Les 66 - Muziek - Welkom bij Succat Yeshua

Les 65 - Antwoorden
Opdracht 2: Psalm 150. Beluister de gezongen psalm 150, noteer de uitspraak en de vertaling
‫א ההלללווּה‬
haleloe yáh *
Looft Jahweh
‫ללוואלהַלְולשו‬
ֹ ‫;הל‬
‫ה‬
halelu el* beqádsho**
Looft God in zijn heiligdom
‫הַהלְְּוההוּזו‬,‫ללוהו‬
ְ
‫הל‬.
‫ה‬
haleloehoe birqia oezo**
Looft Hem in de hemel van zijn kracht
‫תּו‬B‫ללוהוהבגלבוה‬
ְ
‫ב ההל‬
haleloehoe bigvoerotáy***
Looft Hem om zijn heldhaftigheid (?)
‫בהּוללו‬B‫הְלה‬,‫הלללוהו‬.
‫ה‬
haleloehoe kerov goedlo **
Looft Hem om zijn overweldigende grootheid
‫הַ ֹתְהוהשופה‬,‫ללוהו‬
‫ל‬
‫ג ההל‬
haleloehoe beteqa shofár
Looft Hem met het blazen van de trompet
e
e
e
‫ֹבלהולהְּוה‬
‫הַ ל‬,‫ללוהו‬
‫ל‬
‫הל‬.
‫ה‬
Hal loehoe b nevèl w chinnor
Looft Hem met harp en lier
‫ההומחול‬B‫הַת‬,‫ללוהו‬
‫ל‬
‫ד ההל‬
haleloehoe betof oemáchol
Looft Hem met trommel en dans
‫למְְּּהולוּגב‬
ְ ַ‫ה‬,‫הלללוהו‬.
‫ה‬
haleloehoe beminniem we'oegáv Looft Hem met snarenspel en fluit
‫ללוהוהַ ְצל לצלֹּוש המו‬
‫ל‬
‫ה ההל‬
haleloehoe betziltzele-sháma
Looft Hem met luide cimbalen
‫ֹּהתהווה‬
‫הַ ְצל לצל ל‬,‫ללוהו‬
‫ל‬
‫הל‬.
‫ה‬
haleloehoe betziltzele teroe'áh
Looft Hem met jubelende cimbalen
‫הש ההָֹלהּה‬,‫ה‬
‫לההּלשמ ל‬Bְ
‫ה‬
‫ו‬
kol haneshámáh, tehallel yáh
Alle levensadem, u zult Jahweh loven
e
‫ההלללווּה‬.
hal loe-yáh
Looft Jahweh
* ‫ ּה‬is een afkorting van de Godsnaam ‫ּהוה‬, en ‫ אֹל‬el is een afkorting van Elohim, God.
** Met bezitsuitgang ‫ו‬
*** Ook een bezitsuitgang?
In de Naardense Bijbel van ds. Pieter Oussoren staat het zo vertaald:
Alleluia, looft God in zijn héilig doméin,
looft hem met páukslag en réidans,
lóoft hem in zijn máchtig gewélf;
lóoft hem met snáren en pánfluit;
looft hem om zijn móedige dáden,
looft hem met klánkrijke címbels,
looft hem om het véle ván zijn gróotheid;
looft hem met schállendé cimbálen;
looft hem met een stóot op een rámshoorn,
alle levensadem lóve de ÉNE: allélúiá!
lóoft hem met líer en hárp;
Les 66 - Muziek
In de lessen 47, 53, 62 en 65 kwamen we al een aantal
muziekinstrumenten tegen. Hier volgen er nog een paar.
‫מוסְּה‬
ְ
ּ‫ְּא‬
‫מוס ה‬
ְ
ְּ‫מוסְְל‬
‫ְול לצהלת‬
‫להחהן‬
‫הְּגון‬,‫ְגון‬
‫המל ְג ה‬
‫הְֹּּן‬,‫ְֹּן‬
‫הגן‬
‫המה לגלת‬,‫ֹן‬
‫למהג ל‬
‫הלגְּ ה‬,‫ל ְג ה‬
ְּ‫ְלל‬
‫לְלְּהלגְּ ה‬
‫ֹּ־הְשה‬
‫לְל ה‬
‫לשּפה‬
ְ ‫לְלֹּ־‬
‫ְללֹּ־פלהְּטה‬
‫שת‬
‫ֹּ־ְ ל‬
‫לְל ל‬
‫הְְּּוה‬,‫ְְּוה‬
‫הְהּהְּת‬,‫ְהּה‬
‫החלְּל‬
‫חהלְּלן‬
moesiqáh (v)
Muziek
moesiqay (m)
Musicus
moesiqálie (bn)
Muzikaal
qontsèrt (m)
Concert
lachan (m)
Melodie
nigoen (m)
Melodie, wijsje
mangináh (v)
Melodie
niggen [pi'el]
Spelen (muziek), musiceren
nagán (m) *
Speler van muziek, musicus
menagen, menagènèt Mucicus, musica
negináh (v)
Het spelen van muziek; klemtoon
k'lie (m)
Instrument, mv ְְּ‫ ְֹל‬, constr ֹּ‫ְלל‬
k'lie negináh
Muziekinstrument
k'le-haqásháh
Slagwerk, slaginstrumenten
e
k'le-n shifáh
Blaasinstrumenten
k'le-peritáh
Tokkelinstrumenten
k'le-qèshèt
Strijkinstrumenten
kinnor (m)
Viool, lier, citer
kannár, kannáriet * Violist, violiste
chaliel (m)
Fluit
chalilán (m) *
Fluitist
Harp, trompetten en lier afgebeeld op munten uit de tijd van de Bar Kochba-opstand.
‫הווגב‬,‫וּגב‬
oegáv (m)
(Pan)fluit (oud), orgel (nieuw)
‫ֹבלל‬
nevèl (m)
Harp
‫השוה‬,‫ה‬B‫ש‬
tof (m)
Trommel, tamboerijn
‫שופה‬
shofár (m)
Ramshoorn; trompet
e
‫תלהווהה‬
t roe'áh (v)
Trompet
‫החצוצלהה‬,‫להה‬
‫צ‬
‫צ‬B‫צחצ‬
chatzotzráh (v)
Trompet
e
ְְּּ‫לש‬
‫המצְּל ה‬,ְְ
‫לשּ ל‬
‫ למ ְצל ה‬m tziltayiem (m mv) Bekkens, cimbalen
‫סלשֹה‬
‫פל ה‬
psanter (m)
Snarenspel (oud), piano (nieuw)
‫לתה־ְ ה‬
ֹ ‫לפ הס‬
psanter-kánáf
Vleugel
‫לתהן‬
‫לפ הס ל‬
psantrán (m) *
Pianist
‫שמהח‬
sámach [pa'al]
Zich verheugen, vrolijk zijn, gelukkig zijn; zie les 62.
‫ְול‬
qol (m!)
Stem, klank, geluid ‫ְולות‬
omán (m)
‫מאמן‬
Kunstenaar, artist, meester
e
‫ְלמו‬
k mo (vw)
Zoals, gelijk aan; zie les 34
* De klankcombinatie a – á wijst gewoonlijk op de persoon die iets doet, zie les 43.
Opdracht 1: Geef de vervoeging van het werkwoord Musiceren, muziek maken (play an
instrument) ‫הְֹּּן‬,‫{ ְֹּן‬niggen} [pi'el]. Controleer jezelf met de website http://www.hebrewverbs.co.il of http://www.hebrewatmilah.org/maskilon1/index.htm
Persoon Tegenwoordige tijd
Verleden tijd
Ik (m)
Ik (v)
Jij (m)
Jij (v)
‫למה לּלת‬
menaggènèt
Hij
Zij
Wij (m)
Wij (v)
Jullie (m)
Jullie (v)
Zij (m)
‫ְּ לּ ו‬
nignoe
Zij (v)
Gebiedende wijs: m:
,v:
Infinitief: ‫ להֹּן‬lenaggen
Toekomende tijd
‫צאהֹּן‬
anaggen
Persoon
ְּ‫צא‬
ְּ‫צא‬
‫אשה‬
‫את‬
‫ל‬
‫הוא‬
‫הְּא‬
‫הח ו‬
‫צא ל‬
‫הח ו‬
‫צא ל‬
ְ‫אש‬
‫ל‬
‫אשן‬
‫ל‬
ְֹ‫ה‬
‫ֹהן‬
, meervoud:
Opdracht 2: Geef de vertaling en de uitspraak
‫הללְולהווגב‬,‫ְש למחו‬
‫ההולהְּוהּהולּ ל‬B‫הְלת‬,‫ְשאו‬
‫ּ ל‬.
‫ֹןהַפלסה ל ֹתההְלמוהאממן‬
‫הואהמהּ ל‬
‫ל‬
ְּ‫להט‬
ְ ‫בה]ווהבלתוה הללגלתהללְו צ‬
‫ל‬
‫ְּהווה‬
ֹ
‫צא‬
‫הּלהוה‬,‫להותוואלוַֹּת‬
‫ל‬
‫צ‬B‫הו הב צחצ‬,‫הות‬Bְּ‫ה ְַלבלְְּהו לבה‬,ְְ‫הּלהושלה‬,‫או‬B‫והיב‬.
‫א החלְּל‬B‫ֹּשה הה החלְּלן ל‬
Ik houd van blaasinstrumenten
Zij gaat naar het concert
Hij speelt een mooie melodie
De trommel is een slaginstrument
Bronnen: Millon, Bijbel, www.musicofthebible.com (afbeeldingen); www.transparent.com (Word of the
day); Hebreeuws op reis, uitg. Van Goor; millon.