VISIENOTA KENNISCENTRUM BINNENVAART

VISIENOTA
KENNISCENTRUM
BINNENVAART
Februari 2014
Als Federatie van de Belgische Binnenvaart waarin alle Belgische binnenvaart organisaties
vertegenwoordigt zijn , en als Kennis Centrum Binnenvaart waarin alle Vlaamse
verenigingen vertegenwoordigt zijn , willen wij graag de noden van onze sector onder uw
aandacht brengen .
Vanzelfsprekend hopen/verwachten wij dat uw partij deze zal opnemen in uw partij
programma en bij regeringsdeelname in de regeringsverklaring.
De Belgische binnenvaart vloot blijft krimpen .
Dit gebeurde ook voor de crisis toen het binnenvaart vervoer in stijgende lijn was. In de jaren
70 was de Belgische Rijnvloot dubbel zo groot als de Nederlandse .Nu zijn de cijfers
omgekeerd. .De concurrentie met de Nederlandse vloot is immers onmogelijk voornamelijk
wegens de doorgedreven "binnenvaart" politiek van de Nederlandse regeringen de laatste
decennia .Dit gebeurt op vele terreinen:
-een doorgedreven "Nederland distributie land " politiek ,
-een performante uitgebreide binnenvaart infrastructuur ,
-goede subsidie regelingen voor modernisering en vergroening van de
binnenschepen ,
-staatsgaranties voor binnenvaart kredieten ,
-soepel sociaal beleid : interim toegelaten , statuut zelfstandig aflosser uitgewerkt,
ruime toelating buitenlandse werknemers ...
Daarnaast is de loonkost van de werknemers in Nederland in onze sector veel lager .
Niet alleen is België duurder voor alle werknemers , maar heeft onze sector een zeer dure
cao. Daarom is niet alleen de vloot sterk gekrompen maar is ook de tewerk stelling enorm
gedaald ( bijlage 5).
Wil men dit tij keren zijn volgende zaken volgens de sector
noodzakelijk:
1.Crisis maatregelen op Belgisch maar vooral op EG niveau:
-Verbod op dumpingvrachtprijzen ( voornamelijk door de Nederlandse vloot)
-Een efficiënt EG marktobservatie systeem om overcapaciteit (vooral de
Nederlandse ) in de toekomst te voorkomen .
2 .Sociale maatregelen:
-Opheffen regeling "schijnzelfstandigheid " voor de binnenvaart ( bij uitstek een
sector van zelfstandigen) die over deze maatregel nooit geconsulteerd werd en zeker
geen vragende partij is.
-Loonkost vermindering naar analogie met alle andere Belgische watergebonden
sectoren ( zeevaart , visserij , baggerbedrijven ) .
-Opheffing verbod op interim arbeid conform de Europese regelgeving.
3. Regionalisering:
Implementatie gewestelijke binnenvaart bevoegdheden in nauw overleg met onze
sector en de ander gewesten om verschillen in regelgeving en uitvoering te
voorkomen( bijlage 1 ).
4. Activerende maatregelen:
-Maatregelen die de financiering ( of herfinanciering )van aankoop, modernisering en
vergroening van schepen ondersteunen ,
-Promotie van de sector/stimulering van de modal shift ( bijlage 2 ) ,
-Initiëren en ondersteunen van nieuwe logistieke concepten ( bijlage 3 ) ,
-Continuering van de PPS bouw van kaaimuren ,
-Ondersteuning van Coöperatieven van binnenvaart ondernemers,
-Ondersteuning van de professionalisering van de binnenvaart ondernemer .
5. Scholing:
-Versterkte uitbouw van scholing, vorming, opleiding van potentiële nieuwe
binnenvaartondernemers en werknemers.
-Platform creëren voor continue bijscholing van bestaande binnenvaartondernemers.
6. Financiering:
Initiëren van een doordacht binnenvaart financieringsbeleid door de banken waarbij wordt
gestreefd naar :
- goed toegankelijke financiering voor startende ondernemers , modernisering en
vergroening van de vloot
-voorkoming van overfinanciering en dus van de creatie van overcapaciteit zodat
bestaande en toekomstige binnenvaartondernemers op een gezonde manier hun
onderneming kunnen uitbaten.
7.Infrastructuur:
Afwerken van de modernisering van de vaarwegen en bouwen van noodzakelijke nieuwe
vaarwegen zoals Zeebrugge/Gent .In bijlage 4 vindt u de korte termijn infrastructuur noden
van de beide Vlaamse vaarwegen beheerders .
Verder is in dit kader ook de definitieve stopzetting van spoorsubsidies voor
gecombineerd vervoer noodzakelijk of de invoering van compenserende subsidies voor de
binnenvaart
BIJLAGE 1 Regionalisering van binnenvaart bevoegdheden
In uitvoering van de zesde staatshervorming wordt een aantal belangrijke bevoegdheden
overgedragen naar het Vlaamse Gewest. Voor die nieuwe materies zal de rol van
Vlaanderen wijzigen bij de standpuntbepalingen en bij de omzetting van Europese
regelgeving. De uitbreiding van bevoegdheden maakt samenwerking met de andere
gewesten en de federale overheid op Europees vlak essentieel .
Het wordt alsmaar duidelijker dat de Europese regelgeving meer en meer ingrijpt in het
Vlaamse vervoers- en mobiliteitsbeleid. Ook de vertegenwoordiging op Europees niveau
moet herbekeken worden met inspraak van de sector zelf.
Verder moeten de uitwerking van deze bevoegdheden in nauw overleg met de binnenvaart
sector op korte termijn vorm krijgen .
Daartoe hebben de binnenvaart koepelorganisaties FBB en KBV al een interne
werkgroep regionalisering opgericht voor overleg met de bevoegde overheid.
BIJLAGE 2 .Promotie van de scheepvaart en estuaire vaart
Het vergt een continue inspanning om te werken aan een mental shift, zodat bedrijven de
mogelijkheden van goederenvervoer over water altijd en van bij het begin van hun projecten
overwegen. Daartoe moeten de inspanningen inzake promotie, gerichte communicatie,
marktprospectie en marketing worden verder gezet samen met de waterwegbeheerders,
Promotie Binnenvaart Vlaanderen (PBV) en het bedrijfsleven.
PBV informeert bedrijven over de mogelijkheden die de Vlaamse waterwegen bieden om
kostenefficiënt, duurzaam, veilig en betrouwbaar goederen te vervoeren. PBV contacteert
jaarlijks vele tientallen bedrijven (150 contacten in 2012) en geeft in de eerste plaats
informatie gericht op het transparanter maken van de markt. Daarnaast voert PBV
kosten/baten en operationele analyses uit voor verladers of logistieke dienstverleners die
een concreet project hebben om de binnenvaart in hun logistieke keten in te schakelen.
Jongeren worden geïnformeerd over binnenvaartopleidingen en jobs in de binnenvaart. De
communicatiecampagne ‘be your captain’ is gestart in het najaar 2012 en blijft verder lopen
de volgende jaren. PBV trekt het platform ‘Opleidingsverstrekkers Binnenvaart’ waarin alle
organisatie die opleidingen en vorming voor de aanbieden vertegenwoordigd zijn. Binnen
het platform worden concrete opleidingsprojecten ontwikkeld en gerealiseerd.
vaarbewijs/patent gecombineerd met praktische stuuropleiding op LeNa, de vaarsimulator .
Hoewel estuaire schepen door hun aard zwaardere exploitatiekosten hebben en minder
flexibel zijn in gebruik dan binnenschepen, is de estuaire vaart voor de haven van
Zeebrugge een strategische partner. In de huidige marktomstandigheden heeft de estuaire
vaart het moeilijk. Belangrijk is de estuaire vaart verder te ondersteunen daar Zeebrugge
geen goede binnenvaart verbinding heeft .
BIJLAGE 3: Co-modaliteit
Co-modaliteit wordt beschouwd als een van de oplossingen voor de negatieve
maatschappelijke effecten van onze mobiliteit.
Samenlading kan tot efficiënter vervoer leiden, met heel wat bedrijfseconomische en
maatschappelijke positieve effecten. Om tot een geïntegreerde logistieke keten te komen, is
het erg belangrijk dat de netwerken van de verschillende vervoersmodi goed met elkaar zijn
verknoopt. Havengebieden en watergebonden bedrijventerreinen spelen daarbij een cruciale
rol. Hun mogelijkheden worden volop ontplooid, bijvoorbeeld door de containerterminals het
Albertkanaal en het Zeekanaal .Zij ontlasten de terminals in de zeehavens. Door de steeds
grotere zeeschepen moeten de zeehaventerminals steeds sneller steeds grotere volumes
van de terminal wegkrijgen. De terminal in de haven focust zich daarom op doorvoer, terwijl
de stockage en individuele belevering van containers in het hinterland worden
georganiseerd.
De kaaimuren zijn voor de waterwegen wat de op- en afritten voor de autosnelwegen zijn.
Hier kan een goederenstroom van transportmodus en modaal netwerk veranderen. Vandaar
hun belang in het verknopen van de binnenvaart in logistieke netwerken.
BIJLAGE 4: Het waterwegennet beheren en uitbreiden
4.1 Investeringen om het netwerk van waterwegen te vervolledigen
Een verdere uitbouw van het waterwegennet moet ervoor zorgen dat:
- het goederenvervoer op de Vlaamse waterwegen veilig en vlot blijft draaien,
- een co-modaliteit ontstaat die meer mogelijkheden biedt voor het transport via
het water,
- de binnenvaarteconomie en -werkgelegenheid ondersteund wordt.
De beste basis voor de uitbouw van het waterwegennet is het Masterplan – Horizon 2014
van de waterwegbeheerders :
Verbetering /vernieuwing van de hinterlandontsluiting haven van Zeebrugge .
Daar de realisatie van een nieuwe binnenvaart verbinding op korte termijn niet realistisch lijkt
zijn de herbouw van de brug van Steenbrugge en de Dampoortsluis prioritair om de
verkeersafwikkeling in en rond Brugge te verbeteren en de bereikbaarheid van de haven van
Zeebrugge te verhogen. Bovendien moet de estuaire vaart verder ondersteund worden .
Op langere termijn blijft de aanleg van een volwaardige binnenvaart verbinding met
Zeebrugge noodzakelijk .
De modernisering van het kanaal naar Charleroi met o.a. de doortocht in Halle en de
vervanging van de Bospoortbrug blijft prioritair
De opwaardering van de Dender tot 1350 ton stroomafwaarts van Aalst
De afwerking van de verruiming van het Albertkanaal tussen Wijnegem en Antwerpen .
Het project om al de bruggen over het Albertkanaal te verhogen tot een vrije hoogte van
9,10 m, zodat vierlagencontainervaart op het kanaal mogelijk wordt.
De bouw van nieuwe sluizen op de Boven-Schelde en de vervanging van drie sluizen op het
kanaal Bocholt-Herentals in Mol en Lommel
4.2 Baggerwerken
Op de zijrivieren van de Schelde moet de historische achterstand inzake
onderhoudsbaggerwerken worden ingehaald naast baggerwerken op de Dender, de Leie, de
Ringvaart, het kanaal Roeselare-Leie, het kanaal Bossuit-Kortrijk, het kanaal PlassendaleNieuwpoort, de Bergenvaart, het Afleidingskanaal van de Leie, de Gentse binnenwateren en
de Bovenschelde.
De baggerwerken om het 10.000-tonsvak tussen Wintam en Willebroek te verdiepen,
moeten worden voortgezet. Om de diepgang te vrijwaren, moeten op het Albertkanaal en de
Kempense kanalen lokale onderhoudsbaggerwerken worden uitgevoerd.
4.3 Het netwerk van waterwegen onderhouden en vernieuwen
Zowel Waterwegen & Zeekanaal als de NV De Scheepvaart moeten over voldoende
middelen beschikken om de verschillende onderhouds- en vernieuwbouwprojecten van
oevers, de stabilisering van onderwatertaluds, en onderhouds- en herstellingen aan bruggen
te kunnen uitvoeren.
Bijlage 5