Vijf regelingen voor bijzondere groepen

Vijf regelingen voor
bijzondere groepen
Zorginstituut Nederland voert vijf wettelijke
regelingen uit voor bijzondere groepen mensen
die zonder die regelingen buiten het Nederlandse
zorgstelsel zouden vallen.
1. Buitenlandregeling
Het doel van de ‘Buitenlandregeling’ is ervoor te zorgen dat
mensen gebruik kunnen maken van medische zorg in hun woon­land. Het gaat hier om mensen die niet in Nederland wonen en
zorg krijgen via een internationaal verdrag. Daarvoor betalen
ze dan wel een bijdrage aan Nederland, omdat Nederland de
kosten voor zorg in het woonland betaalt.
2. Wanbetalersregeling
Zorgverzekeraars hebben het recht een verzekering te beëindigen
als iemand de verzekeringspremie niet betaalt. Diegene zou dan
onverzekerd kunnen raken en eventuele kosten van medische zorg
zelf moeten betalen. Omdat dit geen wenselijke situatie is, is de
‘Regeling wanbetalers’ ingesteld.
Bij zes maanden premieachterstand kan een zorgverzekeraar
zijn verzekerde aanmelden bij Zorginstituut Nederland. Als de
wanbetaler is aangemeld, houdt het Zorginstituut een premie
– met een opslag van 30 procent – in op het inkomen van de
wanbetalende verzekerde. Zorginstituut Nederland doet dit tot
de verzekerde zijn premieschuld heeft afgelost bij zijn zorg­
verzekeraar of een regeling voor zijn uitstaande schuld heeft
getroffen. Begin 2014 waren er ongeveer 320.000 wanbetalers.
3. Gemoedsbezwaardenregeling
De volgende personen hebben met deze regeling te maken:
• Nederlandse gepensioneerden en hun gezinsleden die in het
buitenland wonen; • gezinsleden van in het buitenland wonende grensarbeiders die
in Nederland werken.
Voor deze ruim 192.000 zogenoemde verdragsgerechtigden (per
eind 2013) is Zorginstituut Nederland het administratiekantoor.
Dat betekent onder andere dat het Zorginstituut de documenten
afgeeft die nodig zijn om zorg in het woonland te krijgen en de
verschuldigde zorgbijdragen int.
Factsheet | Vijf regelingen voor bijzondere groepen | april 2014
Mensen die vanwege een geloofs- of levensovertuiging niet
verzekerd mogen of willen zijn, kunnen gebruik maken van de
‘Gemoedsbezwaardenregeling’. Zij kunnen zich aanmelden bij de
Sociale Verzekeringbank (SVB) als gemoedsbezwaarde. Vervolgens
betalen zij een premievervangende belasting. De belasting wordt
gestort in een individueel ‘spaarpotje’ van de gemoedsbezwaarde.
Zorginstituut Nederland beheert dat spaarpotje en behandelt de
declaraties van zorgkosten. Het gaat bij deze regeling om een
kleine groep van ongeveer 12.500 personen, verdeeld over circa
3.600 huishoudens. Per jaar behandelt Zorginstituut Nederland
ongeveer 4.000 declaraties.
4. Onverzekerdenregeling
Een deel van de verzekeringsplichtigen onttrekt zich aan de
verzekeringsplicht en tast daarmee de onderlinge solidariteit
aan. Om dat te voorkomen voert Zorginstituut Nederland de
‘Onverzekerdenregeling’ uit. Het Zorginstituut spoort de onver­
zekerden op, wijst hen op hun verzekeringsplicht en maant hen
tot het afsluiten van een verzekering. Laten zij dit na, dan legt het
Zorginstituut hen boetes op en brengt hen uiteindelijk onder bij
een zorgverzekeraar. Zorginstituut Nederland houdt de premie
voor die bestuursrechtelijke zorgverzekering dan in op het
inkomen van de onverzekerden. Begin 2014 waren er ongeveer
28.000 onverzekerden.
Contact
Internet: www.zorginstituutnederland.nl/verzekering
Twitter: @ZiNLWeb
E-mail: [email protected]
5. Zorg voor onverzekerbare vreemdelingen
Vreemdelingen zonder verblijfsvergunning kunnen geen zorg­­
verzekering afsluiten. Toch kan medische hulp soms nodig zijn en
moet deze worden verleend. De vreemdeling moet dan zelf de
kosten betalen. Is dit niet mogelijk, dan kan de zorgaanbieder
door een regeling onder voorwaarden aanspraak maken op een
vergoeding van oninbare kosten bij Zorginstituut Nederland.
Het Zorginstituut behandelt en beoordeelt declaraties van
zorgaanbieders die medisch noodzakelijke zorg hebben verleend
aan onverzekerbare vreemdelingen. Voor planbare zorg heeft
Zorginstituut Nederland contracten afgesloten met een beperkt
aantal zorgaanbieders (bijvoorbeeld per gemeente één apotheek,
per regio één ziekenhuis). Voor kosten van niet-planbare (medisch
noodzakelijke) zorg kunnen alle zorgaanbieders declaraties
aanbieden. Zorginstituut Nederland keert in alle gevallen een
percentage (tussen 80 en 100 procent) van de gemaakte kosten uit.
| Van goede zorg verzekerd |