FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 2 Datum: 06-02-2014 Gegevens onderneming : Max-Life Servicecenter Van De Burgt B.V. 03/13/232 F 6 augustus 2013 Mr. A.L. Stegeman Mr. R.P.J. Quaedackers Faillissementsnummer Datum uitspraak Curator R-C : : : : Activiteiten onderneming Omzetgegevens Personeel gemiddeld aantal : : : Autoreparatie bedrijf Verslagperiode : Bestede uren in verslagperiode Bestede uren Totaal : : 2 november 2013 t/m 5 februari 2014 12 uur en 36 minuten 40 uur en 12 minuten TOELICHTING VOOR DEGENEN DIE KENNIS NEMEN VAN DIT OPENBARE VERSLAG: Een faillissementsverslag wordt primair uitgebracht ter rapportering aan de rechtbank / RC. Krachtens artikel 73a Faillissementswet is dit verslag echter ook openbaar en ligt daardoor voor iedereen ter inzage. Gelet op die openbaarheid, in combinatie met onder meer privacygevoelige informatie en ook omdat lopende onderzoeken nog niet geheel afgerond kunnen zijn, kan er in elk faillissement informatie zijn die (nog) niet uit dit openbare verslag blijkt. Voorts dient er steeds rekening mee te worden gehouden, dat een faillissement zich kenmerkt door voortschrijdend inzicht in feiten en omstandigheden. Aan het verslag kan geen absolute zekerheid met betrekking tot de inhoud ontleend worden, noch kunnen er rechten en/of verplichtingen uit volgen. Op de inhoud van het verslag kan derhalve geen beroep in of buiten rechte gedaan worden tegen de curator en/of de boedel. 1. Inventarisatie 1.1 Directie en organisatie: Gefailleerde was een autoreparatiebedrijf en sedert 6 januari 2011 actief. Aandeelhouder en bestuurder is de heer H.G.F. van de Burgt. Volgens diens zeggen had curanda enkele jaren geleden dit bedrijf, althans activa overgenomen van Aarts- v.d. Burgt B.V. Gefailleerde had voornamelijk zakelijke contracten voor het onderhoud van bedrijfswagens. Enkel een klein deel van de omzet omvatte particuliere reparaties en APK-keuringen. 1 1.2 Winst en verlies: De publicatiebalans over 2011 is het enige formele stuk dat thans voorligt. Er zijn allerlei ordners met administratiestukken aan de curator ter hand gesteld. De boekhouder (Hermanns Accountants) deelt mee dat er over 2012 geen jaarrekening meer is opgemaakt en dat vanaf begin 2013 ook niets meer is ingeboekt omdat het boekhoudprogramma Exact Online was afgesloten. Het resultaat over 2011 zou €12.984,51 zijn geweest. 1.3 Balanstotaal: Volgens de publicatiestukken over 2011 zou het totaal aan activa per ultimo van dat jaar €254.786 zijn geweest. Het eigen vermogen was op die datum €57.913. 1.4 Lopende procedures: Incasso’s tegen gefailleerde en een hoger beroep van gefailleerde jegens een oud-werknemer (advocaat: mr F. Beulen). 1.5 Verzekeringen: De meeste verzekeringen waren reeds geroyeerd omdat gefailleerde de premie niet betaalde. Voor zover er nog verzekeringen lopen zijn die opgezegd. 1.6 Huur: €1.005,95 x 12 = €12.071,40 per jaar. De huur van de bedrijfslocatie is in overleg met de verhuurder en met toestemming RC beëindigd per 22 augustus 2013. Het pand is toen ook opgeleverd. 1.7 Oorzaak faillissement: Dit faillissement is aan meerdere factoren te wijten. Volgens de heer Van de Burgt zijn de volgende oorzaken aan te wijzen: Bij de overname van Aarts – V.d. Burgt B.V. zijn er meerdere fouten gemaakt. Hierdoor zijn enkele schulden van Aarts – V.d. Burgt B.V. overgegaan op gefailleerde. Verder had de algemeen directeur van gefailleerde, de heer Van de Burgt, langdurig last van een burn-out. Hierdoor heeft hij 8 maanden lang niet de bedrijfsvoering van gefailleerde kunnen doen. De heer Van de Burgt is op dit moment nog steeds herstellende van deze burn-out. Daarnaast geniet de heer Van de Burgt een WAO-uitkering. Dit omdat hij voor 70% is afgekeurd door medische problemen aan zijn voeten en polsen. 2 Daar bovenop is in december 2012 een grote klant van gefailleerde weggegaan: Intergarde. Deze wilde via deze weg de eigen kosten drukken. Gefailleerde had met Intergarde een contract voor het onderhoud van hun wagenpark bestaande uit aanvankelijk 130 auto’s. Gedurende de economische crisis is dit aantal afgenomen naar 70 auto’s, maar nog steeds voldoende om voor gefailleerde de kosten te dekken. Intergarde zorgde voor 60-70% van de omzet van gefailleerde. Buiten het feit dat Intergarde weg ging om de kosten te drukken, zijn ook enkele klanten weggegaan omdat de service niet afdoende was. Volgens de heer Van de Burgt had dit te maken met het feit dat hij niet voldoende op de zaak aanwezig kon zijn om een toeziend oog te houden op de uitgevoerde werkzaamheden. Tot slot gaf de heer Van de Burgt aan dat ook de locatie van gefailleerde niet voordelig was. De ‘loods’ waarin gefailleerde haar werkzaamheden verrichtte lag volgens de heer Van de Burgt te afgelegen om verschillende werkzaamheden naar behoren te kunnen verrichten. Oorspronkelijk was het ook de bedoeling om inen verkoop van auto’s te gaan doen. Echter dit is vanwege de slechte locatie nooit van de grond gekomen. Uit de stukken blijkt echter ook nog het volgende: schulden aan de Belastingdienst zijn nagenoeg structureel niet betaald. Uiteindelijk heeft de Belastingdienst beslag gelegd en de inventaris e.d. in mei 2013 openbaar geveild. Daarmee was het curanda feitelijk niet meer mogelijk om activiteiten te ontplooien en inkomsten te genereren, waardoor een faillissement onafwendbaar was. Uit een opgave van de Belastingdienst volgt dat, zelfs na afboeking van de veilingopbrengst, deze nog een bedrag van ruim €73.000 te vorderen heeft . Daarbij hoort o.a. de omzetbelasting over het derde kwartaal 2011, loonheffing over november 2011 en motorrijtuigenbelasting over 2011. 2. Personeel 2.1 Aantal ten tijde van faillissement: Alleen de algemeen directeur, de heer Van de Burgt. Ander personeel was al ontslagen of vertrokken. Inmiddels is gebleken dat een heer Consten zich op het standpunt stelt op faillissementsdatum bij curanda in dienst te zijn. De Kantonrechter te Heerlen was het daar ook mee eens, en tegen dat vonnis is door curanda hoger beroep ingesteld. Dat is de procedure bedoeld bij punt 1.4. Met toestemming van de RC is dat dienstverband, voorzoveel nodig, opgezegd. De heer Consten is gevraagd zijn vorderingen ter verificatie in te dienen. De heer Consten kreeg reeds een uitkering van het UWV. 3 2.2 Aantal in jaar voor faillissement: De heer Van de Burgt, en 3 werknemers. Indien de heer Consten wordt meegeteld is er sprake van 4 werknemers. 2.3 Datum ontslagaanzegging: Het dienstverband van de heer Consten is, voorzoveel nodig, opgezegd per 31 oktober 2013. De overige dienstverbanden waren reeds geëindigde. 3. Activa Onroerende zaken 3.1 Beschrijving: n.v.t. 3.2 Verkoopopbrengst: n.v.t. 3.3 Hoogte hypotheek: n.v.t. 3.4 Boedelbijdrage: n.v.t. Bedrijfsmiddelen 3.5 Beschrijving: Enkel een klein deel van het inventaris is nog aanwezig. De Belastingdienst heeft op 17 mei jl. een openbare verkoop gehouden waardoor alle voorraden en inventaris nagenoeg verkocht zijn. Enkel onverkoopbare spullen zoals losse en ongesorteerde onderdelen, afval, autobanden, oliën, vetten, e.d. zijn overgebleven. Verder nog een beschadigde Ford Transit. 3.6 Verkoopopbrengst: Met machtiging van de RC is dit geheel verkocht voor €3.000,00, waarbij de koper afval heeft afgevoerd en het pand bezemschoon heeft gemaakt. Aan de Ford kan een bedrag van €2.400,00 worden toegerekend, aan de autobanden e.d. een bedrag van €600,00. Inmiddels is er met de koper een discussie over deze aankoop vanwege ernstige beschadiging van de Ford Transit, terwijl deze zich op de parkeerplaats van de koper bevond. Aan de Ford Transit kan na de vernieling een waarde van nihil worden toegekend. Het bedrag van €600,00 wegens de verkochte banden is op de boedelrekening gestort. 4 3.7 Boedelbijdrage: Op de autobanden ligt als handelsvoorraad een pandrecht van de bank. Over de boedelbijdrage voor de banden is een afspraak gemaakt van 25 %. De bank stelt ook een pandrecht op de auto te hebben gehad en maakt aanspraak op de verkoopopbrengst, minus een boedelbijdrage. In verband met de discussie die er thans is ontstaan met de koper van deze auto, is ook de discussie met de bank nog niet afgerond. Inmiddels is van de €600,00 opbrengst voor de banden, €450,00 aan de bank doorgestort en is €150,00 als boedelbijdrage aan te merken. De bank heeft zelf met de bewaarder van de Ford Transit een afspraak gemaakt en van alle rechten afstand gedaan. Deze bewaarder zal de Ford afvoeren en daarvan alle kosten dragen. 3.8 Bodemvoorrecht fiscus: De Belastingdienst heeft middels een openbare veiling haar rechten uitgeoefend. Door achterlating van de rest kan de Belastingdienst geacht worden daarvan afstand te hebben gedaan. Er was ook geen inventaris meer. Voorraden/ onderhanden werk 3.9 Beschrijving: Er waren geen opdrachten meer, daar het bedrijf voor langere tijd geen werknemers meer in dienst had en ook geen inventaris, gereedschappen, e.d. 3.10 Verkoopopbrengst: Een aantal autobanden, waarop een pandrecht van de bank rust, zijn verkocht voor €600,00. 3.11 Boedelbijdrage: De boedelbijdrage is 25 %, oftewel €150,00. Andere activa 3.12 Beschrijving: n.v.t. 3.13 Verkoopopbrengst: n.v.t. 4. Debiteuren 4.1 Omvang debiteuren: Er zijn nog enkele debiteuren die reparaties niet hebben betaald, althans volgens de bestuurder. Er hebben nog twee debiteuren betaald. De overige debiteuren moeten als oninbaar worden 5 aangemerkt. Op deze debiteuren rust overigens ook een pandrecht van de bank. Daarnaast volgt uit de stukken over 2011 dat er een rekeningcourant vordering op de bestuurder zou zijn. Desgevraagd verklaart Van de Burgt dat die daarna is aangezuiverd. Hij zou zorgdragen voor bewijsstukken daarvan. De bewijsstukken zijn ondanks herhaalde verzoeken nog niet aangeleverd. Van de Burgt is, na een indringend gesprek, gesommeerd tot voldoening van het bedrag dat volgens de jaarrekening over 2011 nog door hem zou moeten worden aangezuiverd. Daarbij is een termijn tot 1 februari 2014 gesteld. Einde januari 2014 deelde de accountant Hermanns mede dat zij van Van de Burgt het verzoek hadden gekregen om de boekhouding bij te werken tot datum faillissement. Zij vroegen daarvoor twee weken extra tijd, dus tot 14 februari 2014. Die tijd is hen gegund. 4.2 Opbrengst: Nog niets. 4.3 Boedelbijdrage: Hier wordt met de bank nog over gesproken. 5. Bank / Zekerheden 5.1 Vordering van bank(en): ABN Amro Bank heeft een vordering ingediend voor een bedrag van €52.733,37. 5.2 Leasecontracten: 1 bus was via financial lease aangeschaft. Echter deze werd één jaar terug gestolen. De verzekering heeft destijds alles vergoed en de financial lease ingelost. 5.3 Beschrijving zekerheden: De bank heeft een pandrecht op bedrijfsinventaris, voorraden, en vorderingen op derden. Naar de mening van de curator omvat dit pandrecht dus niet de Ford Transit, aangezien deze niet als inventaris, noch als voorraad kan worden aangemerkt. De bank denkt hier anders over, omdat volgens haar algemene voorwaarden transportmiddelen als inventaris zijn aan te merken. Deze discussie is afgedaan doordat de bank afstand heeft gedaan van haar pandrecht en de auto door de bewaarder, zonder verdere kosten, als sloopauto is afgevoerd. 6 5.4 Separatistenpositie: Over de opbrengst van de banden is een afspraak gemaakt. Ten aanzien van de debiteuren zal nog worden overlegd aangezien de bank een pandrecht ten aanzien van deze debiteuren heeft. 5.5 Boedelbijdragen: Hier wordt nog over gesproken voorzover het de debiteuren betreft. 5.6 Eigendomsvoorbehoud: Enige rekken die gefailleerde in zijn bedrijf had staan waren van een leverancier. Echter de Belastingdienst heeft deze met de openbare verkoop verkocht. 5.7 Reclamerechten: -- 5.8 Retentierechten: -- 6. Doorstart / voortzetten Voortzetten 6.1 Exploitatie / zekerheden: Is niet aan de orde; bijna alles was al weg door en als gevolg van de veiling van de Belastingdienst in mei 2013. De heer Van de Burgt heeft er helemaal geen zin meer in ook vanwege zijn medische condities en zegt niet meer in staat te zijn het werk voort te zetten. Opmerkelijk is in dat kader wel dat zijn zoon enkele maanden geleden, op ca. 2 km afstand, een soortgelijke onderneming als die van curanda is begonnen. Dit heeft mijn aandacht. 6.2 Financiële verslaglegging: n.v.t. Doorstart 6.3 Beschrijving: n.v.t. 6.4 Verantwoording: n.v.t. 6.5 Opbrengst: n.v.t. 7 6.6 Boedelbijdrage: n.v.t. 7. Rechtmatigheid 7.1 Boekhoudplicht: Jaarrekening van 2011 is bij de KvK gedeponeerd. Boekhouder Hermanns Accountants heeft de daaraan ten grondslag liggende stukken ter hand gesteld. Maar dat is dan ook meteen het laatste enigszins betrouwbare ijkpunt. De administratie over 2012 is niet inzichtelijk en vanaf begin 2013 is er helemaal niets meer bijgehouden, omdat Exakt Online niet meer toegankelijk was. 7.2 Depot jaarrekeningen: De publicatie van de stukken over 2011 heeft tijdig plaatsgevonden. 7.3 Goedk. verklaring Accountant: n.v.t. 7.4 Stortingsverplichting aandelen: Er zijn stukken aanwezig waaruit blijkt dat aan de stortingsverplichting is voldaan. 7.5 Onbehoorlijk bestuur: Dit is een serieus onderdeel van het onderzoek. De bestuurder lijkt vanaf einde 2011 schulden, in ieder geval Belastingschulden, nagenoeg structureel onbetaald te hebben gelaten. Dat heeft uiteindelijk tot openbare verkoop geleid en het de facto stilleggen van de bedrijfsmatige activiteiten. Verder is er bij de curator aandacht gevraagd voor de mogelijkheid dat kort voor de veiling handelsvoorraden zijn ingekocht en vervolgens “verdwenen”. Dit zou ten grondslag kunnen worden gelegd aan vorderingen ex. artikel 2:9 B.W. en 2:248 B.W., waarbij dan tevens nog komt dat niet aan de boekhoudverplichting is voldaan. Met Van de Burgt zal hierover, alsook over de consequenties hiervan, worden gesproken. Dit gesprek heeft inmiddels plaatsgehad. Van de Burgt is aansprakelijk gesteld voor het tekort in het faillissement. Aan de R.C. is machtiging gevraagd om tegen Van de Burgt een procedure aanhangig te maken, welke machtiging is verleend. Tevens is het Ministerie van Justitie verzocht om een garantstelling voor de kosten. Daarop is door de Minister nog geen besluit genomen. 8 7.6 Paulianeus handelen: Ook dit wordt onderzocht, met name in de verhouding met de zoon van Van de Burgt die enkele maanden geleden op korte afstand een gelijksoortig bedrijf is gestart. Inmiddels is er met een exwerknemer gesproken die wil bevestigen dat er in de laatste maanden activa uit het bedrijf zijn “verdwenen”. Er wordt onderzoek gedaan naar waar deze zaken zijn gebleven. 8. Crediteuren 8.1 Boedelvorderingen: -- 8.2 Pref. vord. van de fiscus: De Belastingdienst heeft, na aftrek van de veilingopbrengst, een vordering ingediend van €80.703,00. 8.3 Pref. vord. van het UWV: €678,04 ex 66 lid 3 WW €3.900,72 ex 3:288 sub e BW 8.4 Andere pref. crediteuren: Nog niet bekend. 8.5 Aantal concurrente crediteuren: 37 8.6 Bedrag concurrente crediteuren: €191.428,06, waarvan ingediend €124.961,80. 8.7 Verwachte wijze van afwikkeling: Nog niet bekend. 9. Overig 9.1 Termijn afwikkeling faillissement: Nog niet te zeggen. 9.2 Plan van aanpak: De aandacht zal zich met name richten op de heer Van de Burgt zelf. Deze is debiteur van de curanda (in ieder geval per ultimo 2011) en bovendien is de conclusie getrokken dat er sprake is van bestuurdersaansprakelijkheid, c.q. onbehoorlijk bestuur wegens het structureel onbetaald laten van belasting- en andere schulden, waardoor uiteindelijk het faillissement is veroorzaakt. Ook het mogelijk verdwijnen van activa vóór de veiling, is onderwerp van 9 onderzoek. Indien de gevraagde garantstelling wordt afgegeven, zal een procedure tegen Van de Burgt aanhangig worden gemaakt. 9.3 Indiening volgend verslag 6 mei 2014 10
© Copyright 2024 ExpyDoc