MEMO Juni 2014 Van stichting PAS, Annette Mullink (VVE-coördinator) Voor besturen en management van VVE-organisaties Samenvatting inspectie-onderzoek Kwaliteit VVE Arnhem 2013-2014 In de periode oktober 2013 – januari 2014 heeft de onderwijsinspectie de kwaliteit van VVE in Arnhem beoordeeld. Dit is onderzocht m.b.v. digitale vragenlijsten voor alle VVE-locaties en de gemeente Arnhem, locatiebezoeken op een aantal geselecteerde locaties, interview en documentonderzoek st. PAS en gemeente Arnhem. Ontwikkeling van VVE in Arnhem sinds 2009 De inspectie beoordeelt het Arnhemse VVE-beleid en uitvoering als voldoende tot goed, op veel onderdelen een voorbeeld voor andere steden.“ De gemeente Arnhem mag, samen met haar partners, trots zijn op de inmiddels gerealiseerde kwaliteit van VVE”. De inspectie is van mening dat Arnhem duidelijk winst geboekt heeft op de kwaliteit van VVE t.o.v. 2009, mede door de gunstige organisatorische opzet van de coördinatie en aansturing van VVE. Verbetering heeft vooral plaatsgevonden in de coördinatie en afstemming doorgaande lijn, taalontwikkeling (Logo 3000), ouderbetrokkenheid en kwaliteitszorg en monitoring. In het overzicht hieronder vindt u welke onderdelen van het VVE-beleid de inspectie als voldoende heeft beoordeeld en welke onderdelen de inspectie als goed heeft beoordeeld. Voldoende (score 3) Goed (score 4) Definitie van de doelgroep ouders bereik Integraal vve-programma toeleiding resultaten Externe zorg Gemeentelijk coördinatie GGD-rapportages Systematische evaluatie Gemeentelijke subsidiekaders Beoordeling van de voor- en vroegscholen (locaties) N.a.v. de locatiebezoeken komt een duidelijk positiever beeld naar voren dan in 2009. De inspectie spreekt van enkele pareltjes die zij tegen zijn gekomen tijdens de locatiebezoeken en deelt een compliment uit aan de pedagogisch medewerkers en leerkrachten. Bij de beoordeling van de 1 locatiebezoeken zijn er enkele specifieke aandachtspunten voor de locaties. Deze zijn terug te vinden in de rapporten per locatie. De inspectie constateert dat de locaties zichzelf kritischer en negatiever beoordelen in de digitale vragenlijsten, dan nodig is, dan de inspectie ziet bij de locatiebezoeken. De discrepantie is vooral te vinden in de afstemming en coördinatie doorgaande lijn, volgen en evalueren van begeleiding en zorg en ouderbetrokkenheid. Een verklaring is te vinden in het feit dat de nieuwe voorschoolse vve-locaties niet bezocht zijn, maar wel een digitale vragenlijst hebben ingevuld. De doorgaande lijn is daar minder sterk aanwezig, de OVM-trainingen (Ontwikkel-Volg-Model) zijn net afgerond en invoering zit in de beginfase. Voor wat betreft de ouderbetrokkenheid: de locaties zijn volop bezig met het ontwikkelen en invoeren van hun locatiebeleid ‘Ouders doen mee met VVE’. Aanbevelingen van de inspectie t.a.v. VVE in Arnhem Zoals gezegd is de inspectie (zeer) positief over VVE in Arnhem en over de vooruitgang die sinds 2009 geboekt is. Uit het rapport vallen toch enkele aanbevelingen voor de komende jaren te destilleren: 1. Borging: Het is belangrijk om de kwaliteit van VVE vast te houden in een sterk veranderende omgeving. Blijf stedelijk (PAS) een bijdrage leveren aan het realiseren van een goed systeem van kwaliteitszorg. 2. Balanceren tussen beleid en praktijk: Gemeente, PAS en besturen moeten alert zijn dat de professionals die met de peuters en kleuters werken voldoende in staat zijn om het beleid ook te kunnen uitvoeren. Kijk goed naar de behoeften en mogelijkheden van de medewerkers op de locaties. Temporiseer en spreid de verbetertrajecten. 3. Screening doelgroeppeuters VVE Verdere concretisering van het streven naar een sluitend bereik van VVE-doelgroeppeuters. Zie ook rapport van de Arnhemse Rekenkamer dd januari 2014. 4. Taalniveau pedagogisch medewerkers: Nieuw is de voorwaarde (vanuit de rijksoverheid) dat pedagogisch medewerkers in de voorschoolse instellingen zelf een taalniveau hebben op F2 – F3 niveau. Ten tijde van het inspectieonderzoek was Arnhem hier nog niet mee begonnen. Inmiddels is deze toetsing en training in gang gezet. 5. Opbrengstgericht werken: De meeste voorschoolse instellingen zijn nog niet structureel bezig met opbrengstgericht werken. Vooral het cyclisch planmatig handelen (incl evalueren) kan beter. 6. Begeleiding en zorg: Er valt op veel locaties nog winst te behalen in de afstemming (doorgaande lijn) van begeleiding en zorg voor VVE-peuters – kleuters. 7. Ouderbeleid: Het ouderbeleid ‘staat’ en is in de implementatiefase. Er moet in de praktijk nog veel gebeuren. Contact met ouders t.a.v. hun specifieke achtergrond vraagt nog aandacht. Ook de doorgaande lijn bij ouderbeleid vraagt aandacht. 8. Resultaatafspraken VVE Er wordt wel veel gemonitord, maar dat zijn nog geen resultaatafspraken met normen / streefdoelen: Wat zijn de (gedifferentieerde) streefniveaus voor de ‘leerwinst’ zowel in de voor- als de vroegscholen? PAS ontwikkelt een voorstel om tot betere resultaatafspraken komen. 2
© Copyright 2024 ExpyDoc