Inspectierapport BSO 2014

Definitief Inspectierapport
Musical Kidz (BSO)
Gershwinstraat 124
1323xRV ALMERE
Registratienummer 148639513
Toezichthouder:
In opdracht van gemeente:
Datum inspectie:
Type onderzoek:
Status:
Datum vaststelling inspectierapport:
GGD Flevoland
ALMERE
27-01-2014
Regulier onderzoek
Definitief
03-03-2014
Inhoudsopgave
Het onderzoek .................................................................................................................... 3
Observaties en bevindingen .................................................................................................. 4
Kinderopvang in de zin van de Wet kinderopvang ................................................................ 4
Pedagogisch klimaat ........................................................................................................ 5
Personeel en groepen ....................................................................................................... 7
Veiligheid en gezondheid .................................................................................................. 8
Accommodatie en inrichting .............................................................................................. 9
Ouderrecht .................................................................................................................... 10
Inspectie-items .................................................................................................................. 11
Gegevens voorziening ......................................................................................................... 16
Gegevens toezicht .............................................................................................................. 16
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum ............................................................................. 17
2 van 17
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 27-01-2014
Musical Kidz te ALMERE
Het onderzoek
Onderzoeksopzet
Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 3 van de Wet kinderopvang en
kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd regulier onderzoek.
Het onderzoek heeft zich gericht op alle domeinen, met uitzondering van de voorwaarden met
betrekking tot de oudercommissie.
Beschouwing
Kindercentrum Musical Kidz is een kleinschalige opvang op de Gershwinstraat 124 in de Muziekwijk
inAlmere. Voorheen heette het kindercentrum Deshan's Care. Na de zomer van 2013 heeft het
kindercentrum een andere naam aangenomen. Het Kindercentrum bestaat uit 1 verticale
groep KDV en een 1 groep BSO.
Aanvullende informatie
De inspectie brandveiligheid van de gemeente Almere heeft op 9 en 11 juli 2013 een bezoek
gebracht aan het kindercentrum en overtredingen geconstateerd op het gebied van de
brandveiligheid (brandtrap buitenruimte) en vergunningaanvraag. Dit heeft geleid tot het
verbieden van opvang op de 1ste (BSO) en 2de (KDV) verdieping, totdat de overtredingen zijn
hersteld. De inspectie brandveiligheid heeft nadien bepaald dat er geen brandtrap aanwezig hoeft
te zijn, omdat er voldoende mogelijkheden zijn om de ruimte te verlaten in geval van nood.
Opvang op de 1ste etage is weer toegestaan.
Huidige inspectie
De BSO heeft een kleine make-over gehad na de naamsverandering. De indeling van meubels is
her en der veranderd, er zijn meer hoeken gecreëerd. De dagindeling heeft een duidelijkere
structuur gekregen. Na school wordt er eerst een kringgesprek gehouden, waarbij verschillende
sociale vaardigheden aan bod komen. Daarna wordt er gegeten en gedronken en kan er een
activiteit worden uitgekozen. Musical Kidz zet hiermee duidelijk een visie neer in de kwaliteit die ze
willen bieden.
Tijdens de huidige inspectie zijn er overtredingen geconstateerd in de de klachtenregeling voor
ouders. Het beleid veiligheid is op punten onvoldoende beschreven.
Hoor en wederhoor
In het kader van hoor en wederhoor heeft de toezichthouder in de conceptfase de voorwaarde met
betrekking tot het plaatsen van het inspectierapport op de website, veranderd in een 'ja'.
Overleg en Overreding
In het kader van overleg en overreding heeft de toezichthouder in de conceptfase de voorwaarde
met betrekking tot de klachtenregeling aangepast in een 'ja'. De houder heeft het adres van de
sKK op de website aangepast.
Advies aan College van B&W
De toezichthouder adviseert het college om te handhaven conform handhavingsbeleid.
3 van 17
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 27-01-2014
Musical Kidz te ALMERE
Observaties en bevindingen
Kinderopvang in de zin van de Wet kinderopvang
Onder de wet Kinderopvang gelden normen voor het starten van een kindercentrum dat
bedrijfsmatig of anders dan om niet gedurende de opvang verzorging en opvoeding biedt aan
kinderen in de leeftijd van 0 jaar tot de eerste dag van de maand waarop het voortgezet onderwijs
voor die kinderen begint.
Kinderopvang en naleving wet- en regelgeving
Naar aanleiding van de reguliere inspectie op 25-03-2013 is een nader onderzoek ingesteld op de
domeinen ouders, veiligheid en gezondheid, pedagogische praktijk en klachten. Op 09-07-2013
heeft het nader onderzoek plaatsgevonden. Aan alle voorwaarden is voldaan, behalve het plaatsen
van het inspectierapport op de website. Dit punt zal tijdens deze reguliere inspectie worden
beoordeeld.
Gebruikte bronnen:
Inspectierapport reguliere inspectie 25-03-2013.
Inspectierapport nader onderzoek 07-09-2013.
Waarschuwingsbrief gemeente Almere, kenmerk 131728.
4 van 17
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 27-01-2014
Musical Kidz te ALMERE
Pedagogisch klimaat
Onder de wet Kinderopvang gelden normen voor de aanwezigheid van een pedagogisch
beleidsplan, de inhoud van een pedagogisch beleidsplan en de relatie van het beleidsplan met de
praktijk. In de praktijk dienen voorwaarden te worden vervuld voor het waarborgen van de
emotionele veiligheid van kinderen, de ontwikkeling van de persoonlijke en de sociale competentie
van kinderen en de overdracht van normen en waarden.
De observatie van de pedagogische praktijk vond plaats van 15.15 tot 16.15 uur op
maandagmiddag. De kinderen zijn vanuit school gebracht en zitten in een kring om het weekend
en de schooldag door te nemen.
Voor de observatie maakt de inspecteur gebruik van het Veldinstrument observatie kindercentrum.
Onderstaande beschrijvingen zijn aan dat instrument ontleend, en tijdens het onderzoek op locatie
geconstateerd. Na beschrijving van de voorwaarde volgt een voorbeeld uit de praktijk.
Pedagogisch beleid
Musical Kidz heeft hun kenmerkende visie op de kinderopvang beschreven;
Wij gaan er vanuit dat kinderen van nature de drang hebben zich te ontwikkelen. In onze visie
staat het kind zijn voorop. Musical Kidz vindt het belangrijk om de kinderen te stimuleren en
begeleiden in hun ontwikkelingen maar ook in hun talenten.
bron: pedagogisch beleidsplan Musical Kidz
Aan alle items, die betrekking hebben op het pedagogisch beleid, wordt voldaan.
Aandachtspunt; In het pedagogischs beleidsplan wordt gesproken over maximaal 16 én 20
kinderen.
Pedagogische praktijk
Emotionele veiligheid
Kinderen hebben vaste beroepskrachten en bekende leeftijdsgenootjes om zich heen
Er is veel leeftijd-afstand tussen de kinderen, met name de kleuters en de bovenbouw kinderen.
Bijvoorbeeld; Het oudste kind op de groep is de enige in haar leeftijdscategorie. Zij heeft geen
aansluiting bij de rest van de groep.
Sociale competentie
De beroepskrachten ondersteunen de kinderen in de interactie tussen de kinderen
onderling
De beroepskrachten moedigen interactie tussen de groepsgenoten aan. Zij helpen de kinderen
contact met elkaar te maken door ze op elkaar te richten.
Bijvoorbeeld; De middag begint met een kringgesprek. De kinderen vertellen om de beurt hoe hun
weekend was en wat ze op school hebben gedaan. Het onderwerp ruzie komt naar voren naar
aanleiding van een verhaal. De beroepskracht vraagt aan de kinderen; "Hoe los je een ruzie
eigenlijk op?"
Normen en waarden
Afspraken regels en omgangsvormen zijn duidelijk
De beroepskrachten kennen de afspraken, regels en omgangsvormen. Zij passen deze consequent
toe.
Bijvoorbeeld; Tijdens het kringgesprek praat één van de kinderen door een verhaal heen. De
beroepskracht corrigeert het kind en vraagt deze stil te zijn. De beroepskracht zorgt ervoor dat de
kinderen de ruimte krijgen om te spreken.
Op basis hiervan is geconstateerd dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan:
5 van 17
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 27-01-2014
Musical Kidz te ALMERE
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid.
(art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit
kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
Gebruikte bronnen:
•
Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (houder)
•
Observaties (op de groep)
•
Pedagogisch beleidsplan (op de website, dagdatum juni 2013)
6 van 17
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 27-01-2014
Musical Kidz te ALMERE
Personeel en groepen
Onder de wet Kinderopvang gelden normen voor verklaringen omtrent het gedrag, passende
beroepskwalificatie, de inzet van pedagogisch medewerkers in ontwikkeling en het gebruik van de
Nederlandse taal. Tevens gelden normen voor de groepsgrootte en de verhouding tussen het
aantal beroepskrachten en aantal kinderen (de beroepskracht-kind-ratio).
Op het moment zijn de houder en de leidinggevende de enige beroepskrachten op de BSO. Door
krimping van kindaantallen zijn een aantal beroepskrachten na de kerstvakantie laten gaan.
Verklaring omtrent het gedrag
De twee houders, de leidinggevende en twee chauffeurs hebben een geldige VOG getoond. De
VOG's voldoen aan de normem die door de continue screening zijn vastgesteld.
Passende beroepskwalificatie
De beroepskracht en leidinggevende beschikken over een passende beroepskwalificatie.
Beroepskracht-kindratio
Op moment van inspectie waren er 7 kinderen en 1 beroepskracht aanwezig. Op het kindercentrum
is een KDV aanwezig. In het kindercentrum is altijd iemand aanwezig in geval van calamiteiten.
Opvang in groepen
Na de naamswijziging van het kindercentrum heeft de groep een nieuwe naam gekregen: The
Incredibles. Op het moment bestaat de groep uit maximaal 10 kinderen in de leeftijden 4 tot 12
jaar.
Gebruik van de voorgeschreven voertaal
De voertaal is Nederlands.
Gebruikte bronnen:
•
Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (houder)
•
Observaties (op de groep)
•
Verklaringen omtrent het gedrag (leidinggevende, houders, 2 chauffeurs)
•
Diploma's beroepskrachten (leidinggevende en houder)
7 van 17
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 27-01-2014
Musical Kidz te ALMERE
Veiligheid en gezondheid
Onder de wet Kinderopvang gelden normen voor de waarborging van de veiligheid en gezondheid
van kinderen. De houder legt in een risico-inventarisatie schriftelijk vast welke risico’s de opvang
van kinderen met zich meebrengt. Verder gelden normen voor de inhoud en uitvoering van de
risico-inventarisatie.
Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid
Op locatie is een risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid aanwezig. Het heeft
als datum maart 2013, aangepast in juni 2013. In het actieplan worden de maatregelen bij de
risico's beschreven, evenals de verantwoordelijke persoon.
In het zeil in de groepsruimte zitten drie gaten. De gaten zijn afgeplakt, maar het is een tijdelijke
oplossing. Dit risico is onvoldoende geïnventariseerd en de kans op een ongeval wordt onvoldoende
ingeschat. Tevens wordt geen actie beschreven.
De nooduitgangtrap, die vanuit de BSO toegang geeft tot de buitenruimte, is voor de helft
afgezaagd. Wanneer de schuifdeur geopend zou worden, komt men terecht op een niet afgesloten
trap die ongeveer anderhalve meter boven de grond eindigt. De maatregelen om dit valgevaar te
voorkomen worden niet beschreven.
Op basis hiervan is geconstateerd dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan:
In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn
respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de
samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de maatregelen.
(art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit
kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Meldcode kindermishandeling
De houder maakt gebruik van de Meldcode kindermishandeling (juli 2013) die door het JSO is
geschreven in opdracht van de Branchevereniging. De leidinggevende is de aandachtsfunctionaris.
In oktober 2013 hebben alle beroepskrachten een cursus meldcode kindermishandeling gehad.
Naar aanleiding van deze cursus zijn leiding en beroepskrachten zich meer gaan bezighouden met
de inhoud van de Meldcode.
Gebruikte bronnen:
•
Risico-inventarisatie veiligheid (maart 2013, aangepast juni 2013)
•
Risico-inventarisatie gezondheid (maart 2013, aangepast juni 2013)
•
Actieplan veiligheid
•
Actieplan gezondheid
•
Meldcode kindermishandeling (JSO juli 2013)
8 van 17
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 27-01-2014
Musical Kidz te ALMERE
Accommodatie en inrichting
Onder de wet Kinderopvang gelden normen voor de accommodatie en inrichting van de
binnenruimte en de buitenspeelruimte.
Binnenruimte
De ruimte is ingericht in overeenstemming met het pedagogisch beleid. Er zijn verschillende
kamers, elk met een eigen functie. In de grote groepsruimte staat een lange tafel waaraan gegeten
wordt. Er is een huishoek en een bouwhoek en een bureau. In de aangrenzende ruimte staat een
spelletjeskast, er kan worden gecomputerd. In diezelfde ruimte kunnen kinderen zich ook even
terugtrekken en wanneer toegestaan, tv kijken.
Buitenspeelruimte
De BSO beschikt niet over een eigen buitenruimte. Er wordt gebruik gemaakt van
speelgelegenheden in de omgeving. In de risico-inventarisatie is een veilige route naar de
speelgelegenheden opgenomen.
Gebruikte bronnen:
•
Observaties (op de groep)
9 van 17
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 27-01-2014
Musical Kidz te ALMERE
Ouderrecht
Onder de wet Kinderopvang gelden normen voor het instellen van een oudercommissie, het
reglement, de samenstellingen werkwijze van de oudercommissie, het adviesrecht van de
oudercommissie en de informatieverstrekking aan ouders.
De wet Klachtrecht cliënten zorgsector stelt eisen aan het kindercentrum. Het gaat hier om een
klachtenregeling met waarborgen voor een onafhankelijke afhandeling en het vastleggen in een
openbaar verslag. De wet Kinderopvang stelt eisen aan het treffen van een klachtenregeling voor
oudercommissies.
Informatie
Het inspectierapport staat op de nieuwe website van Musical Kidz.
Klachten
De houder heeft een klachtenregeling waarin duidelijk de interne en externe klachtenregeling wordt
beschreven. De houder is aangesloten bij de sKK voor de behandeling van externe klachten.
Op de website van Musical Kidz wordt verwezen naar de sKK voor een klachtenregeling. Echter, het
adres van de sKK waarnaar verwezen wordt is een oud adres.
Overleg en Overreding
In het kader van overleg en overreding heeft de toezichthouder de voorwaarde met betrekking tot
de klachtenregeling aangepast in een 'ja'. De houder heeft het adres van de sKK op de website
aangepast.
Gebruikte bronnen:
•
Website (www.musicalkidz.nl)
•
Klachtenregeling
•
Jaarverslag Wet klachtrecht cliënten zorgsector (2012)
•
Klachtenregeling oudercommissie (2012)
•
Jaarverslag klachtenregeling oudercommissie (2012)
10 van 17
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 27-01-2014
Musical Kidz te ALMERE
Inspectie-items
Kinderopvang in de zin van de Wet kinderopvang
Kinderopvang in de zin van de wet
De opvang vindt bedrijfsmatig of anders dan om niet plaats.
(art 1.1 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 Beleidsregels werkwijze
toezichthouder)
Gedurende de opvang wordt verzorging en opvoeding geboden en een bijdrage geleverd aan de
ontwikkeling van kinderen.
(art 1.1 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 Beleidsregels werkwijze
toezichthouder)
De opvang is gericht op kinderen in de leeftijd dat ze naar het basisonderwijs kunnen gaan.
(art 1.1 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang
en peuterspeelzalen; art 3 lid 1 Beleidsregels werkwijze toezichthouder)
Kinderopvang en naleving wet- en regelgeving
Er loopt geen handhaving in het kader van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen
peuterspeelzalen tegen de vestiging(en) van de houder.
(art 1.49 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 3 Beleidsregels werkwijze
toezichthouder)
De houder treft maatregelen om recidive van eerder geconstateerde tekortkomingen in zijn
vestiging(en) te voorkomen.
(art 1.49 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 3 Beleidsregels werkwijze
toezichthouder)
Pedagogisch klimaat
Pedagogisch beleid
De houder heeft een pedagogisch beleidsplan waarin de voor dat kindercentrum kenmerkende visie
op de omgang met kinderen is beschreven.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
In het pedagogisch beleidsplan staat in duidelijke en observeerbare termen het volgende
beschreven: de wijze waarop de emotionele veiligheid van kinderen wordt gewaarborgd, de
mogelijkheden voor kinderen tot de ontwikkeling van hun persoonlijke- en sociale competentie, en
de wijze waarop de overdracht van normen en waarden aan kinderen plaatsvindt.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de werkwijze, de
maximale omvang en de leeftijdsopbouw van de basisgroep.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub b Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen bij welke
(spel)activiteiten kinderen hun basisgroep verlaten.
(art 1.50 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub c Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe beroepskrachten
bij hun werkzaamheden worden ondersteund door andere volwassenen.
(art 1.50 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub d Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is
vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is.
(art 1.50 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub g Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
11 van 17
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 27-01-2014
Musical Kidz te ALMERE
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is
vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum wordt ingezet in afwijking van
de beroepskracht-kindratio.
(art 1.50 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub g Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop
kinderen kunnen wennen aan een nieuwe basisgroep waarin zij zullen worden opgevangen.
(art 1.50 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub e Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen het beleid ten
aanzien van het gebruik maken van kinderopvang gedurende extra dagdelen.
(art 1.50 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub f Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Pedagogische praktijk
De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid.
(art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit
kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van
persoonlijke competentie te komen.
(art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit
kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van
sociale competentie te komen.
(art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit
kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden.
(art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit
kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
Personeel en groepen
Verklaring omtrent het gedrag
De verklaring omtrent het gedrag van de houder is bij het indienen van de aanvraag tot exploitatie
aan het college van B&W overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden.
(art 1.50 lid 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum
exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die niet ouder is dan twee jaar.
(art 1.50 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang
van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd.
(art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is bij aanvang
van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden.
(art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Passende beroepskwalificatie
Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie
zoals in de cao kinderopvang is opgenomen.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1, 2 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
12 van 17
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 27-01-2014
Musical Kidz te ALMERE
Beroepskracht-kindratio
De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige
kinderen in de groep bedraagt ten minste:
- 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar.
- 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar.
Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten
berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 3 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF
De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige
kinderen in de groep bedraagt ten minste:
- 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8
jaar.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder heeft geregeld dat een andere volwassene telefonisch bereikbaar is en binnen 15
minuten aanwezig kan zijn in geval van een calamiteit, indien conform de beroepskracht-kindratio
slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 3, 4, 5 en 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Opvang in groepen
Ieder kind behoort bij een basisgroep.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang
en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De basisgroep bestaat uit maximaal twintig kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot de leeftijd waarop
het basisonderwijs voor die kinderen eindigt.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF
De basisgroep bestaat uit maximaal dertig kinderen in de leeftijd van 8 jaar tot de leeftijd waarop
het basisonderwijs voor die kinderen eindigt.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Indien een kind in een andere basisgroep dan de vaste basisgroep wordt opgevangen, dan duurt
dat niet langer dan de tussen houder en ouder schriftelijk overeengekomen periode.
(art. 1.50 lid 2 Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang
en peuterspeelzalen; art. 6 lid 11 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Gebruik van de voorgeschreven voertaal
De voorgeschreven voertaal wordt gebruikt.
(art 1.55 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
OF
Er wordt een andere taal als voertaal gebezigd, omdat de herkomst van de kinderen in deze
specifieke omstandigheid daartoe noodzaakt, overeenkomstig een door de houder vastgestelde
gedragscode.
(art 1.55 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Veiligheid en gezondheid
Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid
De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid van maximaal een jaar oud.
(art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie.
(art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3
Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
13 van 17
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 27-01-2014
Musical Kidz te ALMERE
De houder beschrijft de veiligheidsrisico’s op de thema’s: verbranding, vergiftiging, verdrinking,
valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden.
(art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub a en lid 3 Besluit
kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn
respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang
tussen de veiligheidsrisico’s en de maatregelen.
(art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen)
De registratie van ongevallen bevat per ongeval de aard en plaats van het ongeval, het jaar waarin
het ongeval zich heeft voorgedaan en een overzicht van getroffen maatregelen.
(art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 3 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van
de vastgestelde risico-inventarisatie veiligheid.
(art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid van maximaal een jaar oud.
(art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie.
(art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3
Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder beschrijft de gezondheidsrisico’s op de thema’s: ziektekiemen, binnenmilieu,
buitenmilieu en medisch handelen.
(art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub a en lid 3 Besluit
kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn
respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang
tussen de gezondheidsrisico’s en de maatregelen.
(art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van
de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid.
(art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Meldcode kindermishandeling
De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven
eisen.
(art 1.51a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2a Besluit kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode.
(art 1.51a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Accommodatie en inrichting
Binnenruimte
De binnenruimte is passend ingericht in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van de op
te vangen kinderen.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen; art 8 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Buitenspeelruimte
De niet-aangrenzende buitenspeelruimte is in de directe nabijheid van het kindercentrum.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen; art 10 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
14 van 17
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 27-01-2014
Musical Kidz te ALMERE
Ouderrecht
Informatie
De houder informeert de ouders over het te voeren beleid.
(art 1.54 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder informeert ouders en personeel over het inspectierapport door het zo speodig mogelijk
na ontvangst op de eigen website te plaatsen. Indien geen website aanwezig is legt de houder een
afschrift van het inspectierapport op een voor ouders en personeel toegankelijke plaats.
(art 1.54 lid 2 en 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Klachten
De houder treft een regeling voor de behandeling van klachten van ouders die voldoet aan de
beschreven eisen.
(art 2 lid 1 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)
De houder brengt de klachtenregeling voor ouders op passende wijze bij hen onder de aandacht.
(art 2 lid 1 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)
De houder ziet erop toe dat de klachtencommissie voor ouders werkt met een reglement.
(art 2 lid 3 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)
De houder hanteert de termijn waarbinnen schriftelijk wordt gereageerd naar aanleiding van een
oordeel van de klachtencommissie.
(art 2 lid 5 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)
De houder leeft geheimhoudingsplicht na.
(art 2 lid 4 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)
De houder draagt er zorg voor dat over elk kalenderjaar een openbaar klachtenverslag van ouders
wordt opgesteld, waarin ten minste een aantal vaste onderdelen wordt aangegeven.
(art 2 lid 7 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)
De houder zendt het klachtenverslag van ouders voor 1 juni van het daaropvolgende kalenderjaar
aan de GGD.
(art 2 lid 9 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)
De houder treft een regeling voor de behandeling van klachten van de oudercommissie over een
door hem genomen besluit als bedoeld in artikel 1.60, eerste lid die voldoet aan de beschreven
eisen.
(art 1.60a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder brengt de klachtenregeling oudercommissie op passende wijze bij hen onder de
aandacht.
(art 1.60a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder zorgt voor naleving van de klachtenregeling oudercommissie.
(art 1.60a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat over elk kalenderjaar een openbaar klachtenverslag
oudercommissie wordt opgesteld, waarin ten minste een aantal vaste onderdelen wordt
aangegeven.
(art 1.60a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder zendt het klachtenverslag oudercommissie voor 1 juni van het daaropvolgende
kalenderjaar aan de GGD.
(art 1.60a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
15 van 17
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 27-01-2014
Musical Kidz te ALMERE
Gegevens voorziening
Opvanggegevens
Naam voorziening
Website
Aantal kindplaatsen
: Musical Kidz
: http://www.musicalkidz.nl
: 20
Gegevens houder
Naam houder
Adres houder
Postcode en plaats
Website
KvK nummer
:
:
:
:
:
Deshan's Care
A den Doolaardstraat 1
1321xGA ALMERE
www.deshanscare.nl
52263576
Gegevens toezichthouder (GGD)
Naam GGD
Adres
Postcode en plaats
Telefoonnummer
Onderzoek uitgevoerd door
:
:
:
:
:
GGD Flevoland
Postbus 1120
8200xBC LELYSTAD
088-0029910
E. Laan
Gegevens opdrachtgever (gemeente)
Naam gemeente
Adres
Postcode en plaats
: ALMERE
: Postbus 200
: 1300 AE ALMERE
Gegevens toezicht
Planning
Datum inspectie
Opstellen concept inspectierapport
Zienswijze houder
Vaststelling inspectierapport
Verzenden inspectierapport naar houder
en oudercommissie
Verzenden inspectierapport naar
gemeente
Openbaar maken inspectierapport
:
:
:
:
:
27-01-2014
13-02-2014
24-02-2014
03-03-2014
03-03-2014
: 03-03-2014
:
16 van 17
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 27-01-2014
Musical Kidz te ALMERE
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum
De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport.
Datum
20 februari 2014
Onderwerp
Kindercentrum Musical kidz- BSO
Geachte toezichthouder,
Conform het ontvangen concept inspectierapport van 13 februari 2014 berichten wij u als volgt;
Verwijzend naar pagina 10, waarborgen van emotionele veiligheid
Zoals aangegeven in een telefonisch gesprek vinden wij dat dit een moment opname is. Wij
vinden namelijk dat wij wel de emotionele veiligheid van de kinderen waarborgen. Tijdens de
inspectie waren de kinderen druk, dit komt ook doordat de kinderen iemand anders op de groep
zien die ze niet kennen. Wij vragen u daarom om dit punt te herzien omdat wij vinden dat dit
slechts een moment opname is geweest.
Verwijzend naar pagina 8, maatregelen die genomen worden ivm de veiligheidsrisico’s
De risico inventarisatie en actieplannen zijn aangepast. ( zie bijlagen)
Verwijzend naar pagina 10, plaatsen van inspectie rapport op de website.
Hierover hebben wij al contact gehad, het inspectie rapport stond wel op de website, u gaf aan
verkeerd te hebben gekeken en dit z.s.m te zullen aanpassen.
Verwijzend naar pagina 10, de klachtenregeling op passende wijze onder de aandacht
van de ouders en oudercommissie brengen
De informatie op de website is aangepast
Wij hopen u hiermee voldoende te hebben ingelicht.
Mocht u nog vragen en/of opmerkingen hebben dan horen wij graag van u.
Met vriendelijke groet,
Kindercentrum Musicalkidz
036-5464340
Mevr.S.Groevenstein
Leidinggevende
17 van 17
Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 27-01-2014
Musical Kidz te ALMERE