lees hier verder. - Stenden Hogeschool

28 augustus 2014 , pag. 30
INTERVIEW ALBERT WEISHAUPT
De kwaliteit van het onderwijs moet omhoog. Maar er
komt meer bij kijken dan de leraar op cursus sturen, zegt
directeur Albert Weishaupt van het Roelof van Echten College in Hoogeveen.
¬ Albert Weishaupt: ,,Schoolleiders moeten hun docenten vertrouwen.’’
Foto Gerrit Boer
‘School moet docent
de ruimte geven’
Gea Meulema
HOOGEVEEN Jaren geleden was Al-
bert Weishaupt (58) docent natuurkunde. Hij werkte met bevlogen en
enthousiaste docenten. Hij kreeg
een andere baan en jaren, jaren later
kwam hij weer bij zijn oude school
over de vloer. Diezelfde docenten
waren verzuurd en gefrustreerd.
Dan is er zijn zoon. Die is gehandicapt en ging naar de mytylschool.
Zijn leraren zeiden dat hij het niet
zou redden op het vmbo, maar zie:
hij werd er de beste van de klas, rondde tot ieders verbazing het mbo af en
zit nu in de derde van het hbo.
Albert Weishaupt geeft de twee
voorbeelden om aan te geven dat het
van belang is uit te zoeken hoe je docenten enthousiast voor hun vak
kunt houden en dat elke leerling –
gehandicapt of niet – op de juiste
plek terecht moet komen. Of dat nu
het laagste niveau op het vmbo is of
op het gymnasium. ,,Het is nog
steeds zo dat we sommige leerlingen
tekort doen. We moeten meer voor
ze betekenen. We moeten het onderste uit de kan willen.’’
Weishaupt, gepromoveerd natuurkundige, is sinds vorig jaar lector bij de Stenden Hogeschool waar
hij studenten en docenten begeleidt
die onderzoeken hoe leraren zich
kunnen verbeteren. Een van de onderzoeken gaat over wat de meest
ideale organisatie voor docenten is
en hoe een school er voor kan zorgen dat deze er komt.
Je hebt goede en slechte docenten
en alles wat er tussen in zit. Maar hoe
deze ook les geeft: een goede docent
Leraren moeten
elkaar stimuleren
om het
beter te doen
is een docent die wil leren, die zich
wil ontwikkelen, zegt Weishaupt.
Dat lijkt een individuele zaak, maar
is het niet.
,,Leraren moeten natuurlijk de
globale doelen weten, maar zij weten
zelf het beste hoe het moet. Ze moeten een hoge mate van autonomie
krijgen. De school moet ze faciliteren.’’ Want een schoolleider die docenten gaat aansturen, dat is gedoemd te mislukken. ,,Leraren trekken zich er niets van aan en als directeur word je een controlefreak, maar
je moet niet controleren. Je moet ze
de ruimte geven.’’ Het vergt een grote mate van vertrouwen van schoolleiders in hun personeel. ,,Maar vertrouwt de directeur ze niet, dan heeft
hij geen vertrouwen in zichzelf.’’
Het toverwoord is tegenwoordig
scholing. Stuur docenten op cursus,
dan wordt het beter. ,,Scholing moet
zinvol zijn. Docenten moeten aangeven wat ze moeilijk vinden, wat hun
hiaten zijn en daar wat aan doen. Ze
kunnen er voor op cursus, maar vaak
heeft de school, hun collega’s, de
kennis zelf wel in huis. Met een collega rond de tafel, iemand je lessen laten observeren…. dat is ook scholing.
Leraren moeten elkaar stimuleren
om het beter te doen.’’
Op het Roelof van Echten probeert
hij bij docenten de ruimte te geven.
Hij vroeg hoe ze het liefst wilden
werken. ,,Toen ontstond er opeens
dynamiek. Door deze aanpak wordt
bij ons op school weer over onderwijs gesproken. Natuurlijk, het is
nog lang niet ideaal en er moet nog
veel gebeuren, maar het is een eerste
stap.’’
Zijn eigen docenten kwamen met
een voorstel hoe ze het liefst de functiemix zouden invoeren, de wettelijke verplichting meer leraren in een
hogere salarisschaal te zetten. De
centrale vraag was hoe docenten
voor de klas een aantrekkelijk carrièreperspectief geboden kon worden,
zowel qua salaris als inhoud. Daar
wilde iedereen wel aan mee werken.
,,Ze kwamen met een uitstekend
voorstel. Ik hoefde er bij wijze van
spreken alleen nog maar mijn handtekening onder te zetten.’’
Noordelijk Onderwijs Peil
’Betere leraren, beter onderwijs’.
Dat is het thema van de bijeenkomst van het Noordelijke Onderwijs Peil die op 15 september in
Hoogeveen wordt gehouden. Naast
Albert Weishaupt spreken Annette
Roeters, inspecteur-generaal van de
Onderwijsinspectie en Ans Weterings en Anne Looijenga. De laatste
twee gaan in op de kwaliteitsverbetering van het basisonderwijs via
Vierslagleren.