Revitalisering van coöperatie Horticoop Tuinbouwtoeleverancier Horticoop heeft revitalisering van de coöperatie prominent op de agenda staan. Wat was de aanleiding, en wat gaat er veranderen? Voorzitter Theo Ammerlaan en algemeen directeur Igo Janssen lichten het proces toe. Cynthia Griffioen O p 1 januari 2009 ontstond Coöperatief Koninklijk Tuinbouwcentrum Horticoop na een fusie van Coöperatief Koninklijk Tuinbouwcentrum Lent met Coöperatie Horticoop. Horticoop is toeleverancier voor de tuinbouw en biedt een totaalpakket aan producten en diensten. Algemeen directeur Igo Janssen: “Natuurlijk hebben we ons destijds gebogen over de nieuwe coöperatie, nieuwe statuten, en de vorming van een nieuw bestuur en raad van commissarissen. We hebben na de fusie een duidelijke scheiding tussen de coöperatie en de bv aangebracht. De RvC, met twee externen, vormt een personele unie met het bestuur. De onderneming, waarvan de coöperatie enig aandeelhouder is, stond voor een aantal uitdagingen; in die tijd zakte ook de tuinbouw door de crisis onderuit. We hadden in eerste instantie alle tijd en energie nodig voor de bedrijfsvoering en hebben dan ook de aandacht op de herstructurering van de onderneming gevestigd. In 2010/2011 zijn we begonnen met het opschonen van het ledenbestand. Het leek ook alsof de afstand van de leden tot de coöperatie wat groter was geworden. We hadden natuurlijk de reguliere bijeenkomsten met de ledenraad en districtsvergaderingen. Maar we hadden het gevoel dat we meer met dat verenigingselement moesten kunnen doen.” Voorzitter Theo Ammerlaan: “Halverwege 2012 heeft het bestuur dit onderwerp opgepakt. We zijn gaan inzoomen op betrokkenheid bij de coöperatie en zijn ook gaan kijken bij gelijksoortige coöperaties; hoe zit het daar met ledenbinding? Horticoop is een inkoopcoöperatie, ooit ontstaan om een sterke positie door gezamenlijke inkoop te verkrijgen. Hoeveel ledentrouw is er; is er überhaupt sprake van ledentrouw? Zou je daar iets aan kunnen doen, en hoe? Lid zijn van de coöperatie zou iets meer moeten betekenen dan klant zijn. Ja, we hebben een sterke marktpositie in de toelevering aan de tuinbouw. Maar 8 Coöperatie | nummer 618 | april 2014 er is volop concurrentie. Wat is onze toegevoegde waarde voor een lid; wat voor inhoud kun je daaraan geven? Met onze leden hebben we gesproken over hun beleving van de coöperatie.” SERVICEGERICHT Theo Ammerlaan: “Vanzelfsprekend bestaat die coöperatie vanuit het belang van het lid. Maar de onderneming zal zich ook moeten waarmaken in de markt, er zal verdiencapaciteit moeten zijn. Je ziet dat trouwens ook in de cultuur in het bedrijf; door fusies en de groei is men in hoge mate dienstverlenend naar een lid toe. Daar is niets mis mee, de klant is koning maar we moeten ervoor zorgen dat we de kosten die we samen kunnen saneren, niet handhaven. Het lid is een bepaalde dienstverlening gewend, dus dan moet je in overleg PHWGHOHGHQEHSDOHQRIMHELMZLM]HYDQVSUHNHQKHWDÁHYHUHQ van een bakje schroefjes aan de deur tot je dienstverlening wilt blijven rekenen. We hebben nu een minimum bestelgrootte ingevoerd, dat is ook goed uit te leggen aan de leden.” Igo Janssen: “Een deel van onze reorganisatie was erop gericht om bedrijfseconomisch meer mogelijk te maken. De servicegerichtheid was erg hoog. En als je dan ook niet hoeft WHNLMNHQQDDUKHWÀQDQFLsOHUHVXOWDDWGDQNRPWGHFRQWLQXwWHLW van de onderneming in het geding als je negatieve bedrijfsresultaten neerzet. Die reorganisatie moesten we doen, en het was ook de uitdaging om daar die coöperatiediscussie in mee te nemen. Geen van onze concurrenten kan op grond van het zijn van een coöperatie mensen naar zich toe halen. We willen meer verbondenheid van leden met ons bereiken. Dat geldt ook voor de mensen die in de bestuurlijke organen van Horticoop zitting hebben. Als je hier een rol wilt vervullen in bestuur of ledenraad dan moet je commitment tonen. Dat is iets nieuws dat we hebben ingebracht.” Algemeen directeur Igo Janssen (links op de foto) en voorzitter Theo Ammerlaan COMMITMENT BESTUURLIJK KADER Theo Ammerlaan: “Het wordt geen verplichte winkelnering, maar van de mensen die bestuurlijk actief willen zijn voor Horticoop wordt verwacht dat ze ook substantieel klant zijn. Als je die bestuurlijke verantwoordelijkheid wilt nemen en mee wilt kijken in de keuken is het ook logisch. Wij zijn natuurlijk een soort z-coöperatie. De binding is relatief beperkt. Bij de leden willen we de omzetgrens ook optrekken. In de tuinbouwtoelevering kan iedereen overal klant zijn, maar als je lid wilt zijn hoort daar een iets andere perceptie bij. Het besluit over die minimumafname en omzetdrempel is genomen en verwerkt in de statuten en zal dit jaar tot uitvoering worden gebracht.” ‘Het is van belang voor de tuinder dat wij in business zijn!’ Ook de bestuurlijke inrichting van Horticoop wordt aangepast. Werd de ledenraad, het besluitvormende orgaan, eerst gevormd door de regiobesturen, nu zal de landelijke ledenraad van 15 leden gaan bestaan uit de bestuursleden van de drie sectorcommissies potplanten, snijbloemen en glasgroenten. In de RQGHUQHPLQJ ]LMQ GH FRPPHUFLsOH DFWLYLWHLWHQ HYHQHHQV opgedeeld in deze sectoren. Zo kan het bedrijf ook gemakkelijker sparren met de leden in sectorverband. Theo Ammerlaan: “De vraag is of je die ledenbetrokkenheid zo kunt stimuleren GDWMHYDQXLWGHOHGHQQLHXZHLGHHsQNULMJWµ KLANTEN EN LEDEN Igo Janssen: “We hanteren geen ledenkorting bij Horticoop. Klanten en leden worden identiek bediend. Bij ons kun je natuurlijk wel meedoen als lid. Je kunt je laten horen en je kunt invloed uitoefenen. Dat kan bij een willekeurig ander bedrijf niet. Wat wij doen moeten wij minimaal zo goed doen als een concurrent, en liefst beter. De continuïteit van onze onderneming is van wezenlijk belang voor onze telers. Alles wat wij doen om dat rendement te halen, om dat geld te verdienen is in het belang van die kweker. We zetten sterk in op innovaties en vernieuwing in de sector. En de uitdaging zit daarbij ook in ketengerichte samenwerking. Horticoop PRHW ]R HIÀFLsQW PRJHOLMN LQJHULFKW ]LMQ GDDU GUDDJW RQ]H QLHXZH IDEULHN YRRU VXEVWUDWHQ YRRU GH RUFKLGHHsQWHHOWRRN aan bij. En bij een coöperatie als Horticoop is geen sprake van een derde aandeelhouder die winst afroomt; al onze investeringen zijn gericht op de sector.” SPEERPUNTEN Horticoop kan het marktaandeel in Nederland nog uitbreiden. Maar groei zal in het buitenland moeten geschieden. Internationalisering is een speerpunt; via export en uitbreiding vanuit buitenlandse deelnemingen. Er zijn al vestigingen in Denemarken, Duitsland, Ecuador en de Verenigde Staten. Van buitenlands lidmaatschap is nog geen sprake. Horticoop behaalde in 2013 een omzet van € 180 miljoen, met 380 FTE en 1.486 leden. “In november hebben we voor het eerst een ledendag georganiseerd”, vertelt Igo Janssen. “Dat was succesvol, inspirerend en leerzaam en gaan we zeker herhalen. We willen in de toekomst vaker bijeenkomsten organiseren: voor kennisontwikkeling of een huisbeurs speciaal voor leden. Horticoop is in staat om in de volle breedte van het pakket de leden een etalage te bieden. Komend jaar gaan we met de sectoren het land in, en stap voor stap willen we meer met elkaar uitwisselen ]RGDWOLGHQRQGHUQHPLQJGDDUDOOHEHLSURÀMWYDQKHEEHQµ De voorzitter besluit: “We willen interessant zijn voor tuinders; meer actieve leden aan ons binden is ook een speerpunt. Maar dat is ook een beetje een gevoel, lidmaatschap brengt je tot gezamenlijke kracht. Door te vertellen wat we doen, moet men zich aangetrokken voelen. Laat anderen maar roepen. We zijn er mee doende en focussen op onze bijdrage aan een beter rendement voor onze klanten.” Coöperatie | nummer 618 | april 2014 9
© Copyright 2024 ExpyDoc