N. Bink Datum: 11 november 2014 RBP Onderwerp: Aanpassen

VOORSTEL AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS
&
VOORSTEL AAN DE RAAD EN RAADSINFORMATIEBRIEF
Van:
N. Bink
Tel nr:
8316
Datum:
11 november 2014
Team:
RBP
Tekenstukken:
Ja
Nummer: 14A.00868
Bijlagen:
1
Afschrift aan:
N.a.v. (evt. briefnrs.):
Onderwerp: Aanpassen Regionale Huisvestingsverordening 2013
Gemeente Woerden.
Advies:
1. De raad voor te stellen om artikel 2.6.1. lid 5 van de Huisvestingsverordening 2013 gemeente Woerden
aanpassen met als doel dat de goedkoopste huurwoningen terecht komen bij de laagste inkomensgroep.
2. De raad te informeren over de ontwikkelingen met betrekking de nieuwe Huisvestingswet via een
Raadsinformatiebrief
3. In te stemmen met de Raadsinformatiebrief: Nieuwe Huisvestingwet per 1-1-2015 van kracht.
Begrotingsconsequenties
Nee
B . e n W. d . d . :
G e we n s t e d a t u m b e h a n d e l i n g i n d e r a a d ( d a t u m : zi e ve r g a d e r s c h e m a ) : Ja, 17 december 2014
F a t a l e d a t u m b e s l u i t va n d e r a a d :
17 december 2014
Portefeuillehouder:
wethouder Stolk
E xtr a ov e rw eg ing en / k antt e ke nin gen v oo r Co ll eg e
E xtr a ov e rw eg ing en / a lte rn at iev en / a rgu ment en
Kan tte k eni ng en: St an dpunt co ns ul ent en
S am enh ang m et e e rd er e b es lui tv or min g
Bij l ag en
Het raadsvoorstel geregistreerd onder corsanummer: 14R.00509
- Raadsbesluit geregistreerd onder corsanummer: 14R.00510
- Raadsinformatiebrief geregisteerd onder corsanummer: 14R.00511
RAADSVOORSTEL
14R.00509
Indiener: college van burgemeester en wethouders
Datum:
11 november 2014
Portefeuillehouder(s): Wethouder Stolk
Portefeuille(s): Volkshuisvesting
Contactpersoon: N. Bink
Tel.nr.:
8316
E-mailadres: [email protected]
Onderwerp: Aanpassing Regionale Huisvestingsverordening 2013 gemeente Woerden
De raad besluit:
I.
Artikel 2.6.1 lid 5 van de Huisvestingsverordening 2013 gemeente Woerden aan te
passen
Artikel 2.6.1 lid 5 wordt vervangen door de volgende tekst:
(de cursieve tekst hieronder is de reeds bestaande tekst in de huisvestingsverordening)
5a. Ter bepaling van de volgorde bij het aanbodsysteem worden alle belangstellende
woningzoekenden op datum van inschrijving gerangschikt. De woning wordt voor
verhuring aan geboden op volgorde van anciënniteit.
b. Bij het bepalen van de volgorde volgens lid a. wordt voor de goedkoopste
huurwoningen, voorrang verleend aan de laagste inkomensgroep. Daarbij wordt de
volgende tabel toegepast.
De huurprijs- en inkomensgrenzen hebben als peildatum 1 januari 2014 en worden
jaarlijks, per 1 januari, aangepast volgens artikel 27 van de Wet op de Huurtoeslag.
Inkomen en omvang van het huishouden
Eenpersoonshuishouden, € 0 tot en met € 21.600
Tweepersoonshuishoudens, € 0 tot en met € 29.400,Huishouden drie personen of meer, € 0 tot en met € 29.400,-
Huurprijs
t/m € 556,82
t/m € 556,82
t/m € 596,75
c. De volgorde van de reacties bij het lotingssysteem wordt aselect bepaald (door het
computersysteem). Een woningzoekende kan per woning één reactie uitbrengen.
II.
Het besluit treedt in werking op 1-1-2015.
III.
Dit besluit bekend te maken op gebruikelijke wijze.
Inleiding:
De betaalbaarheid van sociale huurwoningen is een groot probleem in de regio Utrecht. Uit een
onderzoek van RIGO naar de betaalbaarheid, blijkt dat meer dan de helft van het aanbod van
sociale huurwoningen wordt toegewezen aan huishoudens die een te laag inkomen hebben in
relatie tot de hoogte van de huurprijs.
De Stichting Woonruimteverdeling Regio Utrecht (SWRU, samenwerkende corporaties in de regio
Utrecht) heeft samen met de U10 gemeenten een advies opgesteld voor een meer passende
toewijzing. Dit advies is afgestemd met de U16 gemeenten.
Door het opnemen van een ‘voorrangsregeling inkomen’ in de huisvestingsverordening is de
verwachting dat de betaalbare huurwoningen (tot €556) in ieder geval worden toegewezen aan de
huishoudens met een laag inkomen. Voor de definities van ‘betaalbare’ en ‘laag inkomen’ is
aangesloten bij de grenzen van de huurtoeslag.
Een voorrangsregeling betekent dat iedere woningzoekende mag reageren, maar dat de toewijzing
in eerste instantie aan de laagste inkomensgroep zal zijn. In tweede instantie wordt de woning
toegewezen aan huishoudens met een inkomen boven de €21.600/€29.400,-.
Het aanpassen van de toewijzing lost niet de volledige betaalbaarheidsproblematiek op. De kern
van het probleem zit in het aanbod van woonruimte met steeds hogere huren. Een oplossing van
deze problematiek is niet eenvoudig voorhanden. Maar met een passende toewijzing kan wel een
bijdrage geleverd worden aan een betere betaalbaarheid. Deze oplossing is met het aanpassen
van de verordening snel voor handen.
De bevoegdheid van de raad komt voort uit de volgende wet- en/of regelgeving:
De raad is op grond van artikel 147 van de Gemeentewet bevoegd om een wijziging van de
Huisvestingsverordening vast te stellen.
Beoogd effect:
Met het wijzigen van de huisvestingsverordening waarbij een ‘voorrangsregeling inkomen’ wordt
geïntroduceerd, wordt een bijdrage geleverd aan een betere betaalbaarheid doordat de
goedkoopste huurwoningen terecht komen bij de laagste inkomens. Hierdoor wordt meer passend
(aan de juiste doelgroep) toegewezen.
De verwachting is dan ook dat hiermee een bijdrage wordt geleverd aan het voorkomen van
betalingsproblemen.
Argumenten:
1. Er is gekozen voor een voorrangsregeling boven een aanpassing van de huurinkomenstabel. De voorgestelde voorrangsregeling is ook bruikbaar onder de nieuwe
Huisvestingswet per 1 januari 2015. De huidige huur-inkomenstabel is onder de nieuwe
Huisvestingswet niet meer te gebruiken omdat het niet is toegestaan inkomenscategorieën
uit te sluiten bij toewijzingsregels voor sociale huurwoningen.
2. Nagenoeg alle 16 gemeenten in de woningmarktregio zijn voornemens de raad voor te
stellen de huisvestingsverordening aan te passen op dit punt. De ‘voorrangsregeling
inkomen’ moet met een meer passende toewijzing betalingsproblemen voorkomen.
Kanttekeningen:
1. Vanaf 1 januari 2015 is de nieuwe Huisvestingswet van kracht. Op 31 december 2014 geldt
de huidige Huisvestingswet nog. De voorrangsregeling zou ook met de nieuwe
Huisvestingswet worden ingevoerd.
2. Uiterlijk op 1 juli 2015 moet een nieuwe huisvestingsverordening worden vastgesteld. De
voorbereidingen zijn al begonnen en gedeeld tijdens het U10 café op 10-11-2014. Wij
zullen u nader informeren over de wijziging van de Huisvestingswet. Echter, betaalbaarheid
is een urgent probleem. Daarom wordt voorgesteld de verordening op dit punt aan te
passen. De voorrangsregeling zorgt voor meer betaalbare toewijzingen, de verwachting is
dan ook dat hiermee een bijdrage wordt geleverd aan het voorkomen van
betalingsproblemen.
Financiën:
N.v.t.
Uitvoering:
De wijziging van de huisvestingsverordening op het onderdeel huur-inkomenstabel is in regionaal
verband opgepakt. Het besluit wordt bekend gemaakt in het digitale gemeenteblad. De wijziging
wordt ingevoerd via het systeem van Woningnet, waarna de corporaties de toewijzing verzorgen.
Communicatie:
De voorgestelde wijzigingen zijn opgesteld in overleg met de woningcorporaties in de regio. Zij
kunnen instemmen met het voorstel.
Via Woningnet zal de wijziging gecommuniceerd worden aan de woningzoekenden..
Samenhang met eerdere besluitvorming:
Vaststelling Huisvestingsverordening 2013 gemeente Woerden
Bijlagen:
14R.00510 Raadsbesluit
De indiener:
college van burgemeester en wethouders
De secretaris
De burgemeester
dr. G.W. Goedmakers CMC
V.J.H. Molkenboer
RAADSBESLUIT
14 R. 0 05 1 0
Agendapunt:
Onderwerp:
Aanpassing Regionale Huisvestingsverordening 2013 gemeente Woerden
De ra a d v a n d e gem e e nt e W oerd en ;
gelezen het voorstel d.d.
18 november 2014
van:
- burgemeester en wethouders
gelet op het bepaalde in de Gemeentewet;
b e s l u i t:
I.
Artikel 2.6.1 lid 5 van de Huisvestingsverordening 2013 gemeente Woerden aan te
passen
Artikel 2.6.1 lid 5 wordt vervangen door de volgende tekst:
(de cursieve tekst hieronder is de reeds bestaande tekst in de huisvestingsverordening)
5a. Ter bepaling van de volgorde bij het aanbodsysteem worden alle belangstellende
woningzoekenden op datum van inschrijving gerangschikt. De woning wordt voor
verhuring aan geboden op volgorde van anciënniteit.
b. Bij het bepalen van de volgorde volgens lid a. wordt voor de goedkoopste
huurwoningen, voorrang verleend aan de laagste inkomensgroep. Daarbij wordt de
volgende tabel toegepast.
De huurprijs- en inkomensgrenzen hebben als peildatum 1 januari 2014 en worden
jaarlijks, per 1 januari, aangepast volgens artikel 27 van de Wet op de Huurtoeslag.
Inkomen en omvang van het huishouden
Eenpersoonshuishouden, € 0 tot en met € 21.600
Tweepersoonshuishoudens, € 0 tot en met € 29.400,Huishouden drie personen of meer, € 0 tot en met € 29.400,-
Huurprijs
t/m € 556,82
t/m € 556,82
t/m € 596,75
c. De volgorde van de reacties bij het lotingssysteem wordt aselect bepaald (door het
computersysteem). Een woningzoekende kan per woning één reactie uitbrengen.
II.
III.
Het besluit treedt in werking op 1-1-2015.
Dit besluit bekend te maken op gebruikelijke wijze.
Aldus besloten door de raad van de gemeente Woerden in zijn
openbare vergadering, gehouden op
17 december 2014
De griffier
De voorzitter
E.M. Geldorp
V.J.H. Molkenboer
RAADSINFORMATIEBRIEF
14R.00511
Van
:
college van burgemeester en wethouders
Datum
:
18 november 2014
Portefeuillehouder(s) :
Portefeuille(s)
wethouder Stolk
: Volkshuisvesting
Contactpersoon
: N. Bink
Tel.nr.
: 8316
E-mailadres
: [email protected]
Onderwerp:
Nieuwe Huisvestingswet per 1-1-2015 van kracht
Kennisnemen van:
Per 1 januari 2015 is de nieuwe Huisvestingswet van kracht. In de regio Utrecht werken zestien
gemeenten* al jaren met eenduidige regelgeving, opgenomen in de huisvestingsverordeningen. Deze
verordeningen vervallen op 1 juli 2015, daarom moet er voor 1 juli 2015 nieuwe regelgeving worden
opgesteld. Het voornemen is dat in 16 gemeenten dezelfde Huisvestingsverordening wordt vastgesteld met
als doel eenduidige regelgeving voor de woningzoekenden in het hele regionale woningmarktgebied.
* Bunnik; De Bilt; De Ronde Venen; Houten; IJsselstein; Lopik; Montfoort; Nieuwegein; Oudewater; Stichtse Vecht;
Utrecht; Utrechtse Heuvelrug; Vianen; Wijk bij Duurstede; Woerden en Zeist
Inleiding:
In de nieuwe Huisvestingswet staat beschreven welke regels een gemeente mag opstellen voor de
verdeling van sociale huurwoningen. Een gemeente mag deze regels alleen opstellen als woonruimte
schaars is en als de regels nuttig zijn om de negatieve effecten van de schaarste te voorkomen. Daarnaast
moeten de regels regionaal afgestemd worden.
Gemeenteraden, verhuurders, huurders en overige partijen zijn in een startbijeenkomst op 10 november
betrokken bij een nieuwe verordening. Op deze datum was er een uitloopraad in Woerden. Daarom
informeren wij u nader via deze Raadsinformatiebrief.
Kernboodschap:
Per 1 januari 2015 is de nieuwe Huisvestingswet van kracht. De Huisvestingsverordening 2013 Gemeente
Woerden vervalt op 1 juli 2015. Daarom moet er voor 1 juli 2015 een nieuwe verordening worden
opgesteld.
Vervolg:
In U16-verband wordt gewerkt aan een concept-Huisvestingsverordening. Dit zal uitmonden in een
raadsvoorstel in het tweede kwartaal 2015. Zodat de Huisvestingsverordening per 1 juli 2015 van kracht is.
Bijlagen:
1. Toelichting op de wijziging Huisvestingswet vanuit de U10 – 14i.04949
Namens het college van burgemeester en wethouders
De secretaris
De burgemeester
dr. G.W. Goedmakers CMC
V.J.H. Molkenboer
Toelichting wijziging Huisvestingswet vanuit de U10
Bijlage, brief september aan raadsleden
Aan:
Gemeenteraden van de Utrecht10
Onderwerp:
Huisvestingswet 2014 en de nieuwe huisvestingsverordening in de regio Utrecht
Aankondiging bijeenkomst november 2014
2014-04267
Micha Bekker
030 2867596
Kenmerk:
Contactpersoon:
Telefoon:
Geachte raadsleden,
Met deze brief willen wij u informeren over de nieuwe Huisvestingswet, de consequenties voor de
regionale woonruimteverdeling in de regio Utrecht en de stappen die worden ondernomen naar een
nieuwe huisvestingsverordening.
De nieuwe Huisvestingswet treedt op 1 januari 2015 in werking. Voor 1 juli 2015 moet de nieuwe
huisvestingsverordening vastgesteld zijn. In de regio Utrecht wordt al geruime tijd gewerkt met een
regionale huisvestingsverordening. De woningmarktregio Utrecht bestaat uit zestien gemeenten1.
Inmiddels is gestart met de voorbereiding van een nieuwe huisvestingsverordening. We willen
gemeenteraden tijdig betrekken op weg naar besluitvorming in de eerste helft van 2015. In
november 2014 wordt een bijeenkomst gehouden voor alle betrokken partijen. Meer informatie over
deze bijeenkomst volgt binnenkort.
Waarom een huisvestingsverordening?
Een huisvestingsverordening biedt een gemeente de mogelijkheid om de verdeling van sociale
woonruimte en de samenstelling van de woonruimtevoorraad te regelen. De Huisvestingswet biedt
daarvoor het instrumentarium. Het gebruik van dit instrumentarium is niet vanzelfsprekend en moet
goed worden onderbouwd en getoetst door de gemeente. De VNG heeft een ledenbrief gestuurd aan
alle gemeenteraden over het gebruik van de Huisvestingswet, een modelverordening met alle
mogelijkheden voor een huisvestingsverordening daarbij inbegrepen.
Een huisvestingsverordening in de regio Utrecht
In de tweede kamer is onlangs ingestemd met de wetswijziging van de WGR waarmee de plusregio
D
wordt voorzien per 1 januari 2015. De bevoegdheid van Bestuur Regio Utrecht om een regionale
huisvestingsverordening vast te stellen vervalt hierdoor en komt weer bij de gemeenteraden.
Eenzelfde situatie als bij de overige zeven gemeenten die deelnemen aan het regionale systeem voor
de toewijzing van sociale huurwoningen.
Met de nieuwe huisvestingsverordening moeten de gemeenten opnieuw bepalen of een regionaal
systeem gewenst is en voor welk gebied dat zou moeten gelden. Gelet op de goede ervaringen met
de huidige systematiek wordt ingezet op voortzetting van het regionale systeem. We koersen op een
alternatieve regionale besluitvorming om invulling te geven aan de wettelijke bepaling om de
huisvestingsverordeningen regionaal af te stemmen.
Bunnik; De Bilt; De Ronde Venen; Houten; IJsselstein; Lopik; Montfoort; Nieuwegein; Oudewater;
Stichtse Vecht; Utrecht; Utrechtse Heuvelrug; Vianen; Wijk bij Duurstede; Woerden en Zeist
Toelichting wijziging Huisvestingswet vanuit de U10
Bijlage, brief september aan raadsleden
“
B
U
Na afstemming tussen de gemeenten is het project gestart voor een nieuwe regionale
huisvestingsverordening. Om nut en noodzaak van een huisvestingsverordening aan te tonen is
D
vormen de basis voor de bijeenkomst in november.
Een bela
B
U
eerder dit jaar uitgevoerd in opdracht van de U10. De ruime passendheidsregels in de huidige
verordening in combinatie met het dure aanbod, hebben ervoor gezorgd dat veel woningen worden
verhuurd aan huishoudens met een te laag inkomen. Aandachtspunt voor de
huisvestingsverordening is een passende toewijzing tussen de huur en het inkomen van een
huishouden. Hierdoor komt het schaarse aanbod van betaalbare woningen bij de huishoudens met
de laagste inkomens terecht. Deze huishoudens zijn daardoor niet meer aangewezen op de duurdere
sociale huurwoningen die kunnen leiden tot betalingsproblemen. Het betaalbaarheidsonderzoek
kunt u terugvinden op de website www.utrecht10.nl/themas/wonen.
A
In de aanloop naar de bijeenkomst in november willen wij u in de gelegenheid stellen input te
leveren voor de nieuwe huisvestingsverordening. De input zal naast het schaarsteonderzoek worden
gebruikt in de bijeenkomst van november. Voor deze input is een forum geopend op
www.utrecht10.nl/U10-forum. Behalve de afstemming tussen gemeenten is het nodig om ook
andere belanghebbenden te betrekken bij de nieuwe huisvestingsverordening. Voor de bijeenkomst
in november zal een brede uitnodiging worden verstuurd aan onder andere woningcorporaties en
huurdersverenigingen.
Wij zien ernaar uit u te ontmoeten in november.
Bijlage 1: kenmerken van de woonruimteverdeling in de regio Utrecht en
Bijlage 2: samenvatting van de Huisvestingswet.
Verwijzing naar: a. VNG ledenbrief huisvestingswet
 www.utrecht10.nl/themas/wonen
‘
B
U
Toelichting wijziging Huisvestingswet vanuit de U10
Bijlage, brief september aan raadsleden
Bijlage 1
Woonruimteverdeling Regio Utrecht:
De huisvestingsverordening gaat vooral om de verdeling van sociale huurwoningen van
woningcorporaties. Hieronder achtereenvolgens een aantal kenmerken over de organisatie, de
uitvoering en de resultaten.
Organisatie
Regio Utrecht: zestien gemeenten en acht huisvestingsverordeningen
7X Gemeentelijke huisvestingsverordening
BRU-huisvestingsverordening
Lopik; Montfoort; Oudewater;
Bunnik; De Bilt; Houten; IJsselstein;
De Ronde Venen; Woerden; Wijk bij Duurstede Nieuwegein; Stichtse Vecht; Utrecht; Vianen
en Utrechtse Heuvelrug
en Zeist
Voor de woonruimteverdeling zijn de verordeningen merendeels eenduidig.
De woningmarktregio is terug te voeren tot 1997, in de periode tot 2004 maakten alle
gemeenten nog onderdeel uit van BRU.
De uitvoering is gemandateerd aan de woningcorporaties die samenwerken in
de Stichting Woonruimteverdeling Regio Utrecht (SWRU).
De SWRU is opdrachtgever voor WoningNet, de beheerder van het woningzoekendenregister en
het verdeelsysteem.
Uitvoering
 Snelkoppeling naar de website van WoningNet: www.woningnetregioutrecht.nl
 D
9 voor de jaarlijkse verlenging,
deze kosten zijn al geruime tijd gelijk.
 Het woningaanbod wordt per direct gepubliceerd. Door de digitalisering is het niet meer nodig
om periodiek het aanbod te publiceren. Tot 2014 was dit nog iedere twee weken.
 Woningzoekenden kunnen een uitgebreid zoekprofiel opgeven en hebben inzicht in hun kans op
woonruimte.
 De woningen worden verdeeld op basis van een
D
worden aflopend op volgorde van wachttijd gezet. Een beperkt deel van het aanbod wordt
verloot met gelijke kansen voor iedere woningzoekenden.
 Bijzonder kenmerk van de regio Utrecht is het regionale zoekprofiel van urgenten. Een urgent uit
de ene gemeente is ook urgent in een andere gemeente.
Resultaten
o Op 1 januari 2014 stonden 216.893 woningzoekenden ingeschreven, dit aantal is nog ieder jaar
toegenomen.
o In 2013 waren 32.675 woningzoekenden actief op zoek naar een woning
o Deze vraag overtreft in ruime mate het aanbod van 5.800 woningen in 2013
o Het aanbod is vanaf 2011 aanmerkelijk duurder geworden, meer dan 50% van de woningen
wordt aangeboden in het dure sociale segment, terwijl dit vier jaar geleden nog 19% was.
o 95% van de woningen wordt verhuurd aan de doelgroep, in 2010 was dit 82% (doelgroep is een
34.229).
o Het aantal verhuringen aan urgenten is afgenomen, voor een groot deel veroorzaakt door een
afname van de stadsvernieuwingsurgenten.
o Urgenten hebben een regionaal zoekprofiel maar maken toch vooral de keuze om te verhuizen
binnen de gemeente net als reguliere woningzoekenden.
 Tabellen over de woonruimteverdeling in de Regio Utrecht 2013 www.Utrecht10.nl
1
Toelichting wijziging Huisvestingswet vanuit de U10
Bijlage, brief september aan raadsleden
Bijlage 2
De huisvestingswet 2014, samenvatting
U
H
‘
noodzakelijk en geschikt om de onevenwichtige en onrechtvaardige effecten van schaarste te
be
A
H
A
worden gevonden in de schaarste van woonruimte. Voor woonruimteverdeling betekent dit alleen de
D
wordt niet gegeven in de wet,
deze kan lokaal variëren. Woonruimteverdeling van koopwoningen is niet meer toegestaan. Regels
tting van woonruimte.
I.
Noodzaak huisvestingsverordening
Aantonen van schaarste
Schaarste is de kern. De minister geeft geen definitie van schaarste. Schaarste moet wel een relatie
hebben met onrechtvaardige en onevenwichtige effecten voor kwetsbare groepen. Hoe je vervolgens
die schaarste meet is een lokale aangelegenheid. De minister wijst er op dat wachtlijsten alleen
onvoldoende zijn.
Houdbaarheidsdatum
Een huisvestingsverordening wordt opgesteld voor een periode van maximaal vier jaar. Een kortere
periode kan dus ook.
II.
Werkingsgebied
Woningmarktregio
Een WGRplusgebied wordt in ieder geval aangemerkt als een woningmarktregio.
Huurprijsgrens
De schaarste bepaalt de hoogte van de huurgrens. Deze ligt niet automatisch bij de maximale
huurtoeslaggrens M
Koopprijsgrens
Koopprijsgrens is alleen nog van belang bij de wijziging van de woonruimtevoorraad en niet meer bij
woonruimteverdeling.
III.
Bindingeisen
Regionale
Maximaal 50% van de woonruimte mag met regionale voorrang worden toegewezen. Het gaat
daarbij steeds om maanschappelijke en/of economische binding.
Lokale
Binnen het regionale percentage mag maximaal de helft met lokale voorrang worden toegewezen,
dus bij 25% van de huisvestingsvergunningen mag sprake zijn van voorrang.
Geen bindingseis
Bij minimaal 50% van de verhuringen mag geen enkele binding worden geëist.
IV.
Passendheid
Inkomen
Er kan geen minimumeis worden gesteld aan het huishoudinkomen. Wel kan met voorrang worden
toegewezen op inkomen, maar uitsluiten mag niet. Voor het stellen van minimale inkomenseisen bij
sociale huurwoningen moet de wet bijzondere maatregelen grootstedelijke problematiek worden
gebruikt.
2
Toelichting wijziging Huisvestingswet vanuit de U10
Bijlage, brief september aan raadsleden
Overig
Passendheid naar aard, grootte en prijs van de woning in relatie tot de verschillende doelgroepen is
toegestaan. Net als bij inkomen moet het gaan om voorrang, uitsluiten mag niet.
V.
Urgentie
In ieder geval zijn urgent:
Mantelzorgers
Mantelzorgontvangers
Statushouders
Vrouwenopvang
Een urgentie voor mantelzorgers en mantelzorgontvangers is nieuw. Wat mantelzorg is, wordt
bepaald door de wet maatschappelijke ondersteuning.
VI.
Eén loket
Ten aanzien van het instellen van één loket voor het aanbieden van woningen is gekozen voor een
kan-bepaling. Gemeenten hebben de mogelijkheid om de samenwerking tussen verhuurders over het
aanbieden van woningen af te dwingen.
VII.
Wijziging Woonruimtevoorraad
Net als bij de huidige huisvestingswet is het mogelijk te sturen op de woonruimtevoorraad door een
vergunningstelsel bij: Onttrekking; Omzetting; Samenvoeging en Splitsing. In de nieuwe wet moet het
gebruik van dit stelsel wel duidelijk afgebakend worden in de huisvestingsverordening. Afgebakend
naar locatie, woningtype en huur- en/of koopprijs.
Compensatie
Het is niet meer mogelijk voor een gemeente om compensatie (reëel of financieel) te vragen voor de
betreffende wijziging van de voorraad.
Toch leefbaarheid
Naast schaarste mag een gemeenten de leefbaarheid, in tegenstelling tot woonruimteverdeling,
meenemen bij de beoordeling.
3