Eindexamenreglement 2014-2015

EXAMENREGLEMENT
De Nieuwste School
Schooljaar 2014-2015
EXAMENREGLEMENT De Nieuwste School
Dit reglement geldt m.i.v. 1 oktober 2014 voor alle leerlingen van leerjaar 3 mavo
en alle leerlingen van leerjaar 4, 5 en 6.
Ter uitvoering van het bepaalde in artikel 31 van het Eindexamenbesluit vwo-havo-mavo-vbo
heeft het bevoegd gezag van De Nieuwste School te Tilburg navolgend examenreglement
vastgesteld, met instemming van de Medezeggenschapsraad 15 september 2014.
1
1.1
1.2
1.3
Het bevoegd gezag stelt de leerlingen van het mavo, de havo en van het vwo in de
gelegenheid ter afsluiting van de opleiding een eindexamen af te leggen.
De directeur en de examinatoren nemen onder verantwoordelijkheid van het bevoegd
gezag het eindexamen af.
De directeur wijst een van de personeelsleden van de school aan als voorzitter en
secretaris van het eindexamen.
De examencommissie voor het schooljaar 2014 – 2015
Voorzitter Caecile van Gorp
Secretaris Astrid de Wild
Organisatie examens:
2.1
2.2
2.3
2.4
2.5
2.6
2.7
2.8
Het eindexamen wordt afgenomen volgens de examenprogramma's, vastgesteld door
de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen.
Het eindexamen bestaat voor ieder vak uit een schoolexamen en, voor zover dat
wettelijk is bepaald, uit een centraal examen.
De resultaten van het schoolexamen worden vastgelegd in een examendossier.
Het examendossier bestaat uit de resultaten van alle schoolexamentoetsen en het
sectorwerkstuk (voor mavo) of het profielwerkstuk (voor havo en vwo).
Schoolexamentoetsen kunnen zowel schriftelijk als mondeling worden afgenomen of
bestaan uit een product of presentatie.
Bij mondelinge schoolexamentoetsen kan naast de examinator een andere
docent/vakgenoot of een andere deskundige aanwezig zijn. Een gemotiveerd verzoek
om aanwezigheid van deze extra deskundige kan zowel door de leerling als door de
examinator minimaal 10 werkdagen voor het examenonderdeel worden ingediend. De
voorzitter neemt een beslissing over de aanvraag. Opnameapparatuur wordt alleen
toegelaten als de examinator de opname nodig heeft bij het vaststellen van het cijfer.
Het schoolexamen wordt afgenomen volgens het bepaalde in het Programma van
Toetsing en Afsluiting dat jaarlijks door het bevoegd gezag wordt vastgesteld.
Het Programma van Toetsing en Afsluiting geeft per vak aan welke leerstof en
vaardigheden op welke wijze en welk moment worden getoetst en hoe zwaar elk
onderdeel meeweegt. Ook kunnen per vak nadere voorschriften en/of aanwijzingen
m.b.t. inleverdata, hulpmiddelen, vormgeving, procedures etc. gegeven worden. Van
het bepaalde in het PTA kan niet worden afgeweken zonder instemming van alle
betrokkenen.
2
2.9
2.10
Een gedetailleerde omschrijving van de leerstof wordt aan leerlingen gepubliceerd via
magister tenminste 2 werkweken voor aanvang van de toetsweek.
Het centraal examen wordt afgenomen op de wijze die door de minister van
Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen is of wordt bepaald en zoals geformuleerd is in
het Eindexamenbesluit en/of in andere regelingen die door de Minister zijn
vastgesteld.
Cijfers en waarderingen:
3.1
3.2
3.3
3.4
3.5
3.6
3.7
De resultaten van het schoolexamen en de centrale examens worden uitgedrukt in een
getal uit de schaal van 1 tot en met 10, met één decimaal. (zie 3.3)
Indien het eindexamen voor een vak alleen bestaat uit een schoolexamen, wordt het
schoolexamencijfer - volgens de normen van het centraal examen - afgerond op een
heel cijfer.
Voor een aantal door de minister aangewezen onderdelen van het schoolexamen wordt
geen cijfer maar een waardering ‘goed’, ‘voldoende’ of ‘onvoldoende’ gegeven.
Van ieder cijfer of andere waardering toegekend voor enig onderdeel van het
schoolexamen stelt de examinator de leerling zo spoedig mogelijk in kennis. De
examinator zorgt er voor dat de cijfers en waarderingen binnen tien werkdagen in het
examendossier van de leerling worden opgenomen.
Leerlingen en hun wettelijke vertegenwoordigers hebben, uitsluitend gedurende het
schooljaar waarin een toets is afgenomen, een inzagerecht in het gemaakte werk en de
opgaven. Ze kunnen daartoe contact opnemen met de docent.
De leerling kan bij de examencommissie bezwaar aantekenen tegen de beoordeling
van SE werk. Dit moet binnen vijf werkdagen gebeuren na inzage in het beoordeelde
examenonderdeel. De procedure van bezwaar en beroep staat verder omschreven
“Reglement bezwaar en beroep in leerlingenzaken Ons Middelbaar Onderwijs”. Dit
reglement is te vinden op de website.
Voor de aanvang van het centraal examen deelt de directeur de leerling schriftelijk
mede welke cijfers hij heeft behaald voor het afgesloten schoolexamen.
Herkansing:
4.1
4.2
Aantal herkansingen:
Leerlingen uit examenklassen en voorexamenklassen kunnen na afloop van iedere SE
periode één toets herkansen uit het Programma van Toetsing en Afsluiting van de
voorafgaande periode. De hoogste beoordeling van de herkansing en de oorspronkelijk
toets geldt als definitief resultaat. De herkansingstoets vindt plaats na afloop van elke
SE-periode. De herkansing over de laatste SE periode vindt plaats na de
zomervakantie, bij de start van het nieuwe schooljaar.
Leerlingen uit vwo-4 kunnen na afloop van dit schooljaar één toets herkansen uit het
Programma van Toetsing en Afsluiting van vwo-4. De hoogste beoordeling van de
3
4.3
herkansing en de oorspronkelijk toets geldt als definitief resultaat. Deze herkansing
vindt plaats na de zomervakantie, bij de start van het nieuwe schooljaar (vwo-5).
Bij het centraal examen heeft de leerling het recht in het tweede tijdvak deel te nemen
aan de herkansing van het centraal examen in één vak dat bij de bepaling van de
uitslag is betrokken. Het hoogste van de cijfers behaald bij de herkansing en bij het
eerder afgelegde centraal examen geldt als definitief cijfer voor het centraal examen.
De leerling doet een schriftelijk verzoek tot herkansing aan de directeur vóór een door
de directeur te bepalen dag en tijdstip.
Onregelmatigheden:
5.1
5.2
5.3
5.4
5.5
Indien een leerling zich ten aanzien van enig deel van het eindexamen dan wel ten
aanzien van een aanspraak op ontheffing aan enige onregelmatigheid schuldig maakt
of heeft gemaakt, dan wel zonder geldige reden afwezig is, kan de voorzitter van de
examencommissie maatregelen nemen.
De maatregelen, bedoeld in het eerste lid, overeenkomstig het Examenbesluit, artikel
40, lid 3-6, die afhankelijk van de aard van de onregelmatigheid ook in combinatie met
elkaar genomen kunnen worden, kunnen zijn:
a. het toekennen van het cijfer 1 voor een toets van het schoolexamen of het centraal
examen,
b. het ontzeggen van de deelname of de verdere deelname aan een of meer toetsen
van het schoolexamen of het centraal examen,
c. het ongeldig verklaren van één of meer toetsen van het reeds afgelegde deel van
het schoolexamen of het centraal examen,
d. het bepalen dat het diploma en de cijferlijst slechts kunnen worden uitgereikt na
een hernieuwd examen in door de directeur aan te wijzen onderdelen.
Indien het hernieuwd examen, bedoeld in de vorige volzin, betrekking heeft op een
of meer onderdelen van het centraal examen legt de leerling dat examen af in het
volgend tijdvak van het centraal examen.
Het besluit waarbij een in het eerste lid bedoelde maatregel wordt genomen, wordt
tegelijkertijd in afschrift toegezonden aan de inspectie en, indien de leerling
minderjarig is, aan de wettelijke vertegenwoordigers van de leerling.
De leerling kan tegen deze beslissing van de examencommissie in beroep gaan bij de
door het bevoegd gezag van de school in te stellen commissie van beroep.
De procedure van bezwaar en beroep staat verder omschreven “Reglement bezwaar en
beroep in leerlingenzaken Ons Middelbaar Onderwijs”. Dit reglement is te vinden op
de website.
4
Verhindering/ziekte/te laat komen bij schoolexamentoetsen:
6.1
6.2
6.3
6.4
6.5
6.6
6.7
6.8
6.9
Als een leerling om een geldige reden niet aan (een onderdeel van) het schoolexamen
of aan een zitting van het centraal examen kan deelnemen, dient dit gemeld te worden.
Zijn wettelijke vertegenwoordiger (of, bij meerderjarigheid, de leerling zelf) neemt
dan rechtstreeks contact op met de directie van school. Dit contact moet in ieder geval
worden gezocht, voordat de betreffende toets of zitting begint.
Als een leerling, b.v. vanwege ziekte, niet kan voldoen aan de eisen in het PTA, dient
hij in overleg te treden met de directeur of de afdelingsmanager BB.
Voor het afmelden voor een PTA Sport & Bewegen neemt de leerling contact op met
de desbetreffende docent.
Afmelden dient te gebeuren bij afwezigheid, blessure of ziekte.
De docent zal een inhaalmoment met de leerling afspreken om de toets in te halen.
Mocht er geen inhaalmoment gepland kunnen worden zal de betreffende leerling een
vervangende opdracht krijgen van de docent over het gemiste onderdeel. Voor deze
opdracht kan de leerling een onvoldoende of een voldoende scoren.
In geval van ziektemelding kan ter controle door de schoolleiding een arts worden
ingeschakeld.
Een leerling die afwezig is zonder dat dat correct is gemeld (zie art. 6.1), valt onder de
werking van artikel 5.
Een door ziekte gemiste schoolexamentoets wordt ingehaald in de herkansingsperiode
na de gemiste toets. De aldus ingehaalde toets komt niet in aanmerking voor
herkansing.
Een leerling die te laat op een onderdeel van het schoolexamen verschijnt wordt
binnen 30 minuten na aanvang van het schoolexamen alsnog toegelaten, op
voorwaarde dat nog geen andere leerling de examenzaal heeft verlaten. De verloren
tijd mag niet worden ingehaald.
Alle gevallen van overmacht staan ter beoordeling aan de directeur.
Een werk waaraan de leerling is begonnen wordt beschouwd als een gemaakt werk.
Een eenmaal gemaakt werk behoudt zijn geldigheid.
Verhindering: centraal examen:
7.1
7.2
Indien een leerling om een geldige reden, ter beoordeling van de directeur, is
verhinderd bij een of meer toetsen in het eerste tijdvak van het centraal examen
tegenwoordig te zijn, wordt hem in het tweede tijdvak de gelegenheid gegeven het
centraal examen voor ten hoogste twee toetsen te voltooien.
Indien een leerling in het tweede tijdvak van het centraal examen eveneens verhinderd
is of wanneer hij het centraal examen in het tweede tijdvak niet kan voltooien, wordt
hij in de gelegenheid gesteld in het derde tijdvak ten overstaan van de
staatsexamencommissie zijn eindexamen te voltooien.
5
Afsluiting schoolexamen:
8.1
8.2
8.3
8.4
Het schoolexamen wordt voorlopig afgesloten met de bekendmaking van de
voorlopige cijfers.
Voor leerlingen die binnen 3 werkdagen na de officiële bekendmaking van de cijfers
niet hebben aangegeven dat zij voor een herkansing in aanmerking wensen te komen
en die de voorlopige cijfers niet hebben betwist geldt, dat hun voorlopige cijfers
automatisch de definitieve cijfers worden.
Voor de leerlingen die een deel van het schoolexamen willen herkansen, geldt dat hun
definitieve cijfers z.s.m. na het afleggen van de herkansingen worden vastgesteld.
Wanneer een leerling door omstandigheden buiten zijn schuld het schoolexamen voor
een of meer vakken niet tijdig voor het begin van het centraal examen heeft kunnen
afronden, wordt hij uitsluitend voor dat vak of die vakken verwezen naar het tweede
en eventueel het derde tijdvak.
Ontheffing 2e moderne vreemde taal op vwo en rekenen op vwo en havo:
9.1
9.2
9.3
9.4
9.5
Een vwo-leerling met een N-profiel kan ontheffing aanvragen van de verplichting om
een tweede moderne vreemde taal te moeten volgen. De ontheffing dient schriftelijk te
worden ingediend bij de examencommissie.
Vrijstelling in de 2e moderne vreemde taal kan slechts worden verleend in twee
gevallen:
a De leerling heeft een stoornis die specifiek betrekking heeft op taal of
taalontwikkeling of een zintuiglijke stoornis die effect heeft op taalontwikkeling.
Er moet een deskundigheidsverklaring overlegd worden waaruit blijkt dat er
sprake is van een erkende stoornis die het behalen van een positief resultaat bij de
tweede moderne vreemde taal moeilijk maakt.
b De leerling heeft een andere moedertaal dan de Nederlandse en kan aantonen dat
hij op 1 januari van het jaar waarin hij in klas 3 zat, maximaal 3 jaar in Nederland
was.
c De leerling volgt onderwijs in het profiel natuur en techniek of het profiel natuur
en gezondheid en de taal verhindert naar verwachting een succesvolle afronding
van de opleiding.
Ontheffing kan alleen dan verleend worden als het afleggen van examen in de 2e
moderne vreemde taal kansen op het behalen van een vwo diploma in de weg staat,
zulks ter beoordeling van het docententeam.
Een vwo-leerling die in het bezit is van een diploma havo en hiervoor de rekentoets
met goed gevolg heeft afgelegd kan vrijstelling aanvragen voor de rekentoets.
Een havo-leerling die in het bezit is van een diploma mavo en de rekentoets op
3F-niveau heeft afgelegd, kan vrijstelling aanvragen voor de rekentoets.
6
Extra vak(ken):
10.1
10.2
10.3
10.4
10.5
Het bevoegd gezag bepaalt of en zo ja aan welke leerlingen de gelegenheid wordt
geboden eindexamen in meer dan het minimaal voorgeschreven aantal vakken af te
leggen.
Indien dat nodig is om de leerling te laten slagen, betrekken de directeur en de
secretaris van het eindexamen een of meer eindcijfers van de vakken niet bij de
bepaling van de uitslag. Als er meer keuzes mogelijk zijn voor het laten vervallen van
extra vakken beslist de leerling na overleg met de school.
De vakken die bij de bepaling van de uitslag wel meetellen, dienen tezamen een
eindexamen te blijven vormen.
Op het diploma worden alleen de vakken vermeld die bij de uitslagbepaling betrokken
zijn.
Extra vakken die bij de bepaling van de uitslag niet meetellen, worden niet vermeld op
het diploma, maar wel op de cijferlijst, tenzij de leerling daartegen bezwaar maakt.
Uitslag:
11.1
11.2
In de slaagzakregeling gelden de eindcijfers. Het eindcijfer komt tot stand door het
gemiddelde van het schoolexamencijfer en het cijfer voor het centraal eindexamen.
Het eindcijfer wordt afgerond op hele getallen.
Indien in een vak alleen een schoolexamen is gehouden is het cijfer voor het
schoolexamen tevens het eindcijfer.
Het cijfer voor de rekentoets is tevens het eindcijfer.
De leerling die eindexamen mavo heeft afgelegd in 2015 is geslaagd indien hij:
a. Op examen gaat voor een combinatie aan vakken die samen een geldig pakket
vormen.
b. Het gemiddelde van de cijfers behaald voor het centraal eindexamen minimaal 5,5
is.
c. Voor het kernvak Nederlands moet minimaal het eindcijfer vijf behaald worden.
d1. alle eindcijfers 6 of hoger zijn, of
d2. 1 x het eindcijfer 5 heeft behaald en voor zijn overige examenvakken een 6 of
hoger, of
d3. 1 x eindcijfer 4 heeft behaald en voor zijn overige examenvakken een 6 of hoger
waarvan ten minste één 7 of hoger, of
d4. 2 x het eindcijfer 5 heeft behaald en voor zijn overige examenvakken een 6 of
hoger waarvan ten minste één 7 of hoger.
e. Voor de leerlingen die in 2016 examen afleggen geldt als aanvullende regel dat de
eindcijfers Nederlands en rekenen beiden ten minste een 5 moeten zijn.
7
11.3
11.4
11.5
11.6
11.7
11.8
De leerling die eindexamen havo of vwo heeft afgelegd in 2015 is geslaagd indien hij:
a. Op examen gaat voor een combinatie aan vakken die samen een geldig profiel
vormen.
b. Het gemiddelde van de cijfers behaald voor het centraal eindexamen minimaal 5,5
is.
c. Voor de kernvakken Nederlands, Engels en wiskunde mag maximaal één vijf voor
het eindcijfer behaald worden.
d1. alle eindcijfers 6 of hoger zijn, of
d2. 1 x het eindcijfer 5 heeft behaald en voor zijn overige examenvakken een 6 of
hoger, of
d3. 1 x eindcijfer 4 heeft behaald en voor zijn overige examenvakken een 6 of hoger.
Het gemiddelde van de eindcijfers moet 6,0 of hoger zijn, of
d4. 2 x het eindcijfer 5 heeft behaald en voor zijn overige examenvakken een 6 of
hoger. Het gemiddelde van de eindcijfers moet 6,0 of hoger zijn, of
d5. 1x het cijfer 4 en 1x het cijfer 5 heeft behaald en voor zijn overige examenvakken
een 6 of hoger. Het gemiddelde van de eindcijfers moet minimaal een 6,0
bedragen.
e. Voor de leerlingen die in 2016 examen afleggen geldt als aanvullende regel dat
voor de kernvakken Nederlands, Engels, wiskunde en rekentoets maximaal één
vijf voor het eindcijfer behaald mag worden.
In aanvulling op het eerste en tweede lid geldt tevens
mavo: voor de vakken sport en bewegen en culturele kunstzinnige vorming uit het
gemeenschappelijke deel en het sectorwerkstuk de kwalificatie «voldoende» of «goed»
is behaald.
havo en vwo: voor de vakken sport en bewegen en culturele kunstzinnige vorming uit
het gemeenschappelijk deel de kwalificatie «voldoende» of «goed» is behaald.
Tevens geldt voor zowel mavo, havo als vwo dat de rekentoets moet zijn gemaakt.
Bij de uitslagbepaling volgens 11.3 wordt het gemiddelde van de eindcijfers van de
volgende onderdelen aangemerkt als het eindcijfer van één vak:
havo: maatschappijleer en het profielwerkstuk,
vwo: algemene natuurwetenschappen, maatschappijleer en het profielwerkstuk,
Hierbij geldt als aanvulling dat voor geen van de bovengenoemde onderdelen een
cijfer lager dan 4 mag worden behaald.
De voorzitter en de secretaris van het eindexamen stellen de voorlopige en de
definitieve uitslag vast met inachtneming van het bepaalde in artikel 49 van het
Eindexamenbesluit.
De voorzitter en de secretaris van het eindexamen stellen uit alle eindcijfers van de
vakken waarin de leerling examen heeft afgelegd, een lijst op, zodanig dat de op deze
lijst vermelde vakken een eindexamen vormen als bedoeld in het Eindexamenbesluit.
8
Bewaren van SE en CE:
12.1
12.2
Het werk van het schoolexamen (het examendossier) en van het centraal examen van
de leerlingen, als mede de opgaven en beoordeling, wordt bewaard op school
gedurende de hele examenperiode.
Nadat een leerling examen gedaan heeft, wordt dit op school bewaard tot 1 februari
van het volgende schooljaar.
De cijferlijst, zoals benoemd in 11.8, wordt ook op school bewaard tot 1 februari van
het volgend schooljaar.
Dyslexie/dyscalculie:
13.1
13.2
De directeur kan dyslectische leerlingen verlenging van examentijd en/of
gebruikmaking van audio hulpmiddelen toestaan. Een verklaring van een deskundige
en een verzoek om hulpmiddelen moeten schriftelijk in het bezit van de school zijn.
Voor kandidaten met dyscalculie worden geen aangepaste centrale examens geleverd.
Aanvullende hulpmiddelen als reken- en formulekaarten zijn niet toegestaan; de
rekenmachine is toegestaan waar deze aan alle kandidaten is toegestaan.
9
Toegestane hulpmiddelen:
14.1
Toegestane hulpmiddelen bij de examens mavo:
alle vakken:
schrijfmateriaal incl millimeterpapier
tekenpotlood
blauw en rood kleurpotlood
liniaal met millimeterverdeling
passer
geometrische driehoek
vlakgum
elektronisch rekenapparaat (geen grafische rekenmachine)
woordenboek Nederlands
talen:
woordenboek naar en vanuit de vreemde taal
Engels:
(op verzoek kandidaat) woordenboek Engels-Engels in
plaats van Engels-Nederlands
CSE Nederlands en Engels: voorbeeld briefsjabloon
wiskunde:
naast of in plaats van de geometrische driehoek: een windroos
nask 1:
BINAS vmbo kgt informatieboek 2e druk
14.2
Toegestane hulpmiddelen bij de examens havo en vwo:
alle vakken:
schrijfmateriaal incl millimeterpapier
tekenpotlood
blauw en rood kleurpotlood
liniaal met millimeterverdeling
passer
geometrische driehoek
vlakgum
elektronisch rekenapparaat (geen grafische rekenmachine)
woordenboek Nederlands
moderne vreemde talen:
woordenboek naar en van de doeltaal
Engels:
(op verzoek kandidaat) woordenboek Engels-Engels in
plaats van Engels-Nederlands
wiskunde A of B:
grafische rekenmachine
natuurkunde:
havo: binas 6e druk (geen grafische rekenmachine)
vwo: binas 5e druk (wel grafische rekenmachine)
scheikunde:
havo: binas 6e druk (geen grafische rekenmachine)
vwo: binas 5e druk (wel grafische rekenmachine)
biologie:
havo: binas 6e druk
vwo: binas 5e druk
(geen grafische rekenmachine)
economie:
geen grafische rekenmachine toegestaan
aardrijkskunde:
Grote Bosatlas 54e druk (geen grafische rekenmachine)
10
Diploma en cijferlijst:
15.1
15.2
De directeur reikt op grond van de definitieve uitslag aan elke leerling die eindexamen
heeft afgelegd een lijst uit waarop zijn vermeld:
1. de cijfers voor het schoolexamen en de cijfers voor het centraal examen;
2. de vakken en het onderwerp of de titel van het sectorwerkstuk (mavo) of het
profielwerkstuk (havo en vwo);
3. de beoordeling van de vakken ‘culturele kunstzinnige vorming’ en ‘lichamelijke
opvoeding’;
4. de eindcijfers voor de examenvakken;
5. het behaalde eindcijfer voor de rekentoets;
6. de uitslag van het examen.
De directeur reikt op grond van de definitieve uitslag aan elke voor het eindexamen
geslaagde leerling een diploma uit, waarop alle vakken zijn vermeld die bij de
bepaling van de uitslag zijn betrokken.
Overige bepalingen:
16.1
16.2
16.3
16.4
16.5
16.6
Met een leerling die doubleert of voor het eindexamen wordt afgewezen, kunnen
afspraken worden gemaakt over vrijstellingen voor die onderdelen van het
schoolexamen die hij met voldoende resultaat heeft afgerond. De school behoudt zich
het recht voor het aantal vrijstellingen te beperken.
De directeur kan toestaan dat een leerling het examen geheel of gedeeltelijk aflegt op
een wijze die is aangepast aan de mogelijkheden van die leerling. In dat geval bepaalt
de directeur de wijze waarop het examen zal worden afgelegd. Hij doet hiervan, indien
dat vereist is, zo spoedig mogelijk mededeling aan de inspecteur (zie ook: Staatsblad
jaargang 1996, 348, KB 30 mei 1996).
Het bevoegd gezag kan toestaan dat ten aanzien van een leerling die met inbegrip van
het schooljaar waarin hij eindexamen aflegt ten hoogste zes jaren onderwijs in
Nederland heeft gevolgd en voor wie het Nederlands niet de moedertaal is, met
betrekking tot het vak Nederlandse taal en letterkunde, tot het vak Nederlandse taal of
tot enig vak waarbij het gebruik van de Nederlandse taal van overwegende betekenis
is, wordt afgeweken van de voorschriften gegeven bij of krachtens dit besluit. Voor
zover wordt afgeweken van de voorschriften wordt deze afwijking medegedeeld aan
de inspectie. De afwijking kan voor zover het centraal examen betreft slechts bestaan
uit een verlenging van de duur van de toets van het centraal examen met ten hoogste
30 minuten en het verlenen van toestemming tot het gebruik van een verklarend
woordenboek der Nederlandse taal.
In gevallen waarin dit reglement niet voorziet, beslist de directeur.
Dit examenreglement en het programma van toetsing en afsluiting worden door de
directeur jaarlijks toegezonden aan de inspectie.
Dit examenreglement is vastgesteld conform het eindexamenbesluit geldend op
11 september 2014 en het ‘Reglement bezwaar en beroep in leerlingzaken Ons
Middelbaar Onderwijs’.
11