zijn en een stijging van de ‘lange rente’ niet te verwachten is. Op deze wijze houden
we de financieringskosten voor ons waterschap zo laag mogelijk. Dit zolang we ons binnen de
gestelde kaders van de Wet Fido (de renterisico-norm en de kasgeldlimiet) begeven.
Bij het opmaken van de begroting houden we vooraf rekening met de rentelast van de financiering van
nieuwe investeringen. De rentelasten dekken we in de begroting door de rentecomponent in de
kapitaallasten van investeringen. Wanneer we namelijk een nieuwe investering in het investeringsprogramma opnemen, ramen we kapitaallasten die bestaan uit een afschrijvingskostencomponent en
een rente-kostencomponent. Door deze laatste in de begroting als last op te nemen, hebben we de
financieringskosten voor de investering afgedekt. Het aantrekken van een externe geldlening levert
dus geen extra lasten op voor de begroting, tenzij we meer moeten aantrekken dan vooraf voorzien of
rentepercentages hoger zijn. In de begroting 2015 hebben we de financieringsbehoefte voor eind
2015 berekend op afgerond € 35 miljoen bij volledige realisatie van het investeringsprogramma. In de
Wet Fido staan heldere regels over wanneer een geldlening aangetrokken moet worden. De externe
financieringsbehoefte op lange termijn neemt op basis van de verwachte beschikbaarheid van interne
financieringsmiddelen (reserves en voorzieningen), de aflossingen op de huidige geldleningen en het
meerjaren investeringsprogramma, met zo’n € 8 miljoen per jaar toe.
Renteontwikkeling 2015-2020 in relatie tot de meerjarenraming
De onrust op de financiële markten levert onzekerheden op ten aanzien van de renteontwikkeling.
Naar verwachting zal de rente, vanwege krapte op de internationale kapitaalmarkt en onder invloed
van economisch herstel, de komende jaren stijgen. Met ingang van 2013 hadden we het
rentepercentage waarmee we rekenen structureel met een 0,5% verlaagd. In de meerjarenbegroting is
uitgegaan van een rentepercentage van 4,0% voor 2015 en 2016, en 4,5% voor 2017 en 2018. Vanaf
2019 gaan we uit van 5% om het renterisico in de meerjarenraming te minimaliseren. Een en ander
conform de Voorjaarsnota 2014.
Reserves en voorzieningen
Het bedrag van de reserves en voorzieningen wenden we aan voor de financiering van investeringen.
Dit levert een besparing op ten aanzien van de rentelasten. Indien we reserves en/of voorzieningen
gaan besteden betekent dit een stijging van de externe rentelasten. We moeten dan namelijk ‘vreemd
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 43 -
geld’ (in de vorm van een geldlening) aantrekken, waarvan de rentekosten volledig ten laste van de
exploitatie komen.
Rentegevoeligheid
Zoals eerder aangegeven, houden we in de meerjarenraming rekening met de financieringslasten van
investeringen. De rentegevoeligheid van onze begroting hangt af van hoe de rente zich ontwikkeld ten
opzichte van de begrote rentepercentages. De rentegevoeligheid moet in relatie worden gezien met
de nieuw af te sluiten geldleningen voor de te plegen investeringen of herfinancieringen. De
rentegevoeligheid van de huidige leningportefeuille is nihil, omdat we over de hele looptijd vaste
percentages hebben afgesloten. We kunnen rentegevoeligheid meetbaar maken door te berekenen
wat het betekent als de rente 1% hoger uitvalt dan geraamd in vergelijking met het
renteontwikkelingspatroon dat we nu aangehouden hebben. Uitgaande van de financieringsbehoefte
van € 35 miljoen eind 2015 en een jaarlijks gemiddelde oplopende financieringsbehoefte van circa
€ 8,0 miljoen in 2015-2020, zouden de rentelasten in 2020 zo’n € 0,75 miljoen hoger zijn dan wat nu is
geraamd in de meerjarenraming. De structureel te dekken kosten zouden daarmee 3% hoger zijn dan
waar we nu in de meerjarenraming van uit zijn gegaan.
De Kasgeldlimiet en renterisico-norm
Op 1 januari 2001 is de Wet Fido in werking getreden. Deze wet vervangt de Wet Financiering lagere
overheden (Wet Filo), die sinds 1987 van kracht was. De Wet Fido heeft kort gezegd tot doel het
bevorderen van een solide financiering en kredietwaardigheid van de decentrale overheden. Om die
doelstelling te kunnen toetsen, hanteert de wet twee instrumenten:

de kasgeldlimiet t.b.v. de beperking van het renterisico op korte financiering (≤ 1 jaar);

de rente-risiconorm t.b.v. de beperking van het renterisico op lange financiering (> 1 jaar).
Kasgeldlimiet
De kasgeldlimiet geeft de grens aan tot welk bedrag lagere overheden hun activiteiten met korte
middelen mogen financieren. Een en ander om de renterisico’s te beperken. Voor waterschappen is
die limiet bepaald op 23% van het begrotingstotaal. Elk kwartaal wordt de gemiddelde ‘kort geld’schuld van de betreffende maanden getoetst aan de limiet. Voor ons waterschap betekent dit
voorschrift dat in 2015 de ‘kort geld’-schuld gemiddeld per kwartaal maximaal afgerond € 13.383.000
(23% van € 58.185.823) mag bedragen.
Als we twee kwartalen de kasgeldlimiet overschrijden, moeten we de ‘kort geld’-schuld omzetten in
een langlopende financiering. We ramen de financieringsbehoefte in 2015 op circa € 35 miljoen. We
financieren zo lang mogelijk vanuit de rekening courant, vanwege de lage kosten voor ‘rood staan’.
Hoe lang we hiermee doorgaan, hangt af van de (verwachte) renteontwikkeling op de geld- en
kapitaalmarkt.
Renterisico-norm
Uitgangspunt voor het invoeren van een renterisico-norm is het streven naar een spreiding van
looptijden van ‘lang geld’-leningen met het oog op een beperking van renterisico's. Het bedrag aan
aflossingen en het leningsbedrag dat in aanmerking komt voor renteherziening mogen in het
betreffende jaar de renterisico-norm niet overschrijden.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 44 -
Voor waterschappen is de wettelijke renterisico-norm bepaald op 30% van het begrotingstotaal. 30%
van het begrotingstotaal 2015 komt neer op een bedrag van € 17.456.000. Het op vaste geldleningen
af te lossen bedrag in 2014 is € 2.030.756 en blijft ruim binnen de renterisico-norm van € 17.456.000.
Schatkistbankieren
In het begrotingsakkoord was opgenomen dat met ingang van 2013 ook de decentrale overheden
worden verplicht tot ‘schatkistbankieren zonder leenfaciliteit’. In feite is schatkistbankieren een
mechanisme waarmee de centrale overheid de staatsschuld collectief wil verlagen door tekort- en
overschotposities met elkaar te verrekenen waarbij zij op termijn ook de ‘rente-uitgaven’ van de
collectieve overheid te kunnen verlagen. Schatkistbankieren houdt in dat publieke instellingen al hun
liquide middelen boven de norm van 0,75% van het bruto begrotingstotaal (o.b.v. het daggemiddelde
binnen een kwartaal), aan móeten houden bij het ministerie van Financiën. Ze doen dat in de vorm
van een rekening-courant, zoals bij een bank. Decentrale overheden (zoals waterschappen) hebben
de mogelijkheid om termijndeposito’s aan te houden. Over de aangehouden middelen wordt een voor
de Staat marktconforme rente vergoed, dat wil zeggen een rente die gelijk is aan de rentes waartegen
de Staat zich financiert op de financiële markten. Dit betekent dat bij schatkistbankieren per definitie
sprake is van rentederving omdat bij uitzetting bij andere (commerciële) partijen die eveneens voldoen
aan de hoogste eisen, de rentevergoeding doorgaans hoger is. Daarnaast brengt het schatkistbankieren een administratieve lastenverzwaring met zich mee.
Alleen in geval van overtollige liquide middelen zijn we verplicht tot schatkistbankieren en dan ook nog
wanneer we boven de norm voor het daggemiddelde van 0,75% van € 58.185.823 (afgerond
€ 437.000) binnen een kwartaal uitkomen. Op het moment is het zo dat we hoofdzakelijk ‘rood’ staan
en onze financieringsbehoefte als gevolg van te plegen investeringen, alleen maar toeneemt.
Risicogedrag
Ons beleid is gericht op het financieren van activiteiten tegen zo laag mogelijke financieringskosten en
zo laag mogelijk renterisico. Gezien het feit dat we de vaste geldleningen voor langere tijd zijn
aangegaan zonder de mogelijkheid tot renteherziening gedurende de looptijd, lopen we een laag
renterisico.
2.5
Risicoparagraaf
Waterkeringstaak
Voor het uitvoeren van onze wettelijke taak op het gebied van de waterkering, is het noodzakelijk om
te beschikken over een actueel en gevuld beheerregister. Veel gegevens van onze waterkeringen zijn
nog onbekend. Dit heeft zijn oorsprong met name in het feit dat de 1/50e keringen in 1996 zijn
aangelegd met een tijdelijk perspectief en in een zeer hoog tempo. Toentertijd was er, nog afgezien
van het feit dat de dijken geen primaire status hadden, geen reden om een beheerregister hiervoor op
te stellen, omdat de dijken binnen afzienbare tijd overbodig zouden worden. Wij beschouwen de nog
uit te voeren dijkverbeteringen hét moment om een actueel beheerregister van deze dijken te gaan
opbouwen en beschouwen dit ook als onderdeel van de dijkverbeteringen.
De geplande dijkverbeteringen worden grotendeels betaald met Rijksmiddelen. Dat betekent dat er
geen vervangingsinvestering wordt opgebouwd ter vervanging van onderdelen uit de waterkering op
het moment dat de technische levensduur is bereikt. De voorziening groot onderhoud (€ 400.000)
heeft tot doel om constructies en dijklichamen ook daadwerkelijk tot aan het einde van de technische
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 45 -
levensduur te laten functioneren, maar het is best mogelijk dat door externe factoren (niet zijnde
hogere waterstanden in de Maas) deze technische levensduur eerder is bereikt. Dit is dus een groot
risico.
Landelijk is een projectbureau opgericht om de dijkverbeteringen uit het nieuw
Hoogwaterbeschermingsprogramma (nHWBP) te coördineren (prioritering, subsidieafhandeling,
kostenbewaking e.d.). De opgave in Limburg heeft daarin een unieke positie, omdat via de
Bestuursovereenkomst Waterveiligheid Maas reeds € 160 miljoen is gelabeld aan onze opgave.
Volgend uit het Bestuursakkoord Water wordt het projectbureau nHWBP gevuld met 50%
medewerkers van Rijkswaterstaat en 50% medewerkers van de waterschappen. Zo zal er in de
komende jaren een toenemend beroep worden gedaan op een bijdrage vanuit de waterschappen, ook
op ons waterschap.
Nagekomen belastingbaten
Op basis van ervaringscijfers houden we in de begroting 2014 en verder rekening met structurele
nagekomen belastingbaten van € 800.000. Naarmate de kwaliteit van de prognoses met betrekking tot
de belastingmaatstaven (aantal ingezeten, waardeontwikkeling Wet Woz, vervuilingseenheden en
dergelijke) hoger wordt, zullen de nagekomen belastingbaten lager worden.
Landelijk vereveningsfonds Hoogwaterbeschermingsprogramma (2011 € 81 miljoen, 2014 € 131
miljoen, 2015 € 181 miljoen)
Bij de berekening van de bijdragen 2014, 2015 en verder voor ons waterschap, gaan wij er van uit
dat dezelfde verdeelsleutel wordt gehanteerd als voor de ‘1ste tranche’ van € 81 miljoen in 2011. Als
men uiteindelijk voor een andere verdeelsleutel kiest, kan het bedrag voor ons waterschap hoger of
lager uitvallen dan de bedragen die we nu hebben geraamd.
Meerjarenraming 2015-2020
In de meerjarenraming zijn we uitgegaan van een loon- en prijsontwikkeling van 2% per jaar. De
meerjarenraming is een momentopname en is geen statisch instrument. De meerjarenraming is een
meerjarige indicator van de meerjarige ontwikkeling van onze exploitatielasten en -baten. Niet meer
en niet minder. De ervaring leert dat door allerlei ontwikkelingen in de omgeving waarin wij acteren, de
groei in de structurele kosten meestal hoger uitvalt dan we op enig moment voorzien.
Sociale lasten
In de begroting zijn wij uitgegaan dat de wettelijke sociale werkgeverslasten zo’n 23% bedragen van
de belaste vergoedingen en bruto lonen. Het percentage voor 2015 wordt echter pas eind december
bepaald.
Kwijtschelding 2015-2020
In de begroting 2015 hebben wij rekening gehouden met een totaal bedrag aan kwijtschelding 2014
van afgerond € 921.991 (ca. 1,6% van de bruto op te leggen heffingen). De afgelopen jaren is een
opwaartse trend te signaleren als gevolg van onder andere de economische situatie en koppeling van
kwijtschelding aan de gemeentelijke kwijtschelding. Ook zijn er meer mensen zich bewust van de
mogelijkheid tot het aanvragen van kwijtschelding en vinden ook makkelijker de (digitale) weg
waardoor de realisatie de voorbije jaren hoger uit is gevallen dan de raming. We hadden/hebben
daarom het kwijtscheldingsbedrag voor in ieder geval 2013 en 2014 (mede gelet op de crisis) met
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 46 -
€ 295.000 verhoogd ten opzichte van de oorspronkelijke ramingen. Gelet op de ervaringscijfers
trekken wij die lijn door voor de jaren 2015 en verder met dien verstande dat we de verhoging op
hebben getrokken naar € 350.000. Wij vinden het op dit moment niet nodig om aan de ‘voorkant’
hogere structurele kosten voor kwijtschelding door te berekenen in het zuiveringstarief. Gelet op de
omvang van de bestemmingsreserve tariefegalisatie zuiveringsheffing in relatie tot de hoogte van het
risico, vinden we dat nu niet nodig.
Voorziening groot onderhoud
Sinds enkele jaren maken wij gebruik van de voorziening groot onderhoud. Op basis van deze
ervaring en prognoses van toekomstig onderhoud, voorzien wij in de komende jaren een tekort aan
middelen om het noodzakelijke geprogrammeerde onderhoud uit te voeren. Kijken we nog verder in
de toekomst (voorbij 2024), dan moeten we concluderen dat de nooddijken uit 1996 ook na 2024
gedeeltelijk aanwezig zullen zijn en een waterkerende functie hebben. Destijds zijn deze dijken daar
nooit op ontworpen, zodat ook vanuit dit perspectief te verwachten is dat de onderhoudskosten zullen
gaan toenemen. Daarnaast blijven de eerder genoemde risico’s, zoals het ontbreken van een
vervangingsinvestering en de reële kans op een leidingbreuk onder de dijk, van kracht.
Realisatie beleidsopgave en Dienst Landelijk Gebied (DLG)
Wij realiseren onze beleidsopgaven samen met onze omgeving. Een aantal van die opgaven
realiseren wij in de vorm van Integrale projecten; Integrale Gebieds Uitwerkingen (IGU). De Provincie
Limburg is opdrachtgever van deze zogenaamde IGU’s. De feitelijke realisatie van de IGU’s heeft de
provincie uitbesteed aan de Dienst Landelijk Gebied (DLG). Begin 2015 wordt DLG opgeheven en een
deel van de taken van DLG zullen door het Rijk worden overge-dragen aan de provincie. Dit betekent
dat de realisatie - de voortgang - van een aantal WPM-beleidsopgaven wordt bedreigd. Wij overleggen
met de provincie over de voortgang van deze IGU’s en gaan uit van een actieve rol (inzet) van het
waterschap om onze beleidsopgaven te kunnen realiseren.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 47 -
Begroting 2015
naar programma’s
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 48 -
3 Programma Waterkering
Als waterschap dragen wij bij aan een veilige
Maas in Limburg, omdat de Maas ook af en
toe haar grillige en gevaarlijke kant laat zien.
Wij doen dit door de waterkeringen te
beheren, te onderhouden en daar waar nodig
te versterken, zodat de inwoners van Noorden Midden-Limburg elke dag kunnen genieten
van de Maas.
Portefeuillehouder(s) - bestuurlijk
programma ‘Waterkering’: Rein Dupont
proces ‘waterkeringenbeheer’: Rein Dupont
projecten ‘dijkversterking’: Rein Dupont
Programmamanager - ambtelijk
programma ‘Waterkering’: Enno Kuipers
3.1
Wat willen we bereiken?
We willen in de basis dat de inwoners in ons gebied veilig zijn en zich vervolgens ook veilig voelen en
vertrouwen hebben in ons waterschap als waterkerende instantie. En daarnaast willen we dat de
beschermde gebieden tijdens hoogwater van de Maas zo normaal mogelijk kunnen functioneren en zo
weinig mogelijk (over)last en/of schade ondervinden van het hoogwater. Mochten de waterstanden
onverhoopt hoger worden dan onze keringen, dan zien wij graag dat wij en onze omgeving op een
dergelijke situatie zijn voorbereid. Daar waar mogelijk willen wij onze inwoners hierbij ondersteunen.
Programmadoelen

dijken voldoen aan de Waterwet;

waterschap voldoet aan de zorgplicht;

de burger voelt zich veilig.
De bovenstaande doelen zijn de stip op de horizon voor de langere termijn. Voor een belangrijk deel is
de hoogwaterbescherming in Limburg nog niet op orde.
Dijken voldoen aan de Waterwet
Vanuit de lopende bestuursovereenkomsten met specifieke ontwerpkaders zullen we in de komende
jaren diverse dijkverbeteringsprojecten uitvoeren. Hierbij weten we dat deze dijken in de toekomst
zullen moeten gaan voldoen aan nieuwe en strengere normen. Dat betekent dat deze dijken (en de
onlangs verbeterde dijken) op termijn (uiterlijk 2050) zeer waarschijnlijk nog een keer moeten worden
verbeterd. Wij zijn daarbij van mening dat het goede niet moet wachten op het betere, zeker niet waar
op dit moment de bescherming ruim onder de wettelijke norm van 1/250e bevindt. De eerste stap
richting de stip op de horizon is dat de dijken gaan voldoen aan het ontwerpkader uit de bestuursovereenkomsten.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 49 -
De nieuwe norm zal waarschijnlijk in de loop van 2017 van kracht worden, zodat we vanaf dat moment
ook dijken op deze nieuwe norm kunnen ontwerpen en verbeteren. In het ontwerp zullen we ook onze
eigen beleidskaders en de landelijke leidraden meenemen. Dit betekent dat de dijken die vanaf 2018
worden verbeterd, waarschijnlijk al wel kunnen voldoen aan de Waterwet.
Ons is gebleken dat de Rijksmiddelen onvoldoende zijn om heel Limburg de beoogde veiligheid te
bieden in de komende jaren. Dit betekent dat een deel van de nooddijken uit 1996 langer dan gepland
een waterkerende functie moeten vervullen en niet de beoogde basisveiligheid bieden. Uiteraard
zullen wij in samenwerking met onze partners in de Veiligheidsregio werken aan een zo’n veilig
mogelijke situatie. De nog te verbeteren dijken zullen we inbrengen in het Hoogwaterbeschermingsprogramma.
Waterschap voldoet aan de zorgplicht
Sinds dit jaar is het toezicht op de waterschappen, wat betreft hoogwaterbescherming, verschoven
van provincie naar het Rijk. Het Rijk heeft de taak om toe te zien op de waterschappen en te
beoordelen of de waterschappen de waterkeringszorg naar behoren en binnen hun vermogen
uitvoeren. Om dit inzichtelijk te maken zijn Rijk en waterschappen gezamenlijk gestart met het
vormgeven van een dashboard met prestatie indicatoren. Dit dashboard zal de komende jaren meer
gestalte krijgen en worden getoetst. Voor de komende jaren willen wij mee in de ontwikkeling zodat op
termijn feitelijk kan worden gemeten dat wij voldoen aan de zorgplicht en de indicatoren in het
dashboard op groen staan. Onze doelstelling daarbij is dit aantoonbaar te maken tijdens audits die
door het Rijk zullen worden uitgevoerd.
De burger voelt zich veilig
Onze primaire taak is ervoor te zorgen dat de burger met betrekking tot hoogwaterbescherming veilig
is. Onze ambitie is verder dat wij graag zien dat de burger zich op dit vlak ook veilig voelt en daarbij
vertrouwen heeft in het waterschap en veiligheidsregio. Als onderdeel of verlengstuk van dit veilig
voelen zien wij ook een stuk zelfredzaamheid. Om als burger hierin te kunnen handelen zal
bewustwording en kennisontwikkeling nodige zijn, dit is dan ook de inzet van het waterschap de
komende jaren. We zijn hiermee reeds gestart en we zullen de communicatieplannen hierop verder
aanscherpen en actualiseren. We willen daarbij uitdrukkelijk de social media in betrekken. Eveneens
vraagt het de komende jaren de ontwikkeling van een aantal indicatoren, want hoe meet je dat de
burger zich veilig voelt of zelfredzaam is? Van belang is daarbij de huidige situatie te verkennen,
doormiddel van een meting (enquête, hits social media, etc.).
Programma
Doel
Doel
indicatoren
2015
2020
Waterkering

aantal km dijken dat voldoet aan Waterwet……………………………………………………...
 0
 24

aantal km dijken dat is verbeterd conform bestuursovereenkomsten………………………..
 3
 46

invulling geven aan de zorgplicht, aantoonbaar via audits……………………………………..
 ontwikkelen
dashboard
 positieve
score
dashboard

communicatie met onze omgeving………………………………………………………………..
 0-meting
 n.i.o.*
* n.i.o. = nog in ontwikkeling
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 50 -
3.2
Wat gaan we ervoor doen?
Beleidsproducten
nr
naam beleidsproduct
omschrijving beleidsproduct
01
Eigen plannen - waterkering
Het opstellen van beheer- en beleidsplannen en plannen rond
specifieke thema’s en/of gebieden.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
1.1 Beheerplan waterkeringen
Inspectie en onderhoudsplan
Op basis van de ontwikkelde en vastgestelde plannen zullen wij
onze onderhoudsstrategie voor onze waterkeringen in de diverse
onderhoudsprogramma’s verder operationaliseren. Met het doorlopen van de plan-do-check-act (PDCA) cyclus zullen we de programma’s ook in de komende jaren verder gaan optimaliseren.
Het volgen van ruimtelijke ordening ontwikkelingen in het Maasdal
We geven uitvoering aan onze wettelijke taak. Wij stellen ons daarbij
in eerste instantie op als adviserend partner. In de uitvoering van de
gebiedsontwikkeling Ooijen-Wanssum zijn we actief betrokken als
uitvoeringspartner voor de planvorming van de dijkversterking
binnen deze gebiedsopgave. Ook zullen we een actieve rol hebben
in de verdere uitwerking en voorbereiding van de voorkeurstrategie
van het Deltaprogramma.
Beleidsontwikkeling van derden
Wij volgen de landelijke en provinciale beleidsontwikkeling op het
gebied van de waterkering en zullen, waar noodzakelijk en mogelijk,
op een proactieve wijze onze bijdrage leveren dan wel onze eigen
beleidsdoelstellingen aanpassen.
02
Plannen van derden waterkering
Het beoordelen en zo nodig beïnvloeden van beleid en plannen van
derden ten behoeve van het realiseren van doelstellingen van ons
waterschap.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
2.1 Plannen van derden
Wij volgen en participeren in het Deltaprogramma, waarbij wij sturen
op een integrale en duurzame realisatie van de hoogwaterbeschermingsopgave. Wij sturen op een duidelijke knip tussen de korte
termijn opgave (inhalen achterstand met huidige bestuursovereenkomsten) en lange termijn opgave (Deltaprogramma). De rivierverruiming Ooijen-Wanssum begeleiden wij waar het dijkverbeteringen betreft. Ook overige projecten in de Maasvallei zullen wij
volgen en waar mogelijk ondersteunen. Analoog met de visie van
het Deltaprogramma beogen we daarbij werk met werk.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 51 -
03
04
Beheerinstrumenten
waterkeringen
Voorbereiding, op- en vaststelling en het actueel houden van de
legger en het beheerregister, met bijbehorende kaarten, waarin de
ligging, richting, vorm, constructie en overige kenmerkende
gegevens van de constructie en de feitelijke toestand van de
waterkeringen en de daarin gelegen kunstwerken is aangegeven.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
3.1 Legger waterkeringen
Beheer voeren op basis van nieuwe legger.
We houden de legger actueel. Aandachtspunt hierbij is het
verwerken van de uitkomsten van initiatieven van derden na
oplevering.
3.2 Beheerregister
waterkeringen
Actualisatie en beheer van gegevens van de waterkering en
objecten in en nabij de waterkering ten behoeve van de toetsing op
veiligheid, draaiboek hoogwater en beheer en onderhoud van de
waterkering.
3.3 Veiligheidstoetsing
waterkeringen
Als beheerder blijven we verantwoordelijk voor de periodieke
toetsing van de waterkeringen. Vanaf 2017 zullen een nieuw toets
kader en nieuwe toets systematiek beschikbaar zijn, waarbij de
periodieke toetsing zal worden getransformeerd naar een meer
continue toetsing. In 2015 gaan wij ons voorbereiden op deze
nieuwe systematiek en gaan wij dit vertalen naar een meerjarenplanning en meerjarenbegroting.
Aanleg en onderhoud
waterkeringen
Het tot stand brengen, vernieuwen, overnemen en uitvoeren van
onderhoudswerkzaamheden van keringen en de bij ons waterschap
in beheer zijnde kunstwerken, inclusief het verwerven van de
ondergrond.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
4.1 Aanleg en verwerving
primaire waterkeringen
Ons doel is een veilig Maasdal. Dit willen wij realiseren via de
volgende sporen:

uitvoeren 2e tranche dijkverbetering, prioritaire dijkverbeteringen.

uitvoeren Hoogwaterbeschermingsprogramma.

begeleiden van de dijkverbeteringen in gebiedsontwikkeling
Ooijen-Wanssum.
Onze doelstelling is de achterstandsituatie in Limburg (qua hoogwaterveiligheid) zo spoedig mogelijk in te lopen, aansluiten op de
landelijke systematiek en waar mogelijk anticiperen op het
Deltaprogramma en nieuwe normering.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 52 -
4.2 Onderhoud primaire
waterkeringen
Het uitvoeren van geprogrammeerd onderhoud aan grijze en groene
dijken en waterkerende kunstwerken.
Het onderhoud zal conform planning worden uitgevoerd.
Doelstelling van het waterschap is, zoals ook verwoord in het
beheerplan waterkeringen, het verminderen van het aantal demontabele keringen en coupures. De insteek bij deze doelrealisatie is
het principe van “werk met werk”.
Het uitvoeren van noodzakelijk ongeprogrammeerd onderhoud aan
grijze en groene dijken en waterkerende kunstwerken.
Ook in 2015 zullen wij enkele probleemlocaties oplossen, zoals het
herstellen van taluds en het verwijderen van de meest risicovolle
beplanting.
Inspecties waterkeringen
Door middel van gerichte inspecties van zowel de groene dijken als
de kunstwerken, houden wij zicht op het goed functioneren van de
kering. Tevens wordt deze taak gecombineerd met toezicht op keur,
begeleiding van de onderhoudsbestekken en de vergroting van het
bewustzijn bij burgers aan de waterkering.
05
4.8 Muskusrattenbestrijding
Uitvoeren van de bestrijding
schadelijke knaagdieren.
van muskusratten
en
andere
Dijkbewaking en
calamiteitenbestrijding
Het plan- en doelmatig bewaken van waterkeringen in bedreigende
situaties en het treffen van maatregelen om de waterkerende functie
te waarborgen alsmede het beperken van de gevolgen van
calamiteiten.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
5.1 Dijkbewaking en
calamiteitenbestrijding
Het laten functioneren van de dijkwachtorganisatie
Wij zorgen voor een adequate dijkbewaking tijdens hoogwaters. Dit
doen we door het aantal vrijwilligers op peil te houden en deze goed
voor te bereiden.
Het laten functioneren van de hoogwaterbestrijdingsorganisatie
Wij zorgen voor het goed functioneren van de calamiteitenorganisatie tijdens hoogwaters. Dit doen we door de calamiteitenorganisatie jaarlijks te instrueren en op te leiden. Hierbij actualiseren
wij het hoogwaterbestrijdingsplan jaarlijks. Voorafgaand aan het
hoogwaterseizoen verspreiden wij dit plan onder de betrokkenen en
waar noodzakelijk wordt op onderdelen geoefend.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 53 -
Onderhoud en beheer van hoogwaterbestrijdingsmaterieel
Wij zorgen voor het beheer en onderhoud van het hoogwaterbestrijdingsmaterieel.
Het periodiek inspecteren van de keer- en afsluitmiddelen voor het
hoogwaterseizoen
Wij inspecteren periodiek de keer- en afsluitmiddelen en houden een
jaarlijkse schouw voorafgaand aan het hoogwaterseizoen. De
inspecties vormen weer input voor het onderhoudsprogramma en
hoogwaterbestrijdingsplan.
Het actueel houden van het calamiteitenbestrijdingsplan hoogwater
Maas.
Wij zorgen voor een actueel bestrijdingsplan als gevolg van dijkverbeteringen en evaluaties.
Het periodiek testen en plaatsen van hoogwaterbestrijdingsmaterieel
Essentieel in de hoogwaterbestrijding is het tijdig en volledig
opbouwen van het hoogwaterbestrijdingsmaterieel. Een jaarlijkse
oefening ten behoeve van voldoende ervaring en routine, ook bij
derden (m.n. aannemers) die vanuit de waakvlamconstructies een
belangrijke bijdrage leveren in het realiseren van de hoogwaterbescherming. Voor 2015 is de doelstelling een grootscheepse
oefening te organiseren met de veiligheidsregio. Het streven is een
en ander te combineren.
We communiceren met inwoners over risico’s en wat zij hiertegen
kunnen doen.
Wij blijven communiceren met de inwoners op alle mogelijke
momenten en via alle mogelijke media ten behoeve van een grotere
zelfredzaamheid.
Projecten
naam
o
omschrijving
2e Tranche dijkverbetering
Voorbereiden en uitvoeren van de 2e tranche dijkverbetering.
activiteit
beoogd resultaat
Het voorbereiden en uitvoeren
van de prioritaire
dijkverbeteringen uit de 2e
tranche dijkverbetering
Met het Rijk is een Bestuursovereenkomst Planstudie Sluitstukkaden in 2010 gesloten. Op basis van deze overeenkomst vindt de
uitwerking van de planstudie en de voorbereidingen van de
uitvoering van de prioritaire dijkverbeteringen plaats. De kosten
komen ten laste van de beschikbare middelen (€ 42 miljoen) zoals
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 54 -
vastgesteld in de bestuursovereenkomst. Omdat de beschikbare
middelen onvoldoende zijn om het initiële programma te realiseren,
zullen we hierover met het Rijk in overleg treden en mogelijk keuzes
maken wat wel of niet wordt uitgevoerd.
o
o
o
o
Ooijen-Wanssum
Voorbereiden en uitvoeren van de dijkverbeteringen in het
gebiedsontwikkelingsplan Ooijen-Wanssum.
activiteit
beoogd resultaat
Het voorbereiden en uitvoeren
van de dijkverbeteringen in het
gebiedsontwikkelingsplan
Ooijen-Wanssum
De doelstelling van het waterschap is een trekkersrol te vervullen
wat betreft de dijkverbeteringen in het gebiedsontwikkelingsplan
Ooijen-Wanssum. Ook in 2015 zullen wij, onder regie van Provincie
Limburg, een actieve bijdrage leveren. De kosten hiervoor komen
ten laste van het integrale project.
Hoogwaterbeschermingsprogramma
Voorbereiden op de uitvoering van het Hoogwaterbeschermingsprogramma 2017 e.v..
activiteit
beoogd resultaat
Het voorbereiden en uitvoeren
van de dijken in kader van het
Hoogwaterberschermingsprogramma (HWBP)
Op basis van de Bestuursovereenkomst Waterveiligheid Maas
zullen wij een stevige bijdrage leveren in de basisveiligheid. In 2017
en volgende jaren is € 20 miljoen gereserveerd vanuit het HWBP. In
de periode van 2015 tot 2017 pakken wij de projectvoorbereiding op
zodat wij in 2017 ook daadwerkelijk de uitvoering van enkele
dijkverbeteringstrajecten ter hand kunnen nemen. Daar waar
mogelijk zullen we anticiperen op de nieuwe norm.
Kabels en leidingen
Opstellen visie en plan van aanpak.
activiteit
beoogd resultaat
Opstellen visie en plan van
aanpak
Kabels en vooral leidingen in of nabij waterkeringen vormen een
risico voor de veiligheid. In ons beheergebied liggen er relatief veel
kabels en leidingen onder of direct naast de waterkeringen. In de
lopende dijkverbeteringsprogramma’s is geen rekening gehouden
met het structureel oplossen van kabels en leidingenproblematiek in
Limburg. In 2015 willen wij komen tot nadere afspraken met de
leidingbeheerders en een concreet plan om de problematiek naar de
toekomst structureel te verkleinen.
Beplanting
Opschonen van gevaarlijke situaties.
activiteit
beoogd resultaat
Opschonen van gevaarlijke
situaties
De aanwezige bomen en beplantingen op en nabij de waterkeringen
zijn geïnventariseerd. Daar waar deze een negatieve invloed
hebben op de veiligheid, zal via de dijkverbeteringen worden
gewerkt aan een structurele oplossing. Echter, de dijkverbeteringen
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 55 -
lopen minimaal door t/m 2024 zodat ook voor deze overbruggingsperiode aanvullende maatregelen worden voorzien.
3.3
Wat mag het kosten?
Programma Waterkering
R e k e ning 2 0 13
Catego rie
B e gro t ing
2 0 14 v ó ó r
k a nt e ling
B e gro t ing
2 0 14 ná
k a nt e ling
B e gro t ing
2 0 14
( inc l.wijz.)
B e gro t ing
2 0 15
(€)
(€)
(€)
(€)
(€)
0
0
0
50.000
0
43 Go ederen en diensten van derden
1.269.859
539.667
534.667
649.868
552.368
45 To evo egingen aan vo o rzieningen
400.000
400.000
400.000
400.000
400.000
50 Kapitaallasten
474.332
728.659
678.758
678.758
1.184.308
Lasten
42 P erso neelslasten
51t/m 59 Organisatie-/bedrijfsvo eringsko sten
To taal Lasten
B aten
1.600.020
1.637.430
1.811.951
1.811.951
1.682.890
3.744.211
3.305.756
3.425.376
3.590.577
3.819.566
(€)
(€)
(€)
(€)
(€)
83 Go ederen en diensten aan derden
2.430
0
0
0
0
83 Go ederen en diensten aan derden
528.199
0
0
0
0
To taal B aten
S a ldo la s t e n m inus ba t e n
530.629
0
0
0
0
3 .2 13 .5 8 2
3 .3 0 5 .7 5 6
3 .4 2 5 .3 7 6
3 .5 9 0 .5 7 7
3 .8 19 .5 6 6
Vooraf
De rekeningcijfers 2013 hebben nog betrekking op het ‘oude’ programma Waterkering.
Toelichting lasten
43 Goederen en diensten van derden
De hogere werkelijke kosten verantwoord in 2013 hielden met kosten van het onderhoudsprogramma
waterkeringen die ten laste werden gebracht van de daarvoor gevormde voorziening (zie ook de
hogere baten). De ramingen baseren we op het normale structurele niveau van de verwachte kosten.
Ook de kosten van een hoogwatercalamiteit ramen we niet vooraf, omdat we er vanuit gaan dat deze
incidenteel optreedt. Mocht er sprake zijn van een hoogwatercalamiteit, dan is de gedragslijn om eerst
de kosten binnen de totale exploitatierekening op te vangen. Mocht dat niet lukken dan hebben we
nog altijd de bestemmingsreserve hoogwater achter de hand.
45 Toevoegingen aan voorzieningen
Op basis van het onderzoeksrapport van Arcadis (beheer en onderhoud waterkeringen) en de
bestuurlijke besluitvorming naar aanleiding daarvan, ramen we met ingang van 2011 jaarlijks bedrag
van € 400.000 voor te plegen onderhoud aan waterkeringen. Dit bedrag storten we in een
onderhoudsvoorziening. Dit met het oog op gelijkmatige spreiding van meerjarige cyclische
onderhoudskosten in de exploitatie.
50 Kapitaallasten
De toename in 2015 is het gevolg van de doorrekening van de kapitaallasten van de geplande
investeringen voor dit programma. De voor dit programma geplande investeringen zijn opgenomen in
het overzicht ‘Investeringen 2015-2019’ dat bij dit programma is opgenomen. Een gedeelte van de
kapitaallasten wordt via bestemming/dekking van het resultaat ten laste gebracht van de
bestemmingsreserve kapitaallasten. De stijging van de kapitaallasten is vooral het gevolg van de
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 56 -
jaarlijks te betalen bijdragen aan het HWBP en de (voor)financiering van projecten nHWBP. De
bijdrage HWBP stijgt van € 2.990.000 in 2014 naar ongeveer € 4.130.000 in 2015. Dat bedrag
beschouwen we als een investering waarvan de kapitaallasten ten laste van de exploitatie worden
gebracht. Dit is de uitvoering van het besluit genomen door het algemeen bestuur op 27 april 2011.
51 t/m 59 Organisatie- en bedrijfsvoeringkosten
Op de zogenaamde proceskostenplaatsen worden alle kosten (salariskosten, sociale lasten, reiskosten e.d.) van een proces verzameld, waarna we op basis van een procentuele verdeling gebaseerd
op de werkelijke tijdsbesteding van de afgelopen 3 jaren (2011-2013), de kosten doorberekenen naar
de desbetreffende producten en programma’s. Dit is een ander uitgangspunt dan voorgaande jaren,
waarin werd uitgegaan van de verwachte tijdsbesteding. Een en ander om de verschillen tussen
raming en realiteit te verkleinen en tevens de administratieve belasting te verlagen. Deze wijziging
veroorzaakt verschillen met de doorberekende organisatie- en bedrijfsvoeringskosten 2014.
Productramingen
Programma Waterkering (€)
Producten
Begroting
Lasten 2014
Begroting Begroting Begroting
Lasten 2015 Baten 2014 Baten 2015
Eigen plannen - waterkering
137.062
191.466
0
0
P lannen derden - waterkering
193.585
133.968
0
0
B eheersinstrumenten waterkeringen
628.494
859.565
0
0
A anleg en o nderho ud van waterkeringen
1.997.757
2.150.785
0
0
Dijkbewaking en calamiteitenbestrijding
468.478
3.425.376
483.782
3.819.566
0
0
0
0
3.425.376
3.819.566
Totaal (€)
Saldo lasten minus baten
In de tabel zijn de cijfers van de primitieve begroting 2014 ná kanteling opgenomen. Dit om de
vergelijkbaarheid met de cijfers 2015 mogelijk te maken.
Investeringen
Investeringen meerjarenperiode
(x € 1.000)
Nr
Cat. Afschr.
termijn
B ijdrage landelijk vereveningsfo nds HWB P
1.
A
30 jaar
P ro ject gebo nden eigen bijdrage HWB P
Geo technisch en co nstructief o nderzo ek
waterkeringen
2.
B
30 jaar
3.
A
vo o rfinanciering
P erio dieke veiligheidsto etsing waterkeringen
4.
B
5 jaar
Raming
Raming
Raming
Raming
Raming
Raming
2015
2016
2017
2018
2019
2020
Totaal
4.130,0
4.300,0
4.400,0
4.200,0
4.200,0
4.200,0
2.000,0
2.000,0
2.000,0
2.000,0
6.200,0
6.475,0
75,0
335,0
4.205,0
4.300,0
6.735,0
275,0
6.200,0
Categorie A investeringen zijn investeringen waarvan we de start/realisatie hebben gepland in 2015
en waarvan de uitvoering bij vaststelling van de begroting wordt geautoriseerd aan het dagelijks
bestuur. Dit geldt alleen voor de bedragen opgenomen in jaarschijf 2015. Categorie B investeringen
zijn investeringen waarvan we de start/realisatie na 2015 hebben gepland en die dus nog niet
uitvoering in aanmerking komen. In de meerjarenraming hebben we wel alle geplande investeringen
doorgerekend.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 57 -
Meerjarenraming 2015-2020
Meerjarenraming ( x € 1.000)
Raming
2015
Raming
2016
Raming
2017
Raming
2018
Raming
2019
Raming
2020
Lasten
3.820
4.133
4.546
5.064
5.496
5.934
B aten
0
3.820
0
4.133
0
4.546
0
5.064
0
5.496
0
5.934
Saldo
In de meerjarenraming zijn alle kosten van geplande investeringen doorgerekend. Daarnaast is
rekening gehouden met de vrijval van kapitaallasten uit oude investeringen. Verder is rekening
gehouden met:

de stijging van lonen en prijzen met 2% per jaar;

de opname van een jaarlijkse uitgavenpost vanwege de bijdrage aan het landelijke
vereveningsfonds voor uitvoering van het Hoogwaterbeschermingsprogramma en
Deltaprogramma, een en ander naar aanleiding van het Bestuursakkoord Water. De jaarlijks te
betalen bijdragen merken we als investering aan waarvan de kapitaallasten ten laste van de
exploitatie worden gebracht;

de structurele verhoging van de bijdrage aan het Hoogwaterbeschermingsprogramma in 2014
en 2015, van € 1.850.000 in 2012 naar € 4.130.000 in 2015 vanwege extra Rijksbezuinigingen
(landelijk + € 50 miljoen in 2014 en nog eens + € 50 miljoen in 2015). We zijn bij de
berekening van de bijdragen er van uit gegaan dat de dezelfde verdeelsleutel wordt gehanteerd als bij de bijdrage 2011/2012, namelijk 50% via de verhouding van ingezetenen en 50%
via de verhouding van de Woz waarde. De waterschappen nemen vanaf 2015 landelijk € 181
miljoen van de financiering van het Hoogwaterbeschermingsprogramma voor hun rekening;

de invoering van de nieuwe verdeelsystematiek HWBP bijdragen met de ‘projectgebonden
eigen bijdrage HWBP’ in 2017. We verwachten dat de ‘vaste’ bijdrage minder hard daalt dan
we tot op heden hadden ingecalculeerd. We hadden rekening gehouden met een daling van
van € 4,13 miljoen naar € 3,304 miljoen. Echter het Rijk is voornemens om met ingang van
2016 een jaarlijkse prijsindexatie toe te passen, met eveneens een correctie met terugwerkende kracht over de periode 2011-2015. Hierdoor komt de ‘nieuwe’ vaste bijdrage hoger uit
dan we tot op heden rekening mee hebben gehouden. In de meerjarenraming 2015-2020 zijn
we van de hogere bijdrage uitgegaan waardoor de kostenontwikkeling hoger is;

op grond van het gesloten convenant met het Rijk over het toekennen van prioritering van de
Limburgse dijken op het HWBP programma 2017 en verder, hebben we aanvullend rekening
gehouden met een projectgebonden eigen bijdrage van € 2 miljoen per jaar op basis van een
bruto investering van € 20 miljoen per jaar (€ 160-180 miljoen totaal in periode 2017-2025).
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 58 -
4 Programma Watersysteem
Als waterschap dragen wij bij aan een vitale
landbouw, mooie natuurgebieden en vertier
aan het water. Wij doen dit door het watersysteem te beheren, te onderhouden en daar
waar nodig te verbeteren, zodat deze omliggende maatschappelijke functies optimaal tot
hun recht komen. Ook zorgen we er samen
met onze partners in de waterketen voor dat
de volksgezondheid wordt beschermd door
goed beheer van de waterketen. Daarnaast
onderkennen wij dat het watersysteem een
intrinsieke waarde bezit en dat wij dat daarom
herstellen en/of beschermen.
Portefeuillehouder(s) - bestuurlijk
programma ‘Watersysteem’: Jan Classens, Sjraar
Roelofs en Joop de Hoon
proces ‘watersysteembeheer’: Jan Classens
projecten ‘watersysteem’: Sjraar Roelofs
proces ‘waterketen en -kwaliteit’: Joop de Hoon
Programmamanager - ambtelijk
programma ‘Watersysteem’: Alfred Paarlberg
4.1
Wat willen we bereiken?
We willen met ons watersysteem een optimaal gebiedsgericht waterpeil realiseren en behouden, niet
te veel water (vernatting) en niet te weinig (verdroging), waarbij we rekening houden met toekomstige
klimaatwijzigingen. Tegelijkertijd willen we in afstemming met onze omgeving een gezond en veerkrachtig watersysteem realiseren en behouden in al zijn facetten als bijdrage aan een gezonde, veilige
en aantrekkelijke leefomgeving.
Programmadoelen
Onze opgaven zijn:

een met de regio afgestemd grond- en oppervlaktewaterregime dat duurzaam de functies in
het gebied bevordert en daarmee een bijdrage levert aan de economische dynamiek.

een veerkrachtig en ecologisch gezond watersysteem in al zijn facetten dat daarmee een
bijdrage levert aan een gezonde, veilige en aantrekkelijke leefomgeving.
Deze opgaven vertalen we in de volgende doelen:

droge voeten

voldoende water

schoon water

natuurlijk water
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 59 -
Programma
Doel
Doel
indicatoren
2015
2020
Watersysteem
Droge voeten

percentage streefpeilen onder bovenmarge……………………………………………………..
o percentage resterende knelpunten uit watersysteemtoets 2010……………………
o percentage resterende knelpunten uit watersysteemtoets 2014……………………
o aantal gevangen muskusratten per km.………………………………………………..
Voldoende water

percentage streefpeilen boven ondermarge……………………………………………………..
o n.i.o.*……………………………………………………………………………………….
Schoon water
 n.i.o.*
o 0%
 n.i.o.*
o 0%
o 100%
o < 0,35
o 0%
o < 0,35
 n.i.o.*
o n.i.o.*
 n.i.o.*
o n.i.o.*

percentage waterlichamen met een goede chemische toestand……………………………..
 0%
 0%

percentage KRW toetsingslocaties dat voldoet op het gebied van fysisch chemische
stoffen………………………………………………………………………………………………..
 0%
 30%

percentage KRW toetsingslocaties dat voldoet op het gebied van overige relevante
stoffen………………………………………………………………………………………………..
o realisatie van effluentnormen……………………………………………………………
o terugdringen rioolwateroverstorten……………………………………………………..
 0%
o n.i.o.*
o n.i.o.*
 0%
o n.i.o.*
o n.i.o.*
Natuurlijk water

percentage KRW toetsingslocaties met een goede macrofauna toestand…………………...
 20%
 40%

percentage KRW toetsingslocaties met een goede waterflora toestand……………………..
 5%
 20%

percentage KRW toetsingslocaties met een goede vis toestand……………………………...
o aantal km beekherstel opgeleverd vanaf 2015 t/m aangegeven jaar………………
 10%
o 28
 15%
o 61
* n.i.o. = nog in ontwikkeling
4.2
Wat gaan we ervoor doen?
Beleidsproducten
nr
naam beleidsproduct
omschrijving beleidsproduct
01
Eigen plannen - waterkwantiteit
Het opstellen van beheer- en beleidsplannen en plannen rond
specifieke thema’s en/of gebieden.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
1.5 Thema- en gebiedsgerichte
uitv. plannen
Waterbeheerplan
Het vigerende Waterbeheerplan heeft een looptijd t/m 2015. In 2014
bereiden we een nieuw waterbeheerplan voor. In 2015 leggen we
samen met WRO het ontwerp waterbeheerplan 2016-2021 voor
finale besluitvorming voor aan de beide algemeen besturen, en we
leggen de definitieve versie voor goedkeuring voor aan de Provincie
Limburg.
Beleidsontwikkeling
Exoten
Niet inheemse soorten (exoten) komen steeds vaker voor en zorgen
voor specifieke beheersvraagstukken. In 2015 ontwikkelen we beleid
voor exoten. Een aanpak is eind 2015 gereed.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 60 -
Beekontwikkeling
We werken in 2015 conform voornemen 4 à 5 beekontwikkelplannen
uit, inclusief een Leidraad Onderhoud voor die beken. De format
Leidraad Onderhoud geven we vorm in het project ‘Beekontwikkeling bij WPM, zo doen we dat’.
Klimaatontwikkeling
Met de partners in DHZ hebben we in 2014 een gezamenlijke
strategie voor de lange termijn bepaald en een gezamenlijk
uitvoeringsprogramma opgesteld. Dit werken we gebiedsgericht
verder uit, zo mogelijk ook met pilots. We ontwikkelen een aanpak
en plannen om de klimaatverandering in de streek en binnen WPM
verder op de kaart te zetten (thema Klimaat).
GGOR / Nieuw Limburgs Peil
In afstemming met natuurterreinbeheerders voeren we een aantal
NLP maatregelen uit (waterconservering/verdrogingsbestrijding). Zie
7.1.
Onderzoek
Subirrigatie, oftewel peilgestuurde drainage gebruiken voor infiltratie,
lijkt een goede mogelijkheid voor verbetering van waterconservering.
In 2014/2015 verrichten we modelonderzoek. De kosten hiervan
bedragen ca. € 15.000 (ten laste van budget NLP, bijdrage provincie
50%). Bij positief resultaat voeren we in de periode 2015-2019 een
pilot uit samen met agrariërs in een ‘kenniscirkel’. De totale kosten
van de pilot zijn geraamd op € 200.000, waarvan € 36.000 voor
rekening komt van WPM (ten laste van budget NLP).
Planvorming
We constateren dat we behoefte hebben aan planvorming op
tactisch en operationeel niveau met kaders voor de uitvoering van
het watersysteembeheer op het gebied van :

onderhoud infrastructuur van watersysteem
programmering groot onderhoud);

De Stuwende Kracht;

wateraanvoer;

onderhoud houtachtige beplanting bij watersysteem;

onderhoud Zandvangen / retentiebekkens;

onderhoud voorzieningen verwante belangen;

onderhoud kunstwerken passieve waterbeheersing;

onderhoud kunstwerken water regulerende objecten.
(inclusief
Eind 2015 is de planvorming voor infrastructuur, De Stuwende
Kracht en wateraanvoer gereed. De overige volgen in 2016.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 61 -
Grensoverschrijdende activiteiten
We zetten in op participeren in INTERREG projecten zowel met
Duitsland als met België. Zonodig initiëren we nieuwe projecten.
01
Eigen plannen - waterkwaliteit
Het opstellen van beheer- en beleidsplannen en plannen rond
specifieke thema’s en/of gebieden.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
1.5 Thema- en gebiedsgerichte
uitv. plannen
Waterbodems
Wij zijn ingevolge de Waterwet het bevoegde gezag geworden voor
toepassing van wet- en regelgeving voor alle oppervlaktewateren
incl. waterbodems. Expertise op het vlak van waterbodems is
slechts beperkt en verspreid binnen de organisatie aanwezig.
Risico's ten aanzien van het niet werken conform wet- en
regelgeving zijn onvoldoende in te schatten of af te dekken.
We stellen voor om expertise van waterbodems binnen onze
organisatie te verankeren door tijdelijke uitbreiding van de formatie
met 1 fte vanaf 2015 tot 2017. In een separaat besluit werken we de
financiële dekking hiervan uit.
Waterkwaliteit gebiedsproces
De laatste jaren stagneert de verbetering van de oppervlaktewaterkwaliteit hoofdzakelijk door de aanwezigheid van nutriënten en
gewasbeschermingsmiddelen. Voor verdere waterkwaliteitsverbetering zijn we ook afhankelijk van acties van derden. Dit vraagt een
specifieke aanpak in de komende jaren. Hiervoor werken we in 2015
het thema waterkwaliteit uit in projecten die we vervolgens in de
daarop volgende jaren zullen uitvoeren. Uiteindelijke doelstelling is
het behalen van de KRW doelen in 2027.
Eén van de sporen in dit thema is om middels een gebiedsproces
(werktitel NLP-next) met alle betrokken partners die invloed hebben
op de waterkwaliteit, te komen tot een concreet pakket van
maatregelen dat nodig is om de waterkwaliteit te verbeteren.
Overigens is ook het thema Klimaat onderdeel van dit
gebiedsproces. De uitvoering van het maatregelenpakket moet in de
periode 2017-2027 door de betrokken partners zelf plaatsvinden.
Opgestelde maatregelen kunnen worden ingebracht als KRW
maatregelen voor het 3e Stroomgebiedsbeheerplan (SGBP, looptijd
2021-2027).
Kaderrichtlijn Water
We brengen in 2015 in beeld hoe het staat met de KRW
maatregelen, (zo mogelijk) de effecten van deze maatregelen en
met het doelbereik voor de KRW waterlichamen en de overige
wateren in ons gebied. Dit geeft een indruk wat de eerste
planperiode heeft opgeleverd en wat de uitgangspositie is voor de
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 62 -
volgende periode. KRW maatlatten en doelstellingen voor niet KRW
waterlichamen moeten we in 2015 hebben uitgewerkt. Wij adviseren
hierover aan Provincie, die de doelen in zijn plannen vaststelt. Op
basis daarvan herzien we ook het monitoringsprogramma.
Limburgse inbreng voor SGBP 2016-2021(KRW)
Met het vaststellen van ons Waterbeheerplan 2016-2021 zijn ook de
maatregelen die we als waterschap inbrengen voor het 2e Stroomgebiedsbeheerplan (SGBP 2016-2021) vastgesteld. Het 2e SGBP
gaat 22 december 2014 ter inzage en zal uiterlijk december 2015
moeten worden bekrachtigd.
In de periode 2015-2020 zullen we monitoren op het behalen van de
KRW doelen, om zo te kijken wat de genomen maatregelen ons
opleveren. Wanneer niet duidelijk is waardoor KRW doelen niet
gehaald worden, voeren we nader onderzoek uit en zonodig rapporteren we daarover. De periode 2018/2019 zal gebruikt worden om
onze inbreng voor het 3e SGBP (2022-2027) voor te bereiden.
Kennisopbouw Watersysteem (waterkwaliteit en ecologie)
Vanaf 2014 zetten we in op kennisopbouw, nader onderzoek en
modelontwikkeling voor waterkwaliteit en ecologie. Het gaat daarbij
om de oorzaken van het niet halen van KRW doelen en kwantificering van de effectiviteit van mogelijke maatregelen.
We ontwikkelen een waterkwaliteitsmodel waarmee goed onderbouwde oorzaak-effect-uitspraken kunnen worden gedaan. Wij
zoeken uit welke mogelijkheden en perspectieven er zijn om de
grondwaterkwaliteit (mede in relatie tot de oppervlaktewaterkwaliteit)
te modelleren, met name wat betreft Stikstof en Fosfaat. Geteste
concepten rollen we uit over het gehele beheergebied. Voor de
validatie van dit modelinstrumentarium zijn waarschijnlijk aanvullende metingen noodzakelijk.
Afwenteling
"Afwenteling" is een KRW-thema dat ziet op het importeren van problemen (waterkwaliteit, waterkwantiteit) van bovenstrooms gelegen
grensoverschrijdende watersystemen (uit Duitsland, Belgié), en op
exporteren van problemen vanuit ons beheergebied naar m.n. Maas
en Noord-Brabant (bv Eeuwselse Loop).
Het behalen van de KRW doelen in ons beheergebied is mede
afhankelijk van de mate van afwenteling van waterverontreiniging
van buiten naar binnen ons beheergebied. Daarom gaan we gericht
onderzoek doen naar vracht en herkomst van specifieke stoffen en
inventariseren we wie onze aan te spreken boven- of benedenstroomse partners zijn. We trekken hierbij zo mogelijk samen op met
de Provincie Limburg.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 63 -
Zo kunnen we niet alleen bepalen wat er ons beheergebied
binnenkomt, maar ook wat wij vanuit ons beheergebied afwentelen
op andere gebieden, zodat we de gewenste acties bepalen.
Ontwikkeling watersysteemkader
We werken in 2015 aan een watersysteemkader (uitgewerkt in een
businesscase), onder meer om de kansen voor afstemming tussen
het Modulaire duurzame RWZI concept en watersysteemeisen in
beeld te brengen.
Achtergrondkwaliteit watersysteem in relatie tot effluent rioolwaterzuiveringsinstallaties
De achtergrondkwaliteit van het watersysteem boven- en benedenstrooms van de lozingspunten van de rwzi’s, is momenteel
onvoldoende bekend. Het effect van de rwzi lozingen met betrekking
tot o.a. nutriënten en gewasbeschermingsmiddelen kunnen we
daardoor onvoldoende inschatten. We gaan daarom meetpunten
toevoegen aan het huidige monitoringsprogramma om inzicht te
krijgen in deze waterkwaliteitsvariabelen. Met o.a. deze kennis
bepalen we maatregelen voor de zuiveringen en kunnen in het
gesprek met derden de invloed van rwzi's op de waterkwaliteit
verduidelijken.
Samenwerken in de afvalwaterketen
In 2011 hebben we samen met de gemeenten, WRO en WBL in
Waterpanel Noord een convenant ondertekend om invulling te
geven aan de opgaven uit het Bestuursakkoord Water BAW
(kostenbesparing, kwaliteitsverbetering en verminderen kwetsbaarheid). Als uitvoering daarvan worden onder de vlag van Waterpanel
Noord gezamenlijke projecten uitgevoerd. Het beoogde besparingspotentieel op basis van de reeds uitgevoerde projecten/kostenbesparingen WBL bedraagt circa € 16 mln., waarmee de financiële
doelstelling uit het convenant en BAW voor Noord haalbaar lijkt. Dit
wordt onderschreven door de landelijke visitatiecommissie, die beide
regio’s in Noord als landelijke koploperregio’s heeft aangemerkt. In
2015 en verder worden lopende projecten afgerond, nieuwe
projecten gestart en de resultaten uit de projecten geïmplementeerd
om het beoogd besparingspotentieel daadwerkelijk te verzilveren en
de BAW-doelen te behalen.
Ook in 2015 zullen wij deelnemen en onze bijdrage (inhoudelijk en
financieel) leveren aan de Limburg-brede samenwerking in de
(afval)waterketen o.a. door deelname aan het AROL en BROL van
Waterpanels Limburg. Onze bijdrage jaarlijks à € 50.000 hebben we
in de begroting opgenomen t/m 2017.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 64 -
Stedelijk waterbeheer
Het beleid voor stedelijk waterbeheer is gedateerd. In 2015
evalueren we het stedelijk waterbeheer en samen met WRO
actualiseren we het zo nodig.
02
Plannen van derden waterkwantiteit
Het beoordelen en zo nodig beïnvloeden van beleid en plannen van
derden ten behoeve van het realiseren van doelstellingen van ons
waterschap.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
2.1 Plannen van derden
Participeren in de beleidsvorming van hogere en andere overheden
In 2015 bereidt de Provincie Limburg als uitwerking van het POL
2014 het Provinciaal Waterprogramma 2016-2021 voor. Zo mogelijk
leveren we hierin onze inbreng.. Hiermee borgen we dat we kennis
hebben van het provinciaal beleid en dat het waterschapsbeleid
wordt verankerd in het provinciaal beleid. Ook adviseren wij de
provincie, bijvoorbeeld in de provinciale werkgroep ‘Waterbeheer na
2015’ (o.a. over beregeningsbeleid).
Uitwerken en uitdragen visie/beleid bever en otter in Limburg
(partnercontract)
In 2015 actualiseren we het bever-protocol op basis van de bevervisie. We zorgen ervoor dat activiteiten gericht op bevers (coördinatie, beheer) een plek krijgen in een nieuwe partnerovereenkomst
met de provincie.
Actualisatie visie op schoonwatersysteem Peelvennen
Voor het stroomgebied van de Einderbeek-Leukerbeek is bij het
Tungelroysebeek project het schoonwatersysteem Peelvennen als
concept neergezet. Inmiddels zijn grote delen hiervan gerealiseerd,
waaronder veel omleidingen rond de natuurparels. Hoe het
schoonwatersysteem vervolmaakt moet worden en daarmee kan
gaan werken, moet nog worden uitgewerkt en vervolgens
uitgevoerd. Deze uitwerking/actualisatie stellen we samen met de
natuurbeheerders in 2015 op.
Integraal project (IGU) Maasgaard
Bij het integrale project Maasgaard herinrichten we in 2015 de
Groote Molenbeek traject A73-oost, en starten we het deelproject
voor verdrogingsbestrijding van de Castenrayse Vennen.
Agrarisch natuurbeheer
Naar verwachting zal vanaf 2016 een regeling worden opengesteld
voor agrarisch natuurbeheer, die voor minstens 50% uit watermaatregelen zal bestaan. De maatregelen zullen vooral betrekking
hebben op bufferzones bij belangrijke natuur en beekdalen. Wij
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 65 -
houden deze ontwikkeling, gerelateerd aan GLB en POP3
subsidiemogelijkheden,, nauwkeurig in de gaten om hierop tijdig te
kunnen anticiperen.
02
Plannen van derden waterkwaliteit
Het beoordelen en zo nodig beïnvloeden van beleid en plannen van
derden ten behoeve van het realiseren van doelstellingen van ons
waterschap.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
2.1 Plannen van derden
Stedelijk accountmanagement en advisering (ruimtelijke) plannen
Wij voeren stedelijk accountmanagement uit waarmee we o.a. een
bijdrage leveren aan de realisatie van waterschapsdoelen alsook
aan doelmatigheidskansen door samenwerking met gemeenten te
initieren en te faciliteren. Wij adviseren over waterschapsbelangen in
grote ruimtelijke conceptplannen zoals structuurvisies en gebiedsontwikkelingen en zorgen voor verankering van onze watersysteemambitie ‘van helder naar schoon water’ in de gemeentelijke
rioleringsplannen.
Landbouw en waterkwaliteit
De huidige beleidskaders én onze toezegging dat WPM een bijdrage
levert aan het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer (DAW) volgens de
CWE aanpak, hebben geleid tot het initiatief NLP-next (zie
waterkwaliteit gebiedsproces), Hierin zoeken we samen met de
sector naar concrete maatregelen die nodig zijn om de KRW doelen
te behalen. Wij zullen het proces om te komen tot de maatregelen
faciliteren. De uitvoering van de maatregelen ligt bij de sector zelf
om zo te kunnen komen tot de door de sector gestelde DAW-doelen.
Onze bijdrage aan het DAW is onderdeel van een gebiedsproces
waterkwaliteit.
Samenwerkingsagenda "Samen voor schoon Limburgs water"
Samen met de provincie Limburg, WML en WRO zien we
meerwaarde in het gezamenlijk optrekken in een aantal sporen
(beekinrichting, probleemstoffen, samenwerking
landbouw,
duurzaam terreinbeheer, overstorten). Deze sporen sluiten goed aan
bij reeds lopende ontwikkelingen bij WPM. Bij positief resultaat kan
dit leiden tot uitbreiding van de samenwerking om de Limburgse
grond- en oppervlaktewaterkwaliteit mogelijk effectiever te kunnen
verbeteren dan in autonome ontwikkelingen.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 66 -
06
Beheersinstrumenten
watersystemen
Het opstellen en actualiseren van de legger met de juridische
grenzen van de beheersobjecten en het beheersysteem, waarin we
ook de werkelijke situatie inclusief vergunninggegevens bijhouden.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
6.2 Waterakkoorden
Waterakkoord kanalen
Op 17 april 2014 is de intentieverklaring ondertekend voor overname
van beheer van de Noordervaart. Rijkswaterstaat zal uiterlijk in 2017
de Noordervaart op orde hebben hetgeen tevens inhoudt dat de
aanvoercapaciteit minimaal wordt verhoogd van 4,3 naar 5,4 m3/s.
We onderzoeken of verdere vergroting van de wateraanvoer naar
6,1 m3/s haalbaar en betaalbaar is. Doorvoerproblemen zijn
aanwezig in het Peelkanalenstelsel en mogelijk ook verder in het
regionale stelsel bij verhoging van aanvoerdebieten ten opzichte van
de huidige situatie.
Daarnaast is het wenselijk het totaal waterinlaatsysteem te evalueren, volgend op de batenstudie in het kader van het Deltaplan Hoge
Zandgronden (DHZ). Wij voeren in 2015 een knelpuntenanalyse uit. Wij ramen de kosten van deze knelpuntenanalyse op
€ 30.000. De dekking hiervan werken we uit in het projectplan.
6.4 Beheerregister waterlopen
en kunstwerken
Beheerregister waterlopen en kunstwerken
We bouwen verder aan een actuele databank met gegevens over de
waterlopen, onderhoudspaden, kunstwerken en andere objecten en
zones waarop de Keur van toepassing is.
Gegevensbeheer
We leggen de gegevens van de watersystemen in een beheerregister vast en we beheren die.
07
Aanleg, verbetering en
onderhoud watersystemen
Uitvoering en onderhoudswerkzaamheden aan de waterlopen en
kunstwerken en het houden van toezicht op werkzaamheden
wanneer deze zijn uitbesteed. Uitvoering van inspecties voor het
vaststellen van de onderhoudsstaat van de waterlopen en de daarin
gelegen kunstwerken. Bovendien uitvoering van, of bijdrage aan
derden voor, de bestrijding van muskusratten en andere schadelijke
graaf- en knaagdieren.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
7.1 Aanleg en verwerving
waterlopen
Aanleg en verwerving waterlopen
Dit beheer-product omvat de volgende activiteiten:

De jaarlijkse kapitaallasten van eerder uitgevoerde investeringswerken aan het watersysteem;

De jaarlijkse kapitaallasten van gronden (vooral waterlopen
en onderhoudspaden) die eigendom zijn van WPM;

De inzet voor het verwerven van strategische gronden om
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 67 -
daarmee de slagvaardigheid en de haalbaarheid van
(watersysteem)projecten te verhogen; Daarnaast betreft dit
het aanpassen van de eigendomssituatie naar aanleiding
van leggeraanpassingen op initiatief van derden (vergunning aanvragen).

Projectbeheersing en GIS ondersteuning daarvan. In 2015
gaan we verder met projectbeheersing en risicobeheersing.

Het verwerven van subsidies voor het realiseren van de
beleidsopgaven. Hierbij zetten wij vooral in op het opnemen
van waterdoelen en voor het waterschap passende criteria
in het ontwerptraject van subsidie-/bijdrage regelingen.
De feitelijke aanleg en verwerving van waterlopen vindt plaats in de
vorm van investeringsprojecten (MIP Nieuwe Werken), waarvoor
jaarlijks € 3,0 mln. netto investeringsvolume beschikbaar wordt
gesteld (zie projecten).
Partnerovereenkomst Provincie Limburg
Voor het realiseren van de beleidsopgaven beekherstel, verdrogingsbestrijding en soortenbeleid sloten wij met de Provincie
Limburg een partnerovereenkomst 2013-2015 af. Deze partnerovereenkomst voorziet in een bijdrage van de provincie van € 5,7 mln.:

ca. € 3,9 mln. voor het realiseren van 14,6 km beekherstel;

€ 1,5 mln. voor verdrogingsbestrijding (NLP projecten) en

ruim € 0,3 mln. voor soortenbeleid (Otter en Bever).
In 2014 startten wij de besprekingen met de provincie over een
vervolg op het Partnercontract 2013-2015 voor de periode na 2015.
Eveneens verzochten wij de provincie Limburg in 2014 om een extra
financiële impuls van € 3,0 miljoen voor de realisatie van
waterdoelen in 2015, mede om hiervan intentioneel ca. € 0.5 mln.
aan te wenden als bijdrage voor projectpartners ter verbetering van
de waterkwaliteit (terugdringen overstortfrequentie).
Beekmondingen convenant RWS
Met Rijkswaterstaat sloten we een beekmondingenconvenant om
gezamenlijk, vóór 2016 een 9-tal beekmondingen op orde te
brengen. Dit convenant betekent dat wij trekker zijn van de beekmondingprojecten en dat RWS 50% van de externe kosten voor
haar rekening neemt. Momenteel zijn vier mondingen opgeleverd en
voor zes worden maatregelen voorbereid.
Resultaat

Realisering van de jaarschijf van het MeerjarenInvesteringsProgramma en de opgebouwde reserve;

Verwerven van subsidies en bijdragen aan het realiseren
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 68 -
van de beleidsdoelstellingen. Beoogd resultaat: gem. 25%
van de externe investeringskosten is gedekt door subsidies
en bijdragen.
7.2 Onderhoud waterlopen
Onderhoud waterlopen
We voeren onderhoud aan watergangen uit binnen de beleidskaders
en conform de operationele onderhoudsplannen. Deze kaders
behelzen o.a. gewenste (norm)waterpeilen, ecologische ontwikkelmogelijkheden, in stand houden van het watergangprofiel, recreatief
medegebruik, veiligheid in de uitvoering, wetgeving en afspraken
met derden. We voeren het onderhoud uit om de watergangen in
goede onderhoudstoestand te houden of te brengen.
7.4 Onderhoud kunstwerken en
passieve waterbeheersing
Onderhoud kunstwerken passieve waterbeheersing
Uitvoeren van onderhoud aan in watergangen gelegen niet
waterregulerende kunstwerken binnen de beleidskaders en conform
operationeel onderhoudsplan. We voeren het onderhoud aan de
kunstwerken voor passieve waterbeheersing uit zodat ze in goede
onderhoudstoestand blijven of komen en daarmee kunnen voldoen
aan hun functie.
Uitvoeren inspecties
Inspecteren kunstwerken passieve waterbeheersing. Vispassages
hebben speciaal de aandacht. Jaarlijks evalueren we het onderhoud
en werking van vispassages.
7.6 Voorzieningen verwante
belangen watersystemen
Voorzieningen verwante belangen watersystemen
Uitvoeren van onderhoud aan nabij de watergangen gelegen
verwante belangen binnen de beleidskaders en conform operationeel onderhoudsplan. Deze voldoen aan hun functie (bijv.
bebording).
Uitvoeren inspecties
Inspecteren verwante belangen watersystemen.
7.7 Rattenbestrijding algemeen
Muskus- en beverrattenbestrijding
Uitvoeren van bestrijding muskusratten en beverratten volgens
jaarplannen.
7.7a Muskusrattenbestrijding
Bestrijden muskusratten
We speuren naar en bestrijden muskusratten zodat de muskusrattenpopulatie afdoende onder controle is. We voldoen aan de
norm: < 0,35 / km.
7.7b Beverrattenbestrijding
Bestrijden beverratten
We voeren grensbewaking uit, d.w.z. we voorkomen instroom vanuit
het buitenland en bestrijden de beverrat binnen het beheergebied
om graafschade aan waterschapsobjecten te voorkomen.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 69 -
08
09
Baggeren van waterlopen en
saneren waterbodems
Derden stimuleren om een baggerplan op te stellen. Verstrekken
van een geldelijke bijdrage aan derden voor het verwijderen van
verontreinigde bagger.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
8.6 Sanering van waterbodems
Sanering van waterbodems
De kosten van het saneren van substantiële verontreinigingen
binnen watersysteemprojecten worden niet geactiveerd. Overeenkomstig de comptabiliteitsvoorschriften dienen deze kosten ten laste
te worden gebracht van de exploitatie. De gemaakte kosten komen
ten laste van de bestemmingsreserve.
Beheer hoeveelheid water
Het aansturen en onderhouden van kunstwerken die direct
regulerende invloed uitoefenen op de hoeveelheid water, het
waterpeil en kwaliteit van het water. Ook de benodigde energie en
alle andere handelingen die voor de gewenste beïnvloeding van het
watersysteem nodig zijn.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
9.2 Onderhoud kunstwerken
actieve waterbeheersing
Onderhoud kunstwerken actieve waterbeheersing
Uitvoeren van technisch onderhoud kunstwerken voor actieve
waterbeheersing binnen beleidskaders en conform operationeel
onderhoudsplan. We voeren het onderhoud aan de kunstwerken
voor actieve waterbeheersing zo uit dat ze in goede onderhoudstoestand blijven of komen en daarmee kunnen voldoen aan hun
functie.
Uitvoeren inspecties
We inspecteren de kunstwerken voor actieve waterbeheersing,
waarmee we o.a. een beeld van de onderhoudstoestand verkrijgen.
10
9.3 Bediening kunstwerken
actieve waterbeheersing
Uitvoeren instelwerkzaamheden
We stellen de kunstwerken voor actieve waterbeheersing zo in dat
de oppervlaktewateren kunnen voldoen aan de daar geldende
functies, waarbij het grondgebruik en de waterhuishouding van het
stroomgebied bepalend zijn.
Calamiteitenbestrijding
watersystemen
Bestrijding van afwijkingen van de gewenste hoeveelheid water dan
wel de kwaliteit of ecologische toestand daarvan voor zover dat niet
onder de normale bedrijfsvoering valt.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
10.1 Calamiteitenbestrijding
watersystemen
Calamiteitenplannen
We actualiseren het calamiteitenbestrijdingsplan wateroverlast en
het calamiteitenbestrijdingsplan droogte. In 2015 zijn beide up-totdate.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 70 -
Calamiteitenbestrijding
We bestrijden de zich voordoende calamiteiten in het watersysteem
conform de daarvoor geldende bestrijdingsplannen (wateroverlast,
waterverontreiniging en droogte). Doel is dat de bestrijding effectief
is en efficiënt.
11
Monitoring watersystemen waterkwantiteit
Het meten van relevante parameters om de toestand en het effect
van maatregelen en het functioneren van het watersysteem te
kunnen beschrijven en beoordelen.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
11.0 Monitoring algemeen
Stroomlijnen datastromen
De publicatie van meetgegevens op internet breiden we uit met
waterkwaliteits- en ecologische gegevens. Daarnaast leggen we de
focus op het gebruiksvriendelijk ontsluiten van toestandsinformatie
voor specifieke toepassingen, zoals dashboard droogte
Rapportages
Dit betreft onder meer de ‘thermometer’ als onderdeel van het
jaarverslag.
Strategische monitoring
We doen integrale evaluaties van uitgevoerde beekherstel- en
verdrogingbestrijdingsprojecten.
IBRAHYM
In 2014 maken we een visie van de vier bij IBRAHYM
samenwerkende partners over de verdere ontwikkeling, beheer &
onderhoud en financiering van IBRAHYM. Eén belangrijk aspect
hierin, is de mogelijke oprichting van een Limburgs modelexpertisecentrum waarin beheer en onderhoud en de uitvoering van
berekeningen samengebracht worden. Een ontwikkeling hierin is het
geschikt maken van het huidige model-instrumentarium voor
waterkwaliteitsmodellering, onder meer om de voorziene
waterkwaliteitsaanpak te onderbouwen. Wij gaan hierbij uit van
kosten à ca. € 200.000 netto op basis van 75% bijdrage van de
samenwerkingspartners. Of en hoe dit gestalte krijgt, wegen we nog
af.
In 2015 beschikken wij over een gezamenlijk met Waterschap Roer
en Overmaas (WRO) opgesteld Monitoringsbeleidsplan en een
daarvan afgeleid Waterkwantiteits- en Waterkwaliteitsmeetplan. Op
basis van deze plannen streven wij ernaar om reeds vóór de
beoogde fusie in 2017 te komen tot één geïntegreerd monitoringsproces.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 71 -
11.1 Monitoring waterkwantiteit
Vergaren van de benodigde gegevens
Het resultaat is een database met gegevens van de routinematige
meetnetten, waaronder hydrologische oppervlaktewatermeetnet.
Meetplan Waterkwantiteit
We stellen in 2015 samen met WRO een operationeel meetplan
oppervlaktewaterkwantiteit op, ook voor het bevorderen van
intensieve samenwerking tussen WRO en WPM bij monitoring.
Beheer en onderhoud databaseprogramma's en rekensoftware
Het resultaat is dat we betrouwbare en actuele rekensoftware
hebben voor verwerking (databases) en analyse (modellen) van
monitoringsgegevens.
Realisatie vervangingsprogramma kwantiteitsmeetnet
We faseren verouderde meetinstallaties c.q. installaties die veel
onderhoud behoeven uit. Jaarlijks maken we hiervoor een programmering.
Uitvoeren specifiek (monitorings)onderzoek
We voeren onder andere doorlopend onderzoek uit in de pilot
Tungelroysebeek naar weerstandgestuurd onderhoud. Een ander
betreft onderzoek, samen met Niersverband, naar de effecten van
aangepast onderhoud van de Niers. In 2014/2015 besluiten we over
een verdere aanpak bij de Niers.
11
11.3 Monitoring grondwater
Dit product behelst het plaatsen en onderhouden van eigen
grondwatermeetpunten. De gegevens uit het primaire meetnet van
de provincie zijn opvraagbaar via internet.
Monitoring watersystemen waterkwaliteit
Het meten van relevante parameters om de toestand en het effect
van maatregelen en het functioneren van het watersysteem te
kunnen beschrijven en beoordelen.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
11.2 Monitoring waterkwaliteit
Vergaren van waterkwaliteit- en ecologische gegevens
We verzamelen, verwerken en bewerken gegevens over waterkwaliteit en water-ecologie. Hiermee hebben we actuele en betrouwbare informatie voor rapportages, onderzoek, evaluatie en beleidsontwikkeling. Het resultaat is een database met gegevens van de
routinematige meetnetten, waaronder oppervlaktewaterkwaliteit.
Meten waterkwaliteit en uitvoeren fysisch-chemische analyses
Gemiddeld worden jaarlijks ca. 800 chemische watermonsters
genomen en geanalyseerd. De bemonstering en fysisch-chemische
analyses hebben we uitbesteed. Vanaf 2014 worden de resultaten
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 72 -
gevalideerd en opgeslagen in DAWACO in één database met WRO.
De bezuiniging die we vanaf 2013 taakstellend hebben opgelegd
voor kwaliteitsmonitoring, hebben we verwerkt in een afgeslankt
monitoringpakket met circa 40% minder verrichtingen voor
monitoring dan in 2011 en 2012. In het afgeslankte monitoringpakket
zijn monstername en analyses voor calamiteiten, projecten en adhoc werk niet inbegrepen, noch de groeiende vraag om analyses
vanuit de KRW. Gedurende 2014 moet duidelijk worden welke extra
monitoringsinspanning met name de KRW van ons gaat vragen de
komende jaren.
Op grond van een nadere analyse hebben we een verdere
besparing van € 50.000 kunnen doorvoeren.
Meten biologie
Gemiddeld nemen we jaarlijks ca. 65 macrofaunamonsters en 10
diatomeeënmonsters. Monstername vindt plaats door eigen personeel. De determinatie (i.c. op naam brengen) besteden we uit.
We valideren de resultaten en slaan die (vanaf 2014) op in één
database met WRO (DAWACO).
Uitvoering specifiek (monitorings)onderzoek
Wij voeren specifiek monitoringsonderzoek uit voor een aantal
beleidsthema’s en bij projecten nieuwe werken (projectmonitoring).
Voor alle toekomstige herinrichtingsprojecten leggen we de
hydrologische en ecologische nul-situatie vast om na uitvoering de
maatregelen te kunnen evalueren. De extra middelen die dat vraagt,
komen ten laste van de specifieke projecten.
12
13
Getransporteerd afvalwater
Het door het bouwen, verwerven, beheren, onderhouden en
bedienen van transportgemalen en -leidingen mogelijk maken dat
afvalwater wordt getransporteerd.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
12.1 Bouw en verwerving
transportstelsels
12.2 Onderhoud
transportstelsels
12.3 Beheer transportstelsels
Voor deze producten verwijzen we naar de begroting van het
Waterschapsbedrijf Limburg.
Gezuiverd afvalwater
Het door het realiseren, overnemen, beheren, onderhouden en
exploiteren van rioolwaterzuiveringsinstallaties en IBA-inrichtingen
zorgen dat het aangeboden afvalwater wordt gezuiverd.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
13.1 Bouw en verwerving
zuiveringsinstallaties
Voor deze producten verwijzen we naar de begroting van het
Waterschapsbedrijf Limburg.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 73 -
13.2 Onderhoud
zuiveringsinstallaties
13.3 Beheer
zuiveringsinstallaties
13.4 WVO-heffing effluent
13.5 Subsidies
afhaakproblematiek
13.6 IBA-inrichtingen
14
27
Verwerkt slib
Het door het realiseren, beheren, onderhouden en exploiteren van
slibverwerkingsinstallaties zorgen dat het zuiveringsslib en de
andere restproducten van een rwzi of IBA die voor een
eindbestemming worden aangeboden tot een eindproduct worden
verwerkt.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
14.1 Bouw en verwerving
slibverwerkingsinstallaties
14.2 Onderhoud
slibverwerkingsinstallaties
14.3 Beheer
slibverwerkingsinstallaties
14.4 Afzet slib/restproducten
Voor deze producten verwijzen we naar de begroting van het
Waterschapsbedrijf Limburg.
Regulering lozingen
Aanvullende, niet direct bij andere beleidsproducten onder te
brengen maatregelen waarmee gezorgd wordt voor het beheersen
van lozingen op de bij het waterschap in beheer zijnde
zuiveringstechnische werken en oppervlaktewateren.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
27.2 Subsidies lozingen
Dit betreft het adviseren over en beschikken van aanvragen voor het
saneren van overstorten in het kader van het Overstortfonds. De
overstortregeling is weliswaar beëindigd maar de financiële afwikkeling vindt in latere jaren plaats nadat de maatregelen zijn gerealiseerd. We evalueren de overstortregeling in 2016.
27.3 Stimulering derden aanpak
diffuse emissies
Zie product “1.5 Thema- en gebiedsgerichte uitv. plannen (waterkwaliteit)”.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 74 -
Projecten
naam
o
omschrijving
Projecten Watersysteem
De feitelijke aanleg en verwerving van waterlopen cq. de
investeringen aan het watersysteem vinden plaats in de vorm van
afzonderlijke projecten. Deze projecten zijn opgenomen in het
Meerjaren Investerings Programma (MIP).
activiteit
beoogd resultaat
Watersysteembeheer triggert
uitvoeringsprojecten
watersysteem
De verbindingen tussen het ‘proces Watersysteembeheer’ en
‘projecten Watersysteem’ enerzijds en de dekking van de projecten
Watersysteem is weergegeven in onderstaande figuur.
Als voorbeeld: Het Beek-Ontwikkel-Plan initieert maatregelen aan
het watersysteem, bijvoorbeeld een beekherstelproject. Deze
beekherstelprojecten zijn/worden opgenomen in het Meerjaren
Investerings Programma (MIP). Voor de realisering van o.a. deze
projecten is jaarlijks gemiddeld € 3 mln. netto beschikbaar.
Meerjaren Investerings
Programma (MIP)
Een overzicht van de beekherstel- en WB21- projecten die wij in de
periode 2015-2020 onder handen hebben, is te vinden in hoofdstuk
9. In projecten onder WB21 zijn alleen de projecten opgenomen
waarvan planvaststelling en kredietvotering door het algemeen
bestuur is gemandateerd aan het dagelijks bestuur.
De projecten ‘Kabroeksebeek (duiker te Horst)’ en ‘Bovenloop
Aalsbeek’ geven beide invulling aan het opheffen van WB21knelpunten maar zijn om reden van impact aangeduid als majeure
projecten.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 75 -
Beekherstel
Uiterlijk 2027 dienen, volgens de beleidsopgave, de herinrichtingbehoeftige beken op orde te zijn. Dit betekent dat tot 2027 nog ca.
133 km. op orde dient te worden gebracht. Verdeeld over de jaren
2014-2027 betekent dit gemiddeld ruim 10 km per jaar. Uit het
overzicht MIP (hoofdstuk 9) blijkt dat volgens planning in de periode
2015-2020 ruim 60 km watergang wordt opgepakt.
WB21
In 2016 zullen alle knelpunten vanuit de toetsing 2010 zijn opgeheven. In 2015 wordt de toetsing 2014 afgerond. Omdat toetsing
plaatsvindt op basis van het vernieuwde toetsingskader kan dit
leiden tot nieuwe knelpunten in het watersysteem. Het opheffen
daarvan kan betekenen dat aanvullend projecten WB21 dienen te
worden geprogrammeerd. In de onderstaande bestedingsruimte is
hiermee vooralsnog geen rekening gehouden.
Indien aanvullende WB21 investeringen nodig zijn en dit de
realisatie van de beekherstelopgave frustreert, vergt dit nadere
besluitvorming en afhankelijk van de investeringsomvang eventueel
herprioritering van de opgaven.
o
Realiseren NLP-projecten
In hoofdstuk 9 is een overzicht (NLP) opgenomen, met daarin welke
projecten wij onder handen hebben in 2015. De dekking van de
bijdrage is voorzien in het partnercontract met de provincie. Alle NLP
projecten worden uitgevoerd door de terreinorganisaties, met
uitzondering van het project ‘St. Jansberg’. Dit betekent dat WPM in
die projecten projectpartner is en niet verantwoordelijk en direct
sturende in de planning. Mogelijk worden de projecten niet voor de
deadline 2015 gerealiseerd. Wij sturen op een realistische
programmering door de natuurterreinbeheerders.
Projectmatig uitvoeren groot
onderhoud
Binnen het ‘proces Watersysteembeheer’ voeren wij in 2014 een
inventarisatie uit naar groot onderhoud dat projectmatig dient te
worden opgepakt.
Strategische grondvoorraad
De omvang van de strategische grondvoorraad is afgestemd op de
jaarlijkse rentelasten. Deze bedragen € 250.000. Voor 2015 betekent dit dat de omvang ca. € 5 mln. zal bedragen.
BOS-OMAR
Een model dat in staat is om het operationele waterbeheer te
ondersteunen op basis van kennis van de actuele situatie en een
voorspelling van de (nabije) toekomst.
activiteit
beoogd resultaat
Ontwikkelen BOS-OMAR
Het resultaat is een gebiedsdekkend betrouwbaar en werkbaar
Beslissing Ondersteunend Systeem voor het operationele beheer
van de watersystemen.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 76 -
o
o
Streefpeilenplan
Ontwikkelen van een methodiek en opstellen van een plan waarmee
streefpeilen worden vastgelegd.
activiteit
beoogd resultaat
Ontwikkelen streefpeilenplan
Een vastgesteld, transparant en gedragen streefpeilenplan voor heel
Waterschap Peel en Maasvallei.
Beekontwikkeling, zo doen we
dat
Uitwerken en doorontwikkelen van beleid, streefbeelden, procesafstemming en vastleggen van uitgangspunten voor beekherstel
activiteit
beoogd resultaat
Ontwikkelen van het proces
beekontwikkeling
4.3

eenduidig beleid voor beekontwikkeling, inclusief streefbeelden;

uitgewerkte procesbeschrijving;

helder en gedragen technisch kader;

verbeterde interne en externe communicatie.
Wat mag het kosten?
Programma Watersysteem
R e k e ning 2 0 13
Catego rie
Lasten
42 P erso neelslasten
43 Go ederen en diensten van derden
44 B ijdragen aan derden
50 Kapitaallasten
51t/m 59 Organisatie-/bedrijfsvo eringsko sten
To taal Lasten
B aten
83 Go ederen en diensten aan derden
84 B ijdragen van derden
To taal B aten
S a ldo la s t e n m inus ba t e n
B e gro t ing
2 0 14 v ó ó r
k a nt e ling
B e gro t ing
2 0 14 ná
k a nt e ling
B e gro t ing
2 0 14
( inc l.wijz.)
B e gro t ing
2 0 15
(€)
(€)
(€)
(€)
(€)
73.872
18.000
15.000
15.000
15.000
1.875.595
1.576.223
26.340.963
26.536.573
26.488.174
85.633
90.500
78.500
78.500
80.000
265.704
274.945
4.522.313
4.535.316
4.353.539
11.226.736
12.363.577
8.987.019
8.987.019
9.702.151
13.527.540
14.323.245
39.943.795
40.152.408
40.638.864
(€)
(€)
(€)
(€)
(€)
539.652
511.600
433.600
433.600
433.600
54.393
0
0
0
0
594.045
511.600
433.600
433.600
433.600
12 .9 3 3 .4 9 5
13 .8 11.6 4 5
3 9 .5 10 .19 5
3 9 .7 18 .8 0 8
4 0 .2 0 5 .2 6 4
Vooraf
De rekeningcijfers 2013 hebben nog betrekking op het ‘oude’ programma Watersysteem op orde:
geschikt voor grondgebruik.
Het gepresenteerde totaal van de kolom ‘Begroting 2014 ná kanteling’ wijkt af (€ 647.416 lager) ten
opzichte van het ‘kantelingsbesluit/-begrotingswijziging’ zoals genomen bij de Bestuursrapportage
2014-I. De reden hiervoor is de volgende. Bij de nadere invulling van de kanteling en het maken van
afspraken over verantwoordelijkheidsterreinen, was het nodig om een aantal onderliggende (sub)
producten naar een ander programma over te brengen. De begroting als zodanig is hierdoor niet
gewijzigd. Er zijn in dit geval alleen wat posten qua presentatie veranderd en/of verschoven.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 77 -
Toelichting lasten
43 Goederen en diensten van derden
Een bedrag van € 24.688.997 (2014: 24.571.396) heeft betrekking op de bijdragen aan het
Waterschapsbedrijf Limburg. Voorheen werden die kosten voor het grootste gedeelte op een ander
programma (programma watersysteem op orde: herstelde watersystemen) verantwoord hetgeen het
verschil met de jaarrekening 2013 en de primitieve begroting 2014 vóór kanteling verklaart. Daarnaast
zitten in de ramingen componenten met betrekking tot het onderhoud en monitoring van onze
waterlopen.
44 Bijdrage aan derden
Hier zijn de bijdragen geraamd van € 15.000 voor het projectbureau Maas voor de Kaderrichtlijn
Water, € 35.000 voor deelname in het project Deltaplan Hoge Zandgronden, de bijdrage van € 30.000
aan de Unie met betrekking tot de landelijke beverrattenbestrijding.
50 Kapitaallasten
De afname in 2015 ten opzichte van 2014 komt doordat de vrijval van kapitaallasten in 2015 groter is
dan de toename van kapitaallasten door nieuwe investeringen. De voor dit programma geplande
investeringen zijn terug te vinden in het overzicht ‘Investeringen 2015-2020’ dat bij dit programma is
opgenomen. Een gedeelte van de kapitaallasten wordt via bestemming/dekking van het resultaat ten
laste gebracht van de bestemmingsreserve kapitaallasten. Dit naar aanleiding van het voorstel met
betrekking tot de inzet van het vrij aanwendbare deel van de reserves (AB 6 oktober 2010).
51 t/m 59 Organisatie-/bedrijfsvoeringkosten
Op de zogenaamde proceskostenplaatsen worden alle kosten (salariskosten, sociale lasten,
reiskosten e.d.) van een proces verzameld, waarna we op basis van een procentuele verdeling
gebaseerd op de werkelijke tijdsbesteding van de afgelopen 3 jaren (2011-2013), de kosten
doorberekenen naar de desbetreffende producten en programma’s. Dit is een ander uitgangspunt dan
voorgaande jaren, waarin werd uitgegaan van de verwachte tijdsbesteding. Een en ander om de
verschillen tussen raming en realiteit te verkleinen en tevens de administratieve belasting te verlagen.
Deze wijziging veroorzaakt verschillen met de doorberekende organisatie- en bedrijfsvoeringskosten
2014.
Toelichting baten
83 Goederen en diensten aan derden
Als gevolg van de kanteling van de organisatie zijn de structurele opbrengstenramingen van de leges
vergunningen (€ 100.000) en de vergoeding voor het toezicht op zwemwater (€ 28.000), verhuist naar
het programma Vergunningen en Handhaving. De structurele opbrengst van € 50.000 vanwege het
afstoten van watergangen en cultuurgronden heeft de omgekeerde beweging gemaakt.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 78 -
Productramingen
Programma Watersysteem (€)
Begroting
Producten
Lasten 2014
Eigen plannen - watersysteem
P lannen derden - watersysteem
A anleg, verbetering en o nderho ud watersystemen
Begroting
Begroting
Lasten 2015 Baten 2014 Baten 2015
1.323.536
1.100.227
0
483.379
482.708
0
0
0
11.605
0
0
Calamiteitenbestrijding watersystemen
B eheersinstrumenten watersystemen
Begroting
0
128.280
66.577
0
0
10.389.798
11.435.991
299.600
299.600
B eheer ho eveelheid water
982.586
926.883
109.000
109.000
M o nito ring watersystemen
2.150.981
2.004.308
25.000
25.000
655
95
0
0
4.477.428
4.729.185
0
0
13.598.284
13.672.006
0
0
6.384.680
6.178.004
0
0
17.638
0
0
0
6.550
0
0
0
0
39.943.795
31.275
40.638.864
0
433.600
0
433.600
39.510.195
40.205.264
B aggeren van waterlo pen en saneren waterbo dems
Getranspo rteerd afvalwater
Gezuiverd afvalwater
Verwerkt slib
Rio leringsplannen en subsidies lo zingen
A anpak diffuse emissies derden
Stimulering en subsidies lo zingen
Totaal (€)
Saldo lasten minus baten
In de tabel zijn de cijfers van de primitieve begroting 2014 ná kanteling opgenomen. Dit om de
vergelijkbaarheid met de cijfers 2015 mogelijk te maken. Daarnaast zijn ten opzichte 2014 de
omschrijvingen van een aantal producten aangepast in overeenstemming met gewijzigde
BBP-afspraken die per 1 januari 2015 ingaan. De producten ‘Rioleringsplannen en subsidies lozingen’
en ‘Aanpak diffuse emissies derden’ worden in 2015 samengevoegd tot ‘Stimulering rioleringsplannen
en subsidies lozingen’.
Investeringen
Investeringen meerjarenperiode
(x € 1.000)
Raming
Raming
Raming
Raming
Raming
Raming
2015
2016
2017
2018
2019
2020
Nr
Cat. Afschr.
termijn
Vervanging meetapparatuur mo nito ring
1.
A
10 jaar
20,0
20,0
Vervanging gemalen/stuwen
2.
A
15 jaar
105,0
40,0
Investeringen in watersysteem (eigen aandeel)
3.
A
30 jaar
3.000,0
Herstelmaatregelen Nieuw Limburgs P eil
4.
A
30 jaar
300,0
Totaal
3.425,0
20,0
20,0
20,0
20,0
3.000,0
3.000,0
3.000,0
3.000,0
3.000,0
3.060,0
3.020,0
3.020,0
3.020,0
3.020,0
Categorie A investeringen zijn investeringen waarvan we de start/realisatie hebben gepland in 2015
en de uitvoering bij vaststelling van de begroting wordt geautoriseerd aan het dagelijks bestuur. Dit
geldt alleen voor de bedragen opgenomen in jaarschijf 2015. Categorie A investeringen zijn
investeringen waarvan we de start/realisatie hebben gepland in 2015 en waarvan de uitvoering bij
vaststelling van de begroting wordt geautoriseerd aan het dagelijks bestuur. Dit geldt alleen voor de
bedragen opgenomen in jaarschijf 2015. Investeringsnummer 3 heeft betrekking op de investeringen
in het herstel/verbetering van ons watersysteem. Het geraamde investeringsbedrag betreft het netto
(bruto uitgaven -/- subsidies) bedrag dat voor rekening van ons eigen waterschap komt. Het bedrag
van € 3 miljoen is een meerjarig gemiddelde zodat er jaarlijks sprake is van een gelijkmatige stijging
van onze kosten (en daarmee indirect de belastingtarieven) op begrotingsbasis. De investering met
nummer 4 is opgevoerd naar aanleiding van het voorstel inzake de inzet van het vrij aanwendbare
deel van de reserves destijds (AB 6 oktober 2010).
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 79 -
Meerjarenraming 2015-2020
Meerjarenraming ( x € 1.000)
Raming
2015
Raming
2016
Raming
2017
Raming
2018
Raming
2019
Raming
2020
Lasten
40.639
42.309
42.287
43.125
44.309
44.629
B aten
434
40.205
434
41.875
434
41.853
434
42.691
434
43.875
434
44.195
Saldo
Voor de doorrekening van lonen en prijzen zijn we uitgegaan van een stijging van 2% per jaar en het
vervallen van eventuele incidentele posten. Geen rekening is gehouden met groei van het areaal. In
de meerjarenraming is rekening gehouden met geplande investeringen en de vrijval van kapitaallasten
uit oude investeringen. Voor de doorrekening van lonen en prijzen zijn we uitgegaan van een stijging
van 2% per jaar en het vervallen van eventuele incidentele posten. Geen rekening is gehouden met
groei van het areaal. Voor wat betreft de bijdrage aan het Waterschapsbedrijf Limburg zijn we
uitgegaan van de onlangs vastgestelde meerjarenbegroting van het Waterschapsbedrijf Limburg.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 80 -
5 Programma Vergunningen en handhaving
Ter bescherming en herstel van het
watersysteem en ter bescherming tegen hoog
water (de veiligheid) reguleren wij als
waterschap op een professionele en klantgerichte wijze activiteiten van derden en
zorgen wij met transparant beleid voor een
slagvaardige, consequente en rechtvaardige
handhaving.
Portefeuillehouder(s) - bestuurlijk
programma ‘Vergunningen en handhaving’:
Jan Classens en Toine Gresel
proces ‘vergunningen’: Jan Classens
proces ‘handhaving’: Toine Gresel
Programmamanager - ambtelijk
programma ‘Vergunningen en handhaving’:
Geert Vogels
5.1
Wat willen we bereiken?
We willen met onze Keur en de daaraan verbonden algemene regels en beleidsregels maar ook via
beïnvloeding van plannen van derden bijdragen aan een optimale bescherming van onze
waterkeringen en ons watersysteem. We zien toe op de naleving van de gestelde regels en
handhaven consequent en op een professionele manier.
Programmadoelen
De doelen op het terrein van watersysteem respectievelijk waterkering zijn in die programma’s
geformuleerd. Vanuit het programma Vergunningen en handhaving leveren wij een bijdrage aan de
realisatie van die doelen. Als het een autonome verantwoordelijkheid van het waterschap betreft is er
een keuze. Regels worden uitsluitend gesteld indien dit bijdraagt aan de realisatie van de doelen. Op
de naleving van de gestelde regels zien we toe. De programmadoelen op het terrein van
Vergunningen en Handhaving zijn:

Samenwerking
met inachtneming van de wettelijk kaders voeren we onze taak op het terrein van VTH uit. De
complexiteit van wet- en regelgeving stelt hoge eisen aan deskundigheden van medewerkers.
Het is onmogelijk/onbetaalbaar alle deskundigheden te (be)houden binnen de eigen organisatie. Dit is ook niet nodig. Samenwerking met andere organisaties, die actief zijn op het
terrein van VTH, biedt hiervoor een oplossing. Het zijn van een betrouwbare samenwerkingspartner is dan wel een kritische succesfactor.

Klantgerichtheid
We zijn ons terdege bewust van het effect van ons handelen op/voor klanten op het terrein
van VTH. Klantgerichtheid laden we door enerzijds actief in te zetten op deregulering (niet
meer beperkingen opleggen aan de klant, dan strikt gezien noodzakelijk is) en anderzijds tijdig
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 81 -
reageren op signalen van de klant. Bekendheid van de klant met gestelde regels is ook
belangrijk.

Kwaliteit
We investeren in kwaliteitsontwikkeling. Dit doen we omdat we vinden dat we kwaliteit aan
onze klanten moeten leveren. Daarbij anticiperen we op de kwaliteitscriteria van waterbeheer,
die mogelijk op termijn een wettelijke status krijgen.
Programma
Doel
Doel
indicatoren
2015
2020
Vergunningen en handhaving
Samenwerking

we zijn een betrouwbare samenwerkingspartner op het terrein van VTH

het programma levert bijdrage aan realisatie doelen op het terrein van watersysteem en
waterkering
o ≥2
o ≥2
o ja
o ja
o 100%
o 100%
o percentage aanvragen om vergunning dat binnen wettelijke termijn wordt
afgehandeld………………………………………………………………………………………
o percentage klachten en meldingen op terrein van toezicht en handhaving dat binnen
o 90%
o 95%
24 uur wordt opgepakt (≠ binnen 24 uur afgehandeld)……………………………………...
o 90%
o 100%
o ≥2
o ≥2
o aantal samenwerkingspartners dat ons betrouwbaar vindt…….………………….............
o programma Watersysteem en programma Waterkering zijn tevreden over rol
VTH……………………………………………………………………………………………….
Klantgerichtheid



met onze eigen regelgeving stellen we niet meer eisen dan strikt noodzakelijk is
o percentage initiatieven van derden tot deregulering dat door ons vanuit een positieve
grondhouding wordt opgepakt………………………………………………………………….
we reageren tijdig op signalen van de klant
bekendheid met wet- en regelgeving vergroten
o aantal initiatieven om bekendheid met wet- en regelgeving te vergroten…………………
Kwaliteit

we anticiperen aantoonbaar op kwaliteitscriteria VTH Waterbeheer
o plan van aanpak is opgesteld…………………………………………………………….........
o ja
o n.v.t.

we leren van ervaringen van andere waterbeheerders
o aantal verbeterinitiatieven op het terrein van VTH dat voortkomt uit resultaat
benchmark VTH en/of andere ervaringen van waterbeheerders…………………….........
o ≥2
o ≥2
5.2
Wat gaan we ervoor doen?
Beleidsproducten
nr
naam beleidsproduct
omschrijving beleidsproduct
02
Plannen van derden vergunningen en handhaving
Het beoordelen en zo nodig beïnvloeden van beleid en plannen van
derden ten behoeve van het realiseren van doelstellingen van ons
waterschap.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
2.1 Plannen van derden
Watertoets
Wij leveren gevraagd en ongevraagd inbreng bij concrete ruimtelijke
plannen via een plantoetsing. Daartoe onderhouden wij contacten
met gemeenten.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 82 -
Prestatie-indicator: aantal plannen getoetst, aantal uitgebrachte
adviezen aan gemeente en aantal overgenomen adviezen door
gemeente.
De wijze waarop deze taak wordt ingevuld is relatief nieuw. Sinds
2014 zetten we één formatieplaats voor dit doel in. De 1ste helft 2015
evalueren we de ervaringen en rapporteren de uitkomst.
06
Beheersinstrumenten
watersystemen
Het opstellen en actualiseren van de legger met de juridische
grenzen van de beheersobjecten.
Beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
6.3 Legger waterlopen en
kunstwerken
In het 2e kwartaal 2015 wordt de legger fase 2 (van 2D naar 3D)
vastgesteld. De legger is ontsloten via internet. Dialoog vindt plaats
met Waterschap Roer en Overmaas om overeenkomsten en
verschillen bij inrichting van de legger zichtbaar te maken.
De legger is (en blijft) actueel. Aanvragen tot leggerwijziging door
derden worden binnen de wettelijke termijn afgehandeld. Bij eigen
projecten wordt in het kader van de projectvoorbereiding bepaald of
en zo ja in welke mate een project noodzaakt tot aanpassing van de
legger. Het initiatief tot aanpassing wordt zo mogelijk gekoppeld aan
het projectbesluit.
Prestatie-indicator: actuele legger.
11
6.4 Beheerregister grondwater
Beheerregister grondwater
We leggen grondwatergegevens in een beheerregister vast en we
beheren die. Rapportage aan de Provincie maakt hiervan deel uit.
Monitoring watersystemen waterkwaliteit
Het meten van relevante parameters om de toestand en het effect
van maatregelen en het functioneren van het watersysteem te
kunnen beschrijven en beoordelen.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
11.2 Monitoring waterkwaliteit
Inzet laboratorium
Laboratoriumdiensten voor Vergunningverlening en Handhaving
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 83 -
22
Beheer Keurkwartet en VTHbeleid
Voorbereiding, op- en vaststelling alsmede het onderhoud van de
Keur verordening, de beleidsregels, de algemene regels en de
richtlijnen voor de legger van het waterschap waarbij de ge- en
verbodsbepalingen ten aanzien van beheer, onderhoud en gebruik
van water en de waterstaatskundige infrastructuur door derden
worden geregeld. Eén en ander gebeurt als bevoegd gezag op basis
van de Waterwet en de Waterschapswet en daaruit voortvloeiende
of daarmee samenhangende regelgeving Tevens het beheer van het
wettelijk verplichte T&H-beleid en (toekomstig) V-beleid (Wet VTHcriteria).
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
22.1 Beheer Keurkwartet en
VTH-beleid
Beheer keurkwartet
Keur, algemene regels, beleidsregels en richtlijnen legger zijn
vastgesteld.
Als ontwikkelingen op het terrein van watersysteem of waterkering
daartoe aanleiding geven vindt beheer keurkwartet plaats. Zodra
uitwerking grondwaterbeleid (actie op het terrein van watersysteembeheer) in inhoudelijk opzicht heeft plaatsgevonden krijgt doorvertaling naar regelgeving gestalte. Gelet op de afhankelijkheid is dit nu
nog niet strak te plannen.
Vanuit de optiek terugdringen van onnodige regelgeving houden we
het keurkwartet jaarlijks tegen het licht.
Eind 2015 wordt ten minste de tarieventabel, die behoort bij de
Legesverordening, vastgesteld voor het komende jaar.
Prestatie-indicator: vastgestelde keur, beleidsregels, algemene
regels en richtlijnen voor de legger.
VTH-beleid
Professionalisering op het terrein van vergunningen, toezicht en
handhaving is een thema. In 2014 zijn/worden kwaliteitscriteria op
het terrein van vergun-ningen, toezicht en handhaving ontwikkeld
voor (en door) water-beheerders.
Eisen op het punt van kritieke massa maken deel uit van kwaliteitscriteria VTH Water. Dit jaar (in 2015) vindt een externe toets plaats
of de medewerk(st)ers die werkzaam zijn op dit terrein beantwoorden aan de gestelde eisen. De hiermee gemoeide (incidentele)
kosten zijn geraamd op € 40.000.
Daarnaast geven we invulling aan de proceseisen, die eveneens
deel uitmaken van de kwaliteitscriteria VTH Water.
De totstandkoming van het wetsvoorstel VTH, inclusief de gevolgen
voor dit taakveld, vormt een continu aandachtspunt.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 84 -
Kwaliteitssysteem VTH
Processen vergunningen, toezicht en handhaving zijn gecertificeerd.
Klanttevredenheid
Klanttevredenheid wordt gemeten via een continu online onderzoek.
Kritische respons van klanten wordt opgepakt als verbetervoorstel.
Ontwikkeling op het terrein van wet- en regelgeving
Het terrein van wet- en regelgeving van het Rijk wijzigt in behoorlijk
tempo. In het kader van de totstandkoming van die regelgeving laten
we (veelal via de Unie van Waterschappen) een eigen geluid horen.
Belangrijkste ontwikkeling op dit terrein zijn vanuit de optiek van
vergunningen, toezicht en handhaving: (1) doorontwikkeling activiteitenbesluit, (2) wetsvoorstel VTH en (3) totstandkoming Omgevingswet.
23
Vergunningen en meldingen
Het als bevoegd gezag verlenen van vergunningen en het
afhandelen van meldingen op basis van de Waterwet- en –daarmee
samenhangende regelgeving (zoals de keur).
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
23.1 Vergunningen en
meldingen
Algemeen
We reguleren activiteiten, inclusief aanpassingen aan de natte infrastructuur, op basis van geldende wettelijke regelingen, met inachtneming van het vastgestelde beleid. Dit doen we door vergunningen
te verlenen en meldingen te behandelen.
Prestatie-indicator: aantal afgeronde vergunningen en afgehandelde
meldingen.
Behandelingstermijn
Aanvragen om vergunningen worden binnen de wettelijke termijn
afgehandeld (norm: 95% binnen wettelijke termijn).
Prestatie-indicator: % tijdig afgehandelde aanvragen.
Actualiteitstoets verleende vergunningen
Bepaalde vergunningen, die zien op het lozen op oppervlaktewateren, moeten periodiek worden getoetst op actualiteit. Hieraan
geven we invulling.
Gebiedsgericht standstill
In 2014 is het project Gebiedsgericht standstill afgerond met het
labellen van de pompen. We evalueren begin 2015 of de projectdoelstellingen zijn gerealiseerd en rapporteren de uitkomst.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 85 -
Vergunningen en meldingen waterkeringen
Als gevolg van de kanteling van de organisatie wordt via proces
Vergunningen invulling gegeven aan technische advisering vergunningen op het terrein van waterkeringenbeheer. Onze expertise op
dit gebied is beperkt. Er bestaat behoefte aan externe expertise.
Door de intensivering toezicht waterkeringen, grote gebiedsontwikkelingsprojecten en piekbelastingen is de behoefte naar verwachting
groter dan in voorgaande jaren. De (structurele) kosten worden
geraamd op € 50.000. Deze kosten zijn niet voorzien in de
Voorjaarsnota. De kosten zijn in het verleden gedekt uit (incidenteel)
budget verzwaring waterkeringstaak. Een en ander zal binnen de
totale begroting vrijgemaakt worden.
24
Adviezen vergunningen
Adviezen die waterschappen verstrekken aan andere bevoegde
gezagen in relatie tot de Waterwet en daarmee samenhangende
wet- en regelgeving, waartoe ook de Wabo behoort.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
24.1 Wabo-adviezen
Reeds eerder is besloten tot een reactieve rolinvulling. De adviesrol
vullen we in beginsel niet in; bij significante lozingen wordt wel
geadviseerd. Dit is gecommuniceerd met gemeentebesturen (zie
o.a. document 2012.03029).
We volgen de totstandkoming van de regionale uitvoeringsdiensten
op enige afstand.
Prestatie-indicator: het aantal afgeronde adviezen voor vergunningen aan bevoegd gezag Wabo.
24.2 Adviezen Waterwet aan
andere waterbeheerders
Laatstelijk in 2014 zijn/worden de afspraken tussen de waterbeheerders over samenloop opnieuw bestuurlijk vastgesteld. Op
basis hiervan verlenen/weigeren we de vergunning rekening
houdend met het advies van Rijkswaterstaat of zijn we adviseur aan
Rijkswaterstaat, die met ons advies rekeninghoud bij het verlenen/
weigeren van de vergunning. De gemaakte afspraken komen we na.
Prestatie-indicator: het aantal afgeronde adviezen voor vergunningen aan andere waterbeheerders.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 86 -
25
Toezicht
De werkzaamheden die door of namens het waterschap - meestal
als bevoegd gezag, maar bv. in het kader van de Wabo of
samenloop als niet-bevoegd gezag - worden verricht om na te gaan
of voorschriften van de Keur en de Waterwet en daarmee
samenhangende regelgeving worden nageleefd. Toezicht op de
naleving ziet aldus op programmatische controle, is preventief en
gaat gewoonlijk aan handhaving c.q. het toepassen van sancties
vooraf.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
25.1 Toezicht
Strategie
Op het terrein van handhaving zijn drie strategieën te onderscheiden, te weten: preventie-, toezicht- en sanctiestrategie. De
invloed van landelijke ontwikkelingen op toezicht en handhaving
groeit. Na een landelijke handhavingsstrategie (sanctiestrategie in
2014) volgt mogelijk een landelijke toezichtstrategie. Deze ontwikkeling wordt kritisch gevolgd. Handhavingsbeleid WPM is laatstelijk
in 2013 geactualiseerd. Beleid is/wordt aangepast aan landelijke
sanctiestrategie.
Programmatisch handhaven
We bepalen jaarlijks vooraf prioriteiten, handhaven programmatisch
en rapporteren de voortgang via rapportages aan bestuur.
Prestatie-indicator: afwijking planning en realisatie handhavingsprogramma ≤ 15%.
Uitbreiden handhavingsprogramma
Als gevolg van de kanteling van de organisatie wordt via proces
Handhaving invulling gegeven aan toezicht op de naleving van de
regels op het terrein van waterkeringenbeheer. Het handhavingsprogramma moet hierop worden aangepast. Prioritering, vaststellen
“0”-situatie en capaciteitsinzet toezicht waterkeringen moeten in
beeld worden gebracht. Het vaststellen van de “0”-situatie is van
belang om toezicht op een transparante en uniforme wijze uit te
kunnen voeren. De uitbreiding van het handhavingsprogramma krijgt
1ste helft 2015 vorm. De hiermee gemoeide (incidentele) kosten zijn
geraamd op € 50.000. Deze kosten waren niet voorzien in de
Voorjaarsnota en zullen binnen de totale begroting vrijgemaakt
worden.
Toezicht
We zien toe op de naleving van de bij of krachtens de Waterwet
gestelde regels, inclusief de keur, om normconform gedrag te
bewerkstelligen. Toezien op indirecte lozingen is een gemeentelijke/
provinciale verantwoordelijkheid, die deels belegd is bij de regionale
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 87 -
omgevingsdiensten. We vervullen geen rol in relatie tot toezicht op
indirecte lozingen. We treden enkel op als er problemen zijn
ontstaan bij de rioolwaterzuiveringsinstallatie.
We zien ook toe op de naleving van de regels bij zwemgelegenheden in oppervlaktewater (op basis van delegatiebesluit provincie).
Prestatie-indicator: het aantal controlebezoeken (eerste controlebezoeken en hercontrolebezoeken) en aantal overtredingen.
Werkafspraken over samenloop
De gemaakte afspraken met Rijkswaterstaat komen we na.
Samenwerking binnen waterkolom
Door bundeling van toezichtactiviteiten met andere handhavende
organisaties zijn/ worden de administratieve lasten in het kader van
toezicht (bij ten hoogste gelijkblijvende bestuurlijke lasten) teruggedrongen. We zoeken actief de samenwerking met andere
waterbeheerders omdat dit toegevoegde waarde oplevert.
Samenwerking buiten waterkolom
We zijn bereid tot samenwerking buiten de waterkolom mits dit
toegevoegde waarde oplevert.
Ontsluiten info toezicht (en handhaving)
Informatie op het terrein van toezicht en handhaving ontsluiten we
digitaal.
Bekendheid klanten met regelgeving
We bevorderen dat onze klanten op de hoogte zijn van de geldende
regelgeving. Zoals voorzien in de preventiestrategie gaat communicatie vooraf aan toezicht (en handhaving).
26
Handhaving
Alle acties van het waterschap als bevoegd gezag die gericht zijn op
het ongedaan maken van en/of het toekomstig voorkomen van een
toestand die in strijd is met de wettelijke voorschriften.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
26.1 Bestuursrechtelijke
handhaving
De doorvertaling van de landelijke handhavingsstrategie naar de
dagelijks praktijk heeft in 2014 aandacht gevraagd. Begin 2015
bepalen we of nog aanvullend actie nodig is.
Met inachtneming van landelijke handhavingsstrategie en eigen
handhavingsbeleid geven we invulling aan bestuursrechtelijke
handhaving (m.n. opleggen dwangsom / toepassen bestuursdwang).
Prestatie-indicator: aantal overtredingen, aantal malen dwangsom,
aantal malen bestuursdwang, aantal verzoeken tot handhaving aan
Waterbeheerders en aantal verzoeken tot handhaving aan bevoegd
gezag Wabo.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 88 -
26.2 Strafrechtelijke
handhaving
Met inachtneming van landelijke handhavingsstrategie en eigen
handhavingsbeleid geven we invulling aan strafrechtelijke handhaving (m.n. opmaken proces-verbaal, bestuurlijke straf-beschikking
en boeterapport).
Prestatie-indicator: aantal opgemaakte processenverbaal, aantal
opgemaakte boeterapporten en aantal opgelegde bestuurlijke
strafbeschikkingen.
Projecten
naam
o
5.3
omschrijving
SAW@
Een procesondersteunend systeem op het terrein van vergunningen,
toezicht en handhaving.
activiteit
beoogd resultaat
Implementeren Saw@
Rijkswaterstaat en vooralsnog zeven waterschappen maken
gezamenlijk gebruik van Saw@, een procesondersteunend systeem
op het terrein van vergunningen, toezicht en handhaving. Eind 2014
is/wordt Saw@ bij ons waterschap geïmplementeerd. In 2015 staat
centraal: op gepaste wijze gebruik maken van Saw@. Op dit
moment is nog onduidelijk wat daartoe concreet nodig is.
Wat mag het kosten?
Programma Vergunningen en Handhaving
R e k e ning 2 0 13
Catego rie
Lasten
42 P erso neelslasten
43 Go ederen en diensten van derden
44 B ijdrage aan derden
50 Kapitaallasten
51t/m 59 Organisatie-/bedrijfsvo eringsko sten
To taal Lasten
B e gro t ing
2 0 14 ná
k a nt e ling
B e gro t ing
2 0 14 v ó ó r
k a nt e ling
83 Go ederen en diensten aan derden
B e gro t ing
2 0 15
(€)
(€)
(€)
(€)
(€)
0
0
3.000
3.000
3.000
24.082.991
24.917.530
152.790
267.790
155.725
0
0
12.000
12.000
12.000
3.168.632
4.301.577
54.209
44.967
37.826
630.067
668.107
3.728.278
3.891.514
3.931.376
27.881.690
29.887.214
3.950.277
4.219.271
4.139.927
(€)
(€)
(€)
50.000
128.000
128.000
128.000
(€)
B aten
B e gro t ing
2 0 14
( inc l.wijz.)
154.648
84 B ijdragen van derden
9.755
0
0
0
0
86 Interne verrekeningen
188.452
0
0
0
0
352.855
50.000
128.000
128.000
128.000
2 7 .5 2 8 .8 3 5
2 9 .8 3 7 .2 14
3 .8 2 2 .2 7 7
4 .0 9 1.2 7 1
4 .0 11.9 2 7
To taal B aten
S a ldo la s t e n m inus ba t e n
Vooraf
De rekeningcijfers 2013 hebben nog betrekking op het ‘oude’ programma Watersysteem op orde:
herstelde watersystemen.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 89 -
Het gepresenteerde totaal van de kolom ‘Begroting 2014 ná kanteling’ wijkt af (€ 409.542 hoger) ten
opzichte van het ‘kantelingsbesluit/-begrotingswijziging’ zoals genomen bij de Bestuursrapportage
2014-I. De reden hiervoor is de volgende. Bij de nadere invulling van de kanteling en het maken van
afspraken over verantwoordelijkheidsterreinen, was het nodig om een aantal onderliggende (sub)
producten naar dit programma over te brengen. De begroting als zodanig is hierdoor niet gewijzigd. Er
zijn in dit geval alleen wat posten qua presentatie veranderd en/of verschoven.
Toelichting lasten
43 Goederen en diensten van derden
In de raming 2014 vóór kanteling was een bedrag van € 24.478.030 opgenomen dat betrekking had
op de bijdrage aan Waterschapsbedrijf Limburg (WBL). Op een raming 2014 van € 12.598 na, heeft er
een verschuiving plaatsgevonden naar het programma Watersysteem. De raming 2015 is lager dan de
raming 2014 inclusief wijzigingen, omdat een incidenteel budget 2014 in 2015 weer is komen te
vervallen. Het betrof een incidenteel budget van € 115.000 voor de 2de fase legger waterstaatswerken
oppervlaktewateren.
44 Bijdragen aan derden
Hier is een bijdrage geraamd van € 12.000 op grond van een bestuurlijk (landelijk) convenant met
betrekking tot glastuinbouw en milieu. Deze was voorheen geraamd op het oude programma
watersystemen op orde: geschikt voor grondgebruik.
50 Kapitaallasten
Als gevolg van de kanteling in 2014 is het grootste gedeelte van de kapitaallasten en welke betrekking
hebben op de watersysteemprojecten, overgegaan naar het programma Watersysteem. Alleen
kapitaallasten verband houdende met de actualisatie van de Keur/Legger, zijn hier achter gebleven.
51 t/m 59 Organisatie-/bedrijfsvoeringkosten
Op de zogenaamde proceskostenplaatsen worden alle kosten (salariskosten, sociale lasten,
reiskosten e.d.) van een proces verzameld, waarna we op basis van een procentuele verdeling
gebaseerd op de werkelijke tijdsbesteding van de afgelopen 3 jaren (2011-2013), de kosten
doorberekenen naar de desbetreffende producten en programma’s. Dit is een ander uitgangspunt dan
voorgaande jaren, waarin werd uitgegaan van de verwachte tijdsbesteding. Een en ander om de
verschillen tussen raming en realiteit te verkleinen en tevens de administratieve belasting te verlagen.
Deze wijziging veroorzaakt verschillen met de doorberekende organisatie- en bedrijfsvoeringskosten
2014.
Toelichting baten
83 Goederen en diensten aan derden
Als gevolg van de kanteling van de organisatie zijn de structurele opbrengstenramingen van de leges
vergunningen (€ 100.000) en de vergoeding voor het toezicht op zwemwater (€ 28.000), overgekomen
van het oude ‘programma watersysteem op orde: geschikt voor grondgebruik’. De structurele
opbrengst van € 50.000 vanwege het afstoten van watergangen en cultuurgronden heeft de
omgekeerde beweging gemaakt naar het programma Watersysteem.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 90 -
Productramingen
Programma Vergunningen en Handhaving (€)
Producten
Begroting
Lasten 2014
Begroting Begroting Begroting
Lasten 2015 Baten 2014 Baten 2015
M o nito ring watersystemen - Vergunningen en Handhaving
62.692
62.692
0
0
P lannen derden - Vergunningen en Handhaving
82.530
110.142
0
0
B eheersinstrumenten watersystemen- Vergunningen en Handhaving
346.850
303.363
0
0
B eheer Keurkwartet en VTH-beleid
126.191
113.210
0
0
To ezicht
12.598
15.533
1.216.266
1.563.220
100.000
100.000
2.103.150
3.950.277
1.971.767
4.139.927
28.000
128.000
28.000
128.000
3.822.277
4.011.927
Vergunningen en meldingen
A dviezen vergunningen
Totaal (€)
Saldo lasten minus baten
In de tabel zijn de cijfers van de primitieve begroting 2014 ná kanteling opgenomen. Dit om de
vergelijkbaarheid met de cijfers 2015 mogelijk te maken. Daarnaast zijn ten opzichte 2014 de
omschrijvingen van een aantal producten (laatste 4 producten) aangepast in overeenstemming met
gewijzigde BBP-afspraken die per 1 januari 2015 ingaan.
Investeringen
Er zijn geen investeringen gepland.
Meerjarenraming 2015-2020
Meerjarenraming ( x € 1.000)
Raming
2015
Raming
2016
Raming
2017
Raming
2018
Raming
2019
Raming
2020
Lasten
4.140
4.222
4.305
4.390
4.477
4.565
B aten
128
4.012
128
4.094
128
4.177
128
4.262
128
4.349
128
4.437
Saldo
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 91 -
6 Programma Bestuur, communicatie en veiligheid
Wij zetten ons ervoor in om bestuur en
collega’s te laten excelleren bij het realiseren
van de organisatiedoelen. Wij bereiden de
besluiten van het bestuur en directie voor en
adviseren over het aangaan van de dialoog
met onze stakeholders. Wij adviseren over
een wijze van communicatie die loont en
borgen de calamiteitenzorg.
Portefeuillehouder(s) - bestuurlijk
programma ‘Bestuur, communicatie en veiligheid’:
Toine Gresel en Joop de Hoon
proces ‘besturing’ (strategie, beleid en innovatie):
Toine Gresel
proces ‘besturing’ (externe verantwoording):
Joop de Hoon
proces ‘externe omgeving’: Toine Gresel
proces ‘crisisbeheersing’: Toine Gresel
Programmamanager - ambtelijk
programma ‘Bestuur, communicatie en veiligheid’: Rob Kickken
6.1
Wat willen we bereiken?
Het programma Bestuur, communicatie en veiligheid omvat de processen besturing, externe
omgeving (communicatie en relatiebeheer) en crisisbeheersing.
Programmadoelen
Besturing
Het ondersteunen van het bestuur uit zich in het faciliteren van het bestuursvergaderingen en het
faciliteren van het bestuur in de brede zin van het woord.
Besturing is een nieuw proces. Besturing wordt vorm gegeven door het vertalen van de missie en visie
van het waterschap naar strategische doelen en resultaten die wij in onze taakgebieden willen
nastreven en realiseren. De te bereiken resultaten worden onder andere via deze begroting als
opdracht naar de organisatie vertaald. De voortgang van de realisatie wordt gevolgd en waar nodig
bijgestuurd. Het proces sturing ziet niet op de inhoud van dit proces maar op het goed doorlopen van
het proces zelf: In kader stellende en ondersteunende zin. Proces Besturing ondersteunt bestuur,
directie en programmamanagers in het op deze wijze strategisch sturen van het waterschap.
Externe omgeving
Succesfactor voor het goed functioneren van het waterschap is het samenwerken en communiceren
met onze externe omgeving. We willen als betrouwbare waterpartner geaccepteerd worden en
ingebed in de omgeving zijn. Randvoorwaarde hierbij is het betrekken van onze omgeving bij het
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 92 -
benoemen van de strategische doelen en de manier waarop wij deze doelen willen realiseren. De
processen relatiebeheer en communicatie geven kaders, adviseren en ondersteunen daarbij.
Relatiebeheer zetten we in om de effectiviteit te verhogen, zodat we met afnemende middelen toch de
gestelde doelen behalen. We gaan samenwerkingsvormen aan om samen met onze partners en
inwoners waterproblemen aan te pakken en ontwikkelingskansen te benutten. We denken in
gezamenlijke opgaven en oplossingen.
Onze communicatie draagt bij aan het realiseren van de organisatiedoelen. We streven een effectieve
inzet van communicatiemiddelen na om in contact te blijven met de moderne partners en burgers en
om de efficiëntie van het waterschap te verhogen. Wij verspreiden actief informatie over ons werk via
traditionele en nieuwe communicatiekanalen en gaan de dialoog aan via onder andere social media.
Crisisbeheersing
Crisisbeheersing omvat het voorbereiden op en bestrijden van calamiteiten die de taakuitvoering van
het waterschap bedreigen. In de voorbereiding richten wij een crisisorganisatie in, stellen we plannen
op en oefenen we met de crisisorganisatie op de uitvoering van de plannen. Dit doen we in nauwe
samenwerking met onze partners.
Het optreden tijdens (dreigende) calamiteiten of crisis is gericht het voorkomen van erger en het
beperken van schade alsmede het herstel van de oorspronkelijke situatie.
Vooral in buitengewone situaties rondom droogte, regenval, afvalwaterinfrastructuur, hoogwater en
verontreiniging wordt gezorgd voor het beheersbaar houden van peilen, afvoeren en kwaliteit van het
water. Het voorkomen van slachtoffers, economische- en ecologische schade is het doel. In geval dat
calamiteiten of crisis onze primaire taak overschrijden maken we onderdeel uit van de regionale
crisisorganisatie binnen de veiligheidsregio. Als volwaardig en gelijkwaardige partner nemen wij ook
daar onze rol.
Het optreden tijdens calamiteiten is geborgd in het calamiteitenhandboek. Daarin is naast de
voorbereiding op watergerelateerde risico’s ook de voorbereiding op risico’s rondom de continuïteit
van primaire taakuitvoering opgenomen. Denk hierbij aan uitval van elektriciteit, ICT of personeel.
Samengevat luiden de programmadoelen:

het ondersteunen van het bestuur;

het ontwikkelen en ondersteunen van (strategische) sturing;

een effectievere en efficiëntere realisatie van de organisatiedoelen door de inzet van
relatiebeheer en communicatie;

een adequaat opgeleide en geoefende crisisorganisatie, die in staat is zich zelfstandig op het
gewenste niveau in stand te houden;

het goed voorbereiden en professioneel inrichten om zodoende doelmatig bij te dragen aan de
bestrijding van kleine tot grootschalige incidenten, zware ongevallen, rampen en crises;

volwaardig en gelijkwaardig partner zijn in het optreden rondom watergerelateerde
calamiteiten en crises;

een voorbeeld voor de crisisorganisaties van waterschappen zijn;

als waterschap zichtbaar zijn voor onze omgeving met (h)erkenning voor onze rol als
crisispartner.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 93 -
Programma
Doel
Doel
indicatoren
2015
2020
Bestuur, communicatie en veiligheid
Besturing

mate van tevredenheid van het bestuur over de geleverde ondersteuning
(op schaal: ontevreden - matig tevreden – tevreden - zeer tevreden)…………………..........

percentage van de programma’s dat strategische sturingsdocumenten (visie, WBP,
begroting, jaarrekening, programmaplannen) benut voor eigen plannen (procesplannen,
werkplannen)………………………………………………………………………………………..
 tevreden
 zeer
tevreden
 80%
 100%
 0-meting
 n.i.o.
dienstverlening van onze organisatie……………………………………………………………..
 0-meting
 n.i.o..
percentage van de inwoners dat met ons samenwerkt bij het ontwikkelen en van
uitvoeren van ons beleid…………………………………………………………………………...
 0-meting
 n.i.o.
 n.i.o.
 n.i.o.
 n.i.o.
 n.i.o.
Externe omgeving

percentage van de inwoners dat weet wie we zijn en wat we doen…………………………..

percentage van de inwoners dat positief staat ten opzichte van de doelen, taken en

 aantal samenwerkingsverbanden met partners…………………………………………...........
Crisisbeheersing

n.i.o.………….........................................................................................................................
* n.i.o. = nog in ontwikkeling
6.2
Wat gaan we ervoor doen?
Beleidsproducten
nr
naam beleidsproduct
omschrijving beleidsproduct
01
Eigen plannen - bestuur,
communicatie en veiligheid
Het opstellen van beheer- en beleidsplannen en plannen rond
specifieke thema’s en/of gebieden.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
1.2 Waterbeheerplan
Voorbereiden Waterbeheerplan 2016-2021
Het vigerende Waterbeheerplan heeft een looptijd tot en met 2015.
We leggen een nieuw ontwerp waterbeheerplan ter inzage,
verwerken de inspraakreacties, en zorgen dat het nieuwe plan
bestuurlijk vastgesteld is vóór 1 januari 2016.
1.5 Thema- en gebiedsgerichte
uitv. plannen
Overige programmaoverstijgende plannen
Het voorbereiden en laten vast stellen van plannen m.b.t. programmaoverstijgende onderwerpen (bijvoorbeeld klimaatontwikkeling,
buitenlandbeleid, etc.).
1.6 Calamiteitenplannen
Crisisbeheersing
Het professioneel optreden van het waterschap bij calamiteiten en
crisis. We bestrijden watergerelateerde calamiteiten conform de
daarvoor geldende afspraken in het calamiteitenhandboek. Doel is
effectief en efficiënt optreden.
Crisiszorg
Het geheel aan activiteiten gericht op de voorbereiding op het
professioneel optreden van het waterschap bij calamiteiten en crisis.
We voeren alle activiteiten uit die nodig zijn om het waterschap voor
te bereiden op het optreden bij calamiteiten en crisis volgens de
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 94 -
daarvoor geldende (wettelijke) afspraken en gestelde ambitie. Dit
doen we naast de dagelijkse zorg in 2015 nadrukkelijk voor:
De grootschalige multidisciplinaire oefening 2015 WATERKRACHT
We maken een volgende stap in de ontwikkeling van de
crisisbeheersing door de volledige bijdrage aan de oefening uit te
laten voeren door eigen medewerkers.
Waterschap Limburg
In 2015 werken we toe naar een volledig geïntegreerde crisisorganisatie per 1 januari 2017 onder de noemer crisisorganisatie
Waterschap Limburg.
Landelijke visie samenwerking in de crisisbeheersing (UVW)
In lijn met de landelijk visie richten we de crisiszorg uniform in met
ruimte voor eigen (regionaal) maatwerk.
Samenwerking met de Veiligheidsregio Limburg Noord
De veiligheidsregio Limburg Noord is onze belangrijkste partner in
de crisisbeheersing. Gezamenlijk dragen we zorg voor de voorbereiding op en het optreden door het waterschap in de regionale crisisorganisatie.
Netcentrisch werken
In lijn met de bestuurlijke besluitvorming zullen we de voorbereiding
van netcentrisch werken in de crisisorganisatie ter hand nemen.
02
31
Plannen van derden - bestuur,
communicatie en veiligheid
Het beoordelen en zo nodig beïnvloeden van beleid en plannen van
derden ten behoeve van het realiseren van doelstellingen van ons
waterschap.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
2.1 Plannen van derden
Beoordelen/beïnvloeden plannen van derden
We beogen hiermee waterschapsbrede belangen op de agenda van
derden te zetten en te bewerkstelligen dat plannen van derden hier
optimaal op aansluiten.
Belastingheffing
Het samenstellen van belastingkohieren en het opleggen van
aanslagen.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
31.1 Kostentoedeling en
belastingverordeningen
Opstellen en actueel houden van belastingverordeningen en belastinguitvoeringsregelingen op basis van wetgeving en beleid.
Een legitieme basis voor het opleggen en invorderen van aanslagen
watersysteemheffing, zuiveringsheffing en verontreinigingsheffing.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 95 -
32
33
34
Invordering
Verzending aanslagbiljetten, betalingsverwerking, kwijtschelding en
verdere invorderingsmaatregelen op het gebied van waterschapsbelastingen.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
32.1 Betalingsverwerking
aanslagen
Aanslagen verzenden
Aanslagen, niet behorende tot het speelveld van de gemeenschappelijke regeling BsGW, zoals bijvoorbeeld leges.
Bestuur
Het democratisch besturen door het nemen van besluiten in
vergaderingen en het extern representeren.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
33.1 Bestuur
Verkiezingen
Wij ondersteunen het bestuur door het organiseren van verkiezingen
en door het faciliteren van het nieuwe bestuur dat in 2015 aantreedt,
door bijvoorbeeld het organiseren van een introductieprogramma.
33.2 Bestuursondersteuning
Ondersteunen bestuur
Wij faciliteren het bestuur door te ondersteunen bij bestuursvergaderingen en -activiteiten.
Externe communicatie
Centrale extern gerichte communicatieactiviteiten die door team
Externe omgeving worden uitgevoerd, gericht op het informeren,
stimuleren en activeren van de externe doelgroepen.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
34.1 Externe communicatie
Ontwikkelen en uitvoering geven aan het communicatiebeleid
We blijven uitvoering geven aan het communicatiebeleidsplan dat
gericht is op een communicatieve organisatie. Speerpunten voor
2015 zijn het actualiseren en professionaliseren van de risico- en
crisiscommunicatie en de inzet van social media.
Verzorgen van een deel van het relatiebeheer van het waterschap
en het uitvoeren van de activiteiten die het relatiebeheer
ondersteunen (relatiebeleidsplan, relatiebeheersysteem)
We gaan onze partners en de relaties die wij nu met hen
onderhouden in beeld brengen/zichtbaar maken en verbinden. Dit
beeld spiegelen we aan de visie, succesfactor ‘Samenwerkend
waterschap.’ Op basis hiervan gaan wij samen met onze partners
onderzoeken of er wederzijds behoefte bestaat om deze relatie te
bestendigen en te verdiepen en gaan wij relatiebeheer zowel qua
beleid (relatiebeleidsplan) als in de uitvoering (adviseren en
ondersteunen van de organisatie) verder gestalte geven. Zodoende
kan de organisatie proactief relatiebeheer gaan toepassen, een
vertrouwensband met partners opbouwen en goede antennes voor
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 96 -
potentiële samenwerkingskansen ontwikkelen.
Produceren en verspreiden van algemeen communicatiemateriaal
Partners en publiek zijn op de hoogte van de hoofdlijnen van het
organisatiebeleid, de uitvoering en ontwikkelingen, zodat er draagvlak ontstaat voor medewerking.
Beantwoorden van vragen van inwoners, pers en anderen
Voldoen aan informatiebehoefte over het waarom, hoe en wat van
ons werk.
Coördineren, produceren en verspreiden van publieksjaarverslag
Inwoners en partners krijgen inzicht in de wijze van de besteding
van het belastinggeld en het waarom daarvan.
Open dagen, rondleidingen en tentoonstellingen
Zichtbaarheid, aanwezigheid en naamsbekendheid in de omgeving,
zodat er positieve betekenis wordt gegeven aan het waterschap en
zijn werk.
Educatieve communicatie en algemene publiekscommunicatie
Waterbewustzijn wordt gestimuleerd en gewenst gedrag (leven met
water) geactiveerd.
Verzorgen redactie website en social media
We gaan door met de inzet van social media, zijn aanwezig, actueel,
beeldend en monitoren wat de maatschappelijke informatiebehoefte
is.
De inhoudelijke bijdrage aan de totstandkoming van specifiek
communicatiemateriaal behoort niet tot het product Externe
communicatie. Deze wordt door de inhoudelijke teams geleverd en
behoort tot de directe uren van een product van die teams.
A
Centrale sturing
De activiteiten die betrekking hebben op het op centraal niveau
leiding geven aan het ambtelijk apparaat alsmede de (secretariële)
ondersteuning daarvan.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
O1. Centraal management
Zorgen voor een goed functionerende organisatie
Inspirerend leiderschap.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 97 -
B
D
Organisatieontwikkeling
De activiteiten die betrekking hebben op de verbetering van projecten procesmatig werken en de ontwikkeling van de factor mens.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
O1. Centraal management
Traject organisatieontwikkeling
Het doel van het traject is om binnen processen en projecten onze
producten en diensten effectief en efficiënt op te leveren aan interne
en externe klanten. De manier van werken is zodanig dat medewerkers en klanten meerwaarde hiervan ervaren. Verder is er oog voor
het ontwikkelen van het aspect mens in de organisatie en in
processen en projecten: de cultuur (door)ontwikkelen zodat medewerkers goed gedijen in de veranderde omgeving.
Interne communicatie
De centrale activiteiten die zijn gericht op het informeren van ons
personeel en bestuur over het beleid van ons waterschap en de
activiteiten die ter realisering daarvan worden uitgevoerd alsmede
over het intern functioneren van ons waterschap.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
O5. Interne communicatie
Werkzaamheden ten behoeve van het personeelsblad
Het personeelsblad is in goede samenwerking met de directeur en
collega’s tot stand gekomen en het blad geeft uiting aan de
gewenste waterschapsidentiteit.
Organiseren van interne algemene informatiebijeenkomsten
De bijeenkomsten voor het hele personeel (nieuwjaars- en
eindejaarsbijeenkomst) worden goed bezocht en zijn informatief en
dragen bij aan de interne samenwerking.
Verzorgen redactie Intranet
Op het nieuwe sociale intranet delen medewerkers informatie
waaraan organisatiebreed behoefte is. De site is actueel en
beeldend en wordt regelmatig door de collega’s bekeken.
E
Bestuurlijke en juridische zaken
De activiteiten van algemeen-bestuurlijke en algemeen-juridische
aard ten behoeve van ons waterschap als geheel.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
O6. Algemeen bestuurlijke en
juridische ondersteuning
Opstellen en actualiseren van algemene verordeningen
Betrouwbare, robuuste decentrale overheid die legitieme besluiten
neemt conform de geldende wet- en regelgeving.
Aansprakelijk stellen
Schadeverhaal bij ontbreken van waterschapsaansprakelijkheid.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 98 -
Adviseren over - gevolgen van - wet- en regelgeving.
Zorgvuldige besluitvorming die een rechtmatigheids- en rechterlijke
toets met succes kan doorstaan.
Opstellen algemene overeenkomsten
Rechtmatige overeenkomsten conform de intentie en wensen van
betrokken partijen.
F
G
Concerncontrol en financieel
beleid
Het geheel van centrale activiteiten die gericht zijn op het zo
doelmatig mogelijk sturen en beheersen van de organisatieprocessen ten behoeve van de te bereiken organisatiedoelstellingen, alsmede het ontwikkelen en het tot uitvoering brengen
van financiële kaders.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
O7. Concerncontrol en
financieel beleid
(Strategische) sturing
Wij gaan (strategische) sturing faciliteren. In 2015 staat het verkennen en beschrijven van de strategische doelen centraal, het bepalen
van onze rol bij het realiseren van deze doelen, het benoemen van
de gewenste resultaten en de daarvoor benodigde acties. Het
waterbeheerplan en de meerjarenbegroting zijn hiervoor de aangewezen instrumenten. Het meten van de voortgang en het waar
nodig bijsturen vindt plaats in de achterliggende jaren.
Planning en control cyclus
De planning- en control cyclus is het proces van (strategische)
planning, via uitvoering en bijsturing naar verantwoording. De
planning- en control cyclus vormt daarmee de basis voor zowel de
interne sturing als de externe verantwoording van ons waterschap.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
O8. Meerjarenraming en
begroting
Meerjarenbegroting, begrotingswijzigingen
Een transparante, rechtmatige, doelmatige
organisatiesturing ((strategische) planning).
en
doeltreffende
O9. Management- en
bestuursrapportages
Management- en bestuursrapportages
Een transparante, rechtmatige, doelmatige
organisatiesturing (uitvoering en bijsturing).
en
doeltreffende
O11. Jaarstukken
Jaarrekening en -verslag
Een transparante, rechtmatige, doelmatige
organisatiesturing (verantwoording).
en
doeltreffende
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 99 -
Projecten
naam
o
6.3
omschrijving
Crisiscommunicatie
Het actualiseren en professionaliseren van de crisiscommunicatie.
activiteit
beoogd resultaat
Actualiseren en
professionaliseren
Crisiscommunicatie staat voor het verspreiden van juiste, tijdige en
begrijpelijke informatie over, tijdens en na een crisis.
Wat mag het kosten?
Programma bestuur, communicatie en veiligheid
R e k e ning 2 0 13
Catego rie
Lasten
42 P erso neelslasten
43 Go ederen en diensten van derden
44 B ijdragen aan derden
45 To evo egingen aan vo o rzieningen
50 Kapitaallasten
51t/m 59 Organisatie-/bedrijfsvo eringsko sten
69 Organisatie-/bedrijfsvo eringsko sten
To taal Lasten
B e gro t ing
2 0 14 v ó ó r
k a nt e ling
B e gro t ing
2 0 14 ná
k a nt e ling
B e gro t ing
2 0 14
( inc l.wijz.)
B e gro t ing
2 0 15
(€)
(€)
(€)
(€)
(€)
599.766
640.273
640.273
640.273
502.384
3.301.433
3.144.583
1.002.370
1.024.119
1.032.347
0
189.617
0
0
0
474.266
0
0
0
0
12.821
6.275
79.028
79.028
117.361
981.859
880.140
1.763.968
1.763.968
2.272.260
169.105
189.135
189.135
189.135
203.937
5.539.250
5.050.023
3.674.774
3.696.523
4.128.289
(€)
(€)
(€)
(€)
(€)
83 Go ederen en diensten aan derden
164.161
584.389
0
0
0
84 B ijdragen van derden
72.603
0
0
0
0
86 Interne verrekeningen
105.292
138.000
138.000
138.000
0
B aten
To taal B aten
S a ldo la s t e n m inus ba t e n
342.056
722.389
138.000
138.000
0
5 .19 7 .19 4
4 .3 2 7 .6 3 4
3 .5 3 6 .7 7 4
3 .5 5 8 .5 2 3
4 .12 8 .2 8 9
Vooraf
De rekeningcijfers 2013 hebben nog betrekking op het ‘oude’ programma Bestuur, communicatie,
heffingen en veiligheid van vóór de kanteling.
Het gepresenteerde totaal van de kolom ‘Begroting 2014 ná kanteling’ wijkt af (€ 506.233 hoger) ten
opzichte van het ‘kantelingsbesluit/-begrotingswijziging’ genomen bij de Bestuursrapportage 2014-I.
De reden hiervoor is de volgende. Bij de nadere invulling van de kanteling en het maken van
afspraken over verantwoordelijkheidsterreinen, was het nodig om een aantal onderliggende (sub)
producten tussen de programma’s te schuiven. De begroting als zodanig is hierdoor niet gewijzigd. De
begroting als zodanig is hierdoor niet gewijzigd. Er zijn in dit geval alleen wat posten qua presentatie
veranderd en/of verschoven.
Toelichting lasten
42 Personeelslasten
Onder deze kostensoort hebben we de personeelslasten geraamd van het algemeen bestuur, het
dagelijks bestuur en de pensioenverplichtingen en wachtgeldverplichtingen van voormalig leden van
het bestuur. De kosten op dit onderdeel zijn gedaald omdat we de uitkeringen van pensioen-/
wachtgeldverplichtingen niet meer in de exploitatie verantwoorden maar rechtstreeks ten laste
brengen van de specifiek daarvoor gevormde voorziening. Enerzijds vanwege een juistere
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 100 -
verantwoording (geen dubbele verantwoording meer van dezelfde euro), en anderzijds vanwege
vermindering van de administratieve belasting. Zie in dit verband ook de baten categorie ’86 Interne
verrekeningen’.
43 Goederen en diensten van derden
Een bedrag van € 187.527 (in 2014 was dat € 179.298) heeft betrekking op onze bijdrage aan
Waterschapsbedrijf Limburg en vloeit voort uit de vastgestelde begroting 2015 van het
Waterschapsbedrijf.
De bijdrage aan de Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen (2014: € 1.690.951) is
met de kanteling van de organisatie, bijna volledig overgegaan (€ 16.398 na) naar het programma
Bedrijfsvoering. De reden hiervoor is de volgende. De activiteiten met betrekking tot het beheer en
onderhoud van belastingadministraties, het feitelijk opleggen en invorderen van belastingen is in weze
een uitvoeringstaak van het Programma/Proces Bedrijfsvoering. Dat dit door een externe partij (de
BsGW) wordt uitgevoerd, speelt hierbij geen rol.
Ook de wettelijk normvergoeding (€ 2014: € 605.000 = normbedrag x aantal belastingobjecten) die wij
jaarlijks via het Ministerie van Binnenlandse Zaken, aan gemeenten betalen als vergoeding voor het
meeliften op de Woz gegevens, is vanuit dezelfde redenatie ook overgeheveld.
Ten aanzien van de bestuurlijke en beleidsmatige kant (het tarievenbeleid, de kostentoeling en de
belastingverordeningen), is dat een ander verhaal. Dat is een aangelegenheid van het bestuur van
ons waterschap.
44 Bijdragen aan derden
Bij de herinrichting van de programma’s hebben wij vanwege het uitvoeringskarakter van de
activiteiten van de gemeenschappeljjke regeling Belastingsamenwerking Gemeenten en
Waterschappen, de begrotingsposten die daarmee verband houden overgeheveld naar het
programma Bedrijfsvoering.
Dat geldt dus ook voor het budget voor de tegemoetkoming in de frictiekosten van de zogenaamde
‘libel-gemeenten’.
50 Kapitaallasten
In de begroting hebben we er rekening mee gehouden dat er in 2015 verkiezingen plaatsvinden.
Vooruitlopend daarop verwachten we in 2014 en 2015 een voorinvestering van in totaal € 600.000
(2x€ 300.000) te moeten doen.
51 t/m 59 + 69 Organisatie-/bedrijfsvoeringkosten
Op de zogenaamde proceskostenplaatsen worden alle kosten (salariskosten, sociale lasten, reiskosten e.d.) van een proces verzameld, waarna we op basis van een procentuele verdeling gebaseerd
op de werkelijke tijdsbesteding van de afgelopen 3 jaren (2011-2013), de kosten doorberekenen naar
de desbetreffende producten en programma’s. Dit is een ander uitgangspunt dan voorgaande jaren,
waarin werd uitgegaan van de verwachte tijdsbesteding. Een en ander om de verschillen tussen
raming en realiteit te verkleinen en tevens de administratieve belasting te verlagen. Deze wijziging
veroorzaakt verschillen met de doorberekende organisatie- en bedrijfsvoeringskosten 2014.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 101 -
Toelichting baten
83 Goederen en diensten aan derden
Bij de herinrichting van de programma’s hebben wij vanwege het uitvoeringskarakter van de
activiteiten van de gemeenschappelijke regeling Belastingsamenwerking Gemeenten en
Waterschappen, de begrotingsposten die daarmee verband houden overgeheveld naar het
programma Bedrijfsvoering. Dat geldt ook voor de raming van de te verwachten entreegelden van
nieuwe toetreders.
86 Interne verrekeningen
Omdat we de kosten van wachtgelden en pensioenen van voormalig bestuurs-/personeelsleden
voortaan rechtstreeks ten last brengen van de specifiek daarvoor gevormde (en wettelijk verplichte)
voorziening, hoeven we hier de onttrekking aan de voorziening ook niet meer te verantwoorden.
Productramingen
Programma bestuur, communicatie en veiligheid (€)
Begroting
Producten
Lasten 2014
Eigen plannen - bestuur, co mmunicatie, heffingen en veiligheid
P lannen derden - bestuur, co mmunicatie, heffingen en veiligheid
Calamiteitenbestrijding watersystemen
B elastingheffing (beleid)
Externe co mmunicatie
Interne co mmunicatie
Begroting
Begroting
Begroting
Lasten 2015 Baten 2014 Baten 2015
190.107
163.739
0
6.660
3.960
0
0
0
237.874
196.729
0
0
23.117
29.183
0
0
180.565
158.975
0
0
187.249
164.914
0
0
2.136.100
2.163.508
138.000
0
B estuurlijke juridische zaken
165.329
209.974
0
0
Centrale sturing
326.153
827.898
0
0
221.620
3.674.774
209.409
4.128.289
0
138.000
0
0
3.536.774
4.128.289
B estuur
P lanning en co ntro lcyclus
Totaal (€)
Saldo lasten minus baten
In de tabel zijn de cijfers van de primitieve begroting 2014 ná kanteling opgenomen. Dit vanwege de
vergelijkbaarheid met de cijfers 2015 mogelijk te maken.
Investeringen
Investeringen meerjarenperiode
(x € 1.000)
Nr
Cat. Afschr.
termijn
Verkiezingen
1.
Vervanging/instandho uding ict vo o rzieningen bestuur
(o a i-pads)
2.
A
A.
3/5 jaar
Vervanging co mmunicatiemiddelen
B.
5 jaar
3.
Raming
Raming
Raming
Raming
Raming
Raming
2015
2016
2017
2018
2019
2020
4 jaar
Totaal
300,0
300,0
17,0
317,0
300,0
144,0
48,0
29,0
1,0
49,0
7,0
144,0
29,0
145,0
397,0
307,0
144,0
Categorie A investeringen zijn investeringen waarvan we de start/realisatie hebben gepland in 2015
en waarvan de uitvoering bij vaststelling van de begroting wordt geautoriseerd aan het dagelijks
bestuur. Dit geldt alleen voor de bedragen opgenomen in jaarschijf 2015. Categorie B investeringen
zijn investeringen waarvan we de start/realisatie na 2015 hebben gepland en die nog niet voor
uitvoering in aanmerking komen. In de meerjarenraming hebben we alle geplande investeringen
doorgerekend.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 102 -
Meerjarenraming 2015-2020
Meerjarenraming ( x € 1.000)
Raming
2015
Raming
2016
Raming
2017
Raming
2018
Raming
2019
Raming
2020
Lasten
4.128
4.302
4.391
4.495
4.578
4.690
B aten
0
4.128
0
4.302
0
4.391
0
4.495
0
4.578
0
4.690
Saldo
In de meerjarenraming zijn alle geplande investeringen doorgerekend. Daarnaast is rekening
gehouden met de vrijval van kapitaallasten uit oude investeringen. Verder is rekening gehouden met
een stijging van lonen en prijzen met 2% per jaar.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 103 -
7 Programma Bedrijfsvoering
Wij zijn professionals die samen met anderen
werken aan door bestuur en samenleving
gestelde doelen en wij voeren ons werk uit
tegen zo laag mogelijke kosten en een zo
hoog mogelijk maatschappelijk rendement.
Portefeuillehouder(s) - bestuurlijk
programma ‘Bedrijfsvoering’: Joop de Hoon
proces ‘Bedrijfsvoering’: Joop de Hoon
project ‘Bedrijfseigen projecten’: Joop de Hoon
Programmamanager - ambtelijk
programma ‘Bedrijfsvoering’: Gineke Anninga
7.1
Wat willen we bereiken?
Wij willen dat het bestuur en de directie van het waterschap zich bij het realiseren van de ‘Visie
waterbeheer Limburg in 2020’ efficiënt ondersteund voelt bij haar rol om bedrijfsvoeringskaders vast te
stellen en te toetsen. Ook willen wij dat de leidinggevenden en medewerkers van het waterschap zich
effectief en efficiënt ondersteund voelen bij de uitvoering van hun werkzaamheden binnen de gestelde
bedrijfsvoeringskaders.
Programmadoelen

een effectief en efficiënt functionerende proces- en projectorganisatie;

een duurzame wijze van dienstverlening;

bedrijfsvoeringskaders die leiden tot tevreden klanten en een maatschappelijke verantwoorde
omvang van de bedrijfsvoeringkosten.
Om bovenstaande doelen te realiseren werken we aan de voorbereiding van de fusie van de beide
waterschappen, de doorontwikkeling van de organisatie en de medewerkers, het geven van
hoogwaardige op de klantvraag afgestemde adviezen, goede informatievoorziening en adequate
ondersteuning van bestuur, directie, leidinggevenden en medewerkers.
Programma
Doel
Doel
indicatoren
2015
2020
Bedrijfsvoering

percentage klanten dat tevreden is per (deel)proces en project………………………………

60%

80%

percentage bedrijfsvoeringskosten in de totale kosten…………………………………………

40%

35%

percentage duurzame inkopen (conform agentschap.nl) in totale inkopen…………………..
 100%
 100%

omvang flexibele schil t.o.v. vaste formatie………………………………………………………
 n.i.o.
 n.i.o.

percentage betaling binnen 30 dagen…………………………………………………………….
 100%
 100%
* n.i.o. = nog in ontwikkeling
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 104 -
7.2
Wat gaan we ervoor doen?
Beleidsproducten
nr
naam beleidsproduct
omschrijving beleidsproduct
31
Belastingheffing
Het samenstellen van belastingkohieren en het opleggen van
aanslagen.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
31.2 Aanslagen huishoudens
en forfaitaire bedrijfsruimten
Opstellen en actueel houden van belastingbestanden
Klantgerichte, rechtsgeldige aanslagoplegging vanuit de gemeenschappelijke regeling BsGW.
31.3 Aanslagen zuiveringsheffing overige bedrijven
Opstellen en actueel houden van belastingbestanden
Klantgerichte, rechtsgeldige aanslagoplegging, vanuit de gemeenschappelijke regeling BsGW.
31.4 Aanslagen watersysteemheffing gebouwd, ongebouwd
en natuur
Opstellen en actueel houden van belastingbestanden
Klantgerichte, rechtsgeldige aanslagoplegging, vanuit de gemeenschappelijke regeling BsGW.
31.6 Verzoek-, bezwaar- en
beroepschriften huishoudens
en forfaitaire bedrijfsruimten
Beslissen op verzoek- en bezwaarschriften
Uitspraken binnen de wettelijke termijn, die de rechterlijke toets met
succes doorstaan, vanuit de gemeenschappelijke regeling BsGW.
Verweer in beroep
Plausibel verweer tot bevestiging van de primaire uitspraak, vanuit
de gemeenschappelijke regeling BsGW.
31.7 Bezwaar- en
beroepschriften
zuiveringsheffing overige
bedrijven
Beslissen op verzoek- en bezwaarschriften
Uitspraken binnen de wettelijke termijn, die de rechterlijke toets met
succes doorstaan, vanuit de gemeenschappelijke regeling BsGW.
Verweer in beroep
Plausibel verweer tot bevestiging van de primaire uitspraak, vanuit
de gemeenschappelijke regeling BsGW.
31.8 Bezwaar- en
beroepschriften
watersysteemheffing gebouwd,
ongebouwd en natuur
Beslissen op bezwaarschriften
Uitspraken op bezwaarschriften binnen de wettelijke termijn, die de
rechterlijke toets doorstaan, vanuit de gemeenschappelijke regeling
BsGW.
Verweer in beroep
Plausibel verweer tot bevestiging van de primaire uitspraak, vanuit
de gemeenschappelijke regeling BsGW.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 105 -
32
C
Invordering
Verzending aanslagbiljetten, betalingsverwerking, kwijtschelding en
verdere invorderingsmaatregelen op het gebied van waterschapsbelastingen.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
32.1 Betalingsverwerking
aanslagen
Aanslagen verzenden
Vanuit de gemeenschappelijke regeling BsGW, het innen van 99%
van de totaal opgelegde aanslagen en het ontvangen van de
belastingbedragen binnen 3-6 maanden na dagtekening van de
aanslagbiljetten.
32.2 Kwijtschelding
Beslissen op verzoekschriften tot uitstel van betaling, betalingsregeling en kwijtschelding; beslissen op kwijtscheldingsberoepschriften
Vanuit de gemeenschappelijke regeling BsGW, uitspraken op
verzoekschriften en in beroep, binnen de wettelijke termijn en
overeenkomstig wet- en regelgeving.
32.3 Invorderingsmaatregelen
aanslagen
Aanmaningen verzenden en invorderingsmaatregelen nemen.
Vanuit de gemeenschappelijke regeling BsGW, het innen van 99%
van de totaal opgelegde aanslagen en het ontvangen van de
belastingopbrengsten binnen 3-6 maanden na dagtekening van de
aanslagoplegging.
Personeel, organisatie en KAM
Het ontwikkelen, onderhouden en beheren van het organisatie- en
personeelsbeleid, de organisatie- en personeelsgegevens, de
uitvoering van een intern milieuzorgsysteem, een adequaat
arbozorgniveau en een kwaliteitszorgsysteem.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
O2. Organisatiebeleid en
-beheer
Uitvoering geven aan het sturingsconcept.
Het faciliteren van de proces- en projectorganisatie. Heldere rollen
en onderlinge verhoudingen. Permanent investeren in ontwikkeling
van de organisatie.
O3. Personeelsbeleid en
-beheer
Zorgen voor Modern werkgeverschap
Een professionele organisatie (waterautoriteit) met contente en
competente leidinggevenden en medewerkers. We ontwikkelen
tactisch en strategisch HRM-beleid, passend bij de visie op
waterbeheer Limburg 2020.
O4. Kwaliteit, arbo en milieu
Uitvoeren interne audits
Interne toetsing in hoeverre de uitvoering van de processen
overeenkomen met de gemaakte afspraken in de procesbeschrijving.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 106 -
KAM-beoordelingen
Vaststellen of KAM-systeem doelmatig is en een bijdrage levert aan
de bedrijfsvoering.
Beheersing Arbozorg
Zorgdragen voor een veilige werkplek. We kennen onze arborisico’s
en hebben deze met beheersmaatregelen tot een aanvaardbaar
niveau teruggebracht.
Afhandelen van verbetervoorstellen
Effectieve en efficiënte (lean) werkprocessen
F
Concerncontrol en financieel
beleid
Het geheel van centrale activiteiten die gericht zijn op het zo
doelmatig mogelijk sturen en beheersen van de organisatieprocessen ten behoeve van de te bereiken organisatiedoelstellingen, alsmede het ontwikkelen en het tot uitvoering brengen
van financiële kaders.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
O7. Concerncontrol en
financieel beleid
(Door)ontwikkelen/actualiseren van financieel-economische kaders
en toetsen op de naleving ervan
Een financieel gezonde organisatie.
Beheer assurantiën
Zorgvuldige risicoafdekking op basis van risicoanalyse.
H
O8. Meerjarenraming en
begroting
Opstellen meerjarenbegroting, begrotingswijzigingen
Een transparante, rechtmatige, doelmatige en doeltreffende organisatiesturing.
O11. Jaarstukken
Jaarrekening en -verslag
Een transparante, rechtmatige, doelmatige en doeltreffende verslaglegging.
Financiële informatieverwerking
en -voorziening
De registratie in financiële zin van de uitvoering van de verschillende
budgetten in de administratieve systemen van ons waterschap en
het voorzien in de externe informatiebehoefte en -eisen (CBS, EU,
UvW, andere waterschappen, provincie, enz.).
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
O10. Comptabiliteit
Het voeren en onderhouden van diverse administraties
Transparante, rechtmatige, doelmatige en doeltreffende interne en
externe informatievoorziening, ondersteund door digitale afhandeling
van het financieel administratieve proces.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 107 -
I
Informatiemanagement
Voorwaarden scheppen, beleid ontwikkelen en toetsen met het oog
op het functioneren van de ICT-middelen ter ondersteuning van de
primaire en secundaire processen. Optimale ondersteuning van de
bedrijfsprocessen met Geo-informatie. Ondersteunen van gebruikers
van de GIS-applicatie.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
O12. ICT
Incidentbeheer
Effectief en efficiënt verhelpen van verstoringen, conform
contractuele afspraken.
Een professionele organisatie met een gegarandeerde continuïteit
van 99% tussen 7.00 uur en 19.00 uur.
Configuratiebeheer
Adequaat voorraadbeheer van ICT-middelen en zorgdragen voor
reguliere vervanging binnen de afgesproken kaders.
Een professionele organisatie met een gegarandeerde continuïteit
van 99% tussen 7.00 uur en 19.00 uur.
Telefoniebeheer
Effectief en efficiënt verhelpen van verstoringen,
contractuele afspraken.
Optimale (technische) bereikbaarheid van medewerkers.
conform
Informatiebeveiliging
Beschikbaarheid van informatie garanderen waarborgen
ongeautoriseerd gebruik wordt voorkomen.
Een op geldende wet- en regelgeving afgestemde beveiliging.
dat
Waterschapshuis 2.0
De waterschappen ontwikkelen samen een informatiearchitectuur en
applicaties voor een zo doelmatig mogelijk waterbeheer.
Doelmatig waterbeheer.
Documentaire informatievoorziening
Uitvoering geven aan de visie op informatievoorziening en
doorontwikkelen in de richting van zaakgericht werken.
Doelmatiger ondersteuning van de primaire processen.
O13. GIS
Gis-beheer
Het op actuele en betrouwbare wijze registreren, ontsluiten en
beheren van geografische gegevens.
Doelmatig waterbeheer.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 108 -
Gis-samenwerkingsverbanden
We werken samen met andere waterschappen via het
Waterschapshuis, de Unie van Waterschappen (geo-overleg) en
andere overheden in Limburg (GEOL).
Vergroten doelmatigheid.
J
K
Huisvesting en services
Het geheel van activiteiten dat nodig is om te kunnen beschikken
over een ‘slim’ kantoor, inclusief alle activiteiten die in en om het
gebouw plaatsvinden.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
O14. Huisvesting en services
Beheer en onderhoud kantoor/loodsen, het voeren van een zorgvuldig contractbeheer
Passende werkplek en werkomgeving, conform
vastgesteld
meerjarig onderhoudsplan gebouwen, handboek wet- en regelgeving gebouwen, Arbowet en regelgeving en de Wet milieubeheer.
Interne faciliteiten
Het geheel van activiteiten dat een wezenlijke bijdrage levert aan de
kwaliteit van de organisatie en het welbevinden van de werknemers.
beheerproduct
activiteit met beoogd resultaat
O15. Interne faciliteiten
Facilitaire dienstverlening
Een effectieve, doelmatige en waar mogelijk digitale dienstverlening.
Inkoop- en aanbesteding
Rechtmatig, doelmatig en duurzaam inkopen. Waar mogelijk vanuit
het principe van total cost of ownership, de duurzaamheidsprincipes
van agentschap.nl en samen met het lokale bedrijfsleven. De
inkopende budgethouders ondersteunen we vanuit het vakberaad.
Een professionele inkooporganisatie.
Beheer dienstauto’s
Een flexibel en bij de uitvoering van de taak passend wagenpark.
Tractie
Een flexibel en bij de uitvoering van de taak passend machinepark.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 109 -
Projecten
naam
o
o
omschrijving
Project organisatieontwikkeling
Het (door)ontwikkelen van de organisatie naar een effectieve, klant-,
toekomst- en omgevingsgerichte organisatie (volwaardige partner in
de waterketen).
activiteit
beoogd resultaat
Projectborging, Procesborging,
Mensborging
In 2014 leveren de deelprojecten: projecten, processen en mens hun
resultaten op. Om de resultaten van deze ontwikkeling te borgen in
de proces- en projectorganisatie richten we ons op het werken met
het leerregister en de gesloten PCDA-cirkel en de ontwikkeling van
het ketenpartnerschap.
Programma
Informatiemanagement op
orde
Het realiseren van de Visie informatievoorziening WPM 2013-2016.
activiteit
beoogd resultaat
Gegevens op Orde
Realisatie van eenmalige opslag ten behoeve van meervoudig
gebruik. Op deze wijze wordt een betere beschikbaarheid
gerealiseerd van betrouwbare, actuele en volledige gegevens.
Digitalisering en
professionalisering
documentaire
informatievoorziening
Voorzien in een instrumentarium waarmee maximale invulling
gegeven wordt aan het delen van informatie. Realiseren van
koppelingen tussen digitale documenten en de (met name generieke)
gestructureerde informatiesystemen.
Eindresultaat: vanaf 2016 is het technisch mogelijk om zaakgericht en
netcentrisch te kunnen werken.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 110 -
7.3
Wat mag het kosten?
Programma bedrijfsvoering
R e k e ning 2 0 13
Catego rie
Lasten
42 P erso neelslasten
43 Go ederen en diensten van derden
44 B ijdragen aan derden
45 To evo egingen aan vo o rzieningen
50 Kapitaallasten
51t/m 59 Organisatie-/bedrijfsvo eringsko sten
To taal Lasten
B aten
51/ t/m 59 B aten uit do o rberekening
82 P erso neelsbaten
83 Go ederen en diensten aan derden
83 Go ederen en diensten aan derden
To taal B aten
S a ldo la s t e n m inus ba t e n
B e gro t ing
2 0 14 v ó ó r
k a nt e ling
B e gro t ing
2 0 14
( inc l.wijz.)
B e gro t ing
2 0 14 ná
k a nt e ling
B e gro t ing
2 0 15
(€)
(€)
(€)
(€)
(€)
368.107
261.000
261.000
412.387
236.000
3.053.797
3.099.531
5.246.744
5.575.487
5.568.308
0
0
189.617
189.617
189.617
136.000
136.000
136.000
23.600
22.600
1.379.078
1.972.692
1.949.840
2.000.817
2.004.798
4.475.247
4.103.029
-6.211.185
-6.628.391
-6.939.904
9.412.229
9.572.252
1.572.016
1.573.517
1.081.419
(€)
(€)
(€)
(€)
(€)
9.410.691
9.572.252
0
0
0
998
0
0
0
0
0
0
584.389
584.389
695.692
540
0
0
0
0
9.412.229
9.572.252
584.389
584.389
695.692
0
0
9 8 7 .6 2 7
9 8 9 .12 8
3 8 5 .7 2 7
Vooraf
De rekeningcijfers 2013 hebben nog betrekking op het ‘oude’ programma bedrijfsvoering van vóór de
kanteling.
Het gepresenteerde totaal van de kolom ‘Begroting 2014 ná kanteling’ wijkt af (€ 268.359 lager) ten
opzichte van het ‘kantelingsbesluit/-begrotingswijziging’ genomen bij de Bestuursrapportage 2014-I.
De reden hiervoor is de volgende. Bij de nadere invulling van de kanteling en het maken van
afspraken over verantwoordelijkheidsterreinen, was het nodig om een aantal onderliggende (sub)
producten tussen de programma’s te schuiven. De begroting als zodanig is hierdoor niet gewijzigd. Er
zijn in dit geval alleen wat posten qua presentatie veranderd en/of verschoven.
Toelichting lasten
De hier vermelde kosten hebben betrekking op primaire en ondersteunende producten. Tot de
kanteling in 2014 zaten er dit in dit programma alléén ondersteunende producten waarvan de álle
kosten naar primaire producten van andere programma’s werden doorberekend en waardoor het
saldo op dit programma altijd ‘0’ bedroeg. Doordat het programma bedrijfsvoering in de huidig
presentatievorm óók primaire producten (=’eindkostendrager’) bevat, geeft dit programma ook
voortaan een saldo te zien. Voor de goede orde: dat is puur vanwege een andere sortering qua
presentatie. Als we volgens de traditionele bedrijfseconomische wijze de begroting presenteren is het
saldo van dit programma met de ondersteunende producten gewoon weer ‘0’ omdat we nog altijd de
kosten op (hulp)kostenplaatsen allemaal doorberekenen aan een eindproduct. Aan dat bedrijfseconomische principe is niets veranderd.
42 Personeelslasten
Ten opzichte van de oorspronkelijke begroting 2014 is een budget van € 100.000 komen te vervallen
door een andere invulling van de ICT-functie. Anderzijds is het budget voor de exploitatiekosten van
de kantine structureel met € 75.000 (2e bestuursrapportage 2013)
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 111 -
43 Goederen en diensten van derden
De stijging van de kosten op dit onderdeel onder andere het gevolg van hergroepering van ICT/GIS
kosten vanwege een andere invulling van de centrale ICT functie. Daarnaast zijn ook de
onderhoudsbudgetten voor gebouwen verhoogd waarvoor de budgetruimte is vrijgemaakt uit verlaging
van de jaarlijkse storting in de onderhoudsvoorziening. Daarnaast zijn de kosten voor benzine en
diesel toegenomen door accijns en btw verhogingen die nog niet in een verhoging van het
desbetreffende budget waren doorvertaald (voorjaarsnota 2013 en 1ste bestuursrapportage 2013). De
ruimte hiervoor is vrijgemaakt uit de stelpost prijscompensatie 2014.
Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen (BsGW)
Een bedrag van € 1.674.555 (2014: € 1.674.555) heeft betrekking op de bijdrage aan de BsGW. Het
structurele voordeel door samenwerking op het gebied van belastingheffing en invordering in 2015
bedraagt zo’n € 0,7 miljoen, oplopend tot bijna € 1,2 miljoen in 2020. Hiermee hebben we
oorspronkelijke financiële doelstelling bij de oprichting van de BsGW (€ 358.000 in 2015) ruimschoots
gerealiseerd.
Vergoeding gebruik WOZ gegevens
Daarnaast is er in 2015 een bedrag geraamd van € 629.442 (2014: € 605.000) als vergoeding voor
gemeenten voor het meeliften op de Woz gegevens. Dat is een verplichte bijdrage die wij aan het
Ministerie van Binnenlandse Zaken betalen, die op haar beurt doorbetaald aan gemeenten.
44 Bijdragen aan derden
Bij de herinrichting van de programma’s hebben wij vanwege de uitvoeringskarakter van de activiteiten
van de gemeenschappelijke regeling Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen, de
begrotingsposten die daarmee verband houden overgeheveld van het programma Bestuur,
communicatie, heffingen en veiligheid naar dit programma.
Per 1 januari 2014 zijn de zogenaamde ‘libel-gemeenten’ toegetreden tot de gemeenschappelijke
regeling Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen. Op basis van de gesloten
overeenkomsten met de nieuwe toetreders ramen wij een tegemoetkoming in de frictiekosten ter
grootte van € 189.617 per jaar in de periode 2014-2017.
45 Toevoegingen aan voorzieningen
De toevoeging aan de voorziening betreft de toevoeging aan de voorziening onderhoud van het
waterschapskantoor en de loodsen. Op basis van een geactualiseerd meerjarenonderhoudsplan,
hebben we de jaarlijkse storting in de onderhoudsvoorziening verlaagd van € 136.000 naar € 22.600.
Die verlaging is grotendeels ten gunste van gekomen van het reguliere onderhoudsbudget voor
gebouwen.
50 Kapitaallasten
De toename van de kapitaallasten is gering mede door een andere invulling van de centrale ICT
functie een heroverweging heeft plaatsgevonden op de te plegen en geplande ICT investeringen. Dit
heeft een verlagend effect gehad op de kapitaallastenontwikkeling. In de kapitaallastenberekening is
rekening gehouden met de het investeringsplan opgenomen investeringen.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 112 -
83 Goederen en diensten aan derden
Op het moment dat er nieuwe partijen toetreden tot de gemeenschappelijke regeling Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen, ontvangen de oorspronkelijke oprichters een soort ‘goodwill’
of ‘entreegelden’. Dit ter compensatie van in het verleden gedane investeringen en bodemstortingen in
het weerstandsvermogen. Afhankelijk van de afgesproken betalingstermijnen worden die gelden
maximaal over een periode van 6 jaren uitgesmeerd. Op basis van de huidige inzichten verwachten
wij in de periode 2015-2017 jaarlijks zo’n € 695.692 ontvangen. Dat bedrag stijgt ten opzichte van
2014 omdat per 1 januari 2015 er 9 nieuwe toetreders te verwachten zijn.
Productramingen
Programma bedrijfsvoering (€)
Producten
B elastingheffing
Begroting
Lasten 2014
Begroting Begroting Begroting
Lasten 2015 Baten 2014 Baten 2015
2.001.281
2.022.528
584.389
Invo rdering
471.086
471.086
0
0
Organisatie en perso neel
749.395
585.735
0
0
Kwaliteitszo rg
181.973
193.397
0
0
Co ncernco ntro l en financieel beleid
176.122
77.277
0
0
0
Financiële info rmatieverwerking en -vo o rziening
695.692
375.131
343.941
0
Huisvesting en services
1.424.997
1.382.128
0
0
Interne faciliteiten
2.239.143
2.696.463
0
0
Info rmatiemanagement
Do o rberekening naar pro ducten / thema’ s
Totaal (€)
Saldo lasten minus baten
3.525.140
3.129.980
0
0
-9.572.252
1.572.016
-9.821.116
1.081.419
0
584.389
0
695.692
987.627
385.727
In de tabel zijn de cijfers van de primitieve begroting 2014 ná kanteling opgenomen. Dit vanwege de
vergelijkbaarheid met de cijfers 2015 mogelijk te maken.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 113 -
Investeringen
Investeringen meerjarenperiode
(x € 1.000)
Nr
Raming
Raming
Raming
Raming
Raming
Raming
2015
2016
2017
2018
2019
2020
Cat. Afschr.
termijn
P ro gramma bedirijfsvo ering
ICT vervangingsinvesteringen diversen
1
B
3/5 jaar
277,5
ICT vervangingsinvesteringen/lapto ps
2
B
3/5 jaar
133,0
277,5
M igratie o ffice
3
B
5 jaar
Vervanging i-pads management
4
B
3 jaar
5,0
11,0
17,0
Vervanging telefo o ncentrale
5
B
5 jaar
19,0
112,0
42,0
35,0
40,0
Vervanging mo biele dataverwerking/telefo o ns
6
B
2 jaar
Uitvo eren RIE (A rbo )
7
A
5 jaar
5,0
40,0
Uitvo eren gezo ndsheidso nderzo ek
8
A
4 jaar
9,0
5,0
11,0
40,0
40,0
6,0
5,0
9,0
P M O bio lo gische agentia
9
B
4jaar
RI&E bio lo gische agentia
Vervanging/instandho uden financieel info rmatie
systeem
10
B
5 jaar
31,0
11
A
5 jaar
16,0
67,0
Digitalisering en pro fessio nalisering DIV
Vervanging/instandho uden perso neel info rmatie
systeem
12
A
5 jaar
146,2
30,2
13
A
5 jaar
5,0
Vervanging kanto o rmeubilair/vlo erbedekking
14
B
10 jaar
Reno vatie waterschapskanto o r
15
B
10 jaar
6,0
7,0
54,0
246,0
79,0
37,0
210,0
25,0
2,0
5,0
187,0
113,0
40,0
16,0
5,0
77,0
(Opdrachtgever)P ro gramma Watersysteem
Instandho uding Geo grafisch info rmatiesysteem
16
B
5 jaar
Vervanging/ko ppelingen Iris met ander systemen
17
A
5 jaar
Vervanging Landmeetapparatuur (o .a. Taxhymeter)
18
B
5 jaar
Vervanging tractiemiddelen/materieel buitendienst
19
A
5 jaar
300,0
Vervanging industriële lapto ps
20
A
3 jaar
25,0
21
A
3/5 jaar
8,0
28,0
4,0
25,0
370,0
96,0
57,0
13,0
102,0
8,0
56,0
300,0
300,0
300,0
300,0
300,0
25,0
(Opdrachtgever) P ro gramma Vergunningen en
Handhaving
Vervanging ICT Vergunningen en Handhaving
Totaal
40,0
85,0
554,2
1.242,7
796,0
40,0
158,0
40,0
843,0
1.566,5
521,0
Categorie A investeringen zijn investeringen waarvan we de start/realisatie hebben gepland in 2015
en waarvan de uitvoering bij vaststelling van de begroting wordt geautoriseerd aan het dagelijks
bestuur. Dit geldt alleen voor de bedragen opgenomen in jaarschijf 2015.
Categorie B investeringen zijn investeringen waarvan we de start/realisatie na 2015 hebben gepland
en die nog niet voor uitvoering in aanmerking komen.
Meerjarenraming 2015-2020
Meerjarenraming ( x € 1.000)
Raming
Raming
Raming
Raming
Raming
Raming
2015
2016
2017
2018
2019
2020
Lasten
1.081
1.114
918
567
447
436
B aten
696
385
696
418
696
222
282
285
127
320
111
325
Saldo
In de meerjarenraming zijn alle geplande investeringen doorgerekend. Daarnaast is rekening
gehouden met de vrijval van kapitaallasten uit oude investeringen. Verder is rekening gehouden met
de stijging lonen en prijzen met 2% per jaar. Ook is rekening gehouden met de incidentele en
structurele effecten van nieuwe toetreders tot de BsGW. In de ramingen is geen rekening gehouden
met areaalgroei. De structurele kosten zoals op dit moment in de meerjarenraming opgenomen
kunnen daardoor hoger uitvallen.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 114 -
8 Programma Concern- / administratieve posten
Een eis uit het Waterschapsbesluit is dat wij op de programma’s al onze baten en lasten moeten
opnemen. Eén van de gevolgen van deze eis is dat wij de belastingopbrengsten en andere algemene
dekkingsmiddelen als ook algemene kostenposten in een afzonderlijk programma moeten
verantwoorden. Met de opname van dit programma ‘concernposten-/administratieve posten’ voldoen
we aan het bepaalde in het Waterschapsbesluit.
Programma concern-/administratieve posten
R e k e ning 2 0 13
Catego rie
B e gro t ing
2 0 14 v ó ó r
k a nt e ling
B e gro t ing
2 0 14 ná
k a nt e ling
B e gro t ing
2 0 14
( inc l.wijz.)
B e gro t ing
2 0 15
(€)
(€)
(€)
(€)
(€)
41 Rente en afschrijvingen
94.588
0
0
0
0
42 P erso neelslasten
56.315
658.041
658.041
258.041
529.949
43 Go ederen en diensten van derden
20.114
1.195.894
1.195.894
1.020.609
490.645
44 B ijdragen aan derden
45 To evo egingen aan vo o rzieningen/
o nvo o rzien
45 Taako ntwikkeling watersysteem
0
0
0
0
0
0
230.969
230.969
364.926
235.533
0
1.240.000
1.240.000
824.287
1.165.821
46 Rekening-/begro tingsresultaat
0
Lasten
50 Kapitaallasten
51t/m 59 Organisatie-/bedrijfsvo eringsko sten
69 Organisatie-/bedrijfsvo eringsko sten
To taal Lasten
B aten
0
0
0
-400.000
3.516
3.728.442
1.973.649
1.973.649
2.789.633
1.952.294
3.899.459
5.298.553
5.298.553
4.857.496
4.377.758
(€)
(€)
(€)
(€)
(€)
800.711
841.775
841.775
841.775
864.259
-5
0
0
0
0
1.872.074
0
0
0
0
0
51/59 B aten uit do o rberekening
81 To taal financiële baten
82 To taal perso neelsbaten
83 To taal go ederen en diensten aan derden
84 B ijdragen van derden
85 To taal waterschapsbelastingen
0
0
0
0
0
51.496.389
52.808.548
52.808.548
52.808.548
52.737.505
85 Nageko men belastingbaten
923.439
800.000
800.000
800.000
800.000
86 Interne verrekeningen
1.511.418
1.873.498
1.873.498
1.873.498
1.937.398
To taal B aten
S a ldo la s t e n m inus ba t e n
56.604.026
- 5 2 .7 0 4 .5 6 7
56.323.821
- 5 1.0 2 5 .2 6 8
56.323.821
- 5 1.0 2 5 .2 6 8
56.323.821
- 5 1.4 6 6 .3 2 5
56.339.162
- 5 1.9 6 1.4 0 4
Toelichting lasten
42 Personeelslasten
De personeelslasten van de processen zijn niet geïndexeerd en geraamd op het prijspeil 2013. Het
totaal van wat normaal de indexering (2%) zou zijn geweest moet wel binnen de totale begroting
worden opgenomen om CAO stijgingen en dergelijke af te dekken. Dit betekent dat we in afwachting
van de nieuwe Cao die met terugwerkende kracht tot 1 januari 2014 in zal gaan, in onze begroting nog
rekening moeten houden met de loonontwikkeling 2014 én 2015. Overeenkomstig de uitgangspunten,
houden we voor 2014 en 2015 rekening met een jaarlijkse loon-/prijsstijging van 2%. We hebben
daarom een stelpost opgenomen voor de structurele ontwikkeling van € 258.041 voor 2014 en
€ 271.908 voor 2015. Op het moment dat de financiële gevolgen van de nieuwe Cao bekend zijn,
gaan we bij de eerst volgende gelegenheid uit van de werkelijke cijfers en komt de gereserveerde
begrotingsruimte op deze posten te vervallen.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 115 -
43 Goederen en diensten van derden
Hier is een bijdrage geraamd aan het Waterschapsbedrijf Limburg € 104.020. Ook hebben we hier
een concernpost opgenomen van € 277.976 ter compensatie van de prijsstijging vanaf 2014 op onze
directe uitgaven met betrekking tot de afname van goederen en diensten van derden. De uitgavenbudgetten zijn bevroren op het niveau van 2009. Alleen daar waar nodig, wordt op basis van nut en
noodzaak het budget voor prijscompensatie vrijgegeven. Daarnaast hebben we om invulling te geven
aan een evenwichtig en stabiel tarievenbeleid ten aanzien van de zuiveringsheffing een post ‘kosten
taakontwikkeling zuiveringsbeheer’ opgenomen ten laste van de zuiveringstaak van € 108.649 (2014:
€ 795.050). Hiermee hebben we het mogelijk gemaakt om het tarief voor de zuiveringsheffing in de
periode 2012-2014 op hetzelfde niveau te houden, voor 2015 te laten dalen tot het voorgestelde
scenario en de jaren daarna tot en met 2024, zeer gematigd te laten stijgen.
45 Toevoegingen aan voorzieningen/onvoorzien
Hier is een verplichte post voor onvoorziene uitgaven geraamd. Deze bedraagt circa 0,4% van het
begrotingstotaal. Een en ander conform de voorjaarsnota 2014.
45 Taakontwikkeling watersysteem
Hier zijn de bedragen om invulling te geven aan de ontwikkelingen/voorstellen overeenkomstig de
Voorjaarsnota 2013. De structurele ruimte is ten opzichte van 2014 verlaagd omdat op de onderdelen
waar bestuurlijke besluitvorming is geweest, de ruimte wordt vrijgegeven en overgeheveld naar het
desbetreffende programma en product. Daarnaast hebben wij eenmalig een bedrag van € 151.746
opgevoerd met het om de ruimte vast te leggen die we hebben gekregen voor de groei van het
belastingvolume watersysteem. Dit bedrag zou eventueel ook aangewend kunnen worden voor
voorbereidings- of aanloop kosten richting de fusie van de Limburgse waterschappen. Het totale
beschikbare bedrag om invulling te geven aan de structurele ontwikkelingen komt hiermee op
€ 508.000 verhoogd met een eenmalig bedrag van € 151.746. De ruimte om invulling te geven aan
overig incidenteel nieuw beleid en ontwikkelingen bedraag € 506.075. Dat bedrag is gekoppeld aan de
entreegelden toetreders BsGW (€ 695.692) en de tijdelijke tegemoetkoming in de frictiekosten van de
‘libel’-gemeenten (€ 189.617).
51 t/m 59 Organisatie-/bedrijfsvoeringkosten
Op de zogenaamde proceskostenplaatsen worden alle kosten (salariskosten, sociale lasten,
reiskosten e.d.) van een proces verzameld, waarna we op basis van een procentuele verdeling
gebaseerd op de werkelijke tijdsbesteding van de afgelopen 3 jaren (2011-2013), de kosten
doorberekenen naar de desbetreffende producten en programma’s. Dit is een ander uitgangspunt dan
voorgaande jaren, waarin werd uitgegaan van de verwachte tijdsbesteding. Een en ander om de
verschillen tussen raming en realiteit te verkleinen en tevens de administratieve belasting te verlagen.
Deze wijziging veroorzaakt verschillen met de doorberekende organisatie- en bedrijfsvoeringskosten
2014. De hier geraamde kosten betreffen de organisatie-/bedrijfsvoeringkosten die verband houden
met de uitvoering/-realisatie van de investeringen die we als waterschap doen.
Toelichting baten
81 Financiële baten
We ramen de financiële baten 2015 op € 864.259 (dat was in 2014: € 841.775). Deze bestaan
€ 40.000 externe rentebaten en bespaarde rente vanwege het kunnen aanwenden van reserves
voorzieningen voor de financiering van onze activiteiten. Doordat de verwachte omvang van
reserves en voorzieningen 2015 hoger is dan we in de begroting 2014 van uit waren gegaan, is
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
uit
en
de
de
- 116 -
bespaarde rente vanwege het aanhouden van eigen financieringsmiddelen voor onze activiteiten
hoger.
85 Totaal waterschapsbelastingen
Hier wordt het bedrag aan totaal op te halen belastingen (watersysteem- en zuiveringsheffing)
geraamd ter dekking van de exploitatie. Het gaat hierbij om de netto belastingopbrengst (het bruto op
te leggen belastingbedrag minus kwijtschelding en oninbaarheid). In de begroting 2013 en 2014
hebben we hebben we het budget voor kwijtschelding incidenteel verhoogd met € 295.000. Gelet op
de ervaringscijfers trekken we die lijn in 2015 en verder en verhogen we dat bedrag tot € 350.000. De
totale raming voor kwijtschelding komt hiermee op € 921.991. Structurele verhoging en daarmee ook
het structureel doorrekenen in het belastingtarief van de hoger kwijtschelding (kwijtschelding is een
kostenpost), lijkt ons gelet op de omvang van de aanwezige tariefegalisatiereserve zuiveringsheffing
niet nodig.
Met ingang van 2012 hebben we op basis van ervaringscijfers een bedrag van € 800.000 geraamd
vanwege te verwachten nagekomen belastingopbrengsten uit oude jaren. Hierin schuilt wel een zeker
risico. Naarmate de kwaliteit van de prognoses ten aanzien van het aantal ingezetenen, de
ontwikkeling van de WOZ-waarde, vervuilingseenheden en dergelijk, beter wordt, zullen de
nagekomen baten afnemen.
86 Interne verrekeningen
Het betreft het berekende bedrag van organisatie-/bedrijfsvoeringkosten op basis de realisatie
2011-2013, dat wij naar verwachting ten laste kunnen brengen van de investeringen in het watersysteem en die dus niet ten laste komen van de exploitatie (is vanuit de exploitatie bezien een bate).
Hierin inbegrepen de kosten die we doorberekenen aan de dijkverbeteringsprojecten.
Productramingen/concernposten
Programma concern-/administratieve posten (€)
Producten/posten
Begroting
Lasten 2014
Begroting Begroting Begroting
Lasten 2015 Baten 2014 Baten 2015
Interne rentebaten
0
0
801.775
824.259
Externe rentebaten
0
0
40.000
40.000
230.969
235.533
0
0
102.195
104.020
0
0
P o st o nvo o rzien WP M
P o st o nvo o rzien Waterschapsbedrijf
Opbrengst watersysteemheffing
0
0
25.800.871
26.573.753
Opbrengst zuiveringsheffing (indirecte lo zingen)
0
0
28.104.825
27.331.943
Nageko men belastingbaten
0
0
800.000
800.000
Kwijtschelding en o ninbaarheid
0
0
-1.097.148
-1.168.191
Stelpo st o ntwikkeling perso neelslasten 2014/2015
658.041
529.949
0
0
Stelpo st prijso ntwikkeling 2013/2014/2015
298.649
277.976
0
0
Ko sten taako ntwikkeling zuiveringsbeheer
795.050
108.649
0
0
Stucturele taako ntwikkeling watersyteem (nieuw beleid)
845.000
659.746
0
0
Incidentele taako ntwikkeling watersysteem (nieuw beleid)
Ko sten ko stenplaatsen/activering
Totaal (€)
Saldo lasten minus baten
395.000
506.075
0
0
1.973.649
5.298.553
1.955.810
4.377.758
1.873.498
56.323.821
1.937.398
56.339.162
-51.025.268
-51.961.404
Investeringen 2015-2020
N.v.t.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 117 -
Meerjarenraming 2015-2020
Meerjarenraming ( x € 1.000)
Raming
Raming
Raming
Raming
Raming
Raming
2020
2015
2016
2017
2018
2019
Lasten
4.378
4.579
4.649
4.500
4.423
4.483
B aten
56.339
-51.961
2.456
2.123
2.479
2.170
2.502
1.998
2.526
1.897
2.550
1.933
Saldo
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 118 -
Meerjaren investeringsprogramma
2015-2020
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 119 -
9 Meerjaren investeringsprogramma 2015-2020
We maken op hoofdlijn onderscheid tussen drie soorten soorten investeringen:

Waterkeringinvesteringen: aanleg waterkeringen: aanleg en aanpassing van het waterkerend
vermogen van de waterkeringen die wij in beheer hebben;

Watersysteeminvesteringen: aanleg en verbetering watersystemen: aanleg en verwerving van
waterlopen en kunstwerken voor de waterbeheersing inclusief alle kwaliteitsmaatregelen in
oppervlaktewater en voorzieningen verwante belangen die daarin worden getroffen;

Bedrijfsvoeringsinvesteringen: investeringen ter ondersteuning van de optimalisering van de
bedrijfsvoering en ter waarborging van de bedrijfseconomische continuïteit.
9.1
Projecten watersysteem
In onderstaand overzicht is de geraamde besteding in relatie tot de beschikbare middelen
aangegeven. Hieruit blijkt dat realisatie van de projecten zoals aangegeven in de bijlage MIP
realiseerbaar is binnen het beschikbare investeringsvolume.
MIP 2015‐2020
€ 42.000.000 € 40.000.000 € 38.000.000 € 36.000.000 € 34.000.000 € 32.000.000 € 30.000.000 € 28.000.000 € 26.000.000 € 24.000.000 € 22.000.000 € 20.000.000 € 18.000.000 € 16.000.000 € 14.000.000 € 12.000.000 € 10.000.000 € 8.000.000 € 6.000.000 Uitputting Max
Uitputting Gem.
Uitputting Min
Reservering € 3mln
2014
2015
2016
2017
2018
2019
2020
Toelichting bij de blauwe lijn
Het netto beschikbare investeringsvolume in 2014 bedraagt afgerond € 12 mln.. Dit bestaat uit ca.
€ 8,8 mln. uit voorgaande jaren, waarin het beschikbare netto volume niet is besteed, vermeerderd
met € 3 mln. voor 2014. Uitgaande van gelijkblijvend jaarlijks netto investeringsvolume betekent dit dat
t/m 2020 € 30 mln. beschikbaar is voor het realiseren van de beleidsopgaven (beekherstel en WB21).
De drie gekleurde vlakken geven het cumulatieve verloop aan van de bestedingen (beekherstel en
WB21) die ten laste komen van het netto investeringsvolume. De kleuren van licht naar donker duiden
op de onzekerheid binnen projecten.

Het licht gekleurde vlak duidt op de meest positieve variant in euro’s;

Het donker gekleurde vlak duidt op de meest negatieve variant (bijv. géén subsidies).
Deze onzekerheid betreft enerzijds de onzekerheid over bijdragen/subsidies en anderzijds de
onzekerheid over de projectramingen. Immers, voor de projecten die nog in de pre-projectfase
verkeren is slechts een globale inschatting op basis van kengetallen mogelijk. De totaal geplande
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 120 -
invulling van de beleidsopgave beekherstel en WB21 lijkt realiseerbaar binnen de (te verwachten)
beschikbare bestedingsruimte.
Opmerking
De projectenplanning, de basis voor het bovenstaande overzicht, gaat uit van de huidige planning op
projectniveau. Ervaring leert dat ca. 30% van de projecten om uiteenlopende redenen vertragen. Deze
verwachting is niet verwerkt in bovenstaand overzicht. De verdere optimalisatie van projectcontrol zal
leiden tot een steeds realistischer inzicht en overzicht.
Beheersmaatregel
Lopende de projectvoorbereiding sturen wij op projectniveau om optimaal gebruik te maken van
enerzijds subsidies en anderzijds beschikbare capaciteit.
Bijlage MIP Projecten watersysteem
Voor een overzicht van de gestarte projecten en de nog op te starten projecten in de periode 20152020 verwijzen wij u naar de bijlagen.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 121 -
9.2
Investeringen 2015-2020
Overzicht meerjarige investeringen 2015-2020
In deze paragraaf hebben we een samenvattend overzicht opgenomen van de in deze begroting
opgenomen investeringen.
Investeringen meerjarenperiode
(x € 1.000)
Raming
Raming
Raming
Raming
Raming
Raming
2015
2016
2017
2018
2019
2020
Cat. Afschr.
termijn
B ijdrage landelijk vereveningsfo nds HWB P
1.
A
30 jaar
P ro ject gebo nden eigen bijdrage HWB P
Geo technisch en co nstructief o nderzo ek
waterkeringen
2.
B
3.
A
30 jaar
vo o rfinanciering
Verlengde 3de to etsing waterkeringen
4.
B
5 jaar
Vervanging meetapparatuur mo nito ring
5.
A
10 jaar
4.130,0
75,0
20,0
4.300,0
20,0
4.400,0
4.200,0
4.200,0
4.200,0
2.000,0
2.000,0
2.000,0
2.000,0
335,0
20,0
Vervanging gemalen/stuwen
6.
A
15 jaar
105,0
40,0
Investeringen in watersysteem (eigen aandeel)
7.
A
30 jaar
3.000,0
3.000,0
Herstelmaatregelen Nieuw Limburgs P eil
8.
A
30 jaar
300,0
-
-
A
4 jaar
300,0
-
-
Verkiezingen
9.
Vervanging/instandho uding ict vo o rzieningen bestuur
(o a i-pads)
10.
A
3jaar
17,0
Vervanging co mmunicatiemiddelen
11.
B
5 jaar
-
ICT vervangingsinvesteringen infra
12.
B
3 jaar
-
3.000,0
20,0
3.000,0
300,0
275,0
20,0
3.000,0
300,0
20,0
3.000,0
-
144,0
48,0
-
29,0
1,0
49,0
7,0
-
277,5
-
277,5
-
ICT vervangingsinvesteringen/lapto ps
13.
B
3/5 jaar
-
133,0
M igratie o ffice
14.
B
3/5 jaar
-
40,0
35,0
-
-
144,0
-
-
-
-
-
-
17,0
5,0
11,0
Vervanging i-pads management
15.
B
3 jaar
-
5,0
11,0
Vervanging telefo o ncentrale
16.
B
5 jaar
-
19,0
112,0
42,0
-
Vervanging mo biele dataverwerking/telefo o ns
17.
B
2 jaar
-
40,0
-
40,0
-
40,0
-
Uitvo eren RIE (A rbo )
18.
A
5 jaar
5,0
6,0
-
-
-
5,0
Uitvo eren gezo ndsheidso nderzo ek
19.
A
4 jaar
9,0
-
-
-
9,0
-
P M O bio lo gische agentia
20.
B
4jaar
-
-
31,0
6,0
-
-
RI&E bio lo gische agentia
Vervanging/instandho uden financieel info rmatie
systeem
21.
B
5 jaar
-
0,0
7,0
-
-
79,0
16,0
22.
A
5 jaar
16,0
67,0
54,0
246,0
Digitalisering en pro fessio nalisering DIV
Vervanging/instandho uden perso neel info rmatie
systeem
23.
A
5 jaar
146,2
30,2
-
37,0
24.
A
5 jaar
5,0
25,0
2,0
5,0
-
5,0
Vervanging kanto o rmeubilair/vlo erbedekking
25.
B
10 jaar
-
187,0
113,0
40,0
0,0
0,0
Reno vatie dak waterschapskanto o r
26.
B
10 jaar
-
-
77,0
-
-
-
Instandho uding Geo grafisch info rmatiesysteem
27.
B
5 jaar
-
0,0
4,0
25,0
370,0
96,0
8,0
210,0
Vervanging/ko ppelingen Iris met ander systemen
28.
A
5 jaar
8,0
28,0
57,0
13,0
102,0
Vervanging Landmeetapparatuur (o .a. Taxhymeter)
29.
B
5 jaar
-
-
-
-
56,0
Vervanging ICT Vergunningen en Handhaving
30.
A
3/5 jaar
Vervanging tractiemiddelen/materieel buitendienst
31.
A
Vervanging industriële lapto ps
32.
A
40,0
85,0
5 jaar
300,0
300,0
3 jaar
25,0
Totaal
8.501,2
8.631,7
300,0
10.696,0
-
-
40,0
158,0
40,0
300,0
300,0
300,0
25,0
10.460,0
11.368,5
9.885,0
Categorie A investeringen zijn investeringen waarvan we de start/realisatie hebben gepland in 2015
en waarvan de uitvoering bij vaststelling van de begroting wordt geautoriseerd aan het dagelijks
bestuur. Dit geldt alleen voor de bedragen opgenomen in jaarschijf 2015.
Categorie B investeringen zijn investeringen waarvan we de start/realisatie na 2015 hebben gepland
en die nog niet voor uitvoering in aanmerking komen. Voor invulling van de investeringen in de
watersysteemprojecten verwijzen wij ook naar bijlage 10 bij deze begroting. Een en ander naar
aanleiding van het mandaatbesluit van 13 maart 2013 met betrekking tot de specifieke
watersysteemprojecten. Voor de indeling van de projecten dijkversterking verwijzen we naar bijlage
11.
Lopende investeringen tot en met 2014
In de bijlagen is een overzicht opgenomen van investeringen (en ramingen) die medio 2013 nog
onderhanden zijn.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 122 -
9.3
Meerjarige kapitaallastenontwikkeling 2015-2020
Naast de reguliere loon- en prijsstijging is in de meerjarenraming rekening gehouden met de effecten
van de uitvoering van het meerjaren investeringsprogramma. Sinds 2004 zijn de kapitaallasten
jaarlijks aanzienlijk gestegen omdat de toename van de kapitaallasten door investeringen gemiddeld
groter is dan de vrijval van kapitaallasten uit oude investeringen (gepleegd door de oude
waterschappen). Het gemiddeld geïnvesteerd vermogen neemt jaarlijks toe waardoor ook de jaarlijkse
kapitaallasten (afschrijvingslasten en financieringslasten) toenemen. In de voorjaarsnota 2012 zijn wij
op langjarige ontwikkeling van de kapitaallasten uitvoerig ingegaan en de factoren die van belang zijn
in het geheel. De daarin geschetste ontwikkeling is nog steeds actueel. Door voortschrijdend inzicht
doen er zich wel continu verschuivingen tussen de jaarschijven voor vanwege de dynamiek.
Meerjarige ontwikkeling kapitaallasten (x € 1.000)
Kapitaallasten investeringen tot en met 2014
Vrijval kapitaallasten (cumulatief) 2016-2020
Kapitaallasten vervangingsinvesteringen 2015-2020 (cumulatief)
Subtotaal: kapitaallastenontwikkeling "going concern" tot en met 2014
Kapitaallasten investeringen 2015 (niet zijnde vervangingsinvesteringen)
Kapitaallasten investeringen 2016 (idem)
Kapitaallasten investeringen 2017 (idem)
Kapitaallasten investeringen 2018 (idem)
Kapitaallasten investeringen 2019 (idem)
Kapitaallasten investeringen 2020 (idem)
Subtotaal: kapitaallasten investeringen 2015-2020 (cumulatief)
Totaal meerjarenraming kapitaallasten 2015-2020
Toename ten opzichte van 2015 (cumulatief)
2015
7.475
217
7.692
2016
7.476
377131
7.230
2017
7.475
1.079406
6.802
2018
7.476
1.314662
6.824
2019
7.475
1.983907
6.399
2020
7.475
2.4791.146
6.142
82
771
220
754
533
343
729
523
732
330
705
513
717
717
356
82
991
1.630
2.314
3.008
680
504
703
703
742
356
3.688
7.774
8.221
8.432
9.138
9.407
9.830
447
658
1.364
1.633
2.056
De kapitaallasten nemen in de meerjarenraming ten opzichte van 2015 verder toe tot € 9,830 miljoen
in 2020. Dit is een toename van € 2,056 miljoen in de periode 2015-2020. Los van andere
ontwikkelingen zoals loon- en prijsinflatie, nemen de te dekken kosten van de watersysteemtaak 2020
ten opzichte van 2015 hierdoor toe met 7,7% (1,54% per jaar). Deze toename komt 100% voor
rekening van de watersysteemtaak.
De ontwikkeling van de kapitaallasten is hoofdzakelijk historisch bepaald door de in het verleden
gedane investeringen en de gekozen afschrijvingstermijn en de daarmee verband houdende vrijval.
Dit maakt het actief sturen op de kapitaallasten moeilijk. Als we enige sturing willen uitoefenen op de
kapitaallasten dan beperkt zich dat tot de planning van de nog te plegen investeringen. Daar zit
vervolgens weer een verdere beperking in opgesloten omdat hieronder ook vervangingsinvesteringen
vallen die noodzakelijk zijn om het ‘bedrijf’ overeind te houden. In termen van het bereiken van
effecten, hebben we het bij de kapitaallasten meer over de middellange en lange termijn. Het ‘even’
schuiven tussen jaarschijven, is in de praktijk geen reële optie. Ons bedrijfseconomisch beleid in deze
is er wel op gericht om naar een situatie toe te groeien waarin de jaarlijkse vrijval van kapitaallasten
even groot is dan de toename door te plegen investeringen.
Bij de berekening van de meerjarige kapitaallasten hebben we rekening gehouden met de opdracht
ten aanzien van de waterkeringstaak en de jaarlijkse bijdrage aan het Hoogwaterbeschermingsprogramma vanwege het gesloten Bestuursakkoord Water. In de meerjarenraming zijn we daarom
uitgegaan van een jaarlijkse verevenings-/solidariteitsbijdrage bijdrage HWBP van € 1,85 miljoen in
2012 en 2013, € 4,13 miljoen in de periode 2014 en 2015, en € 4,2 miljoen in 2016. We verwachten
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 123 -
dat de ‘vaste’ bijdrage minder hard daalt door de invoering van projectgebonden eigen bijdrage dan
we tot op heden hadden ingecalculeerd. We hadden rekening gehouden met een daling van € 4,13
miljoen naar € 3,304 miljoen. Echter het Rijk is voornemens om met ingang van 2016 een jaarlijkse
prijsindexatie toe te passen, met eveneens een correctie met terugwerkende kracht over de periode
2011-2015. Hierdoor komt de ‘nieuwe’ vaste bijdrage in de voorliggende begroting hoger uit dan we
tot op heden rekening mee hebben gehouden.
Vanaf 2017 hebben we rekening gehouden met de project gebonden eigen bijdrage van 10%
vanwege onze uit te voeren projecten. Rekening houdende met een investering vanaf 2017 van € 20
miljoen per jaar (tot 2024/2025 en dus € 160 - € 180 miljoen in totaal) gaan we vanaf 2017 uit van een
totaal bedrag van zo’n € 6,2 miljoen per jaar.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 124 -
Overige paragrafen begroting 2015
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 125 -
10 Overige paragrafen begroting 2015
In dit hoofdstuk hebben we de overige - wettelijk - verplichte paragrafen opgenomen.
10.1 Verbonden partijen
Met name als gevolg van de intensivering van de samenwerking van waterschappen, onderling en met
andere partijen, is het aantal deelnemingen en andere partijen waarmee het waterschap een
financiële en bestuurlijke relatie heeft de laatste jaren sterk toegenomen. Het gaat om naamloze
vennootschappen, besloten vennootschappen, gemeenschappelijke regelingen, vennootschappen
onder firma, stichtingen, verenigingen en commanditaire vennootschappen. Mede omdat er altijd een
zeker (financieel) risico aan deze relaties verbonden is, is het van belang dat we voldoende inzicht
bieden in deze zogenaamde verbonden partijen, oftewel die organisaties waarmee het waterschap
een bestuurlijke relatie heeft èn waarin zij een financieel relevant belang heeft.
Naam verbonden partij
Rechtsvorm
Vestigings- Belang
plaats
Waterschapsbedrijf Limburg
Gemeenschappelijke Roermond
Regeling
Bestuurlijk,
financieel belang
Nederlandse
Waterschapsbank NV
Naamloze
Vennootschap
Den Haag
Eigen vermogen € 1.256
Bestuurlijk,
financieel belang Vreemd vermogen € 73.006
beperkt tot
storting aandelen.
Unie van Waterschappen
Vereniging
Den Haag
Bestuurlijk belang, Eigen Vermogen € 0,84
financieel beperkt Vreemd Vermogen € 11,9
tot het betalen van
contributie.
De Nederlandse waterschappen zijn verenigd in de
Unie van Waterschappen. De Unie behartigt op
nationaal en internationaal niveau de belangen van de
waterschappen voor een goede waterstaatsverzorging
binnen het waterschapsbestel
Stichting Toegepast
Onderzoek Waterbeheer
Stichting
Utrecht
Bestuurlijk belang, Eigen Vermogen € 0,02
financieel beperkt Vreemd Vermogen - onbekend tot het betalen van
een deelnemersbijdrage
Belastingsamenwerking
Gemeenten en
Waterschappen
Gemeenschappelijke Roermond
Regeling
De Stichting Toegepast Onderzoek Waterbeheer
(STOWA) is het kenniscentrum van regionale
waterbeheerders in Nederland. STOWA ontwikkelt,
vergaart en verspreidt kennis die nodig is om de
opgaven waar waterbeheerders voor staan, goed uit te
voeren. STOWA werkt samen met andere instellingen
om onderzoek op elkaar af te stemmen of
gezamenlijk uit te voeren. De redenen voor
samenwerking zijn grotere wetenschappelijke
slagkracht, synergie en financiële voordelen.
Gemeenschappelijke Regeling opgericht met
Waterschap Roer en Overmaas en gemeente Venlo.
Samenwerking op het gebied van belastingheffing
teneinde de processen zo efficiënt en doelmatig
mogelijk in te richten tegen zo laag mogelijke kosten.
De deelnemers staan garant voor het
gemeenschappelijke regeling.
Bestuurlijk,
financieel belang
Balansgegevens
(x € 1 miljoen)
Openbaar belang
Eigen Vermogen € 2,7
Vreemd Vermogen € 219,4
Gemeenschappelijke Regeling met Waterschap Roer
en Overmaas. Samenwerking op het gebied van
watersysteembeheer en zuivering teneinde de
processen zo efficiënt en doelmatig mogelijk in te
richten tegen zo laag mogelijke kosten. De
waterschappen staan met hun vermogen garant voor
het Waterschapsbedrijf.
De Nederlandse Waterschapsbank is huisbankier van
de waterschappen en heeft ten doel de
waterschappen tegen zo laag mogelijke kosten de
meest gunstige voorwaarden te creëren voor
uitoefening van de financieringsfunctie. Het
waterschap is aandeelhouder in de NV en bezit 1.866
aandelen A en 153 aandelen B respectievelijk 3,7%
en 1,8% van het totaal aantal geplaatste aandelen.
Eigen Vermogen € 0,618
Vreemd Vermogen € 3,8
10.2 Uitgangspunten en normen
De uitgangspunten voor het opstellen van de begroting en meerjarenraming hebben we in de
voorjaarsnota 2014 uitvoerig verwoord. Daarom zal hierop, met uitzondering van de samenvattende
tabel hierna, niet nader worden ingegaan. Voor de volledigheid hebben wij de gehanteerde
uitgangspunten en normen opgenomen in de bijlagen. Wij verwijzen u daarom naar de bijlage
‘uitgangspunten en normen’.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 126 -
Samenvatting uitgangpunten begroting en meerjarenraming 2015- 2020
2015
2016
2017
2018
2019
2020
Prijsinflatie
2%
2%
2%
2%
2%
2%
Loonkostenontwikkeling
2%
2%
2%
2%
2%
2%
Rente langlopend
4,0%
4,0%
4,5%
4,5%
5,0%
5,0%
Rente kortlopend
0,50%
0,50%
1,5%
1,5%
1,5%
1,5%
10.3 EMU-saldo
Het EMU-saldo is een in Europees verband gehanteerd en gedefinieerd macro-economisch begrip dat
het financieringssaldo van de overheid weergeeft. In het kader van de euro zijn internationale
afspraken gemaakt over wat het financieringstekort van de ‘Nederland B.V.’ mag zijn. De geldende
maximaal toegestane EMU-tekorten voor de decentrale overheden is in principe een 0,5% van het
Bruto Binnenlands Product (BBP) en specifiek voor waterschappen 0,06% (was 2014 0,07%). Als de
EU aan Nederland een boete oplegt vanwege overschrijding van de EMU-norm en er is sprake van
een groter tekort bij de decentrale overheden dan 0,5% BBP, dan wordt de boete proportioneel
doorvertaald naar de decentrale overheden. Het (mede) sturen op het EMU-saldo van ons waterschap
heeft een prominentere positie ingenomen in de financiële sturing.
Wet Houdbare Overheidsfinanciën (Wet Hof)
Om de eurocrisis te beteugelen, zijn eind 2011 de Europese afspraken aangescherpt voor beheersing
van de EMU-saldi (voor financieringstekort en schuld van de overheid). Deze eisen dat het kabinet
verdergaande afspraken maakt met medeoverheden (provincies, gemeenten en waterschappen) over
de beheersing van het Nederlandse EMU-saldo en deze in regelgeving vastlegt. De Wet Houdbare
Overheidsfinanciën (Wet Hof) bevat deze regels uitgewerkt in een aantal beheers-mechanismen.
Een dilemma bij beheersing van het EMU-saldo is dat beheersing van het EMU saldo is gebaseerd op
beheersing van feitelijke uitgaven- en inkomstenstromen (kas- of transactiestelsel), terwijl
waterschappen en andere decentrale overheden wettelijk verplicht begroten en verantwoorden op
basis van het lasten en batenstelsel. Die uitzonderlijke situatie geldt alleen voor Nederland. We sturen
financieel dus op basis van een ander beginsel. Hierdoor zou de situatie zich voor kunnen doen dat
we volgens het lasten en batenstelsel de begroting structureel prima op orde hebben, terwijl we een
boete krijgen omdat we Europese afspraak over beheersing van het EMU-saldo, gebaseerd op het
kasstelsel, overtreden. Dat op goede en begrijpelijke manier naar buiten communiceren is een
uitdaging op zichzelf.
In de praktijk blijkt dat vooral het doen van investeringen en het interen op reserves, zorgt voor de
frictie tussen de stelsels. Voor wat betreft de investeringen geldt dat, zolang het punt nog niet is
bereikt waarbij de jaarlijkse vrijval van kapitaallasten (lasten en batenstelsel) even groot is als het te
investeren bedrag (bepalend in het kasstelsel) in enig jaar. Daarnaast brengt het baten en
lastenstelsel met zich mee dat investeringen worden gefinancierd door leningen aan te gaan terwijl dat
weer haaks staat op beheersing/terugbrengen van de overheidsschuld. Daarbij opgeteld dat de
waterschappen vooral het karakter hebben van investeringsmaatschappijen (in watersystemen en keringen en -zuiveringen), maakt het speelveld en het nastreven van meerdere doelen wel heel
complex of misschien zelfs onmogelijk.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 127 -
Uit berichtgeving over de uitkomsten van de onderhandelingen over de verdeling van de -0,5% tussen
de decentrale overheden, blijkt dat de beschikbare ruimte 2015 voor waterschappen -0,06% bedraagt.
Op basis van die lijn mogen de waterschappen, uitgaande van een verwacht Bruto Binnenlands
Product van € 667,3 miljard in 2015, een maximaal EMU-tekort hebben van in totaal zo’n € 400,4
miljoen. Op basis van de tussen de waterschappen afgesproken verdeelsleutel met betrekking tot de
referentiewaarden van individuele tekorten van de waterschappen, mag het EMU-saldo van ons
waterschap in 2015 maximaal zo’n € 8,1 miljoen (= € 400,4 mln. x 2,03% [=aandeel wpm in totaal
netto kosten waterschappen NL]) negatief bedragen.
Berekening EMU saldo
Rekening
(x € 1.000)
Begroting
2013
Exploitatiesaldo:
Begroting
2014
2015
Begroting
2016
Begroting
2017
Begroting
2018
Begroting
2019
Begroting
2020
2.131
-257
-589
-339
-1.406
-653
-683
-1.203
Invloed investeringen:
bruto - investeringsuitgaven
investeringssubsidies
verkoop materiële en immateriële activa
afschrijvingen
-/+
+
+
-700
11.186
5.478
1.396
3.612
-4.172
26.286
9.246
0
12.868
-4.787
27.697
10.075
0
12.835
-1.167
24.811
10.000
0
13.644
-4.930
45.901
28.000
0
12.971
-10.204
51.072
28.000
0
12.868
-3.181
44.458
28.000
0
13.277
-3.100
37.091
21.000
0
12.991
Invloed voorzieningen:
toevoegingen aan voorzieningen t.l.v.
onttrekkingen aan voorzieningen t.b.v.
betalingen rechtstreeks uit voorzieningen
externe vermeerderingen van voorzieningen
+
-/-/+
364
1.010
646
0
0
-502
636
138
1.000
0
18
423
0
405
0
18
423
0
405
0
-246
423
0
669
0
-246
423
0
669
0
-246
423
0
669
0
0
0
0
0
0
Invloed reserves:
eventuele betalingen rechtstreeks uit
eventuele externe vermeerderingen van
-/+
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
1.795
0
0
0
-4.931
0
0
0
-5.358
0
0
0
-1.488
0
0
0
-6.582
0
0
0
-11.103
0
0
0
-4.110
0
0
0
-4.303
Deelnemingen en aandelen:
boekwinst
boekverlies
EMU - SALDO
-/+
Onder de wet Houdbare Overheidsfinanciën is ons waterschap ook verantwoordelijk voor het EMUsaldo van een gemeenschappelijke regeling waarin we deelnemen. We hebben daarom ook rekening
gehouden met de invloed van het Waterschapsbedrijf Limburg. We hebben dat deel in onze
berekening betrokken dat redelijkerwijs aan ons toe te rekenen is. We hebben hierbij de verhouding in
het aantal vervuilingseenheden tussen Waterschap Peel en Maasvallei en Waterschap Roer en
Overmaas als uitgangspunt gehanteerd. Gekeken naar de begroting 2015 van de gemeenschappelijke regeling Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen, is de invloed van die
gemeenschappelijke regeling te verwaarlozen.
Het feit dat we de afgelopen jaren ons investeringsvolume in het watersysteem hebben teruggebracht,
onze begroting op basis van het lasten en batenstelsel structureel op orde hebben gebracht zonder
(grote) inzet van reserves, heeft een positieve bijdrage geleverd aan het binnen de individuele
referentiewaarde blijven van ons waterschap. Het volgen van het geadviseerde scenario (uitgewerkt in
deze begroting), zorgt ervoor dat we die situatie voorlopig handhaven alhoewel het EMU saldo over
de jaren toeneemt terwijl de toegestane ruimte onder invloed van de Europese afspraken afneemt.
Desalniettemin verwachten wij dat wij voorlopig geen aanvullende maatregelen hoeven te nemen. We
blijven de ontwikkelingen op de voet volgen.
10.4 Kostentoerekening
Kostentoerekening, ofwel de kostenverdeling naar kostendragers en waterschapstaken, moet
geschieden op basis van objectieve criteria voor zover deze niet rechtstreeks toe te rekenen zijn. De
budgetten voor onze activiteiten hebben we gekoppeld aan voorgeschreven beheerproducten. De
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 128 -
beheerproducten hebben we vervolgens weer gekoppeld aan voorgeschreven beleidsproducten. Een
en ander conform de zogenaamde Beheers- en Beleidsproducten (BBP) systematiek. Deze
beleidsproducten (verzameling van beheerproducten) vormen de basis voor de kostentoerekening
naar de waterschapstaken. De meeste beleidsproducten kunnen we eenduidig aan een
waterschapstaak toerekenen. Echter, in bepaalde gevallen is er sprake van gemengde kosten die
meerdere waterschapstaken dienen. In die gevallen, waarin eenduidige toerekening niet kan
plaatsvinden, rekenen we de kosten toe op basis van een verdeelsleutel naar taken. We streven
ernaar zoveel mogelijk een consistent beleid te volgen. In de toelichting van de bijlage
‘Kostenverdeelstaat naar kostendragers en taken’ gaan we uitvoerig in op de kostentoerekening.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 129 -
Bijlagen
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 130 -
11 Bijlagen
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
10.
Staat van vaste geldleningen 2015
Staat van vaste activa 2015
Staat van activa/kostenverdeelstaat kapitaallasten 2015
Staat van reserves en voorzieningen 2015
Rente omslagberekening 2015 (gemiddelde rentevoet)
Staat van personeelslasten 2015
Kostenverdeelstaat naar kostendragers en taken 2015
Uitgangspunten en normen
Lopende investeringen medio 2014
Majeure en niet-majeure programma Watersysteem mede in relatie tot mandaatbesluit 13 maart
2013
11. Lijst met afkortingen
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 131 -
Bijlage 1. Staat van vaste geldleningen 2015
STAAT VASTE GELDLENINGEN 2015
Oorspronkelijk
Datum en nr.
bedrag van
best.besluit resp.
de lening
goedk.besluit
*)
2
3
4
Leningnr.
1
O,S,R,P of G
Rente-
Looptijd
Vervaldag
Restant
Bedrag van
Verschuldigde
Betaalde
percentage
in
rente-
bedrag lening
opgenomen
rente per
rente
jaren
betaling
per 1 januari
geld in jaar
1 januari
5
6
7
8
9
10
Ten laste van Niet verschenen
Restantbedrag
rente per
lening
komende rente
31 december
per 31 december
12
13
11
2.268.901
03apr99
S
6,28
25
03/04
€
726.049
€
- €
21790
€
11.500.000
20-feb-02
S
5,25
25
01-02
€
5.980.000
€
-
€
287.788
€
313.950
€
291.812
€
265.650
€
460.000
€
5.520.000
23576
€
20.000.000
04-jan-05
S
3,99
25
03-01
€
12.800.000
€
-
€
510.720
€
510.720
€
478.800
€
478.800
€
800.000
€
12.000.000
1-27973
€
1.500.000
14-mei-13
S
0,86
5
12-06
€
1.200.000
€
-
€
6.020 €
10.320
€
8.815
€
4.515
€
300.000 €
900.000
1-27962
€
9.500.000
14-mei-13
S
2,51
25
01-10
€
9.120.000
€
-
€
228.912
€
226.528
€
54.844
€
380.000
TOTAAL
€
44.768.901
€
29.826.049
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
€
895.953 € 1.109.498 €
- 132 -
41.321 €
1.047.276 €
29.922 €
15
€
57.228
45.596 €
14
14496
€
34.197 €
Aflossing
het boekjaar
833.731 €
90.756 €
635.293
€
8.740.000
2.030.756 €
27.795.293
Bijlage 2. Staat van vaste activa 2015
STAAT VAN VASTE ACTIVA 2015
Balans
vlgnr
Omschrijving
011.00 Uitgaven i.v.m. onderzoek en ontwikkeling
012.00 Geactiveerde bijdragen aan het Rijk
Aanschafprijs
per 1jan15
1.333.582
Cumulatieve
subsidies
Cumulatieve
afschrijvingen
198.600
11.309.966
014.00 Overige immateriële vaste aktiva
321.211
Totaal immateriële vaste aktiva
12.964.759
198.600
Boekwaarde
per 1jan15
jaarmutaties
Geactiveerde
lasten
Nieuwbouw
derden
jaarmutaties
Aanschafprijs
per 31dec15
Verkoop
Subsidies
Afschrijvingen
Cumulatieve
subsidies
Cumulatieve
afschrijvingen
Boekwaarde
per 31dec15
118.031
1.016.951
1.333.582
479.199
198.600
597.230
537.752
61.947
11.248.019
11.309.966
340.639
0
402.586
10.907.380
261.620
59.591
441.598
12.324.561
321.211
0
0
0
12.964.759
30.661
0
292.281
28.930
850.499
198.600
1.292.097
11.474.062
0
0
5.558.119
020.00 Gronden
5.558.119
021.00 Vervoermidddelen en werktuigen
3.195.853
2.167.697
1.028.156
300.000
3.495.853
326.407
0
2.494.104
1.001.749
022.00 Overige bedrijfsmiddelen
8.315.415
361.423
6.075.147
1.878.845
861.200
9.176.615
662.438
361.423
6.737.585
2.077.607
13.559.158
1.934.527
3.541.854
8.082.777
13.559.158
395.479
1.934.527
3.937.333
7.687.298
023.00 Kantoren, dienstwoningen en centrale werkplaatsen
5.558.119
0
5.558.119
024.00 Waterkeringen
11.218.731
7.595.865
740.221
2.882.645
4.205.000
025.00 Watergangen en kunstwerken
81.022.178
14.455.106
20.686.599
45.880.473
4.133.402
1.937.398
Totaal materiële vaste aktiva
122.869.454
24.346.921
33.211.518
65.311.015
9.499.602
1.937.398
030.00 Deelnemingen en effecten
Totaal financiële vaste aktiva
TOTALEN
247.724
15.423.731
0
231.678
7.595.865
971.899
6.855.967
87.092.978
3.000.000
2.215.465
17.455.106
22.902.064
46.735.808
134.306.454
3.000.000
3.831.467
27.346.921
37.042.985
69.916.548
0
0
0
247.724
247.724
247.724
247.724
0
0
247.724
0
0
136.081.937
24.545.521
33.653.116
77.883.300
9.499.602
1.937.398
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
0
247.724
0
0
0
0
247.724
0 147.518.937
3.000.000
4.681.966
27.545.521
38.335.082
81.638.334
- 133 -
Bijlage 3. Staat van activa/kostenverdeelstaat kapitaallasten 2015
Staat van vaste activa
Omschrijving
Vermeerderingen 2015
Verminderingen
2015
Boekwaarde per
1-1-2015
Gronden
Afschrijving Mip
Afschrijving lopende
projecten
Afschrijving
aanvullend
Afschrijving
2015
5.558.119
Boekwaarde per
31-12-2015
Rente omslag
(3,77%)
Totaal
Kapitaallasten
0
5.558.119
209.541
209.541
Vervoermidddelen en werktuigen
300.000
1.028.156
30.000
296.407
326.407
1.001.749
44.416
370.823
Overige bedrijfsmiddelen
861.200
1.878.845
29.345
633.093
662.438
2.077.607
87.066
749.504
395.479
395.479
7.687.298
304.721
700.200
Kantoren, dienstwoningen en centrale werkplaatsen
8.082.777
Waterkeringen
4.205.000
Watergangen en kunstwerken
6.070.800
11.437.000
Totaal materiele vaste aktiva
2.882.645
68.833
162.845
231.678
6.855.967
187.940
419.618
3.000.000
45.880.473
7.000
2.208.465
2.215.465
46.735.808
1.784.996
4.000.461
3.000.000
65.311.015
135.178
3.696.289
3.831.467
69.916.548
2.618.680
6.450.147
Uitgaven i.v.m. onderzoek en ontwikkeling
Geactiveerde bijdragen aan het Rijk
Overige immateriële vaste activa
Totaal immateriele vaste aktiva
0
0
Deelnemingen en effecten
Totaal financiele vaste aktiva
TOTAAL VASTE ACTIVA
0
1.016.951
479.199
479.199
537.752
38.339
517.538
11.248.019
340.639
340.639
10.907.380
424.050
764.689
59.591
30.661
30.661
28.930
2.247
32.908
850.499
11.474.062
464.636
1.315.135
0
247.724
9.339
9.339
12.324.561
0
247.724
850.499
0
0
0
0
247.724
0
0
0
0
247.724
9.339
9.339
11.437.000
3.000.000
77.883.300
135.178
4.546.788
0
4.681.966
81.638.334
3.092.655
7.774.621
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 134 -
Bijlage 4. Staat van reserves en voorzieningen 2015
Volgnr.
A
040005
040006
B
Omschrijving
Stand
begin
dienstjaar
STAAT VAN RESERVES EN VOORZIENINGEN BEGROTING 2015
Vermeerderingen
Verminderingen
Verwachte
wijzigingen nav
Jaarrek. 2014
Interne rente
overige
Externe
Interne rente
overige
Stand
einde
Aanwending dienstjaar
Algemene reserves
Algemene reserve watersysteem
( incl. wettelijke reserve onderzoek en ontwikkeling ad. € 81.850
conform art.2:365 lid 2 BW)
Algemene reserve zuivering
€ 1.874.629
€ 1.874.629 €
74.985
€ 2.250.531
€ 2.250.531 €
90.021
Totaal algemene reserves
€ 4.125.160 €
- €
- € 4.125.160 €
165.006
39.000 € 1.607.353 €
350.000 € 6.104.169 €
65.854
258.167
-
€
- €
-
€
Bestemmingsreserves
050015
050024
Tariefsegalisatie watersysteemheffing
Tariefsegalisatie zuiveringsheffing
€ 2.790.582 €
€ 5.659.169 €
1.144.229795.000
€
€
050006
050016
050017
050020
050021
050022
050023
Overige bestemmingsreserves
Bestemmingsreserve bestrijding hoogwater
Stimulering verbetering watersystemen
Bestemmingsreserve mobiliteit
Bestemmingsreserve saneringskosten
Innovatieprojecten programma watersysteem
Bestemmingsreserve bedrijfsvoering 2012 e.v.
Bestemmingsreserve rep. Waterkering haven Wanssum
€
450.000
€ 1.900.000 €
€
860.264 €
€ 1.007.540 €
€
34.902 €
€ 1.393.610 €
560.000250.0001.007.54034.902500.000-
€
€
051***
Bestemmingsreserves dekking kapitaallasten
€
€ 2.576.848 €
Totaal bestemmingsreserves
€ 16.672.915 €
3.072.994-
Totaal Eigen vermogen
€ 20.798.075 €
3.072.994- €
A+B
C
Voorzieningen voor arbeidsgerelateerde verplichtingen
Voorziening pensioenverpl./wachtgelden vm bestuurders
€
872.215
070009
070018
070019
070015
Voorzieningen voor onderhoudswerk zaamheden
Voorziening onderhoud waterschapshuis Blerick
Voorziening onderhoud loods Horst
Voorziening onderhoud loods Nederweert
Voorziening onderhoud waterkeringen
€
€
€
€
338.212
67.568
50.630
186.003
070016
Voorzieningen voor claims van ingezetenen en bedrijven
Voorziening natschade peilopzet Maas
€ 1.366.787
Totaal Vreemd vermogen
€ 2.881.415 €
A t/m C
€
€
€
€
€
€
18.000
53.600
24.411
35.744
€
- €
351.451 € 1.854.074 €
88.221
€
- € 2.130.451 € 11.469.470 €
543.997
- €
- € 2.130.451 € 15.594.630 €
709.003
€
371.323- €
- €
- €
- €
€
- €
-
- €
- €
- €
- €
- €
€
790.000 €
100.000 €
€
€
500.000 €
450.000
550.000
510.264
393.610
Voorzieningen:
070014
C
Bespaarde rente
ten gunste van
exploitatie
TOTAAL GENERAAL
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
€ 23.679.490 €
€
€
€
€
- €
3.072.994-
€
- €
- €
10.900
4.500
7.200
400.000
422.600 €
422.600
€
- €
-
- 135 -
€
- €
-
€
€
156.000 €
716.215 €
34.889
€
€
€
€
40.921
674
7.868
100.000
308.191
71.394
49.962
486.003
€
€
€
€
13.528
2.703
2.025
7.440
€
100.000 € 1.266.787 €
54.671
- €
405.463 € 2.898.552 €
115.256
- € 2.535.914
€
€
€
€
€ 18.493.182
€
824.259
Bijlage 5. Renteomslagberekening 2015
BIJLAGE
Rente omslagberekening 2015
BOEKWAARDE VASTE ACTIVA PER
Toename geïnvesteerd vermogen
1 januari 2015
€
77.883.299
2015
€
8.437.000
€
86.320.299
€
50.970.441
€
35.349.858
AF:
GELDLENINGEN 0/G PER
31 december 2015
€
27.795.293
RESERVES EN VOORZIENINGEN PER
31 december 2015
€
18.493.182
€
4.681.966
AFSCHRIJVINGEN OVER 2015 (incl Mip)
KAPITAALBEHOEFTE
2015
RENTE VASTE GELDLENINGEN
2015
€
1.047.276
RENTE RESERVES EN VOORZIENINGEN
2015
€
824.259
REKENING COURANT
2015
€
-24.134
,
RENTE OVER KAPITAAL BEHOEFTE
Financiering af te sluiten langlopende geldleningen
€
2015
35.349.858 4,00%
AF:
CORRECTIE TOEGEREKENDE RENTE AAN VOORGENOMEN INVESTERINGEN 2015
4,0 % GEDURENDE 1/2 JAAR OVER
€ 8.437.000
=
TOTAAL TOE TE REKENEN RENTE AAN VASTE ACTIVA
RENTEOMSLAGPERCENTAGE
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
€
€
3.092.655
82.101.799
x
€
1.413.994
€
3.261.395
€
168.740
€
3.092.655
1.413.994
1% =
3,77%
- 136 -
Bijlage 6. Personeelslasten 2015
STAAT VAN PERSONEELSLASTEN 2015
Organisatie-
Begroting 2015
begroting 2014
eenheid
Geraamde formatie
Geraamde formatie
in aantal
personeelsleden
in
f.t.e.'s
in aantal
personeelsleden
Salarissen
4.20.1xx
Sociale
Overige
lasten
lasten
4.20.2xx
in
f.t.e.'s
B estuur
439.591
42.443
20.350
Voo rmalig bestuur
T o t a a l be s t uur
4 3 9 .5 9 1
4 2 .4 4 3
2 0 .3 5 0
Totaal
Totaal
Totaal
begroting
begroting
Rekening
2015
2014
2013
502.384
502.273
494.475
0
138.000
105.380
5 0 2 .3 8 4
6 4 0 .2 7 3
5 9 9 .8 5 5
289.227
Directie
2
2,00
288.762
B estuurso ndersteuning en Co mmunicatie
10
8,58
628.405
754.300
Kennis en A dvies
33
27,14
1.955.562
2.418.387
P ro jecten en Veiligheid
25
24,05
1.830.680
1.953.394
B eheer en Onderho ud Watersystemen
56
55,12
2.851.919
2.869.181
M iddelen
35
33,15
2.260.828
2.762.363
Vergunningen en Handhaving
32
28,47
1.980.735
2.059.458
19 3
17 8 ,5 1
11.7 9 6 .8 9 1
13 .10 6 .3 10
T o t a a l e ige n e n t ijde lijk pe rso ne e l
0
0
0
0
877.272
Directie en P ro grammamanagement
6
6,00
622.578
137.970
116.724
P ro gramma Waterkering
13
12,75
770.464
171.403
16.005
957.872
P ro gramma Watersysteem
96
91,36
4.501.113
1.009.285
124.005
5.634.403
P ro gramma Vergunningen en Handhaving
31
28,43
1.565.298
347.196
43.468
1.955.962
P ro gramma B estuur, Co mmunicatie en Veiligheid
14
10,58
673.102
150.258
14.100
837.460
P ro gramma B edrijfsvo ering
38
32,98
1.729.230
384.499
277.057
2.390.786
19 8
18 2 ,10
9 .8 6 1.7 8 5
2 .2 0 0 .6 11
5 9 1.3 5 9
12 .6 5 3 .7 5 5
T o t a a l e ige n e n t ijde lijk pe rso ne e l
B edrijfsvo eringsmaatregelen
Overige perso neelslasten (incl. lo o n- en prijso ntwikkeling)
Totaal
529.949
198
182,10
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
193
178,51
10.831.325
2.243.054
611.709
- 137 -
0
0
132.346
529.949
1.017.926
463.505
13.686.088
13.455.090
14.302.016
Bijlage 7. Kostenverdeelstaat naar kostendragers en taken 2015 (BBP)
BIJLAGE Kostenverdeelstaat naar kostendragers en taken 2015 (€)
WPM
eigen kosten
2.1 Planvorming
1. Eigen plannen
2. Plannen van derden
2.2 Aanleg en onderhoud van waterkeringen
3. Beheerinstrumenten waterkeringen
4. Aanleg en onderhoud van waterkeringen
5. Dijkbewaking en calamiteitenbestrijding
2.3 Inrichting en onderhoud watersystemen
6. Beheerinstrumenten watersystemen
7. Aanleg, verbetering en onderhoud watersystemen
8. Baggeren van waterlopen en saneren waterbodems
9. Beheer hoeveelheid water
10. Calamiteitenbestrijding watersystemen
11. Monitoring watersystemen
2.4 Bouw en exploitatie zuiv.techn.werken
12. Getransporteerd afvalwater
13. Gezuiverd afvalwater
14. Verwerkt slib
2.5 Regulering en Stimulering van Lozingen
22. Beheer Keurkwartet en VTH-beleid
23. Vergunningen en meldingen
24. Adviezen vergunningen
25. Toezicht
26. Handhaving
27. Stimulering Rioleringsplannen en subsidies lozingen
2.7 Heffing en invordering
31. Belastingheffing
32. Invordering
2.8 Bestuur en communicatie
33. Bestuur
34. Externe communicatie
2.9 Grondwaterbeheer
29. Vergunningverlening grondwaterbeheer
30. Handhaving grondwateronttrekkingen
Concernposten en administratieve posten
Onvoorzien 2015
Kosten taakontwikkeling zuiveringsbeheer 2015
Structurele taakontwikkeling watersysteem
Incidentele taakontwikkeling watersysteem 2015
Interne rentebaten (bespaarde rente) 2015
Externe rentebaten 2015
Waarde projecturen en niet verdeelde uren t.l.v exploitatie
Meeropbrengsten voorgaande belastingjaren
Stelpost structurele loonontwikkeling 2014
Stelpost restant compensatie prijsontwikkeling 2014
Stelpost loonontwikkeling 2015
Stelpost compensatie prijsontwikkeling 2015
Verwachte kwijtschelding 2015
Verwachte oninbaarheid 2015
Onttrekking bestemmingsreserves
Te dekken lasten uit belastingvolume 2015
WPM kosten naar taak
Watersysteem Zuiveringstaak
WBL kosten naar taak
BsGW kosten naar taak
Zuiveringstaak Watersysteem Zuiveringstaak
Watersysteem
2.098.154
1.367.376
730.778
3.494.132
859.565
2.150.785
483.782
14.574.643
369.940
11.136.391
95
817.883
208.334
2.042.000
0
0
0
0
3.529.726
113.210
1.463.220
1.943.767
0
0
9.529
136.154
136.154
0
2.134.957
1.975.982
158.975
0
0
0
672.081
235.533
108.649
663.262
506.075
-824.259
-40.000
14.896
-800.000
258.041
123.364
271.908
154.612
2.098.154
1.367.376
730.778
3.494.132
859.565
2.150.785
483.782
14.574.643
369.940
11.136.391
95
817.883
208.334
2.042.000
0
0
0
0
2.708.302
113.210
1.110.438
1.475.125
0
0
9.529
136.154
136.154
0
1.921.463
1.778.384
143.079
0
0
0
629.432
235.533
0
663.262
506.075
-824.259
-40.000
14.896
-734.000
258.041
123.364
271.908
154.612
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
821.424
0
352.782
468.642
0
0
0
0
0
0
213.494
197.598
15.896
0
0
0
42.649
0
108.649
0
0
0
0
0
-66.000
0
0
0
0
88.056
88.056
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
24.579.195
4.729.185
13.672.006
6.178.004
37.279
0
0
0
15.533
0
21.746
0
0
0
187.526
187.526
0
0
0
0
104.020
104.020
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
626.048
386.963
239.085
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
1.064.903
832.902
232.001
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
26.639.847
25.562.280
1.077.567
24.996.076
0
626.048
1.064.903
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 138 -
Totaal
2.186.210
1.455.432
730.778
3.494.132
859.565
2.150.785
483.782
14.574.643
369.940
11.136.391
95
817.883
208.334
2.042.000
24.579.195
4.729.185
13.672.006
6.178.004
3.567.005
113.210
1.463.220
1.943.767
15.533
0
31.275
1.827.105
1.356.019
471.086
2.322.483
2.163.508
158.975
0
0
0
1.944.292
339.553
108.649
663.262
506.075
-824.259
-40.000
14.896
-800.000
258.041
123.364
271.908
154.612
921.991
246.200
-589.369
-589.369
53.905.696
Watersysteem
2.098.154
1.367.376
730.778
3.494.132
859.565
2.150.785
483.782
14.574.643
369.940
11.136.391
95
817.883
208.334
2.042.000
0
0
0
0
2.708.302
113.210
1.110.438
1.475.125
0
0
9.529
1.201.057
969.056
232.001
1.921.463
1.778.384
143.079
0
0
0
815.371
235.533
0
663.262
506.075
-824.259
-40.000
14.896
-734.000
258.041
123.364
271.908
154.612
135.771
50.168
-239.369
-239.369
26.573.753
Zuiveringstaak
88.056
88.056
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
24.579.195
4.729.185
13.672.006
6.178.004
858.703
0
352.782
468.642
15.533
0
21.746
626.048
386.963
239.085
401.020
385.124
15.896
0
0
0
1.128.921
104.020
108.649
0
0
0
0
0
-66.000
0
0
0
0
786.220
196.032
-350.000
-350.000
27.331.943
Toelichting kostenverdeelstaat
Algemeen
Een kostenverdeelstaat moet volgens de voorschriften inzicht bieden in de wijze waarop de
kosten/opbrengsten worden verdeeld naar de kostendragers. Een kostendrager is in dit verband de
reglementaire taak volgens de Waterschapswet. Met ingang van 2009 onderscheiden we twee taken
te weten de zorg voor de watersysteemtaak (waterkwantiteit, waterkering, passief kwaliteitsbeheer) en
de zorg voor het zuiveren van afvalwater (zuiveringstaak). Om de onderlinge vergelijkbaarheid van
kosten/opbrengsten van de diverse waterschappen mogelijk te maken, onderscheiden de
voorschriften landelijk uniforme beleidsvelden en beleidsproducten binnen elke reglementaire taak.
Ook ons waterschap moet zich hier aan houden. Het totaal van de netto kosten verdeeld naar de
taken vormen het uitgangspunt voor de opbrengst uit de verschillende belastingen en daarmee het
uitgangspunt voor de tariefsberekening.
De begroting en jaarrekening worden óók conform het landelijke uniforme BBP-model opgesteld,
waarbij naast beleidsvelden/beleidsproducten ook uniforme beheerproducten worden onderscheiden.
Op organisatieniveau is ten behoeve van de bewaking en uitvoering van begrotingsbudgetten een
extra dimensie toegevoegd (werkplanproducten), om kosten en baten te kunnen indelen naar de taken
van een organisatieonderdeel. Werkplanproducten zijn zodanig geformuleerd dat een
werkplanproduct maar onderdeel kan uitmaken van één beleids-/beheerproduct. Omgekeerd bestaan
beleids-/beheerproducten uit één of meerdere werkplanproducten.
De kostenverdeelstaat voor de kosten en de baten
De kostenverdeelstaat is ingedeeld naar de relevante voorgeschreven beleidsvelden en
beleidsproducten. De kolom ‘WPM eigen kosten’ bestaat uit de geraamde netto kosten (lasten minus
baten) per beleidsveld en beleidsproduct van onze eigen organisatie (exclusief de bijdrage aan het
waterschapsbedrijf). Onderligger hiervoor vormen de onderliggende voorgeschreven beheerproducten
en werkplanproducten naar kostensoorten. In twee volgende kolommen zijn deze kosten verdeeld
over de kostendragers of wel de reglementaire taken. In principe zijn alle kosten die voortvloeien uit
onze eigen activiteiten, toe te rekenen aan het watersysteembeheer. Natuurlijk zitten er ook
waterkwaliteitsaspecten in onze activiteiten, maar die behoren tot het passief kwaliteitsbeheer en
daarmee tot de watersysteemtaak. Gedeeltelijke uitzondering hierop vormen de beleidsproducten ‘23.
Vergunningen en meldingen’ en ‘24. Adviezen vergunningen’. Op basis de hergroepering 2010 is de
verdeelsleutel 75,89% watersysteemtaak en 24,11% waterzuiveringsheffing. Voor wat betreft de
kosten van bestuur en externe communicatie gaan we op basis van de verwachte tijdsbesteding uit
van 90% toerekening aan de watersysteemtaak en 10% aan het zuiveringsbeheer.
Ook de bijdrage aan het Waterschapsbedrijf (kolommen ‘WBL kosten naar taak’) moet uitgesplitst
worden naar beleidsproducten en vervolgens naar kostendragers/taken toegerekend worden. Dit is
gebeurd op basis van begroting van het Waterschapsbedrijf. De kosten van belastingheffing en
invordering zijn versleuteld op basis van de begroting en de opgave van de Gemeenschappelijke
Regeling Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen.
Vanaf 2011 is de belastingheffing en invordering in een Gemeenschappelijke Regeling
Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen (=BsGW) ondergebracht. Dit is een
samenwerking opgericht door Gemeente Venlo, Waterschap Roer en Overmaas en Waterschap Peel
en Maasvallei. Net als de bijdrage aan het waterschapsbedrijf, moet de bijdrage aan de
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 139 -
gemeenschappelijke regeling uitgesplitst worden naar beleidsproducten en vervolgens naar
kostendragers/taken toegerekend worden. Dit is gebeurd op basis van begroting 2015 van de BsGW
tevens rekening gehouden met de nieuwe toetreders per 1 januari 2015
In de laatste drie kolommen zijn alle kosten van de voorgaande kolommen getotaliseerd en
getotaliseerd per taak. Waarbij na toevoeging van de kosten van oninbaarheid en kwijtschelding
alsook de dekking van het saldo van de begroting door onttrekking aan de reserves, het totaal geeft te
zien van de door belastingen te dekken kosten per soort belasting. Het totaal van de kolom
‘watersysteem’ en ‘Zuiveringstaak’ vormen de basis (in weze het belastingvolume) voor de berekening
van de tarieven voor de watersysteemheffing respectievelijk de zuiveringsheffing.
Onderliggende toerekening van kosten
Algemeen uitgangspunt kostentoerekening
Kosten worden zoveel mogelijk rechtstreeks toegerekend tenzij er gegronde redenen zijn om hiervan
af te wijken.
Kapitaallasten
De kapitaallasten (afschrijving- en rentekosten) zijn toegerekend op basis van de staat van activa naar
investeringsobjecten in relatie tot het doel van de investering.
Indirecte kosten
Kosten die verband houden met de inzet van personele capaciteit kunnen niet rechtstreeks
toegerekend worden aan producten. Deze worden eerst verzameld in zogenaamde kostenplaatsen
waarna de kosten op basis van de gemiddelde tijdsbesteding 2011-2013 doorgerekend zijn naar
(eind)producten.
Overheadkosten
De toe te rekenen overheadkosten bestaan uit het saldo van de kosten en baten zoals die zijn
verzameld op de ondersteunende producten (zie ook programma bedrijfsvoering). De ondersteunende
beheerproducten en de gehanteerde verdeelsleutels zijn hierna weergegeven.
Huisvesting waterschapskantoor
De kosten van het waterschapskantoor (directe en indirecte kosten, kapitaallasten) worden gedeeld
door het aantal in gebruik zijnde netto m² van de kantoorruimtes, hierdoor krijg je een tarief per m². Na
inventarisatie van de in gebruik zijnde vierkante meters per proces wordt het aantal in gebruik zijnde
vierkante meters vermenigvuldigt met het tarief naar ieder proces doorberekend.
Mobiele telefonie
De kosten van de mobiele telefoons (directe kosten, indirecte kosten, kapitaallasten) worden gedeeld
door het aantal mobiele telefoons. Het resultaat is een tarief per mobiele telefoon. Na inventarisatie
van hoeveel mobiele telefoons ieder proces gebruikt, wordt het aantal in gebruik zijnde telefoons
vermenigvuldigd met het tarief, naar ieder proces doorberekend.
Huisvesting loodsen
De kosten van de 3 loodsen (directe en indirecte kosten, kapitaallasten) worden verdeeld als volgt:
Bergen is noord, Nederweert is zuid en de gecombineerde loods is 60% noord en 40% wordt ten laste
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 140 -
gebracht van product 5.1 (waterkering). Noord en zuid wordt naar het programma Watersysteem
doorberekend.
ICT
De kosten van ICT (directe en indirecte kosten, kapitaallasten) worden gedeeld door het aantal
personal computers (pc’s). Het resultaat is een tarief per pc. Na inventarisatie van hoeveel pc’s ieder
proces gebruikt wordt het aantal in gebruik zijnde pc’s vermenigvuldigd met het tarief, en naar ieder
proces- en programmakostenplaats doorberekend.
GIS
De kosten van GIS (directe kosten, uren x tarief, kapitaallasten) worden gedeeld door het aantal GIS
gebruikers, hierdoor krijg je een tarief per gebruiker. Naar rato van het gebruik per proces/programma
krijgt elk proces/programma een bedrag toegerekend.
Dienstauto’s
De kosten van de dienstauto’s (directe kosten, uren x tarief) worden doorberekend naar de
processen/programma’s ter grootte van het verwachte aandeel.
Tractie
De kosten van tractie worden per groep verzameld. Deze worden op basis van de tijdsbesteding
2011-2013 procentueel doorberekend naar de diverse producten waarvoor de tractie wordt ingezet.
Directie/Personeel en Organisatie/Bestuurlijke en juridische zaken/Concerncontrol en financieel
beleid/ Financiële informatieverwerking en –voorziening en overige.
Voor zover deze kosten niet rechtstreeks kunnen worden toegerekend worden deze op basis van de
onderling verhouding naar de processen toegerekend.
Proces-/programmakostenplaatsen
Per proces/programma worden alle kosten die verband houden met de bedrijfsvoering (salarissen,
opleidingskosten, reiskosten en dergelijke inclusief de doorrekeningen van andere
(hulp)kostenplaatsen) verzameld. Op basis van de werkelijke tijdsbesteding 2011-2013 zijn de kosten
procentueel doorgerekend naar de producten en programma’s. Deze toerekening komt op de
programma’s tot uitdrukking in de kostensoort 51 t/m 59 en 69 met als omschrijving ‘Organisatie/bedrijfsvoeringskosten’.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 141 -
Bijlage 8. Uitgangspunten en normen
Externe factoren
Prijsinflatie
Voor het jaar 2014 wordt een stijging van 1,5% verwacht (Centraal Economisch Plan, dec 2013).
Gelet op het ingezette en verwachte economisch herstel (verhogend effect op inflatiecijfer) in 2014 en
2015 èn het streven naar een stabiele meerjarenraming, zijn we voor 2015 en verder uitgegaan van
een inflatiepercentage van 2,0%. Het is niet zo dat we de budgetten automatisch verhogen. Sinds
2010 hanteren wij de lijn dat we de jaarlijkse toegekende budgetten bevriezen en dat we de
gecalculeerde prijscompensatie 'parkeren' op een aparte post. Hiermee krijgen de budgethouders een
jaarlijkse taakstelling ter grootte van de werkelijke inflatie van hun budget als te realiseren ombuiging
(2015 dus 2,0%). Alleen op basis van aangetoonde nut en noodzaak doen we een beroep op deze
post en geven we de ruimte vrij. Daarnaast beoordelen we van jaar tot jaar óf en in hoeverre de
geparkeerde ruimte van voorgaande jaren, nog vastgehouden moet worden. Op deze manier houden
wij strak de hand aan de groei van de budgetten.
Loonkosten
De CAO was per 31 december 2013 afgelopen. Ten tijde van het voorbereiden van deze begroting,
zijn de onderhandelingen over een nieuwe CAO nog in volle gang. We hebben nog geen zicht tot
welke kostenstijging die mogelijk leidt voor ons waterschap in 2015. We houden daarom voorlopig
vast aan de gedragslijn die we hebben gevolgd bij het opstellen van de (meerjaren)begroting 20142018.
Naast de reguliere verhogingen (o.a. vanwege doorgroei in functieschalen), hebben we voor 2015
rekening gehouden met een indexering van de bruto loonkosten van 2,0%. Ook voor de jaren 20162020 zijn we uitgegaan van een jaarlijkse stijging van 2,0%. Dit 'opslagpercentage' is niet alleen
bedoeld voor de bekostiging van bruto loonstijgingen, maar ook voor secundaire arbeidsvoorwaarden
(bijvoorbeeld groei Individueel Keuze Budget) die op basis van de CAO worden afgesproken. Hiermee
wordt de bestaande lijn gecontinueerd. Net zoals de inflatie, 'parkeren' wij de berekende 'loonstijging'
op een aparte post. Op het moment dat er een definitief CAO akkoord is gesloten, zullen we voor de
periode waarop de CAO betrekking heeft het CAO akkoord als uitgangspunt nemen.
Rente langlopende leningen
Voor 2015 en 2016 zijn we uitgegaan van een percentage van 4%. Om het meerjarig renterisico te
beperken, zijn we voor 2017 en 2018 uitgegaan van een percentage van 4,5% en de jaren vanaf 2019
van een percentage van 5,0%. Het meerjarige ontwikkelingspatroon komt hiermee overeen met het
rente-ontwikkelingspatroon gehanteerd in de meerjarenraming 2014-2018.
Rente kortlopende leningen
Voor 2015 zijn we uitgegaan van een rentepercentage voor kortlopende geldleningen (looptijd minder
dan 1 jaar) van 0,5%. Op de langere termijn verwachten we dat dit percentage zal stijgen tot 1,5%.
Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen (BsGW)
Met ingang van 2011 is de Unit Heffing en Invordering afgesplitst van het Waterschapsbedrijf Limburg
en ondergebracht in een aparte gemeenschappelijke regeling. Op basis van de bestuurlijke
uitgangspunten bij de start van de gemeenschappelijke regeling, gaan we er van uit dat de bijdrage
2015 maximaal gelijk is aan de bijdrage die wij in 2014 moeten betalen (afgerond € 1,691 miljoen).
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 142 -
Naarmate er meer deelnemers zich aansluiten zullen de kosten verder dalen. Voor 2015 zijn we
uitgegaan van 9 nieuwe deelnemers. Naar verwachting zal dat er nog 1 meer zijn (Kerkrade), echter
de eventuele toetreding en de financiële gevolgen daarvan zijn pas na het verstrijken van de deadline
van deze begroting bekend geworden.
Waterschapsbedrijf Limburg
In onze rol als opdrachtgever aan het Waterschapsbedrijf geven wij aan waaraan de begroting van het
Waterschapsbedrijf moet voldoen.
In het kort komt de opdracht er op neer dat:

uitgegaan wordt van verdergaande kostenreductie op termijn door middel van verdergaande
samenwerking in de waterketen en andere efficiencymaatregelen (w.o. innovatie);

de financiële voordelen van samenwerking op het gebied van zuiveringsbeheer naar de
waterschappen moeten terugvloeien in de vorm van een lagere bijdrage of zeer gematigde
groei voor de individuele waterschappen.
Een en ander ter compensatie van de stijging van de kosten voor de watersysteemtaak als gevolg van
het gesloten Bestuursakkoord Water.
Deze opdracht leidt op termijn tot een zeer gematigde stijging van de bijdrage van de waterschappen
aan het Waterschapsbedrijf ten behoeve van het zuiveringsbeheer, zoals vertaald in de
(meerjaren)begroting 2015-2020.
Interne factoren
Basis voor de meerjarenbegroting 2015-2020 zijn onder andere geweest:

'Water in Beweging', Visie waterbeheer Limburg in 2020;

'Orde in water Water in orde', Waterbeheerplan 2010-2015;

(Meerjaren)begroting 2014-2018;

Verordening beleids- en verantwoordingsfunctie WPM 2009;

ontwerp wetsvoorstel Wet Hof (Wet Houdbare overheidsfinanciën);

de uitkomsten van de gevoerde takendiscussie in 2011.
De voorgaande opsomming is niet limitatief. Ook andere relevante beleidsnotities en besluiten zijn in
de begrotingsvoorbereiding.
Kwijtschelding/oninbaar
Belastingkwijtschelding en oninbaarheid beoordeling voor 2015 vindt plaats volgens de bestaande
beleidslijn en wordt geraamd op een percentage van het belastingvolume. Voor oninbaarheid
hanteren we een percentage van een 0,5%. Voor kwijtschelding hanteren we gewoonlijk een
percentage van 1 procent van het belastingvolume. In de begroting 2013 en 2014 zijn we hier van
afgeweken. Naar aanleiding van ervaringscijfers (jaarrekening 2011) en de economische situatie
hadden we het kwijtscheldingsbedrag boven de norm van 1,0%, met € 295.000 extra verhoogd voor
2013 en 2014. Op grond van de jaarrekening 2013 en de recente prognoses van de BsGW houden
we die lijn vast voor 2015 en verder én verhogen het bedrag van € 295.000 naar € 350.000. We
rekenen die vooraf niet structureel door in de zuiveringsheffing gelet op de omvang van
tariefegalisatiereserve zuiveringsheffing gevormd uit rekeningoverschotten van afgelopen jaren. Indien
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 143 -
blijkt dat de meerkosten niet uit het lopende verslagjaren gedekt kan worden, voorziet de huidige
reserve qua omvang voor komende 10 jaar in het afdekken van die meerkosten.
Post onvoorzien
Het budget voor onvoorziene uitgaven bedraagt bruto ± 0,4% van het begrotingstotaal, conform
bestaand beleid. De opname van een budget voor onvoorziene uitgaven is wettelijk verplicht.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 144 -
Bijlage 9. Lopende investeringen medio 2014
Lopende investeringen medio 2014
(x € 1.000)
Jaar van oorsprong
Programma Waterkering
Verlengde 3de toetsing waterkeringen
Calamiteitenplannen
Opstellen beheerplan waterkeringen
Vullen beheerregister waterkeringen
Geotechnisch en constructief onderzoek waterkeringen
(Voor)financiering nHWBP 2017-2024
HWBP bijdrage vereveningsfonds
Programma watersysteem
WaterBeleid 21e eeuw
Vervanging gemalen/stuwen
Vervanging meetapparatuur monitoring
Opstellen nieuwe legger
Uitbouw Ibrahym/Wahyd
Doorontwikkeling Ibrahym
Bos-Omar
Herijking waterstysteemtoets
Project gebiedsdekkend en -gericht standstill
Bebording zwemwater
Investeringen in watersysteem
Strategische grondvoorraad
Herstelmaatregelen Nieuw Limburgs Peil
Programma bestuur, communicatie en veiligheid
Communicatiemiddelen staf
Verkiezingen 2015
GMO 2015
Programma bedrijfsvoering
(Opdrachtgever)Programma Watersysteem
Instandhouding Geografisch informatiesysteem
Vervanging landmeetapparatuur
inrichting grootschalige basiskaart
Koppeling Iris met ander systemen
Project Gis op orde en op orde brengen Gis gegevens
Tractiemiddelen/materieel buitendienst
Aanpassing werf Nederweert
Vervanging industriële laptops
Vergunningen en Handhaving:
ICT Vergunningen en Handhaving
Concern/Middelen:
Inrichting werklplekken
PMO biologische agentia
Diverse ICT investeringen
Vervanging mobiele dataverwerking/telefoons
Vervanging telefooncentrale+voicelogging
Vervanging/instandhouden financieel informatie systeem
Digitalisering en professionalisering DIV
Totaal onderhanden investeringen medio 2014
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
2012
2009-2011
2007
2007
2011 - 2014
2012-2013
2014
2012-2014
2013-2014
2011
2009
2010
2012
2013
2011
2011
2011 tm. 2014
2005
2011-2012-2013
Afschr.
termijn
5 jaar
5 jaar
5 jaar
5 jaar
n.v.t.
n.v.t.
15 jaar
10 jaar
5 jaar
5 jaar
5 jaar
5 jaar
5 jaar
5 jaar
n.v.t.
30 jaar
n.v.t
30 jaar
Investeringsbedrag
600,0
185,0
100,0
69,0
450,0
7.537,0
2.990,0
470,0
565,0
40,0
40,0
100,0
75,0
65,0
176,0
200,0
185,0
11.834,0
p.m.
1.200,0
2014 5 jaar
2014 4 jaar
2013 5 jaar
7,3
300,0
40,0
2012 5 jaar
303,0
2013
2009
2009
2013-2014
2012
2012
5 jaar
5 jaar
5 jaar
5 jaar
30 jaar
3 jaar
150,0
200,0
194,0
600,0
300,0
25,0
2009 3/5 jaar
300,0
2010-2011
2013
t/m 2014
2014
2009-2011
2012-2013
2014
10 jaar
4 jaar
3/5 jaar
2 jaar
5 jaar
5 jaar
5 jaar
t.l.v. reserve
t.l.v. reserve
vo o rfinanciering
vo o rfinanciering
t.l.v. reserve
100% subsidie P ro vincie
t.l.v. reserve
deels t.l.v. reserve
68,0
37,0
645,0
40,0
162,0
359,0
482,2
31.093,5
- 145 -
Bijlage 10. Majeure en niet-majeure programma Watersysteem mede in relatie tot mandaatbesluit 13 maart 2013
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 146 -
Toelichting
De opsomming betreft watersysteemprojecten die we in 2014/2015 onder handen hebben.
In de lijst is onderscheid gemaakt tussen majeure en niet majeure projecten. Deze onderverdeling
geeft invulling aan het mandaatbesluit van 13 maart 2013. Krachtens dat besluit mandateert het
algemeen bestuur, bij het vaststellen van de begroting, de kredietvotering en planvaststelling van
“overige projecten” (niet majeure) projecten aan het dagelijks bestuur.
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 147 -
Bijlage 11. Afkortingen
AB
Algemeen bestuur
ABM
Agrarische belangengroep Mariapeel
AHN
Algemeen hoogtekaart Nederland
AID
Algemene inspectie dienst
AMVB
Algemene maatregel van bestuur
BAG
Basisregistratie adressen en gebouwen
BBP
Beleids- en beheerproducten
BHV
Bedrijfshulpverlening
BISL
Business Information Service Management Library
BR
Bestemmingsreserve
BRK
Basisregistratie kadaster
BRT
Basisregistratie topografie
BSGW
Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen
BV
Besloten vennootschap
BZV
Biochemisch zuurstof verbruik
CBS
Centraal bureau voor de statistiek
CDM
Centraal dienstverleningsmeldpunt
CZV
Chemisch zuurstof verbruik
DB
Dagelijks bestuur
DLG
Dienst landelijk gebied
EMU
Europese monetaire unie
EU
Europese unie
FEWS
Flood early warning system
FLIWAS
Flood information and warning system
FTE
Fulltime equivalent
GBA
Gemeentelijk basisregistratie
GBS
Gemalenbeheersysteem
GGOR
Gewenst grond- en oppervlaktewaterregime
GIS
Geografisch informatiesysteem
GO
Georganiseerd overleg
GRP
Gemeentelijk rioleringsplan
GWW
Grondwaterwet
HRM
Human resource management
IBP
Informatie beleidsplan
IBRAHYM
Integraal beheersgebieddekkend regionaal hydrologisch modelinstrumentarium
ICT
Informatie- en communicatietechnologie
IGU
Integrale Gebiedsuitwerking
ILG
investeringsbudget landelijk gebied
INTERREG
Interregionaal samenwerkingsverband
IRIS
Integraal Resultaatgericht Informatie Systeem
ITIL
Information Technology Infrastructure Library
IWBP
Integraal waterbeheerplan
KAM
Kwaliteit, arbeidsomstandigheden en milieu
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 148 -
KRW
Kaderrichtlijn water
KVK
Kamer van koophandel
LCCM
Landelijke coördinatie commissie muskusrattenbestrijding
LLTB
Limburgse land en tuinbouw bond
LVO
Landelijke voorziening omgevingsloket
MA
Maatgevende afvoer
MIP
Meerjareninvesteringsprogramma
MLD
Miljard
MLN
Miljoen
NIO
Nog in ontwikkeling
NLP
Nieuw Limburgs peil
NV
Naamloze vennootschap
NVWA
Nieuwe Voedsel en Waren Autoriteit
NWB
Nederlandse waterschapsbank
OAS
Optimalisatiestudie afvalwater systeem
OB
Onopgeloste bestanddelen
OR
Ondernemingsraad
OWL
Optimaal waterbeheer in de Landbouw
P&C
Planning & control
P&O
Personeel & organisatie
PAGO
Periodiek arbeidsgezondheidskundig onderzoek
PEN
Persoonlijk eigenaarschap nemen
PNP
Probleem naleef en prioritering
POL
Provinciaal omgevingplan Limburg
POP
Persoonlijk ontwikkelplan
RBAW
Regionaal bestuursakkoord waterbodems
RIE
Risico inventarisatie en evaluatie
RWS
Rijkswaterstaat
RWZI
Rioolwaterzuiveringsinstallatie
SEF
Specifiek ecologische functie
SGBP
Stroomgebiedbeheersplan
SMARTi
Specifiek, meetbaar, activerend, realistisch, in tijd gezet, inspirerend
SOBEK-WQ
Software voor waterkwaliteitsberekening
SSW
Samenwerkingsverband subsidiecoördinatoren waterschappen
STOWA
Stichting toegepast waterbeheer
TMX
Telemonitoringsysteem
UVW
Unie van waterschappen
VAWA
verbrede afvalwaterakkoorden
VOF
Vennootschap onder firma
VWL
Verordening waterhuishouding Limburg
WABO
Wet algemene bepalingen omgevingsrecht
WAO
Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering
WB21
Waterbeheerplan 21e eeuw
WBL
Waterschapsbedrijf Limburg
WHVBZ
Wet hygiëne en veiligheid badinrichtingen en zwemgelegenheden
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 149 -
WIA
Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen
WILG
Wet Inrichting Landelijk Gebied
WNT
Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector
WOZ
Wet waardering onroerende zaken
WPM
Waterschap Peel en Maasvallei
WRO
Waterschap Roer en Overmaas
WVO
Wet verontreiniging oppervlaktewater
WWH
Wet op de waterhuishouding
ZW
Ziektewet
(Meerjaren)begroting 2015-2020, Waterschap Peel en Maasvallei
- 150 -