Column VNO NCW - 20140916134431 - VNO

Column Ondernemersontbijt VNO-NCW metropool Amsterdam
Michiel van Veen
Directeur Logistiek & IT, Royal Lemkes / Lid Young Board van de Amsterdam Economic
Board
Vrij Parkeren
Bij ons thuis was de zondag een dag waar we als gezin vaak dingen samen deden.
Mijn moeder wilde graag wandelen.
Mijn vader speelde graag een spelletje.
Monopoly was één van onze favorieten.
De strategie was vaak simpel. Je probeerde vaak zo snel mogelijk hotels te creëren op
een goedkopere stad, als bijvoorbeeld Arnhem. Vanuit deze investering kon je huizen en
hotels op duurdere steden financieren. Investeren was hierbij belangrijker dan de mate
van schulden of hypotheek die je had op derde straten en steden, omdat je wist dat als
je niet mee investeerde, je uiteindelijk tekort kwam in het spel en je het onderspit dolf.
Het kapitalisme is mij dus met de paplepel ingegoten kun je wel zeggen.
Om deze en andere redenen besloot ik na mijn middelbare school economie te gaan
studeren aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam. De colleges macro en micro
economie vormden de basis van het eerste jaar, aangevuld met een flinke dosis
wiskunde. De zelfbenoemde topeconomen in spe werden zo perfect opgeleid in de
wetenschappelijke discipline dat zoveel relevantie had en heeft voor het reilen en zeilen
van overheden, bedrijfsleven en consumenten.
In de colleges werd ons verteld over het neoclassicisme dat startte bij Adam Smith in
1776. De opkomst van Keynes en vervolgens de revival van het neoclassicisme onder
leiding van Friedman. De homo economicus interacteerde op rationele wijze in een
perfect functionerende markt. Dit maakte dat je het economisch stelsel en systeem kon
vertrouwen. De colleges financiering en belegging leerden ons dat middels een Capital
Asset Pricing Model je risico’s van waarderingen van assets kon beheersen. Ik studeerde
in 2006 af.
Tot 2007 feliciteerden de economen zichzelf met het succes van hun professie, zowel in
theorie als in praktijk. In de theorie waren de rijen gesloten en in praktijk leken de grote
problemen verklaard en opgelost, zo concludeerden grote economen als Olivier Blanchard
en Robert Lucas in diverse artikelen in die tijd.
Dat maar weinig economen de crisis die zich ontwikkelde vanaf 2007 voorspeld hebben,
is nog tot daar aan toe. Belangrijker is het oneindige vertrouwen dat veel economen,
politici en bestuurders hadden in de onfeilbaarheid van de markteconomie. De
waarheidspretentie van economische modellen en de ontkenning van het bestaan van
bubbels in waarderingen van assets en waardepapieren. Dit leidde tot de premisse onder
invloed van neoclassicisme dat er slechts beperkte of geen overheidsregulering, of
overheidstoezicht nodig is, omdat bestuurders van bijvoorbeeld financiële instellingen
rationele besluiten nemen die de toekomst van het bedrijf en daarmee de sector en het
land niet schaden.
Feit is dat de economie vaak ingewikkeld wordt gevonden. Veel moeilijke terminologie,
jargon en wiskunde. Maar dan wordt vergeten dat de economie met name gezond
verstand is, aldus Ha Joon Chang, de Zuid-Koreaanse econoom die vorig jaar zoveel
publiciteit heeft gekregen met zijn boek over de economie en de crisis.
Toezichthouders moeten hun modellen loslaten die zich richten op een stabiel en
voorspelbaar systeem. Als je het zo bekijkt praten we uiteindelijk niet meer over een
crisis, als zijnde een probleem dat moet worden opgelost, maar over een heel complex
aanpassingsproces.
Zonder enige afbreuk te doen aan de waarde van de economische wetenschap is dat voor
veel grote en kleine bedrijven in de metropoolregio de kern. Dit leidt tot vragen als: hoe
overleef ik deze onzekere tijd? Wat is mijn doelgroep en propositie?
Want als een paal boven water staat dat bedrijven zich moeten aanpassen aan de nieuwe
tijd. Niet door trial and error, maar door bewust te kiezen voor een klant die op basis van
imperfecte, maar transparante informatie een keuze maakt voor producten en markten.
Zeg: een google search. Niet meer op basis van historie en rationele afwegingen, maar
op basis van overtuiging en geloof. Niet op basis van een zorgvuldig geladen propositie,
maar op basis van ervaringen van jezelf of anderen. Niet op basis van macht, maar op
basis van kracht.Niet alleen, maar samen. De consument gaat weer terug naar het
onderkennen van het belang van de echte, de reële economie.
Dit betekent dat er niet gesproken dient te worden of de crisis over is. We zitten niet in
een recessie, maar in een transitie en het gaat nog even duren voordat het nieuwe
evenwicht is gevonden, met de vastigheden die daarbij nodig zijn.
Voor veel bedrijven is dit de échte crisis. Hoe kun je jouw mensen en systeem in korte
tijd flexibiliseren? Gedrag veranderen kan alleen maar door dingen echt anders te doen.
Een herleefde en herboren propositie ontwikkelen die zich onderscheidt op emotie,
personifiëring, kwaliteit en duurzaamheid. En daarvoor is echt ondernemerschap nodig.
Zeggen dat we willen samenwerken, zeggen dat er dingen moeten veranderen is niet
meer voldoende.
Veel hoogopgeleide jonge Amsterdammers herkennen de struggle van de bedrijven waar
ze voorheen zo en masse solliciteerden na hun studie. Veel ervaren persoonlijk de
tekortkomingen van het historische economische systeem en proberen daarom vanuit
logica en gevoel een bedrijf op te richten dat geld genereert op basis van een ander
systeem: flexibiliteit, duurzaamheid, kracht en transparantie.
Dus waarom regulering in de taxibranche, als je ook middels Uber bij iemand anders in
de auto naar de bestemming komt? Waarom regulering in de hotelbranche, als je ook
kunt slapen bij iemand op zolder in hartje Amsterdam? Waarom stimulering en
ondersteuning van financiële instellingen als je ook de crowd jouw bedrijf kunt laten
funden?
Zijn dit eenvoudige vragen om te beantwoorden? Nee. Maar de winst is dat we met
elkaar weer praten over de economie. Met gezond verstand.
De cijfers spreken boekdelen. Joop Wijn, oud staatssecretaris en bestuurder van ABN
AMRO en VNO-NCW stelde onlangs dat 90 procent van de economische groei komt van
bedrijven die 5 jaar geleden nog niet bestonden. Denk maar eens aan Europese
successen als Spotify, Skype, en Rovio.
Is dit ideologisch? Uiteindelijk niet. Het spel heeft zijn regels. Zonder inkomsten ga je
failliet. Als je niet investeert in meer dan een mooi verhaal, of een marktpositie of
historische propositie zal je uiteindelijk niet overleven.
Immers, als je hotels hebt op Leidseplein en Kalverstraat en iedereen springt over je
heen, dan is het niet verstandig te vertrouwen op het Algemeen Fonds. Te verlangen
naar de gevangenis. Te wachten op die ene Kans. Of op Vrij Parkeren.