Een psychische stoornis heb je niet alleen Jan Baars

De Keerkring:
Het einde van een tijdperk
“Een psychische stoornis heb je niet
alleen”
Beilen 13 juni 2014,
Jan Baars
validation therapy
Omgaan met naastbetrokkenen;
- Organisatorische vormgeving;
modelregeling
- Relationele vormgeving:
Elementen uit de systeemtherapie
Probleemhaarden in de
samenwerking tussen
organisaties en de families/
naastbetrokkenen
• Verschil van visie op het probleem
• Verschil in betrokkenheid
• Verschil in organisatie
• Angst voor elkaar
• Wie is verantwoordelijk bij mislukte
behandeling
Diagnostiek nivo’s
Sociaal-maatschappelijke
situatie
Vertaalslag
“Auto”-diagnose
Invloed oude
en nog actuele
hlv.-netwerken
Individueel
Biol/Psych. &
bovennatuurlijk
(On)mogelijkheden
eigen
werkorganisatie
Invloed oude
en nog actuele
hlv.-netwerken
Sociaal-maatschappelijke
situatie
Gezin & netwerk
Verleden
en heden
Gezin & netwerk
Verleden
en heden
Partnerrelatie
Systemische “zorg op maat”
>
<
Kwaliteit van de
partnerrelatie
Individueel
Assesment
& DSM IV
Interventie-nivo’s
~>
Behandelactie
Er is meer dan dsm-IV…..
Eigen
werkorganisatie
Nog actuele
hulpverleningsnetwerken
Sociaal-maatschappelijke
situatie
Gezin & netwerk
Verleden
en heden
~>
Partnerrelatie
~>
Individueel
Terwijl er in wezenlijke, soms zelfs in zeer
grote mate sprake is van wederzijdse
beïnvloeding tussen de mens en diens
context.
Terwijl
• Affecten worden gemedieerd door de omgeving
• Functioneren in het contact met anderen wordt
gemedieerd door wie deze anderen zijn en hoe zij
in elkaar steken.
• Beheersing van de impulsen worden gemedieerd
door het voorkomen van triggers in de omgeving
• Sociaal en beroepsmatig ‘functioneren’ wordt
gemedieerd door de kwaliteit van de sociale en
beroepsmatige context.
• Zelfs ervaren lijden wordt gemedieerd door de
context
Kortom
• Diagnostiek zou niet beperkt moeten
worden tot het individu, maar verbreed
naar diens hele context.
Persoonlijkheidsstoornis vs
persoonlijkheidspathologie
• Soms is er in descriptieve zin (strikt
genomen) geen sprake van een
persoonlijkheidsstoornis terwijl er wel
wezenlijke persoonlijkheidspathologie
is.
Persoonlijkheidspathologie
• Veel ontwikkelingsgerelateerde
begrippen hebben bijgedragen aan de
diagnostische ‘taal’ die we hanteren
• Object-relaties
• Mentaliseren
• Hechting
Etc
1) Wie hebben we voor ons?
• Fenemenologisch/descriptief
• In een tijdsperspectief
• In de context van de leefomgeving
2) Hulpvraag
• Welk type vraag is het?
(inzicht/vaardigheden/aandacht etc)
• Aansluiten bij patiënt en systeem
• Concreet maken op wat wel ipv wat niet
3) Beoordeling van het persoonlijk
functioneren
psychotherapie indicatie?
• Structurele diagnostiek (beoordeling van zelf
en interpersoonlijk functioneren)
• Mentaliserend/psychologiserend vermogen
• Voor therapie te mobiliseren energie
(veranderwens/verandernoodzaak)
4) Vaardigheden gebieden
• Interferende factoren
• Voorwaarde scheppende fase nodig? Welke
vaardigheden zijn onvoldoende ontwikkeld
om je staande te houden in het leven en/of
moeten verder ontwikkeld worden om
therapie succesvol te laten zijn.
Conclusie en indicatie
• (waarom decompenseert deze persoon
met dit karaktertype, en deze
symptomen, functionerend in deze
context, na deze life-events? En wat
moet er veranderen?)
Professionele huis
Huis van de cliënt
Cultuur
en samenleving
Familie
mythen
Werkcontext
Ideologie/
referentiekader
‘Zelf’ van
de werker
De zolder
De bovenste
verdieping
Grootouders
van beide ouders
De middelste
verdieping
De ouders
De begane
De kinderen
grond
Systeem: operationeel
•In termen van posities
•In termen van regels
•In termen van betekenis
•In termen van taal
•In termen van emoties
BEDANKT VOOR UW AANDACHT
Wederzijdse beïnvloeding
 Systeempathologie en systeemkracht
beïnvloedt waarneembare zelfpathologie en
individuele veerkracht.
 Omgekeerd beïnvloed zelfpathologie
systeempathologie en systeemkracht
(openlijk conflict)
(openlijk conflict)
V
M
K
Triangulatie
(loyaliteitsconflict)
V
M
K
Ouder-kind-coalitie
(parentificatie;
rigide/perverse triade)
(toegedekt conflict)
V
M
K
Detouring-attacking
(zondebok-mechanisme)
(toegedekt conflict)
V
M
K
Detouring-supportive
(overbescherming; kind
als ‘bliksemafleider’)
Systeem: operationeel
•In termen van posities
•In termen van regels
•In termen van betekenis
•In termen van taal
veilige hechtingsband
•
•
veilige haven (om naar terug te gaan)
stevige basis (om vanuit te vertrekken)
•
•
responsiviteit
emotionele betrokkenheid
37
empathie
• eigen ervaringen navoelen en gebruiken als
middel om aan te sluiten bij de clienten
• attunement
Doel
• vergroten van ouderlijke responsiviteit
naar de kinderen
• vergroten van ouderlijke
toegankelijkheid voor de kinderen
• vergroten van de veiligheid voor
kinderen
EFFT aannames
• relatieproblemen in gezin worden in
stand gehouden door rigide
interactiepatronen waardoor
gezinsleden in destructief patroon
terechtkomen (in een “absorbing state”)
• symptoomgedrag wordt gezien als
uiting van hechtingsdilemma: angst
voor verlating
• de emotie is belangrijkste middel om
Therapie “tom-tom”
• 1. De-escalatie
– blokkade in ouderlijke zorg: proces waarin de ouders
vastraken in secundaire respons (incompetent voelen,
onzekerheid, schaamte, mislukking en falen)
– 2. vergroot de ouderlijke betrokkenheid :” “felt security”
– kind reikt actief uit naar ouders vanuit kwetsbare
emotie en hechtingsbehoefte, ouders geven een
veilige respons, geruststelling en steun
– 3. herstructureren van de interacties
– bevorder de acceptatie van nieuwe gezinsinteracties
gezinnen veranderen snel
• het caregiving system is al aanwezig, je
hoeft het alleen maar te activeren
• benut de emotionele reacties in het
gezin en doe enactments: wat zou je nu
willen doen nu je dochter zo verdrietig
is?
• ouders voelen zich beter als ze
responsief zijn naar hun kind
• kind voelt zich veiliger als ouder zich
beslisboom
• ouders moeten als eerste verzacht
worden
• zij moeten een veilige basis creeren
voor de kinderen
• door zich emotioneel te engageren met
de kinderen
• zich als ouders op te stellen en weer te
willen zorgen
ouderlijke dyade verstevigen
• ouders moeten rolmodel voor de
kinderen zijn
• moeten hun eigen affecten kunnen
reguleren
• van secundaire emoties naar primaire
emoties kunnen gaan
• kwetsbaar durven zijn en dat durven
tonen
frustratie bij ouders als hulp
niet ontvangen wordt
• ouders raken gekwetst als kind hulp
afwijst
• ze schieten in de reactiviteit (boos,
teleurgesteld, schaamte bij ouders)
• view of self (ouder): ik ben een
incompetente ouder
• view of self (kind): ik ben een slecht,
verwend kind
ouders hebben elkaar nodig:
“caregiving alliance”
• een “caregiving alliantie” vormt een
stevige basis om op een nieuwe manier
je kind te benaderen
• ouders hebben daarin steun van elkaar
nodig
• en steun van de therapeut nodig
• ouders hebben validering nodig,
empathie, attuned reflection, warmte en
veiligheid
prime the caregiving system
• hoe zou het zijn als je je kind nu een
knuffel zou geven....?
• verandermomenten ontstaan als er een
emotionele uitreiking is naar het kind en
als het kind dat accepteert!
• “zie mijn pijn en ontmoet me in mijn pijn”