Download PDF - Marloes Tervoort

Ik wil naar
huis…
Als de bestemming is bereikt, knaagt dat gevoel
zich bij sommigen via de onderbuik al snel naar
boven. O jee, heimwee. En voorbehouden aan
kinderen is heimwee zeker niet. Wat als je er als
volwassene nog steeds last van hebt?
62
25 | 13
25 | 13
63
Verlangen en nostalgie
Psycholoog Miranda van Tilburg onderzocht
het verschijnsel heimwee vanuit
­psychologisch perspectief en promoveerde
op dat onderwerp. Zij omschrijft heimwee
als een gevoel waarbij de vertrouwde om­
geving, de nieuwe plaats van bestemming
en iemands persoonlijkheid van invloed op
elkaar zijn. “Heimwee, of de mate waarin
het zich voordoet, wordt bepaald door
iemands karakter. Maar het kan ook zomaar de kop
­opsteken op latere leeftijd, terwijl iemand er eerder
nooit last van had. Bij een verhuizing bijvoorbeeld,
waarbij het moeite kost om in de nieuwe omgeving
te aarden.”
Daarover kan Britta (50) meepraten. Zij verhuisde in
1986 als Duitse uit Hamburg naar Amsterdam, haar
Nederlandse geliefde achterna. “Ik vond Amsterdam een
leuke stad. Open, niet groot, maar wel werelds. Ik was
verliefd en had wel zin in een avontuur.” Toen Britta zich
eenmaal in Amsterdam had gevestigd, viel het niet altijd
mee om hier te aarden. “In Duitsland was ik gewend
om spontaan bij mijn vrienden langs te gaan. Dat heb
ik in Nederland snel afgeleerd. Mensen hier willen hun
afspraken plannen. Om zes uur ’s avonds hoef je al hele­
maal niet onverwacht langs te komen, dan staat het eten
op tafel. Nederlanders waren in de jaren tachtig ook nog
niet zo erg pro-Duits, ik moest me altijd verantwoorden
voor waar ik vandaan kwam. Dat zorgde ervoor dat ik
die eerste tijd in Nederland last had van heimwee.”
Als we de theorie van Van Tilburg moeten geloven,
leed Britta aan typische verhuisheimwee. Een vorm van
­verlangen naar ‘huis’, dat voortkomt uit aanpassings­
moeilijkheden. Niet alleen iemands huis en omgeving
zijn nieuw, maar de inwoners en de mentaliteit verschil­
len met de oude, vertrouwde wereld. Er heersen andere
omgangsvormen en er wordt in een ander dialect of zelfs
andere taal gesproken. Dat zijn veel veranderingen.
Gelukkig bleef er in Britta’s nieuwe woonplaats
Amsterdam genoeg over om niet terug naar Duitsland te
gaan: een mooie liefde, een leuke stad. “Na verloop van
tijd had ik hier een leven opgebouwd. Ik kreeg kinderen,
ik vond een baan en maakte nieuwe vrienden, onder wie
een aantal Duitse. Natuurlijk verlangde ik in de afgelopen
jaren nog steeds naar Duitsland, maar meer als ik door
de feestdagen of een bepaalde plek aan vroeger moest
denken. Dat voelt meer als een verlangen naar mijn
jeugd, en dat zou ik in Duitsland ook hebben gehad.”
Miranda van Tilburg bevestigt Britta’s constatering.
‘Het helpt om de dagelijkse
routine van thuis tijdens
de vakantie ­zo veel mogelijk
vast te houden’
64
25 | 13
“Meestal verdwijnt het gevoel van heimwee zo’n zes tot
twaalf maanden na een verhuizing. Daarna verandert
het naar een soort nostalgisch gevoel, dat je hebt als je
herinneringen aan vroeger ophaalt. Het is dan niet meer
dat intense verlangen, waarbij je je heel erg vervelend
voelt.”
‘Ideale’ bestemming
Als mensen langer doen over het overwinnen van hun
gevoelens van heimwee kan dat verschillende oorzaken
hebben. Zo wijt Angelique haar extreme heimwee
aan haar nare kindertijd. “Ik heb geen leuke jeugd
gehad en ben nu zó blij met hoe ik mijn eigen leven
heb opgebouwd. Mijn eigen huisje in een vertrouwde
omgeving. Daar voel ik me veilig en is alles zoals ik het
prettig vind. Als ik niet thuis ben, voel ik me ontheemd.
Dat gevoel wordt in de loop van de avond zo sterk, dat
ik het niet meer kan loslaten en pas weer rustig word
als ik ook echt naar huis ga. Ik geef niet altijd aan dat
­gevoel toe, maar dan slaap ik dus slecht en zit ik mijn
tijd uit. Zo voelt dat.”
Van Tilburgs onderzoek toonde ook aan dat de een vat­
baarder is voor heimwee dan de ander. “Mensen met een
planmatige aanleg, die waarde hechten aan de dagelijkse
routine, hebben eerder last van heimweegevoelens dan
mensen die gewoon kijken wat de dag ze brengt. Dat is
ook wel logisch. Als je gehecht bent aan de routine van
elke dag dezelfde handelingen op dezelfde manier, op
dezelfde plek, is dat op vakantie wel even wennen.”
Het helpt om de dagelijkse routine van thuis tijdens de
vakantie, of op het logeeradres, zo veel mogelijk vast te
houden. Een andere tip is om overdag zo actief mogelijk
te zijn, zodat er weinig momenten ontstaan waarop
heimwee kan toeslaan. “Ga lekker surfen, wandelen en
de stad verkennen, zodat je geen tijd hebt om te mijme­
ren over thuis.” Om het moeilijke moment van naar bed
gaan te doorstaan, kan het helpen om je eigen kussen en
je vertrouwde wekker van thuis bij je te hebben. “Dat
klinkt misschien kinderachtig, maar het helpt ook vol­
wassenen om zich minder ontheemd te voelen,” aldus
de psychologe.
Volgens Van Tilburg helpt het om voor het plannen van
een verhuizing of vakantie naar een nieuwe plek goed
na te denken over de plaats van bestemming. “Ga je er
dingen vinden die je aanspreken? Past de plek bij je per­
soonlijkheid? Als je heel erg van rust en kleinschaligheid
houdt, is een drukke wereldstad misschien niet de
­bestemming voor jou. Heimwee krijgen is niet zo gek,
maar om er overheen te komen moeten er wel voor­
waarden zijn om op de nieuwe plek te kunnen aarden.”
Een kind met heimwee:
ophalen of niet?
Wat doe je als je kind
­huilend aan de telefoon
hangt, vlak voor het naar
bed gaat op zijn logeer­
adres, of nog erger: mid­
den in de nacht? Spring je
in de auto om je huilende
kind naar zijn vertrouwde
thuis te brengen, of laat je
hem door de zure appel
heen bijten? Psycholoog
Steven Pont adviseert om
je kind in elk geval niet te
snel naar huis te laten
gaan. “Daarmee bevestig
je indirect dat het erg is
om niet thuis te zijn.” Even
telefoneren kan een
oplossing zijn, maar dan
wel een van tevoren
af­gesproken kort
gesprekje. Pont: “Praat
dan vooral over alle bij­
zondere dingen op de plek
waar het kind is. Noem
een leuk vooruitzicht: iets
wat hij morgen gaat doen.
Maar zeg niet tegen een
kind dat heimwee niet
nodig is. Dat heeft het vast
al tegen zichzelf gezegd;
heimwee is niet rationeel.
Zie het kind liever als een
volwaardige gespreks­
partner. Zeg dat het kan
gebeuren dat je heimwee
hebt, dat veel mensen
dat gevoel kennen, en dat
­jullie samen een oplossing
bedenken. Juist door dat
met elkáár te doen, geef je
het kind het gevoel dat hij
de angst zelf kan beheer­
sen. Pas dan leert het kind
met heimwee om te gaan
en ziet hij dat uit logeren
gaan moeilijk, maar uit­
eindelijk vooral leuk is. ­
De beste remedie tegen
heimwee is een goede
ervaring.”
Ouders kunnen volgens
psycholoog Miranda van
Tilburg een groot verschil
maken. “Als ouder kun je
je kind met heimwee
­helpen door het weg van
huis zijn geleidelijk op
te bouwen. Laat je kind
eerst een nachtje bij een
bekende slapen, bijvoor­
beeld opa en oma. Dan bij
een vriendinnetje, dicht
bij huis. Dan eens twee
nachtjes, in plaats van één
en daarna eens een keer
wat verder van huis. Je
helpt je kind meer door
hem te leren omgaan met
de heimwee, dan ervoor
te beschermen en de
­confrontatie uit de weg
te gaan.”
tekst: marloes tervoort. illustratie: kristel steenbergen.
Als Angelique (42) op een andere plek is dan
haar vertrouwde thuis, gaat het overdag nog
best goed. Dan doet ze leuke dingen en ge­
niet ze zelfs van de andere omgeving. “Maar
tegen de tijd dat ik naar bed moet, hoeft het
van mij niet meer. Dan word ik zenuwach­
tig. Ik mis mijn vertrouwde omgeving en dat
uit zich in een misselijk gevoel en buikpijn.
En dan wil ik nog maar één ding: naar huis.
Het liefst zo snel mogelijk.” Langer dan
vijf dagen gaat Angelique dan ook niet op
vakantie. En zelfs dan gebeurt het geregeld
dat ze na drie dagen weer thuis op de bank
zit. “Dan voel ik me schuldig tegenover mijn
man, maar zelf ben ik enorm opgelucht.”
Zo extreem als bij Angelique komt heimwee
niet veel voor bij volwassenen. Maar een
vreemde emotie is heimwee niet: uit onder­
zoek komt naar voren dat tussen de vijftig
tot negentig procent van de Nederlanders
op vakantie gevoelens van heimwee kent.
En buitenlands onderzoek toonde aan dat
tussen de vijftig en 75 procent van de vol­
wassenen geregeld last heeft van heimwee.
Bij ongeveer vijftien procent van hen neemt
de heimwee ernstige vormen aan, zoals bij
Angelique, waardoor het een beperkende
invloed op hun leven heeft.
25 | 13
65