Jaarverslag 2013 “Stichting tot het verstrekken van christelijk onderwijs op gereformeerde grondslag” te Alblasserdam Bestuursnummer 31077 waarvan uitgaat de Ds. Joannes Beukelmanschool 03LQ Ds. Petrus v.d. Veldenschool 23UX Jaarverslag 2013 1 van 40 Inhoudsopgave 1. Voorwoord 2. Algemeen 3. Beleidsterreinen identiteit kwaliteitsbeleid onderwijs en leren 4. Opbrengsten 5. Personeel 6. Huisvesting 7. Communicatie en relaties 8. Financiën Jaarverslag 2013 ………………………………………………………………… ………………………………………………………………… ……………………………………………………………….. .......……………………………………………………….. ……………………………………………………………….. ……………………………………………………………….. ………………………..……………………………………… ……………………..……….……..……………………….. ………………………………….…………………………….. ……………………………………………………………….. ……………………………………………………………….. 3 4 7 8 9 10 11 17 21 24 25 2 van 40 1. Voorwoord L.S., Voor u ligt het jaarverslag 2013 van de scholen die vallen onder de Stichting tot het verstrekken van christelijk onderwijs op gereformeerde grondslag, gevestigd te Alblasserdam. Door middel van dit jaarverslag leggen we verantwoording af van het gevoerde beleid in het afgelopen jaar, evenals van de resultaten die uit dit beleid zijn voortgekomen. We geven inzage in alle belangrijke aspecten rondom de bedrijfsvoering, het beheer en de huisvesting van de scholen. Tevens wordt ingegaan op de personele situatie, de leerlingenontwikkeling en het investeringsbeleid. Ook wordt een analyse gemaakt van de financiële positie en het exploitatieresultaat. Daarnaast is dit verslag bedoeld om terug te kijken op het afgelopen jaar en de resultaten die het management heeft geboekt. Uiteraard wordt in diverse hoofdstukken ook ingegaan op het beleid voor de toekomst. Ook het afgelopen jaar mochten de kinderen het onderwijs op onze scholen ontvangen. Door alle bij de school betrokken personen is veel werk verzet, waarvoor we graag onze dank willen uitspreken. Echter, zo God onze werkzaamheden niet zegent, tevergeefs is onze arbeid. De Allerhoogste geve dat het onderwijs, door de kinderen op onze scholen ontvangen, nog rijke vruchten moge dragen. Hij mocht ook in dit nieuwe jaar betonen van ons schoolleven af te weten. Alblasserdam, april 2014, H. v.d. Weteringh, Algemeen directeur Jaarverslag 2013 3 van 40 2. Algemeen De ‘Stichting tot het verstrekken van christelijk onderwijs op gereformeerde grondslag’ te Alblasserdam is de rechtspersoon waarvan de scholen uitgaan. Zij heeft twee scholen onder haar beheer: de ds. Joannes Beukelmanschool in Alblasserdam (die drie locaties heeft) en de ds. Petrus Van der Veldenschool in Nieuw-Lekkerland. Beide scholen zijn door fusie per 1 januari 2002 onder één bestuur gekomen. De leerlingen van de ds. Joannes Beukelmanschool komen hoofdzakelijk uit Alblasserdam, maar ook uit Oud-Alblas en enkele gezinnen uit Hendrik Ido Ambacht en Ridderkerk; die van de ds. Petrus van der Veldenschool komen vooral uit Nieuw-Lekkerland en Kinderdijk, met daarnaast enkele gezinnen uit Bleskensgraaf, Brandwijk, Oud-Alblas en Streefkerk De stichting gaat uit van de Oud Gereformeerde Gemeente in Nederland en de Gereformeerde Gemeente in Nederland, beide te Alblasserdam. Bestuursleden zijn naast de genoemde kerkgenootschappen afkomstig uit de Gereformeerde Gemeente en de Hersteld Hervormde Kerk. De samenstelling van het dagelijks bestuur was per 31 december 2012: Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. V.E.M. Donk A.W. van der Graaf J. van de Graaf K. Kroon K. Slager H.J. Veenema C.J. van Vliet algemeen algemeen algemeen algemeen algemeen algemeen algemeen Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. D.J. Griep A. van der Kuijl W. Heijns J. Kerst M.J. de Rijk J.J.H. Gortzak 1e 2e 1e 2e 1e 2e TB: UB: bestuurslid bestuurslid bestuurslid bestuurslid bestuurslid bestuurslid bestuurslid voorzitter voorzitter secretaris secretaris penningmeester penningmeester TB TB TB TB TB TB TB UB UB UB UB UB UB Toezichthoudend Bestuurslid Uitvoerend Bestuurslid Het aantal bestuursleden per 31 december 2012 bedroeg 13 personen. In het jaar 2013 zijn er geen mutaties in de bestuurssamenstelling geweest. De scholen hebben als grondslag de Heilige Schrift ‘als het onfeilbaar Woord van God, zoals daarvan belijdenis wordt gedaan in de artikelen 2 tot en met 7 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis’. De Drie Formulieren van Enigheid, zoals deze zijn vastgesteld door de Nationale Synode gehouden te Dordrecht in de jaren 1618 en 1619 worden geheel en onvoorwaardelijk onderschreven. Het hoofddoel van het onderwijs is het overeenkomstig Gods Woord en de Drie Formulieren van Enigheid onderwijs geven en de kinderen leren en vormen in overeenstemming met de hun geschonken gaven van hoofd, hart en handen opdat ze onder beding van Gods onmisbare zegen in de maatschappij, waarin zij leven, gestalte kunnen geven aan hun Bijbelse roeping God lief te hebben boven alles en de naaste als zichzelf. Jaarverslag 2013 4 van 40 Organisatie bestuur en scholen Het bestuur heeft als beleidsfilosofie het “besturen op hoofdlijnen”. Er is in het bestuursconcept gekozen voor het concept ‘beleidsvormend bestuur’. De kern hiervan is een bewuste ontvlechting van de rol en de taken van het bestuur en het management. Het bestuur houdt zich op een meer strategisch niveau bezig met het beleid. Het bestuur stelt de kaders vast voor beleid en ziet erop toe dat (uitgevoerd) beleid past binnen deze kaders. Het bestuur kwam in het verslagjaar 8 maal bijeen in gezamenlijk verband en er heeft meerdere malen in diverse samenstellingen afstemming plaatsgevonden, zowel intern als extern. Daarnaast vonden er bijeenkomsten plaats in de commissie huisvesting, tijdens aanmeldingsavonden van nieuwe leerlingen en de openingsbijeenkomst met bestuur en personeel. Het bestuur heeft in 2013 gefunctioneerd volgens de leidraad van de bestuurscode van de PO raad. Deze is gehanteerd met aanpassingen op aangelegen punten. De belangrijkste aanpassingen zijn gelegen in o.a. de identiteit van onze school en de vergoeding voor bestuursleden. Als voorbeeld worden hieronder genoemd: Identiteit Artikel 7- Opdracht De PO raad schrijft in haar code Goed Bestuur o.a.: ieder kind het maximale rendement uit zijn of haar mogelijkheden kan halen, doordat hij of zij het best mogelijke onderwijs krijgt; de leerlingen zich er van bewust worden dat leren positief bijdraagt aan hun ontwikkeling en een ‘leven lang’ aan de orde zou moeten zijn; Wijziging schoolbestuur: ieder kind op een zodanige wijze onderwijs gegeven wordt dat in overeenstemming is met Gods Woord en de Drie Formulieren van Enigheid. de kinderen geleerd en gevormd worden in overeenstemming met de hun geschonken gaven van hoofd, hart en handen. de kinderen onder beding van Gods onmisbare zegen in de maatschappij, waarin zij leven, gestalte kunnen geven aan hun Bijbelse roeping God lief te hebben boven alles en hun naaste als zichzelf. Vergoeding bestuursleden Artikel 25- Vergoeding De PO raad schrijft in haar code Goed Bestuur o.a.: Het intern toezichtsorgaan bepaalt de vorm en de hoogte van de eigen vergoeding. Het intern toezichtsorgaan richt zich hierbij naar een daartoe door de PO-Raad vast te stellen of aan te wijzen leidraad. Het intern toe-zichtsorgaan maakt de vergoedingsregeling openbaar en verantwoordt deze jaarlijks in de jaarrekening. Wijziging schoolbestuur: Het bestuur ziet af van enige vergoeding Statutenwijziging Op 1 augustus 2011 is de Wet goed onderwijs, goed bestuur in werking getreden; daarin is bepaald dat er voor een goed bestuur een zichtbare scheiding dient te zijn tussen bestuur en toezicht. In het afgelopen jaar zijn de statuten aangepast en akkoord bevonden. De statutenwijziging heeft plaatsgevonden op vrijdag 19 juli 2013 ten kantore van Mr. W.C.A. van der Heiden te Streefkerk. Jaarverslag 2013 5 van 40 1. Bestuur en extern toezicht Het bestuur is verantwoordelijk voor het hebben en functioneren van de scholen. Er zijn externe organen die hierop toezicht houden, het betreft met name de onderwijsinspectie, arbeidsinspectie en gemeente (bv. brandweer). Er bestaat met de hiervoor genoemde organen een professionele en goede samenwerking, ieder in zijn eigen rol. De algemeen directeur is belast met de dagelijkse leiding op de scholen. Het bestuur is eindverantwoordelijk. Hier is sprake van een nauwe samenwerking die ook terugkomt in de voorbereiding van de vergaderingen. De meeste onderwerpen worden voorbereid door het uitvoerend bestuur en de algemeen directeur. Veelal maakt de algemeen directeur dan wel de secretaris per onderwerp een memo met een situatieschets, overwegingen en een voorstel tot besluitvorming. Dat proces leidt tot een agenda met vergaderstukken en overwegingen voor het bestuur. Vervolgens heeft het bestuur alle ruimte om voorstellen te accorderen, bij te stellen of in het geheel niet te accepteren, met inachtneming van de specifieke taken van de uitvoerende en toezichthoudende bestuursleden. Daarbij is de agenda ook aangepast om duidelijkheid te hebben waarvoor welk deel van het bestuur verantwoordelijk is. De transparantie en het professioneel gehalte van het bestuurlijk proces wordt vormgegeven en verantwoord door diverse schriftelijke informatiemiddelen, zoals: schoolgids > per locatie, per schooljaar statuten > stichting, structureel nieuwsbrief aan ouders > per locatie, variabel per schooljaar schoolkrant > per locatie, 3 per schooljaar integraal jaarverslag > stichting, jaarlijks thema-avond > jaarlijks, bijv. over opvoeding. Indien gewenst wordt er externe expertise ingebracht door de accountant (financiën) en voor specifieke onderwerpen door adviseurs. Het management van beide scholen wordt gevormd door een algemeen directeur en drie locatiedirecteuren. Op elke locatie zijn naast de locatiedirecteur groepsleerkrachten werkzaam, twee bouwcoördinatoren, twee of meer intern begeleiders van de leerlingenzorg en een ICT-er. Op alle locaties zijn onderwijsassistenten aanwezig voor in totaal minimaal een gehele week benoemd. Op alle locaties zijn mensen met conciërgetaken werkzaam. Elke locatiedirecteur heeft voor 7½ uur per week de beschikking over secretariële managementondersteuning. Daarnaast is een bestuurssecretariaat werkzaam voor 23 uur per week. Jaarverslag 2013 6 van 40 Bestuur Algemeen directeur Secretariaat Locatiedirecteur Locatiedirecteur Locatiedirecteur Bouwcoördinator IB-er ICT-er Managementondersteuning Conciërge Onderwijsassistent Lerarenondersteuner Leraar LA Leraar LB Na het aflopen van de ontheffing vanwege principiële bezwaren zijn in 2009 de wettelijk verplichte medezeggenschapsraden ingesteld. Voor alle raden is het instemmingsrecht omgezet in adviesrecht, dit op grond van een 2/3 meerderheid van de geraadpleegde ouders en personeelsleden. Er is sprake van een aparte medezeggenschapsraad voor zowel de ds. Joannes Beukelmanschool als de ds. Petrus van der Veldenschool. Daarnaast is er een gemeenschappelijke medezeggenschapsraad die de zaken behartigt die algemeen en overkoepelend voor beide scholen gelden. De diverse geledingen van de medezeggenschapsraden hebben in 2013 zesmaal vergaderd. Daarin zijn genomen bestuursbesluiten besproken en van advies voorzien, evenals andere zaken die het onderwijs betreffen. School, bestuur en medezeggenschapsraden mochten in goede verhouding met elkaar functioneren. De gegeven adviezen en het meedenken van de raden worden door de school gewaardeerd en zorgen voor meer draagvlak en kennis voor en van het uitgevoerde beleid. Elke locatie heeft zijn eigen schoolgids. Alle locaties gebruiken hetzelfde computerprogramma voor administratie en leerlingvolgsysteem, zodat gegevens gemakkelijk uitgewisseld kunnen worden. Bestuur en directie hebben met elkaar afgesproken op welke wijze, op welke terreinen en op welk moment verantwoording wordt afgelegd met betrekking tot de realisatie van de gestelde doelen. In een vastgestelde beleid- en begrotingscyclus is te zien wanneer de jaarlijks terugkerende verantwoording in de bestuursvergadering ingebracht dient te worden. Ook voor de meerjarige cycli is het bestuur alert op de daadwerkelijke uitvoering. Het bestuur beoordeelt de prestaties van het managementteam, i.c. van de scholen, regelmatig en systematisch door deze af te zetten tegen de expliciet gedane beleidsuitspraken: de uitspraken over de te behalen doelen en het opereren van de scholen binnen de uitgesproken handelingsruimte. Gegevens die daar niet over gaan zullen niet in de beoordeling worden betrokken. Jaarverslag 2013 7 van 40 Als strategische doelstelling is geformuleerd dat de school systematisch zorgt voor behoud en verbetering van de kwaliteit van haar onderwijs. Het schoolplan voorziet in een kwaliteitszorgcyclus van vier jaar. Het bestuur laat zich over de voortgang van deze cyclus eens per kwartaal informeren. 2. Verslag toezichthoudend orgaan In het verslag van vorig jaar is beschreven hoe de scheiding van het uitvoerend en toezichthoudend deel van het bestuur gestalte heeft gekregen. Met die ontwikkeling zijn met name de toezichthouders doorgegaan. Voor een goed functioneren van de toezichthouders is het een voorwaarde dat haar taakomschrijving vastgelegd wordt in een zgn. toezichthoudermatrix. Met behulp van de kennis en kunde van het VGS hebben de toezichthouders de matrix op kunnen stellen. In die matrix staat weergegeven waar de toezichthouders het komende jaar het accent op wil leggen. Het gaat dan over zaken die het hele schoolleven aangaan. De matrix kan elk jaar aangepast worden om het toezicht houden zo goed mogelijk te kunnen waarborgen. Verder zijn de toezichthouders 3 maal als apart deel van het bestuur in vergadering bijeen geweest. Verschillende keren is de toezichthouders gevraagd een mening te geven over zaken die het wezen van ons schoolleven aangaan. Zo is er een visie neergelegd over de vraag of de school primair verantwoordelijk is voor de opvoeding van kinderen. Overigens ook een zaak die besproken is binnen het management. Verder is er een gedachtewisseling geweest over de vrijheid van ons onderwijs. Er zijn zorgelijke ontwikkelingen gaande over de vrijheid die het reformatorisch onderwijs heeft. Met name het toelatingsbeleid komt steeds meer ter discussie te staan. Een punt wat blijvende aandacht behoeft. Tot slot hebben de toezichthouders de taak toe te zien op een goed functioneren van het bestuur als geheel. Als bestuur hebben we dat vastgelegd in de Code Goed Bestuur. 3. Beleidsterreinen Identiteit Op onze school voelen we ons thuis bij het geestelijk klimaat, dat verbonden is aan de namen van de mannen van de Reformatie en de Nadere Reformatie in de 16e, 17e en 18e eeuw. Daarom ontlenen onze scholen hun naam aan predikanten die respectvolle vertegenwoordigers van de Nadere Reformatie waren. Zij ijverden in al hun gemeenten voor de doorwerking van de leer van Gods Woord – zoals die opnieuw ontdekt werd ten tijde van de Reformatie – in het leven van de maatschappij. Hun eigen handel en wandel was hierin ten voorbeeld. Daarmee behoren onze scholen tot de zogenaamde reformatorische denominatie binnen het Nederlands onderwijsbestel. In de praktijk betekent dit dat de kinderen van onze school allen tot de gereformeerde gezindte behoren en zijn aangesloten bij o.a. de Protestantse Kerk in Nederland (Nederlands Hervormd), de Hersteld Hervormde Kerk, de Gereformeerde Gemeenten, de Gereformeerde Gemeenten in Nederland of de Oud Gereformeerde Gemeenten in Nederland. Het hoofddoel van onze scholen is het onderwijs geven overeenkomstig Gods Woord en de Drie Formulieren van Enigheid. De zienswijzen en uitgangspunten die hieruit voortvloeien, hebben uiteraard gevolgen voor alle overige beleidsterreinen en domeinen. Zo zijn we als christelijke school het aan onze grondslag verplicht kwalitatief goed onderwijs te bieden. Daarbij maken we de kanttekening dat kwaliteit slechts beperkt meetbaar is omdat een aantal essentiële factoren niet te kwantificeren zijn. Jaarverslag 2013 8 van 40 Het benoemen van personeel dat de grondslag van onze school van harte onderschrijft en daar ook in de praktijk op een duidelijke wijze uiting aan geeft, is ook in 2013 een wezenlijk onderdeel geweest van het kunnen voldoen aan de opdracht die de school zichzelf gesteld heeft. Gelukkig waren de financiële omstandigheden in 2013 van dien aard, dat we de reguliere uitgaven voor de voortgang van het onderwijs konden doen. Vanwege vertrek van personeel gecombineerd met personeelswisselingen en veranderingen van werktijdfactoren kon in het verslagjaar een zestal personen een benoeming krijgen. Van tevoren zijn voor dit doel veel gesprekken gevoerd met sollicitanten. Naast het personeel zijn de leerlingen minstens zo bepalend voor het beeld van de school. Daarom wordt bij de aanmelding van leerlingen in januari altijd speciale aandacht gegeven aan de onder ons bekende punten van identiteit. Net als in vorige jaren hebben we aandacht besteed aan ouders die voor het eerst een kind op onze school aanmeldden. Het punt identiteit staat geregeld op de agenda van de bestuursvergaderingen. Ook binnen de schoolorganisatie bezon men zich regelmatig op de identiteitspunten. Kwaliteitsbeleid We hebben als doelstelling op dit gebied dat de school systematisch zorgt voor behoud en verbetering van de kwaliteit van haar onderwijs. Het schoolplan 2011-2015 voorziet in een kwaliteitszorgsysteem voor de komende vier jaar. Er is een planning voor de behandeling van de diverse kwaliteitsonderwerpen voor de komende vier jaar vastgesteld die overigens wel elk jaar herzien wordt zodat urgente zaken ook bij voorrang aangepakt worden. Net als vorig jaar hebben de locatiedirecteuren met hun teams via deze planning een invulling van de schoolontwikkeling voor de komende vier jaar gemaakt, op basis waarvan is ingepland op welke onderdelen men scholing, ondersteuning e.d. nodig heeft. Voor het eerstvolgende schooljaar is dit uitgewerkt in een jaarplan en diverse deeljaarplannen. Voor dit alles is een op maat gemaakt computerprogramma in gebruik dat een grote hulp in dit alles betekent voor het management. De algemeen directeur rapporteerde aan het bestuur over de resultaten van de diverse kwaliteitsmetingen op detailniveau. Eens per kwartaal werd met de locatiedirecteuren een bespreking gevoerd waarin de voortgang van onderwijskundige ontwikkelingen aan de orde kwam, alsmede de financiën en het scholingsplan, aspecten van de identiteit, zaken rondom het personeel en andere locatiespecifieke onderwerpen. Met bijna alle personeelsleden, inclusief de directie, zijn functioneringsgesprekken en/of beoordelingsgesprekken gevoerd. In 2013 heeft de inspectie geen bezoek bij ons afgelegd. Wel heeft de inspectie de resultaten van de scholen beoordeeld. Voor de ds. Petrus van der Veldenschool en de locatie Lelsstraat van de ds. Joannes Beukelmanschool heeft de inspectie het basisarrangement vastgesteld. Dit betekent dat de inspectie geen aanwijzingen heeft dat er belangrijke tekortkomingen zijn in de kwaliteit van het onderwijs. Voor de locatie Weversstraat van de ds. Joannes Beukelmanschool heeft de inspectie het basisarrangement met een waarschuwing vastgesteld. Dit omdat het resultaat van het School Eind Onderzoek in 2013 voor deze locatie voor het tweede achtereenvolgende jaar onder de voldoende grens was. Besturen van scholen waarvan de eindopbrengsten in de laatste schooljaren onder de ondergrens liggen die de inspectie hanteert, worden hierop door de inspectie gewaarschuwd. Jaarverslag 2013 9 van 40 Overigens spreekt de inspectie in de toekenning van deze beoordeling uit dat zij geen reden ziet om een bestuursgesprek met ons te voeren. Uiteraard heeft de school, al nadat de school voor het eerst onder de ondergrens van de inspectie presteerde, een plan van aanpak vastgesteld om te proberen de resultaten van de genoemde toets hoger te laten zijn. Helaas is dat in 2013 niet gelukt. Daarom heeft de directie opdracht gegeven aan de schoolbegeleidingsdienst om een grootscheeps en diepgaand onderzoek uit te voeren op de school. Daarbij is gevraagd om naast het benoemen van de oorzaak van lage prestaties aanbevelingen te geven voor verbetering met concrete adviezen. Het onderzoek moest niet beperkt worden tot een deelgebied binnen de schoolorganisatie, maar alle facetten binnen de schoolorganisatie moesten erbij betrokken worden. De begeleidingsdienst is gevraagd zeer kritisch te zijn en school (schoolleiding, coördinatoren, interne begeleiders en leerkrachten) de spiegel voor te houden. Naar aanleiding van het onderzoeksrapport, wat enkele dagen voor de zomervakantie gereed kwam, is een actieplan opgesteld waarin een aantal concrete maatregelen en adviezen gericht op de hoogste groepen met het oog op het schooleindonderzoek, benoemd worden. De uitvoering van dit plan heeft direct vanaf het begin van het nieuwe schooljaar veel aandacht gekregen in vooral groep 8, maar ook de groepen 7 en 6. Er is ook een plan van aanpak voor de langere termijn vastgesteld, waarin een aantal geconstateerde verbeterpunten voor de school worden aangepakt. Na het afnemen van het schooleindonderzoek in december krijgt dit plan van aanpak alle aandacht in de hele school. Hiermee zal de school in 2014 langdurig werkzaam moeten zijn. Met betrekking tot de voortgang van de activiteiten rondom het vergroten van de ouderbetrokkenheid en tevredenheid heeft de Werkgroep Ouderbetrokken-heid die in 2013 actief is geweest, tweemaal vergaderd. In deze vergaderingen werden de afgesproken activiteiten rondom dit thema geëvalueerd. Er zijn doelen vastgesteld die in juni 2014 behaald moeten zijn en een aantal activiteiten uitgevoerd die er toe moeten leiden dat deze doelstellingen behaald worden. In het kader van de klachtenregeling zijn de vertrouwens-/ en contactpersonen inclusief de directie in maart bij elkaar geweest om ervaringen uit te wisselen en leerpunten te bepalen. De belangrijkste bespreekpunten dit keer waren het belang om bij incidenten op school tussen leerlingen en leerkrachten snel contact met ouders te leggen en ons hierin open en eerlijk op te stellen. De leerkracht en de locatiedirecteur spelen er een beslissende rol in om tot een goede afwikkeling te komen. Wat betreft de bereikbaarheid van de school en de locatiedirecteur is afgesproken dat alle locatiedirecteuren de interne communicatielijnen binnen de school nog eens nazien. Daarnaast is besloten om ons eigen stappenplan in geval van een benadering door het AMK te laten vervangen door een algemene meldcode. Vanaf 1 juli maken we op onze scholen gebruik van een Meldcode Huiselijk Geweld Er wordt nagedacht over de vraag of een contactpersoon binnen een school niet standaard van het vrouwelijk geslacht moet zijn. Onderwijs en leren Natuurlijk gaat het op de school in de eerste plaats om het geven van onderwijs aan de leerlingen. Zowel het schoolklimaat, het didactisch handelen, de beschikbare onderwijstijd als het leerstofaanbod zijn hierop gericht. Daarnaast is er de leerlingenzorg om passende zorg aan te bieden aan kinderen voor wie dit op enig terrein nodig is. Er is veel wat hier genoemd kan worden als passend binnen het bovenstaande en waar veel tijd en energie in is gestoken. Enkele onderwerpen: Rondom het aspect leerstofaanbod noemen we Engels. In het afgelopen jaar zijn alle scholen begonnen met het werken met de methode Stepping Up, die als methode voor de Jaarverslag 2013 10 van 40 basisschool als voorloper van een methode in het VO geldt. In de groepen 1 t/m 6 werken we nu met de methode My Name is Tom. Sommigen zijn aan een vervolgcursus begonnen die hen op het niveau van een “near native speaker” brengt. Rondom het aspect van de onderwijstijd zijn er geen ontwikkelingen. Natuurlijk is ook in 2013 het didactisch handelen op alle locaties een punt van grote aandacht geweest. Op alle locaties is dit telkens onderwerp van besprekingen. De locatiedirecteuren doen klassenbezoeken waarin gekeken wordt naar aspecten van dit didactisch handelen. Het zgn. opbrengstgericht werken heeft veel aandacht. Rondom het werken met hoogbegaafde kinderen is extra materiaal aangeschaft en wordt dit ingezet. T.a.v. rekenen specialiseren en scholen leerkrachten zich in het herkennen van en omgaan met zgn. ernstige reken- en wiskundeproblemen. Alle scholen werken nu met de leesmethode Leesfontein die in 2012 op alle locaties is ingevoerd. Met behulp van deze methode hopen we de leesresultaten te verbeteren. Rondom aspecten van het schoolklimaat spreekt een nieuw kerndoel m.b.t. seksuele diversiteit over een “onderwijsaanbod waar de school in zal moeten voorzien”. Op onze school is de methode “Wonderlijk gemaakt” aanwezig; deze zit niet in ons standaard curriculum. Een les in de Schildserie over deze kwestie is deel gaan uitmaken van het leerstofaanbod. Via burgerschap geven we invulling aan het “respectvol omgaan met seksuele diversiteit in de samenleving”. Bij de zorg en begeleiding van kinderen hebben we eraan gewerkt de kwaliteit hiervan hoog te houden. Alle scholen maken gebruik van de leerlingbegeleiding van het ds. G.H. Kerstencentrum (KOC). De komst en voorbereidingen van het zogenaamde Passend Onderwijs heeft opnieuw veel aandacht gekregen in het verslagjaar. Op alle drie de scholen wordt nu gewerkt volgens het zgn. handelingsgericht werken en hanteert men groepsplannen. Hiermee zorgen we dat we in minder tijd meer kinderen hulp kunnen verlenen, maar ook dat we meer met groepsplannen en minder met individuele hulpplannen gaan werken. De komst van een landelijk reformatorisch samenwerkingsverband heeft veel overleg gevergd. Onze scholen hebben zich bij dit verband aangesloten. Gezamenlijk bereiden we ons voor op alle voorwaarden en eisen die de wet van ons vraagt als Passend Onderwijs per 1 augustus 2014 wettelijk gaat worden. Onze scholen werken inmiddels al nauw samen met andere reformatorische scholen in onze regio. Alle drie de scholen (locaties) hebben in het verslagjaar een ondersteuningsprofiel opgesteld. 4. Opbrengsten Leerling-populaties De ds. Joannes Beukelmanschool (03LQ) beschikt over twee relatief oude gebouwen (uit resp. 1940 en 1954) welke op loopafstand van elkaar in het centrum van Alblasserdam zijn gevestigd. Het gebouw uit 1940 bestaat uit 11 lokalen en één noodlokaal wat in 2013 op het schoolplein is geplaatst. In 2011 heeft deze locatie ook een dependance met twee groepen in gebruik genomen. Het gebouw uit 1954 heeft 10 lokalen. Aan de school waren in 2013 42 personeelsleden verbonden, die met elkaar 28,6 formatieplaatsen vervulden. Het leerlingenaantal was op 1 oktober 2013 571 leerlingen. De leerlingenprognoses voor de komende jaren laten nog steeds een stijging zien. Jaarverslag 2013 11 van 40 De ds. Petrus Van der Veldenschool (23UX) beschikt over een gebouw dat in 1990 nieuw gebouwd is. Na diverse uitbreidingen bestaat het uit 11 lokalen. Aan de school waren eind 2013 22 personeelsleden verbonden, die met elkaar ruim 13 formatieplaatsen vervulden. Het leerlingenaantal was op 1 oktober 2012 228 leerlingen. De verwachting is dat het leerlingenaantal op de school na enkele jaren zal dalen. In januari 2013 konden er 28 en 82 leerlingen worden ingeschreven bij respectievelijk de ds. Petrus van der Veldenschool en de ds. Joannes Beukelmanschool voor het nieuwe schooljaar 2013-2014 en daarna. Inschrijvingen: Joannes Beukelmanschool Petrus van der Veldenschool Jaarverslag 2013 012006 68 29 012007 68 33 012008 81 34 012009 64 24 012010 79 36 012011 78 31 012012 63 25 012013 82 28 12 van 40 Uitstroom Joannes Beukelmanschool Petrus van der Veldenschool 072006 (±) 50 45 072007 (±) 55 30 072008 (±) 50 25 072009 (±) 70 50 072010 (±) 55 25 072011 (±) 60 30 072012 (±) 60 30 072013 (±) 60 25 Resultaten Gedurende de ‘loopbaan’ van de leerlingen op school wordt op vaste momenten nagegaan of zij zich naar verwachting ontwikkelen, dus ziende op de hun geschonken talenten. De (basis)school biedt de leerlingen een basis voor een vervolgopleiding. Die basis moet goed zijn en een van de doelen van de school is dan ook dat de resultaten van de leerlingen tenminste liggen op het niveau dat verwacht mag worden. Hiervoor zijn verschillende criteria aangelegd. 2 Scores ds. Beukelmanschool Lelsstraat 1,5 1 0,5 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 -0,5 -1 -1,5 Jaarverslag 2013 13 van 40 110,0% 105,0% 100,0% 95,0% 90,0% Rendement ds. Joannes Beukelmanschool, Lelsstraat 85,0% 80,0% 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 De resultaten van de locatie Lelsstraat van de ds. Joannes Beukelmanschool aan het eind van de schoolperiode waren opnieuw hoger dan op grond van haar populatie verwacht mag worden. Er was een positieve afwijking van +1.18, oftewel een rendement van 107,6%. Een analyse van dit resultaat laat zien dat qua taalen rekenresultaten deze locatie vergeleken met andere (reformatorische) scholen die een soortgelijk schooleindonderzoek afnemen, hoog scoort, op resp. 90% en 100%, en dat de studievaardigheden van de leerlingen op 80% zitten. Deze laatste percentages betekenen dat in geval van 100% de school bij hoogste presterende scholen behoort; bij een score van 90% is het dan 10% dat nog hoger scoort. We hopen dat dit resultaat zich in de komende jaren zo mag voortzetten. De trendlijn in de rendementgrafiek is stijgend. 0,4 0,2 0 -0,2 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 -0,4 -0,6 -0,8 -1 -1,2 -1,4 -1,6 Scores ds. Beukelmanschool Weversstraat -1,8 Jaarverslag 2013 14 van 40 102,0% 100,0% 98,0% 96,0% 94,0% 92,0% Rendement ds. Joannes Beukelmanschool, Weversstraat 90,0% 88,0% 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 De resultaten van de locatie Weversstraat van de ds. Joannes Beukelmanschool aan het eind van de schoolperiode waren helaas niet op het niveau wat verwacht mocht worden. Er was sprake van een negatieve afwijking van - 1.64, en een rendement van 96,1%. Gezien de verhouding met de intelligentie van de kinderen is dit een onvoldoende uitslag. Dat bleek ook uit de resultaten die behaald werden: op het gebied van taal scoorde de school gemiddeld 20%, dat wil zeggen dat 80% van de scholen het beter doet. Op het gebied van rekenen was de score 30%, dat betekent dat zo’n 70% van de scholen een hogere score had. De studievaardigheden van de kinderen scoorden op 20%. In de tabellen hieronder ziet u de resultaten aan het einde van de schoolperiode. Bij een score lager dan – 0.50 beoordeelt de inspectie dit als niet voldoende, een score hoger dan + 0.50 wordt als heel goed beoordeeld. Resultaten Ds. Joannes Beukelmanschool (totaal) Locatie Lelsstraat Locatie Weversstraat 2002 2003 2004 2005 2006 2007 -0.50 -1.24 -0.63 -0.91 -0.79 -0.03 Resultaten Ds. Joannes Beukelmanschool (totaal) Locatie Lelsstraat Locatie Weversstraat 2008 2009 -0.28 0.07 -0.66 0.09 0.61 -0.91 2010 2011 2012 2013 1.54 -0.04 1.04 -0.21 1.29 -0.41 1.18 -1.64 We kunnen de resultaten ook weergeven in de vorm van een rendement: de score voor schoolvorderingen gedeeld door die van de intelligentie. In theorie zouden beide scores even hoog moeten zijn. Wanneer de schoolvorderingen of prestaties lager zijn, wordt er een rendement < 100% gehaald. Bij een rendement > 100% zijn de prestaties hoger dan de intelligentie, ruwweg gezegd: wat er in de kinderen Jaarverslag 2013 15 van 40 zit. In dat geval haalt het onderwijs relatief meer uit de kinderen dan je mag verwachten. De trendlijn in de rendement grafiek is stijgend. Resultaten 2002 2003 Ds. Joannes Beukelmanschool 98.2% 93.2% (totaal) Resultaten Locatie Lelsstraat Locatie Weversstraat 2004 2005 2006 2007 96.7% 96.4% 97.3% 93.6% 2010 2011 2012 2013 2008 2009 95.8% 100.1% 106.5% 106.5% 108.0% 107,6% 98.0% 94.6% 99.1% 101.1% 99.1% 96.1% Resultaten 2007 2008 2009 2010 2011 2012 Ds. Petrus van der Veldenschool 1.49 1.75 -0.12 -0.89 0.48 -0.03 2013 0.69 rendement 100.3 % 103.6 % 97.7% 95.0% 104.6 % 102.4% 105.9% De opbrengsten van de ds. Petrus van der Veldenschool met betrekking tot de resultaten van de leerlingen aan het eind van de schoolperiode waren opnieuw positief. Er was sprake van een score van 0.69 en een rendement van 105,9%. Dat betekent een goed resultaat. Een analyse van dit resultaat laat zien dat qua taal- en rekenresultaten deze locatie vergeleken met andere (reformatorische) scholen wisselend scoort. De resultaten voor taal zitten op 70%, wat betekent dat 30% van de scholen het beter doet. Wat betreft rekenen zit de school op 50%, en dus doet 50% van de scholen het beter. Maar de studievaardigheden van de leerlingen zitten op 20%. Overigens wijst het rendement van meer dan 100% er op dat de school dus wel veel uit de kinderen haalt met het onderwijs. De trendlijn in de rendement grafiek is stijgend. Resultaten 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 Ds. Petrus van der Veldenschool rendement -1.10 -0.88 -1.64 0.45 -0.27 0.67 0.08 95.0% 92.1% 100.8% 98.0% 102.7% 101.1% We wijzen er opnieuw op dat we moeten oppassen om ons onderwijs alleen op bovenstaande technische manier te bezien. Ten diepste zien wij ons onderwijs immers toch in de hoop dat het dienstbaar mag zijn tot uitbreiding en bevordering van Gods Koninkrijk. Hoewel in alle verbanden in en rond de school alleen maar tekorten aan onze zijde zijn aan te wijzen, mocht het onze bede zijn dat de Heere ook deze middelen nog met Zijn zegen zou willen achtervolgen. Jaarverslag 2013 16 van 40 Scores ds. Petrus van der Veldenschool 2 1,5 1 0,5 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 -0,5 -1 -1,5 -2 110,0% 105,0% 100,0% 95,0% 90,0% Rendement ds. Petrus van der Veldenschool 85,0% 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 5. Personeel Voor beide scholen konden we over 2013 spreken van een goede personeelsvoorziening. Structurele tekorten of vacatures waren er niet, in de zin dat er geen personeel voor te vinden was. Gelukkig waren de financiële omstandigheden in 2013 van dien aard, dat alle gewenste mutaties binnen het personeelsbestand uitgevoerd konden worden. Vanwege vertrek van personeel gecombineerd met personeelswisselingen en veranderingen van werktijdfactoren kond in het verslagjaar een zestal personen een benoeming krijgen. Wat betreft de ds. Petrus van der Veldenschool bleef het aantal groepen het gehele verslagjaar op 10. De totale formatie (aantal FTE - voltijd-formatie-eenheid) is dan ook gelijk gebleven. Aan het eind van 2013 waren er 22 medewerkers in dienst; vorig jaar waren dat er 21. Jaarverslag 2013 17 van 40 Het verzuimpercentage over het schooljaar 2012-2013 bedroeg 2,35 %. Dat is minder dan vorig jaar (2,91%) en minder dan de helft van het landelijk percentage wat ruim boven de 6% ligt. Het ziekteverzuim op reformatorische scholen ligt rond de 3,25%. Ds. Petrus van der Veldenschool Aantal leerlingen (t-1) Aantal FTE’s Aantal leerlingen per FTE 2005 266 2006 259 2007 247 2008 246 2009 263 2010 258 2011 257 2012 245 2013 239 13.82 19 15.78 16 15.99 15 14.96 16 14.90 18 15.02 17 13.90 18 13.30 18 13.10 18 De totale personeelsformatie van de ds. Joannes Beukelmanschool steeg in het verslagjaar met ongeveer 1,6 FTE. Deze stijging werd geheel veroorzaakt door een toename van het onderwijsgevend personeel. Aan het eind van 2013 waren er 42 medewerkers in dienst, vorig jaar waren dat er 41. Het aantal groepen op de locatie Lelsstraat steeg naar 13, op de locatie Weversstraat bleef het aantal groepen gelijk op 10. Het ziekteverzuimpercentage in 2012-2013 bedroeg 3,66 %, dat is iets hoger dan het percentage van vorig jaar (3,1%), maar lager dan het landelijk percentage. Ds. Joannes Beukelmanschool Aantal leerlingen (t-1) Aantal FTE’s Aantal leerlingen per FTE 2005 428 2006 461 2007 471 2008 492 2009 507 2010 496 2011 514 2012 525 2013 556 25.15 17 24.93 18 26.39 18 28.11 18 29.24 17 28.73 17 26.90 19 27.00 19 28.60 21 In het bovenschools personeelsbestand zijn ook in 2013 geen nieuwe personen benoemd. Naast de algemeen directeur zijn daarin benoemd de beide bestuurssecretaresses. In 2013 was voor in totaal 1,62 FTE aan personeel hierin benoemd, hierin zijn geen wijzigingen opgetreden. Aan het eind van 2013 waren er 3 medewerkers in dienst. Het ziekteverzuimpercentage was vrijwel 0%. In totaal steeg de formatie in 2013 met ongeveer 1,0 FTE tot 42,9 FTE. Er waren aan het eind van 2013 dus 67 medewerkers in dienst, twee meer dan vorig jaar toen het er 65 waren. Ook in het jaar 2013 is veel te noemen rondom de persoonlijke sfeer van personeel. Moeite, verdriet en vreugde lagen soms dicht bij elkaar. Zo was er sprake van huwelijken en gezinsuitbreidingen, maar ook van diverse sterfgevallen in de familie van personeelsleden. Waar mogelijk probeerden bestuur en directie daarin mee te leven. Scholing Joannes Beukelmanschool De scholingsactiviteiten van het personeel richtten zich op de volgende zaken: In februari werd ’s middags een vervolgcursus over Communicatie met ouders gehouden voor het personeel van de ds. Joannes Beukelmanschool, locatie Lelsstraat. Jaarverslag 2013 18 van 40 Het team van deze locatie heeft ook scholing (een aantal cursusbijeenkomsten) gevolgd over ernstige reken- en wiskundeproblemen (ERWD). De scholing over het zgn. handelingsgericht werken, een andere manier van denken over het werken met kinderen die extra zorg nodig hebben, is voortgezet en afgerond. De hoogbegaafdheidspecialist heeft een informatiebijeenkomst verzorgd voor haar collega’s. Individuele leerkrachten volgden daarnaast individuele scholing; te denken valt aan scholing voor IB-ers, ICT-ers, hoogbegaafdheidsspecialist en kleinschalige scholing. Vaak wordt deze scholing dan weer door hen doorgezet naar hun collega’s. Uiteraard is ook ingezet op een herhalingscursus van de vaardigheden voor bedrijfshulpverlening. Petrus van der Veldenschool De scholingsactiviteiten van het personeel richtten zich op de volgende zaken: Enkele leerkrachten volgen een vervolgstudie Engels gericht op hun eigen vaardigheden in relatie tot het geven van het vak Engels. De scholing over het zgn. handelingsgericht werken, een andere manier van denken over het werken met kinderen die extra zorg nodig hebben, is voortgezet en afgerond. Het team heeft scholing (een aantal cursusbijeenkomsten) gevolgd over ernstige reken- en wiskundeproblemen (ERWD). De kleuterbouw vervolgde een scholing over de aanpassing van de huidige leerlijnen in het onderwijsaanbod, gericht op de aansluiting tussen groep 2 en groep 3. Deze is scholing is in december jl. afgerond. Individuele leerkrachten volgden daarnaast individuele scholing; te denken valt aan scholing voor IB-ers, ICT-ers, hoogbegaafdheidsspecialist en kleinschalige scholing. Vaak wordt deze scholing dan weer door hen doorgezet naar hun collega’s. Uiteraard is ook ingezet op een herhalingscursus van de vaardigheden voor bedrijfshulpverlening. De directie volgde daarnaast studiedagen over het meten van de sociale opbrengsten van het onderwijs door de inspectie, over de gezagscrisis, over opleidingsgericht leiderschap (over leiding geven aan deskundigheidsbevordering bij leerkrachten), over identiteitsgericht leiderschap (over leiderschap richting school en personeel m.b.t. de identiteit) en over de waarde of onwaarde van de reformatorische zuil in ons land. Tijdens die studiedagen werd ook nagedacht over taakbeleid en onderzoeksmatig leiderschap voor schoolleiders. Er is besproken hoe de verschillende lectoraten betreffende het christelijk onderwijs van belang zijn voor de scholen. Er werd gesproken over een zgn. pedagogische canon en het omgaan met gedragsproblemen. In oktober woonde de directie een studiedag voor directieleden van onze besturenorganisatie VGS bij. ’s Morgens werd nagedacht over de politieke ontwikkelingen rondom de vrijheid van onderwijs en de rol van de schoolleider hierin. ’s Middags volgden we workshops over de actuele ontwikkelingen m.b.t. de meerjarenbegroting 2014, beleid rondom het omgaan met social media, de sociale veiligheid binnen de school. Aan het eind van de dag volgden we de installatierede van de nieuwe lector nieuwe media bij Driestar Educatief. Ook in oktober werd de tweejaarlijkse onderwijsdag van het KOC gehouden, waarvoor onze ds. Joannes Beukelmanschool dit keer de gastschool was. ‘s Morgens stond het onderwerp school en ouders centraal. ’s Middags werden er workshops gevolgd, onder meer over mediaopvoeding en ouders met opvoedingsverlegenheid. Jaarverslag 2013 19 van 40 De voltallige directie volgde een verdiepte mediatraining bij het RD in Apeldoorn, uitgaande van de VGS. Gezien het feit dat kort hierna de mazelenepidemie uitbrak waardoor de kwestie van al of niet vaccineren in de aandacht kwam en zowel een locatiedirecteur als de algemeen directeur door diverse kranten, radio en TV benaderd werden, was deze training heel nuttig. Het boek "Onderwijs vraagt leiderschap" hebben alle managementleden bestudeerd. M.b.v. de intervisiemethode zijn praktijkcases n.a.v. het boek behandeld. Deze cases waren gericht op de punten die de teams als ontwikkelpunten hebben meegegeven aan het management via de scan die bij het genoemde boek behoort. Overigens volgen enkele locatiedirecteuren ook de externe intervisiemomenten via de directeurenkring van onze schoolbegeleidingsdienst. Personeelsbeleid Zoals elk jaar is kort na aanvang van het schooljaar het bestuur samengekomen met het personeel in een zogenaamde openingsbijeenkomst. Dit geeft de gelegenheid om zowel het schooljaar op een gepaste wijze te openen als op informele wijze kennis te maken met nieuw benoemde leerkrachten. In het jaar 2013 is een vervolgstap gezet met de functiedifferentiatie voor on-derwijsgevend personeel, de zogenaamde functiemix die in de CAO is opgeno-men en die voortvloeit uit het Actieplan Leerkracht. Opnieuw zijn er twee leer-krachten in een zgn. LB functie benoemd. Standaard hebben groepsleerkrachten een benoeming als LA leerkracht. Een LB functie houdt in dat een leerkracht naast de taken als groepsleerkracht LA ook taken toebedeeld krijgt die met de ontwikkeling van de school als geheel en met beleid te maken hebben. Op de ds. Petrus van de Veldenschool is het percentage aan LB- leerkrachten nu 16,85%; op de ds. Joannes Beukelmanschool is het percentage 25,78%. Voor de totale organisatie is het percentage 23,14%. Het grootste deel van de personeelsleden kreeg in 2013 een functionerings- of beoordelingsgesprek. Alle personeelsleden hebben een persoonlijk ontwikkelingsplan en een vaardigheidsdossier vastgesteld. Voor wat betreft het gevoerde beleid inzake van de beheersing van uitkeringen na ontslag: de school is aangesloten bij BWGS (Beheersing Wachtgeldvolume Gereformeerd Schoolonderwijs). BWGS betaalt de uitkeringskosten van werkloos onderwijspersoneel van de bij haar aangesloten scholen, onder de voorwaarde dat een schoolbestuur kan aantonen dat zij zich voldoende heeft ingespannen om ontslag van een personeelslid te vermijden en, voor zover mogelijk, een goed alternatief heeft geboden (binnen de school, of daarbuiten). Scholen zijn zelf verantwoordelijk voor de door hen veroorzaakte werkloosheidskosten, tenzij het BWGS die kosten vergoedt. Bij een (dreigend) ontslag van een personeelslid wordt hiervan melding gedaan bij BWGS door middel van een aantal formulieren waarop diverse gevraagde informatie wordt verstrekt. BWGS toetst een eventueel verzoek tot betaling van uitkeringskosten aan de hand van haar reglement. Bij elke melding wordt beoordeeld of aan de inspanningsverplichting is voldaan. Het bevoegd gezag heeft tal van mogelijkheden en instrumenten van personeelsbeleid die gericht zijn op het voorkomen van een beroep op een werkloosheidsregeling. Omdat niet voor iedere soort ontslag eenzelfde inspanning kan worden verwacht, is bij iedere ontslaggrond aangegeven aan welke eisen het bevoegd gezag dient te voldoen. Jaarverslag 2013 20 van 40 6. Huisvesting De huisvesting van onze scholen heeft in 2013 opnieuw uitvoerig aandacht nodig gehad. Dit geldt niet alleen de nieuwbouw van de locatie Lelsstraat van de ds. Joannes Beukelmanschool, maar ook het klein en groot onderhoud van de scholen. Het groot onderhoud van de gebouwen en terreinen van de scholen is gesplitst: het onderhoud van de buitenkant van de school en het terrein erom heen is een zaak van de gemeente. De gemeente betaalt dit eventueel onderhoud en regelt dit in samenwerking met de school. Het onderhoud en de inrichting van de binnenkant van de school is de verantwoordelijkheid van de scholen zelf. Daar hoort onder meer ook de schoonmaak bij. Overigens is alle klein onderhoud in ieder geval voor rekening van de scholen. De directie wordt in deze verantwoordelijkheid ondersteund door de huisvestingscommissie en voor de uitvoering van diverse taken door de oudercommissies van alle locaties. Het bestuur bedankt bij deze opnieuw iedereen die een bijdrage leverde aan het onderhoud van onze schoolgebouwen. De vrijwilligers hebben samen met onze conciërges hierin ook dit jaar weer veel werk verricht aan onderhoud en schoonmaak. Wij zijn hen hier zeer erkentelijk voor! In het najaar is door een gespecialiseerd bedrijf een opname uitgevoerd van de stand van zaken van het onderhoud aan onze scholen. Deze opname is gedaan bij de locatie Weversstraat van de ds. Joannes Beukelmanschool en de ds. Petrus van der Veldenschool. Op grond van deze opname is onze meerjarenonderhoudsplanning geactualiseerd. Opvallende dingen zijn niet naar voren gekomen. De staat van het onderhoud van deze school is goed en wordt goed bijgehouden, aldus het bedrijf. Hierna wordt kort ingegaan op de specifieke huisvesting van de twee scholen. Ds. Joannes Beukelmanschool Locatie Lelsstraat Na opnieuw een stijging van het leerlingenaantal in 2013 wijzen prognoses voor de komende jaren er nog altijd op dat we binnen enkele jaren voor de ds. Joannes Beukelmanschool in totaal wellicht 26 lokalen nodig hebben. In de zomer van 2010 heeft het college van B&W besloten de locatie Mesdaglaan 1 aan te wijzen voor nieuwbouw van de ds. Joannes Beukelmanschool, locatie Lelsstraat. Na een zorgvuldige afweging van de verschillende locaties is deze keuze gemaakt, temeer omdat we zelf hadden aangegeven een voorkeur te hebben voor deze locatie, waar tot eind 2010 een andere basisschool gevestigd was. Er is gekozen voor een zgn. brede school. Partners hiervan zijn naast de ds. Joannes Beukelmanschool, de Stichting Adullam voor Gehandicaptenzorg en de Reformatorische Peuterspeelzaal Kiekeboe. In het verslagjaar zijn de details van het definitief ontwerp voor het gebouw verder uitgewerkt. We denken daarbij alleen het gebouw met de inwendige plattegrond, maar ook aan de buitenruimte en de omgeving. Vooral in het overleg met de Gemeente Alblasserdam en de buurt is veel tijd gaan zitten, te meer omdat er vanuit de omgeving veel tegenstand was. Politiek gezien was de route van een voorontwerp bestemmingsplan naar een definitief bestemmingsplan op voorhand zeker geen gelopen race. Gelukkig konden we vlak voor de zomervakantie overeenstemming over een aantal knelpunten bereiken en stemde de politiek unaniem voor het nieuwe bestemmingsplan. Gelukkig werden daar geen bezwaren tegen ingediend. In het najaar is de omgevingsvergunning verleend. Ook hierin verliep het proces bij de Gemeente Alblasserdam niet vlot. Gelukkig bleek aan het eind van het verslagjaar dat er Jaarverslag 2013 21 van 40 uiteindelijk geen bezwaren hiertegen zijn ingediend, hoewel ook nu opnieuw met de buurtbewoners overlegd moest worden. Aan het eind van het verslagjaar bleek de omgevingsvergunning onherroepelijk. Nadat het bestek geschreven was, heeft aan het eind van het verslagjaar de aanbesteding plaatsgevonden. We verwachten in het eerste kwartaal van 2014 met de bouw te kunnen beginnen. Daarvoor wordt ongeveer een jaar uitgetrokken. In het verslagjaar is bij de Gemeente Alblasserdam een aanvraag ingediend voor een 24e lokaal. Dit lokaal is in de vorm van een noodlokaal op het schoolplein van de locatie aan de Lelsstraat geplaatst. Daarnaast heeft de school nog altijd een dependance met twee lokalen aan de Esdoornlaan te Alblasserdam. Hierbij tekenen we aan dat de locatie Weversstraat die door ons organisatorisch als een zelfstandige school beschouwd wordt, formeel ook een dependance van het gebouw aan de Lelsstraat is. Ondertussen blijft het zaak om, lettend op de staat van onderhoud van het gebouw aan de Lelsstraat, telkens de afweging te maken of onderhoud nog uitgevoerd moet worden of dat dit niet meer nodig is omdat we binnen enkele jaren dit gebouw gaan verlaten. Afgesproken is dat redenen van veiligheid, duurzaamheid en leefbaarheid toch ertoe kunnen leiden onderhoud te plegen aan dit oude gebouw. Met de Gemeente Alblasserdam en de brandweer zijn gesprekken geweest over de eisen die de brandweer vanwege nieuwe normen aan de schoolgebouwen stelde, en de daaruit voortvloeiende aanpassingen van het schoolgebouw aan de Lelsstraat. Uiteraard is dit bezien in relatie tot het komende vertrek uit dit gebouw. Klein onderhoud is te allen tijde een aangelegenheid voor de school en wordt vaak door de vrijwilligers via de oudercommissie uitgevoerd, maar soms ook door bedrijven, al naar gelang de aard van het werk. We denken aan het reinigen van de lichtkoepels, het schoonmaken van de goten en het platte dak, snoeiwerk in de tuin, zand in de zandbak, reparaties aan het linoleum, enzovoort. Daarnaast hebben we onze onderhoudscontracten die bij controle het nodige aan reparatie en/of vervanging opleveren. Tevens werd veel klein onderhoudswerk direct uitgevoerd door onze conciërge. Naar aanleiding van de genoemde verscherpte eisen van de brandweer zijn er aanpassingen geweest aan o.a. de brandmeldinstallatie. De buitenberging op het kleuterplein is vernieuwd. Locatie Weversstraat Er is voor gekozen om groei van de school niet op te vangen in het gebouw aan de Weversstraat, maar in het andere gebouw van de ds. Joannes Beukelmanschool. Dat betekent dat voor het bestaande gebouw geen uitbreidingen te verwachten zijn. Anderzijds betekent dit ook dat groot en klein onderhoud goed uitgevoerd moeten worden – in tegenstelling tot het gebouw aan de Lelsstraat, waar het onderhoud telkens in relatie tot de verwachte nieuwbouw moet worden bezien. Groot onderhoud door de gemeente is in het verslagjaar op verschillende onderdelen uitgevoerd. Er is een nieuw toegangshek geplaatst vanwege de aangepaste ARBO wetgeving. In de zomervakantie zijn er nieuwe kozijnen met dubbel glas geplaatst, en zijn er betonnen en metselwerken hersteld en geschilderd. Het gebouw heeft hierdoor weer een fris en eigentijds uiterlijk gekregen, en we hopen dat het dubbel glas leidt tot een lagere energierekening. In ieder geval leidt deze verbouwing tot minder verkeersgeluid van buiten. Bij het groot onderhoud door de school noemen we het schilderwerk binnen, dat gefaseerd wordt aangepakt. Daarvoor hebben we de beschikking over een kleuradvies. De bedoeling is dat dit in de zomer van 2014 afgerond wordt. In het verslagjaar is tevens de verwarmingsketel vervangen. Jaarverslag 2013 22 van 40 In het klein onderhoud deden onze conciërges nuttig werk. Uiteraard noemen we hier opnieuw het werk van vrijwilligers uit de ouders die via de oudercommissie ook verdienstelijk werk deden. Verder is er een aantal onderhouds- en herstelwerkzaamheden uitgevoerd door bedrijven. Naar aanleiding van de genoemde verscherpte eisen van de brandweer zijn er aanpassingen geweest aan o.a. de brandmeldinstallatie en de cv-ruimte. Petrus van der Veldenschool Op basis van de prognoses is in de eerstkomende jaren geen uitbreiding noodzakelijk. Natuurlijk heeft het normale onderhoud wel onze aandacht gehad. Groot onderhoud door de gemeente is in 2013 niet uitgevoerd. Bij het groot onderhoud door de school noemen we het schilderwerk. Een interne commissie heeft nagedacht over diverse kleurstellingen in relatie tot nieuwe vloerbedekking. In het verslagjaar is de school van binnen geheel geschilderd en voorzien van een nieuwe, frisse kleurstelling. Daarnaast zijn de kleuteraanrechten vervangen. Klein onderhoud is er op allerlei gebied uitgevoerd rondom goten, dakramen, noodverlichting, straatwerk, e.d. Ook bij deze school mogen de conciërge en de vrijwilligers met ere genoemd worden, die veel klein onderhoudswerk voor hun rekening namen, o.a. straatwerk. Verder is er een aantal onderhouds- en herstelwerkzaamheden uitgevoerd door bedrijven, o.a. aan de verwarming, de zonwering en de schoolbel. Jaarverslag 2013 23 van 40 7. Communicatie en relaties Dit hoofdstuk gaat over het overleg wat de school voert met externe organisaties, ouders en/of verzorgers. Naast de onderdelen die al in andere hoofdstukken aan de orde zijn geweest noemen we hier net als vorig jaar dat zowel met de gemeente Alblasserdam als met de gemeente Nieuw-Lekkerland de beide scholen structureel overleg met de wethouder onderwijs voeren. Daarnaast is er sprake van een overlegvorm met de plaatselijke scholen/besturen voor basisonderwijs. In deze overleggen komt o.a. de zogenaamde Lokale Educatieve Agenda aan de orde, waar onderwerpen besproken worden die de plaatselijke onderwijspolitiek aangaan. Te denken valt dan aan alle zaken rondom huisvesting, de mogelijkheden voor financiële bezuinigingen voor de gemeenten betreffende het onderwijs, de veiligheid rondom de scholen, de jeugdzorg en de relatie met Passend Onderwijs (o.a. zaken met betrekking tot het Centrum voor Jeugd en Gezin), medegebruik, handhaving van de leerplicht, voorschoolse educatie (dus bedoeld voor kinderen van 2-4 jaar) en zaken rondom leerlingenzorg zoals Passend Onderwijs. Daarnaast zijn er contacten geweest met de besturenorganisaties waar ons bestuur bij aangesloten is, de VGS en de VBSO. Er werd deelgenomen aan diverse bijeenkomsten die door deze organisaties werden georganiseerd, zoals directiedagen. Tevens is er een overleggroep van algemeen directeuren waarin onze organisatie participeert. In het kader van zorg voor kinderen zijn er veel contacten geweest, al of niet in relatie tot onze deelname aan het samenwerkingsverband FVCS (Federatief Verband van Christelijke Scholen op gereformeerde grondslag). Er werd door ons namens het FVCS deelgenomen aan de Regionale Zorg Commissie voor het reformatorisch onderwijs in deze regio. Daarnaast werden de twee ledenvergaderingen van het FVCS bezocht en had de algemeen directeur zitting in de zorgplancommissie van dit samenwerkingsverband. De algemeen directeur heeft ook zitting gehad in een landelijke stuurgroep die de komst van een nieuw reformatorisch samenwerkingsverband passend onderwijs heeft voorbereid en aangestuurd. Driemaal werd er deelgenomen aan een overleg tussen de scholen die aangesloten zijn bij dezelfde schoolbegeleidingsdienst, waar allerlei onderwijskundige zaken aan de orde kwamen. In deze groep werd ook het beleid van het FVCS besproken. In het kader van de nieuwbouw van onze locatie aan de Lelsstraat hebben we in het verslagjaar naast de gemeente veel contact gehad met vertegenwoordigers van Adullam en peuterspeelzaal Kiekeboe en de buurt waarin de nieuwe school gebouwd wordt. In maart hielden de vertrouwens- en contactpersonen met de directie hun jaarlijkse vergadering. Met de oudercommissies is diverse malen overleg gepleegd, voornamelijk om te zorgen voor een goede afstemming van de werkzaamheden op elkaar. De locatiedirecteur was vaak bij de vergadering van de commissies aanwezig. Ook in 2013 hebben de medezeggenschapsraden hun werk gedaan. Er is sprake van een goede samenwerking waarbij er meegedacht en geadviseerd wordt over zaken binnen onze scholen. Dat alles wordt gewaardeerd! In november 2013 werd opnieuw een ouderavond georganiseerd voor de ouders van beide scholen. Dhr. P.W. Moens, bestuurder van de VGS, sprak over het onderwerp: Wat is onze Jaarverslag 2013 24 van 40 reformatorische school ons waard? De spreker wees op de waarde van de reformatorische school, in welke context dit onderwijs staat en wat de toekomst ervan is. De avond werd goed bezocht al mogen we gezien het totaal aantal ouders van onze drie schoollocaties nog wel een grotere opkomst verwachten. Er heerste een goede sfeer en het was merkbaar dat de inhoud van de lezing van dhr. Moens landde bij zijn gehoor. Met behulp van elektronische uitwisseling van leerlinggegevens wordt via BRON de bekostiging van scholen geregeld. Ontwikkelingen met een behoorlijke politieke of maatschappelijke impact hebben zich in het verslagjaar niet voorgedaan. 8. Financiën Inleiding De financiën geven de resultaten van het gevoerde beleid weer in cijfers. Het beleid is in de vorige hoofdstukken al uitgebreid beschreven. In de toelichting op de financiën beperken we ons dan ook tot de hoofdzaken. Balans 2013 en vergelijkende cijfers 2012 Ds. Petrus van der Veldenschool De ontwikkeling van het aantal FTE’s wordt beschreven in hoofdstuk 4. Per saldo is de totale formatie gelijk gebleven. Jaarverslag 2013 25 van 40 De totale baten zijn ruim € 60.000 meer dan verwacht. De rijksinkomsten waren in 2013 bijna € 64.000 meer dan wat verwacht is (dat is zo’n 6,6%). Naast hogere inkomsten voor de zgn. prestatiebox wordt dit veroorzaakt doordat het rijk als gevolg van het nationaal onderwijsakkoord en het zgn. herfstakkoord in december extra gelden heeft uitgekeerd. Deze extra impulsen vanuit de overheid komen dus ten gunste van 2013. De besteding van deze gelden zal pas in 2014 en later plaats vinden. De overige baten zijn iets lager dan de begroting, zo’n € 3.000. Dat wordt vooral veroorzaakt door de inkomsten vanuit het FVCS, die ruim € 3.000 lager zijn dan wat begroot is (6% lager). Dat is een gevolg van een lager leerlingenaantal dan begroot. De totale lasten zijn ruim € 30.000 hoger dan begroot, dat is een 3% meer. Dit wordt vooral veroorzaakt door hogere kosten voor verwijzingen naar het speciaal basisonderwijs, hogere scholingskosten dan begroot, hogere energiekosten, computerkosten en kopieerkosten. De hogere scholingskosten zijn voor een groot gedeelte direct gerelateerd aan de hogere baten hiervoor vanuit de zgn. prestatiebox. Uiteindelijk is er sprake van een positief saldo van bijna € 77.000. Als we dit afzetten tegen het oorspronkelijke begrote resultaat van bijna € 48.000, dan blijkt het verschil van € 29.000 voornamelijk te verklaren uit de hogere inkomsten van diverse rijkssubsidies. Alles bij elkaar stemt dit resultaat tot blijdschap, zeker gezien het dalende leerlingenaantal van deze school. Ds. Joannes Beukelmanschool De ontwikkeling van het aantal FTE’s wordt beschreven in hoofdstuk 4. Per saldo is de totale personeelsformatie in het verslagjaar gestegen met ± 1,6 FTE. Dit wordt veroorzaakt door de toename van het leerlingenaantal van deze school, zodat de personeelsformatie uitgebreid moest worden. De totale baten van de ds. Joannes Beukelmanschool zijn ruim € 257.000 meer dan verwacht, dat is bijna 13% meer dan begroot. De rijksinkomsten waren in 2013 ruim € 220.500 meer dan wat verwacht is (dat is zo’n 11,6,%). Naast hogere inkomsten voor de zgn. prestatiebox (€ 23.000 meer, zo’n 193% van wat begroot) wordt dit veroorzaakt doordat het rijk als gevolg van het nationaal onderwijsakkoord en het zgn. herfstakkoord in december extra gelden heeft uitgekeerd. Deze extra impulsen vanuit de overheid komen dus ten gunste van 2013. De besteding van deze gelden zal pas in 2014 en later plaats vinden. De overige baten zijn voor beide locaties samen ruim € 34.500 hoger dan begroot (38% meer). Dat komt door een hogere afdracht vanuit het FVCS dan begroot (ruim € 25.500), en door hogere onvoorziene baten van ruim € 10.000 (een restitutie van het Vervangingsfonds, een projectsubsidie van de Gemeente Alblasserdam, een subsidie van het Europees Platform). De totale lasten van deze school zijn 2% meer dan wat begroot is, oftewel ruim € 42.000 meer aan kosten. Dit is vooral te verklaren uit hogere scholings- en begeleidingskosten en kosten voor onderhoud en energie. De hogere scholingskosten zijn voor een groot gedeelte direct gerelateerd aan de hogere baten hiervoor vanuit de zgn. prestatiebox. Dat alles levert een positief saldo op van ruim € 204.000 voor deze school, terwijl oorspronkelijk een tekort van - € 16.000 was begroot. We zijn blij dat ook de ds. Joannes Beukelmanschool opnieuw zwarte cijfers als resultaat kon neerzetten in het achterliggende jaar. We moeten daarbij wel aantekenen dat enkele rijkssubsidies veel hoger uitvielen dan wel niet mee begroot waren omdat ze pas later Jaarverslag 2013 26 van 40 bekend werden. Ook geldt dat deze subsidies bedoeld zijn om toekomstige kosten te kunnen dekken. Toch zeggen we bij dit resultaat dat dit ons tot blijdschap stemt en dat allen die hieraan een steentje bijgedragen hebben, hiervoor hartelijk dank gezegd wordt. Bovenschools Ook in 2013 werkten we met een zgn. bovenschoolse voorziening: een administratieve eenheid waarin alle kosten onder gebracht worden die ten dienste van beide scholen komen. Te denken valt dan aan m.n. de personele kosten van de algemeen directeur en het bestuurssecretariaat. Naar rato van het leerlingenaantal wordt aan de beide scholen een gedeelte van de begrote kosten doorbelast. In 2013 blijkt een positief saldo behaald te zijn van € 10.300. Dit wordt veroorzaakt door extra inkomsten die werden verkregen vanwege de deelname van de algemeen directeur in diverse stuurgroepen en commissies m.b.t. Passend Onderwijs. Stichting De inkomsten of baten van de stichting zijn hoger dan vorig jaar. De donaties kwamen enkele honderden euro’s lager uit dan vorig jaar, maar de collecten vanuit de kerken gaven meer inkomsten dan een jaar geleden. Daarnaast ontvingen we enkele grote giften. Vanaf deze plaats is een woord van dank voor de ontvangen financiële bijdrage aan alle ouders en donateurs wel op zijn plaats, zeker als we denken aan de moeilijke financiële tijden die sommigen onder ons beleven. De uitgaven van de stichting zijn zo’n € 1.500 minder dan vorig jaar. Uiteindelijk sloot de stichting het boekjaar af met een positief resultaat van ruim € 4.200. Totaal Totaal bezien wordt 2013 met een positief saldo van bijna € 296.000 afgesloten. Dat is veel meer dan de verwachtingen voor dit jaar die een totaalresultaat van € 26.000 bedroegen. De verklaring voor dit onverwacht hogere positieve resultaat t.o.v. de begroting vloeit voornamelijk voort uit de veel hogere inkomsten doordat het rijk als gevolg van het nationaal onderwijsakkoord en het zgn. herfstakkoord in december extra gelden heeft uitgekeerd. Deze extra impulsen vanuit de overheid komen dus ten gunste van 2013. De besteding van deze gelden zal pas in 2014 en volgende jaren plaats vinden. Hiermee is een groot gedeelte van het verschil tussen het werkelijke en het begrote resultaat verklaard. Inmiddels is een meerjarenbegroting 2014-2017 door het bestuur vastgesteld waarin een positief resultaat behaald kan gaan worden. Voor 2014 wordt in totaal een positief saldo van ongeveer € 25.000 voorzien. In deze begroting zijn nog niet de maatregelen meegenomen die eventueel als gevolg van de extra inkomsten genomen gaan worden. Financiële kengetallen De financiële positie op de balansdatum kan tevens weergegeven worden met behulp van een viertal kengetallen. Het bestuur heeft zich uitgesproken over streef- en minimumwaarden voor de kengetallen als toetsing van het financiële beleid. Deze worden hierbij genoemd. Jaarverslag 2013 27 van 40 Kengetal Liquiditeit Solvabiliteit Rentabiliteit Weerstandsvermogen Berekening vlottende activa/kortlopende schulden eigen vermogen/balanstotaal exploitatiesaldo/totale opbrengsten eigen vermogen materiële vaste activa/ rijksbijdrage OC&W Norm 2013 2012 2011 2010 > 3,00 6,45 4,49 4,34 3,92 > 0,30 0,74 0,66 0,66 0,62 2,0 % 8,45 % 5,4 % 2,5 % -2,2 % > 15,00% 20,00 % (streefwaarde) 40,82 % 33,06 % 26,35 % 24,97 % De kengetallen laten een gezonde financiële positie zien. Investeringen en financieringsbeleid Het financieringsbeleid is er op gericht dat er geen gebruik gemaakt behoeft te worden van externe kredietverstrekkers. Alle investeringen zijn binnen dit beleid uitgevoerd. Treasuryverslag In 2013 hebben er geen beleggingen plaats gevonden in risicodragend kapitaal. De beschikbare vrije middelen werden overgemaakt naar een spaarrekening. Er hebben zich in het verslagjaar geen liquiditeitsproblemen voorgedaan. Door het bevoegd gezag een treasurystatuut vastgesteld. Volgens dit statuut is gehandeld. 9. Toekomstperspectieven en continuïteit Beleid komende jaren – toekomstparagraaf Een verantwoording van alle cijfers vanuit de verschillende begrotingen voor de komende jaren wordt hieronder gegeven. De financiële positie van de organisatie is gezond en lijkt de komende jaren zo te blijven. Daarmee kan aan het doel van de organisatie, het geven van basisonderwijs aan kinderen uit de doelgroep van onze scholen, gestalte worden gegeven. Personele bezetting Voor de komende jaren is de personele bezetting als volgt voorzien: 2013 2014 2015 2016 2017 4 4 4 4 4 Aantal FTE's Onderwijzend personeel 35,036 35,8457 35,7567 36,0424 36,6089 Aantal FTE's Onderwijsondersteunend personeel 3,799 4,1765 3,799 3,799 3,799 Aantal FTE's Directie Jaarverslag 2013 28 van 40 Leerlingenaantallen Voor de komende jaren zijn de leerlingenaantallen als volgt geprognotiseerd: Aantal leerlingen per 1 oktober 2013 2014 2015 2016 2017 799 812 809 825 813 Balansbegroting Voor de komende jaren is de balans als volgt begroot: PROGNOSE PROGNOSE 2014 2013 Materiële vaste activa Vorderingen Liquide middelen 301.692 PROGNOSE i nves t. a fs chr. 38.200 -59.686 2015 280.206 Voorzieningen Kortlopende schulden Jaarverslag 2013 i nves t. a fs chr. 335.600 -75.386 2016 540.420 i nves t. a fs chr. 127.500 -88.901 579.019 192.327 1.715.159 225.000 1.783.546 225.000 1.522.279 225.000 1.473.588 2.209.178 2.288.752 2.287.699 2.277.607 res ul taa t Eigen vermogen PROGNOSE 1.643.914 269.545 295.719 2.209.178 res ul taa t 25.000 1.668.914 dotatie onttrekki ng 28.000 -2.707 294.838 325.000 2.288.752 res ul taa t 84.000 1.752.914 dotatie onttrekki ng 28.000 -113.053 209.785 325.000 2.287.699 32.000 1.784.914 dotatie onttrekki ng 28.000 -70.092 167.693 325.000 2.277.607 29 van 40 Voor de komende jaren is de staat van baten en lasten als volgt begroot: WERKELIJK 2013 BEGROOT 2014 BEGROOT 2015 BEGROOT 2.016 Baten Rijksbijdragen Overige overheidsbijdragen - en subsidies Overige baten 3.288.305 3.780 209.394 3.076.000 0 133.000 3.169.722 0 101.564 3.168.802 0 118.230 Totaal baten 3.501.479 3.209.000 3.271.286 3.287.032 Lasten Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten 2.665.806 78.746 220.553 263.454 2.681.900 61.400 200.000 256.400 2.674.465 77.661 191.000 259.884 2.738.005 90.569 183.000 258.807 Totaal lasten 3.228.559 3.199.700 3.203.010 3.270.381 Saldo baten en lasten 272.920 9.300 68.276 16.651 Financiële baten en lasten 22.853 16.000 16.000 16.000 RESULTAAT BOEKJAAR 295.773 25.300 84.276 32.651 Voor 2014 is de volgende begroting vastgesteld voor de drie BRIN nummers: 03LQ 23UX AG19 29,2384 13,1604 1,6234 2 1 1 Aantal FTE's Onderwijzend personeel 24,8609 10,9848 0 Aantal FTE's Onderwijsondersteunend personeel 2,3775 1,1756 0,6234 Berekende GGL per 1 oktober 32,34 37,06 0 Aantal leerlingen per 1 oktober 586 226 Aantal leerlingen onderbouw 307 116 Aantal leerlingen bovenbouw 279 110 Genormeerd aantal groepen per 1 oktober 25 10 Werkelijk aantal groepen per 1 oktober 23 10 € 2.198.000 € 1.027.000 ALGEMEEN Aantal FTE's Aantal FTE's Directie BATEN TOTAAL Jaarverslag 2013 € 137.000 30 van 40 Overige inkomsten scholen (afgerond) totaal € 110.000 € 39.000 € 137.000 € 109.688 € 38.900 € 137.000 Overheveling vanuit 03LQ € 97.000 Overheveling vanuit 23UX € 40.000 Ontvangen huren € 4.000 € 3.000 Ontvangen zorggelden WSNS-verband € 76.488 € 32.000 € 200 € 200 € 16.000 €0 € 8.000 € 2.700 € 5.000 € 1.000 € 2.088.000 € 988.000 € 2.087.734 € 988.381 Overige baten Rente van stichting Ouderbijdrage Opbrengsten overblijven Rijksinkomsten (afgerond) totaal Bestuur en management Groeiregeling personele bekostiging LGF / Rugzak Materiële instandhouding € 318.488 € 145.006 € 1.520.800 € 740.229 Personeels- en arbeidsmarktbeleid € 199.410 € 91.146 Prestatiebox € 25.000 € 12.000 Personeel Subsidie OOP € 7.000 Groeitelling € 17.036 LASTEN TOTAAL € 2.187.000 € 1.015.000 Onvoorzien € 5.000 € 2.000 € 41.000 € 18.000 € 2.000 € 41.197 € 18.489 € 1.735 Afschrijvingen (afgerond) totaal Afschrijving gebouw € 137.000 € 283 Afschrijving huisvesting onderhoud € 8.474 Afschrijving ICT € 18.966 Afschrijving OLP € 20.841 Afschrijving meubilair € 1.356 € 8.481 € 350 € 1.390 € 1.251 € 29 € 15.000 € 13.000 €0 totaal € 15.000 € 13.000 €0 Dotatie Voorziening groot onderhoud Lelsstraat € 3.000 Dotatie Voorziening groot onderhoud Weverstraat € 12.000 Afschrijving inventaris en apparatuur Dotaties (afgerond) Groepsafhankelijke kosten (afgerond) Huisvestingslasten Jaarverslag 2013 € 124.000 € 48.000 € 124.000 € 48.000 31 van 40 Leerlingafhankelijke kosten (afgerond) € 95.000 € 41.000 € 94.900 € 41.000 Onderwijsbeheer kosten (afgerond) € 78.000 € 32.000 € 6.000 Overige instellingslasten € 78.081 € 32.000 € 6.440 € 192.000 € 81.000 € 3.000 totaal € 192.000 € 81.000 € 3.200 subtotaal € 95.000 € 41.000 € 3.200 € 97.000 € 40.000 € 1.637.000 € 780.000 € 126.000 € 1.637.308 € 779.502 € 125.874 € 11.000 € 12.000 €0 Leermiddelen Overige lasten (afgerond) €0 Kosten extern personeel / vrijwilligers / rugzak Overige personeelsger. kosten (o.a. overdr. WSNS) Nascholing Kosten schoolbegeleiding / schoolontwikkeling Vergoedingen/toelagen Bedrijfsgezondheidsdienst / Arbo Werving personeel Personeelsreizen Overheveling naar bovenschools JBS Personele kosten (afgerond) Totaal Personele kosten (lonen) Personele kosten (sociale premies) SALDO Voor 2014 is de volgende begroting vastgesteld voor de Stichting: Baten Collecten Donaties Ontvangen giften Collecte donateursvergadering Overige baten Totaal Overige Totaal Baten € 9.500 € 11.000 € 350 € 20.850 € 20.850 Lasten Jubileumkosten personeel Representatiekosten bestuur Afscheid leerlingen Overige bestuurskosten Totaal Lasten SUBSALDO Jaarverslag 2013 € € € € 1.188 7.500 4.800 7.600 € 21.088 € 238- 32 van 40 Financiële baten en lasten Financiële baten Rentebaten Rente spaarrekeningen Totaal Rentebaten Overige financiële baten € 18.000 € 18.000 €0 Totaal Financiële baten € 18.000 Financiële lasten Rentelasten Bijdrage exploitatie JBS Bijdrage exploitatie PVS Totaal Rentelasten € 16.000 €0 € 16.000 Totaal Overige financiële lasten Totaal Financiële lasten € 16.000 Totaal Financiële baten en lasten € 2.000 SALDO € 1.762 Eigen vermogen per 1-1 € 133.728 Toelichting op alle cijfers Algemeen De begroting 2014 bestaat uit een viertal deelbegrotingen die formeel gezien alle vier op zichzelf staan. Daarnaast behoren een aantal documenten tot de begroting. De volgende stukken maken onderdeel uit van de begroting 2014-2017: o Stichting tot het verstrekken van christelijk onderwijs op gereformeerde grondslag (bestuursnummer 31077): de begroting van die kosten die niet onder de exploitaties van een van de drie brinnummers gebracht kunnen worden of waarvan door het bestuur besloten is dat ze door de stichting gedragen worden. o Bovenschoolse voorziening (brinnummer AG19): hierin zijn de kosten opgenomen voor de algemeen directeur en de bestuursondersteuners. o Ds. Petrus van der Veldenschool (brinnummer 23UX): hierin zijn alle exploitatiekosten opgenomen van deze school. o Ds. Joannes Beukelmanschool (brinnummer 03LQ): hierin zijn alle exploitatiekosten opgenomen van deze school. o Balansbegroting 2014-2017. o Risico-inventarisatie 2012 (actualisatie van een document uit 2010; deze is voor deze begroting 2014-2017 niet gewijzigd. Afgesproken is om in 2014 een geheel nieuwe risico analyse te laten maken). o Berekening werkgeverslasten 2014. o Financieel beleidsplan 2014. o Toelichting op de begroting 2014-2017. De begroting 2014-2017 heeft dit jaar te maken met enkele factoren die op het moment van het maken van de begroting nog niet doorgevoerd zijn of niet voldoende bekend. Daarom zijn gevolgen niet in de begroting opgenomen zijn vanwege onzekerheid: o Toetreding tot het VFGS (Vervangingsfonds Gereformeerd Schoolonderwijs) en uittreding uit het Vervangingsfonds. M.i.v. 1-8-2013 zijn onze scholen toegetreden tot het VFGS en dat betekent dat over de hele periode van de meerjarenbegroting geldt dat we niet meer de premie aan het Vervangingsfonds betalen van 7,77%. Aan het VFGS betalen we 2,9%; daarnaast moet Jaarverslag 2013 33 van 40 nog verplicht minimum ± 0,3% aan het Vervangingsfonds betaald worden vanwege de verplichte vervanging bij zgn. vakbondsactiviteiten die wettelijk bij het Vervangingsfonds blijft. Al met al scheelt de toetreding tot het VFGS ons dus ± 4,5% premie in ons voordeel. Daartegenover staat dat alle vervangingen tot de eerste veertien dagen van de afwezigheid voor eigen rekening van de scholen gaan komen. Fei telijk moeten we dus een bepaald bedrag reserveren voor de verwachte ziektekosten die voor eigen rekening komen. Het maken van een inschat ting daarvan lijkt op dit moment nog niet mogelijk. Daarom is het premie-voordeel van 4,5% vooralsnog mee begroot en is dit bestemd voor de kosten van ziektedagen die voor rekening van de school komen. o De werkgeverslasten over 2013 zijn indertijd begroot op 63%. De VGS geeft aan dat o.a. vanwege de toetreding tot het VFGS en ingeschatte lagere pensioenpremies dat percentage voor 2014 met enkele punten omlaag kan. Zie hiervoor de bijgevoegde berekening. Om reden van het hierboven genoemde over het VFGS en de onzekerheid van de ontwikkeling van de pensioenpremies is besloten om de werkgeverslasten voor 2014-2017 toch op 63% te laten staan. Wellicht zal het komende jaar duidelijkheid verschaffen over de juistheid van het percentage. o Het Nationaal Onderwijsakkoord en het gesloten begrotingsakkoord 2014. Deze akkoorden zijn in september en oktober afgesloten. Van het Nationaal Onderwijs is bekend dat het een aantal verbeteringen op het gebied van personeelsbeleid en financiering beoogt. Deze zijn echter deels afhankelijk van nog te bereiken akkoorden en afspraken over een nieuwe CAO, modernisering van arbeidsvoorwaarden, enz. Dat betekent dat het een en ander nog sterk onzeker is, zowel qua inhoud als qua tijdpad. In de begroting is met eventuele (positieve) gevolgen van dit akkoord dus nog geen rekening gehouden. o De BAPO regeling wordt afgeschaft, maar dit is afhankelijk van een nieuwe seniorenregeling betreffende arbeidsparticipatie die nog ontworpen moet worden. Er komt ook een overgangsregeling voor de huidige gebruikers van de BAPO. Volstrekt onduidelijk is wanneer dit gereed is, hoe de nieuwe regeling uitpakt en wat de financiële consequenties daar van zijn. Zie de uitwerking hieronder. “Dankzij het akkoord kan de BAPO daarnaast plaats maken voor een moderne seniorenregeling en wordt iets gedaan tegen de almaar stijgende werkgeverslasten”, aldus de PO-Raad. o Vanaf 2015 is de school verantwoordelijk voor het buitenonderhoud van de gebouwen. De gelden die op dit moment daarvoor naar de gemeenten gaan, dienen dan naar de scholen te komen. Het is op dit moment nog onduidelijk hoe de financiële regeling van de overheveling van het buitenonderhoud naar de scholen eruit komt te zien en welke consequenties dat financieel heeft. In de begroting is hier dus nog geen rekening mee gehouden. Vanuit nieuw beleid (Nationaal Onderwijsakkoord?) komt er vanaf 2015 structureel € 100 per leerling beschikbaar. Dit is niet geoormerkt. VGS adviseert dit bedrag op te nemen in de begroting en dat is gebeurd. Duidelijk in de meerjarenbegroting is wel dat we deze gelden hard nodig hebben om positieve cijfers te kunnen schrijven. De gelden voor de prestatiebox lopen tot en met 2015; het is de vraag of die na dat jaar nog uitgekeerd worden. In de begroting zijn ze vanaf 2016 niet meer opgenomen. De dotatie voor de BAPO-voorziening is al enkele jaren vervallen. BAPO kosten dienen uit de exploitatie betaald te worden. Voor de personen die op dit moment gebruik maken van de BAPO-regeling (dhr. Verloop, dhr. Dammers, dhr. Maaijen, mevr. Jansen, mevr. Hogendijk en mevr. Kapteijn) zijn de kosten daarvan doorgevoerd tot 2017. Zij worden overigens vervangen door regulier personeel van de school; ook dat is doorgevoerd. Jaarverslag 2013 34 van 40 Met personen die vanaf augustus 2014 voor het eerst recht op BAPO hebben zijn geen gesprekken gevoerd. Het beleid van het bestuur is om terughoudend te zijn in het bewust aanbieden van BAPO en daarnaast gaat de BAPO afgeschaft worden. De volgende personen hebben recht op BAPO, maar maken er (nog) geen gebruik van: o Van mei 2011: mevr. J. Houtman – v. Wingerden en o Vanaf mei 2012: dhr. H. van de Weteringh. o Vanaf juni 2013: dhr. A. Stam. Voor de volgende personen ontstaat vanaf 2014 recht op BAPO. De vraag is dus zeer of zij hier gebruik van kunnen gaan maken. o Vanaf oktober 2014: mevr. C. Schokker - Walhout. o Vanaf augustus 2015: dhr. J.B. Kluit, mevr. J. Verloop – van Horssen en mevr. H. Romeijn - Segers. o Vanaf februari 2017: dhr. D. van Elzelingen LGF-regeling: er zijn geen inkomsten begroot van de LGF-regeling (rugzak). Allereerst omdat op dit moment op de PVS geen LGF-leerlingen in de school zijn ingeschreven en op de JBS slechts een, vervolgens omdat de criteria om een rugzak te verkrijgen nu al sterk verscherpt zijn. Voor rugzakken die na 1 oktober 2013 toegekend worden, vervalt deze vanaf 1-8-2014. De gelden die daarna nodig zijn voor kinderen met rugzakproblematiek, zitten dan versleuteld in de middelen die de school van het samenwerkingsverband Berséba ontvangt om extra ondersteuning aan deze kinderen te geven. Die gelden zijn in de begroting 2014-2017 vanaf 1-82014 opgenomen. Overigens ontvangen we in 2014-2015 nog wel inkomsten voor bestaande rugzakken die voor 1-8-2013 zijn afgegeven. In ons geval betreft dat dus één rugzak. Deze inkomsten houden echter per 1-8-2015 ook op. Kosten voor extern personeel (ingezet voor de begeleiding van rugzakleerlingen) zijn ook niet begroot. Zie wat hierboven bij de inkomsten vanuit LGF-kinderen gezegd is. Daarnaast worden te maken kosten voor rugzakleerlingen budgettair neutraal ingezet, d.w.z. dat niet meer kosten gemaakt worden dan er inkomsten zijn. Passend Onderwijs: per 1 augustus vervalt de WSNS financiering vanuit het FVCS en komt daar financiering vanuit Berséba voor in de plaats. De inkomsten vanuit dit samenwerkingsverband worden in eerste instantie fors minder dan we vanuit het FVCS gewend waren. Dit komt voornamelijk omdat onze scholen als zgn. buitengebied scholen niet meebetaalden aan de bekostiging van de SBO school in Ede en de middelen daarvoor zelf kregen. Daar moesten we dan ook onze verwijzing naar het SBO in Barendrecht van betalen. In de nieuwe situatie betalen onze scholen rechtstreeks mee aan de S(B)O voorzieningen in de regio Randstad en krijgen de scholen dus minder middelen rechtstreeks zelf. Daartegenover staat dus dat we geen zgn. grensverkeer meer hoeven te betalen aan de genoemde S(B)O voorzieningen. Deze situatie geldt dus vanaf augustus 2014 en zal pas in 2015 de volle doorwerking krijgen. Berséba heeft een richtinggevende begroting gemaakt voor de jaren 2014 – 2020. De bedragen daaruit zijn doorgerekend in de voorliggende meerjarenbegroting 2014-2017 van onze scholen. De risicoanalyse uit 2010 is in 2012 intern geactualiseerd; voor de begroting van 2014-2017 is deze niet aangepast. In totaal bedraagt het risicobedrag € 780.000. Voeg daarbij de bufferfunctie van het eigen vermogen, zoals dat in de oorspronkelijke risicoanalyse uit 2010 is genoemd, ter grootte van € 240.000. Dat betekent dat een bedrag van rond de één miljoen euro nodig is financieel gezond te blijven. De totale reserve van de complete organisatie bedraagt de komende jaren 1,4 miljoen. Als kader voor financieel beleid is door het bestuur aangegeven: o Het kwaliteitsniveau wat op alle locaties wordt nagestreefd dient gelijkwaardig te zijn. Dit kwaliteitsniveau is niet objectief toetsbaar. In beginsel is de locatiedirecteur verantwoordelijk voor het bereiken van het kwaliteitsniveau. De toetsing vindt extern plaats tijdens o.a. inspectiebezoeken. Als Jaarverslag 2013 35 van 40 norm wordt gedefinieerd het binnen de financiële kaders die door het bestuur worden gesteld, behalen van zo goed mogelijke prestaties van de leerlingen t.o.v. andere vergelijkbare scholen, waarbij de levensbeschouwelijke, pedagogische en onderwijskundige kaders niet uit het oog verloren worden. o De financiën die we van de overheid ontvangen worden zodanig verdeeld over de scholen als voor punt 1 nodig is. o De rentebaten over belegde middelen zijn inkomsten voor de stichting en worden niet zonder meer naar de scholen doorgegeven. o Wanneer de overheidsbekostiging te laag is om de kwaliteit van het onderwijs voldoende op pijl te houden of te brengen kan vanuit de stichting worden bijgedragen. o De begroting en de werkelijke financiën dienen over 4 jaar vooruitgerekend tenminste sluitend te zijn. o Om de gewenste hoogte van het eigen vermogen te bepalen, wordt 1x per 4 jaar door een deskundige een advies uitgebracht. o Als de gewenste hoogte van het vermogen te laag is, dient het tekort binnen 4 jaar aangevuld te worden. o In afwijking van het voorgaande kan een negatief resultaat worden begroot, als de hoogte van het eigen vermogen hoger is dan gewenst. Voor het bovenschoolse deel mag geen resultaat of tekort begroot worden. o Alle kosten dienen via de begroting dan wel via de exploitatie te lopen. Een advies tot wijziging van de MR kan niet leiden tot een hoger tekort. Een advies tot verhoging van budget A dient altijd vergezeld te gaan met een verlaging van budget B. Stichting (31077) De stichting heeft geen inkomsten vanuit het Rijk, enkel uit collecten, donaties, rente-inkomsten en overige giften. Alle vroegere inkomsten en uitgaven van de stichting die direct ten goede of ten laste komen van de exploitatie van een van beide scholen, zijn in de begroting 2014 ondergebracht onder de betreffende exploitatie. Te denken valt aan zaken als overblijven en de ouderbijdrage. De uitgaven voor de jubileumkosten zijn geschat op grond van de bekende jubilea die zich D.V. in de komende vier jaren voordoen. De uitgaven voor het afscheid van de leerlingen zijn begroot op een bedrag van € 50 per leerling, en berekend vanuit het verwachte aantal leerlingen in groep 8 in de komende jaren. De rente van het vermogen van elke school komt binnen bij de stichting. Het is een bestuursbesluit om – naast een stuk rente wat de stichting zelf ten goede komt, als zijnde afkomstig van het eigen vermogen van de stichting – de rente aan díe school toe te kennen waar het geld het hardst nodig is. o Uitgaand hiervan worden rente-inkomsten niet naar exploitatie van de PVS gebracht, maar enkel naar die van de JBS. o De rente-inkomsten zijn voor 2014 lager begroot dan de rente-inkomsten in 2012. Vanwege de onduidelijkheid over de ontwikkeling van de rente is het begrote bedrag voor de komende jaren op dat van 2013 gehouden. o Het maximumbedrag aan rente wat aan de stichting mag worden toebedeeld, is gerelateerd aan het eigen (private) vermogen. Alle rente-inkomsten daarboven worden tot en met 2017 naar de exploitatie van de JBS gebracht. Dit alles resulteert in een begrotingsoverschot van € 1.762. Bovenschools (AG19) In deze begroting zijn alleen personeelskosten opgenomen voor de algemeen directeur en de bestuursondersteuners. Medezeggenschap: Jaarverslag 2013 36 van 40 Voor de PGMR is conform de WMS een bedrag van € 1.545 per school beschikbaar gesteld. o Voor de OGMR begroten we dit keer geen bedrag, omdat in vorige jaren er nauwelijks geld door de GMR is uitgegeven. o Overigens is het afhankelijk van het jaarplan en de bijbehorende begroting van de MR of het begrote bedrag werkelijk uitgegeven gaat worden. In 2013 is dat bij lange na niet gebeurd; er is ook geen jaarplan en bijbehorende begroting ingediend. Vandaar dat we op het minimum van € 3.090 zitten. Met de GMR zal dit besproken worden. Investeringen: o in 2014: computer algemeen directeur laptop directie & secretariaat o in 2015: bestuursserver Bij deze begroting is tevens een tabblad met kengetallen toegevoegd voor de totale organisatie, evenals een tabblad met de totale exploitatiecijfers. o Petrus van der Veldenschool (23UX) Gezien de leerling-prognoses lijkt de school in 2014 ongeveer gelijk te blijven in grootte. In de ontwikkeling van het onderwijsgevend personeel is dan ook geen verandering voorzien. Na 2014 gaat de school inkrimpen. Vanaf augustus 2015 kan er dan met één groep minder gewerkt worden. In de begroting is dan ook uitgegaan van de overplaatsing van een personeelslid naar de JBS omdat juist daar rond die tijd weer een stijging in het leerlingaantal geprognosticeerd wordt. Begroot is om uit te komen op een totaal van ± 1 FTE voor onderwijsassistentie. Daarnaast is dan de formatie voor de managementassistente begroot (WTF 0.1756). Gezien het ongeveer gelijk blijven van de school qua grootte is begroot op 10 groepen, vanaf 2015 op 9 groepen. Investeringen: o 2014: leesboeken onderbouwmateriaal o 2015: leerlingsetjes en kasten lok. 1-5 meubilair personeels- en directiekamer meubilair gemeenschapsruimte/ nevenruimten methode muziek o 2016: vervanging hardware o 2017: leerlingsetjes en kasten lok. 6-7 taalmethode (1e gedeelte van vijf) materiaal tekenen / handvaardigheid materiaal sociaal emotionele vorming Medezeggenschap: o Voor de PMR is conform de WMS een bedrag van € 927 beschikbaar gesteld. Dat is minder dan in voorgaande jaren, omdat het leerlingenaantal van de school onder de 250 leerlingen is gedaald. Dan is er ook minder geld benodigd / beschikbaar voor de PMR. o Voor de OMR is een bedrag van € 1.073 begroot. Overigens is het afhankelijk van het jaarplan en de bijbehorende begroting van de MR of dit bedrag werkelijk uitgegeven gaat worden. In 2013 is dat bij lange na niet gebeurd er is ook geen jaarplan en bijbehorende begroting ingediend. Vandaar dat Jaarverslag 2013 37 van 40 we een lager bedrag van in totaal € 2.000 begroot hebben. Met de MR zal dit besproken worden. De huisvestingslasten zijn op hetzelfde bedrag begroot als voor 2013. Ondanks het teruglopend aantal leerlingen wijzigt het aantal lokalen en het totale gebouw immers niet. Dat betekent dat de huisvestingslasten relatief zwaarder op de school gaan drukken in de loop der jaren. De overige kosten materiële instandhouding zijn iets lager begroot vanwege het lagere aantal leerlingen, n.a.v. de rato van het aantal leerlingen. Vanwege vermindering van het verplicht te begroten bedrag voor de MR is er ruimte om het budget voor leermiddelen gelijk te houden t.o.v. vorig jaar. Ook de kosten voor overige personele lasten zijn lager begroot t.o.v. 2013. Dit komt omdat na augustus er geen kosten voor grensverkeer meer zijn. De volle doorwerking daarvan zien we pas vanaf 2015. Dit alles resulteert in een begrotingsoverschot van zo’n € 12.000 in 2014. Zie hiervoor ook de geconsolideerde totalen die bij de begroting bovenschools (AG19) vermeld zijn. Joannes Beukelmanschool (03LQ) Gezien de leerling-prognoses lijkt de school de komende jaren te groeien met zo’n 40 leerlingen. In de ontwikkeling van het onderwijsgevend personeel is dan ook een groei van één voltijd leerkracht in 2015 voorzien. Voor 2014 is geen uitbreiding voorzien en begroot. In 2016 is opnieuw een uitbreiding met één groep begroot. De uitbreiding van het personeelsbestand in 2015 wordt opgevangen met de overplaatsing van een leerkracht vanuit de PVS omdat in die tijd daar het aantal leerlingen terugloopt en men met een groep minder gaat werken. Als het resultaat van het boekjaar 2013 hoger is dan begroot en de leerlingenaanmelding van januari 2014 er aanleiding toe geeft vanwege de daardoor te verwachten groepsgrootten, wordt in het voorjaar van 2014 besloten om toch per het nieuwe schooljaar 2014-2015 met één groep uit te breiden tot 24 groepen. De voorgenomen uitbreiding per 2015-2016 wordt dan één jaar naar voren gehaald. Begroot is om uit te komen op een totaal van ± 1,6 FTE voor onderwijsassistentie. Voor het jaar 2014 is dit percentage hoger, vanwege de tijdelijke extra inzet van een onderwijsassistent aan de Weversstraat. Daarnaast is dan de formatie voor de managementassistente begroot (twee maal WTF 0.1756). Investeringen o Locatie Lelsstraat: 2014: Kleutermateriaal Leesboeken Aanvulling materialen hoogbegaafdheid Migratie schoolnetwerk + nieuwe server 2015: Nieuwe hardware ICT netwerk Materialen leesonderwijs Methode gymnastiek Digitale schoolborden: touchscreens Inventaris nieuwe nevenruimten gebouw Mesdaglaan 2016: Kleutermateriaal Aanvulling materialen hoogbegaafdheid Methode taal Methode aardrijkskunde 2017: Materialen leesonderwijs o Locatie Weversstraat 2014: Jaarverslag 2013 38 van 40 Extra leerling meubilair Vervanging losse kasten Digitale schoolborden: drie touchscreens (*) 2015: Nieuwe hardware ICT netwerk Extra leerling meubilair Nieuw meubilair personeelskamer Digitale schoolborden: vijf touchscreens 2016: Methode taal Methode aardrijkskunde 2017: Extra leerling meubilair Vervanging kasten in lokalen De afschrijvingen zijn voor de komende vier jaar gebaseerd op bovengenoemde investeringen en op de lopende afschrijvingen. Medezeggenschap: o Voor de PMR is conform de WMS een bedrag van € 1.545 beschikbaar gesteld o Voor de OMR is een bedrag van € 455 begroot. Overigens is het afhankelijk van het jaarplan en de bijbehorende begroting van de MR of dit bedrag werkelijk uitgegeven gaat worden. In 2013 is dat bij lange na niet gebeurd. Er is ook geen jaarplan en bijbehorende begroting ingediend. Vandaar dat we een lager bedrag à € 2.000 begroot hebben. Met de MR zal dit besproken worden. Huisvestingslasten: deze zijn gestegen t.o.v. het resultaat van 2012 en de begroting van 2013 vanwege de uitbreiding met één lokaal (noodlokaal) aan de locatie Lelsstraat. Na 2015 voorzien we een voorzichtige daling, als we uit het dure gebouw aan de Lelsstraat vertrokken zijn. De genoemde bedragen zijn vanaf 2015 maar een zeer grove inschatting. Vanaf 2017 gaan we dan € 20.000 per jaar doteren aan de voorziening onderhoud van de Mesdaglaan. Ook dat bedrag is maar een grove inschatting. Nieuwbouw Mesdaglaan: o Voor de begroting 2014 is geen bedrag opgenomen wat ten laste van de nieuwbouw zou komen. In principe dienen alle bouwkosten betaald te kunnen worden uit de gelden die vanuit de Gemeente Alblasserdam voor de nieuwbouw beschikbaar gesteld worden. De accountant heeft ons geattendeerd op wettelijke bezwaren als er gelden gebruikt worden voor de nieuwbouw, tenzij het aanvullende zaken betreft. Het lijkt erop dat dit niet gaat spelen o In de risicoanalyse is een bedrag opgenomen voor eventuele overschrijding van de bouwkosten m.b.t. aanvullende kosten. o De kosten voor de verhuizing proberen we ook te betalen vanuit de gelden die vanuit de gemeente beschikbaar zijn gesteld. De kosten voor leermiddelen en de overige materiële lasten zijn hoger begroot dan in 2013, dit vanwege de stijging van het aantal leerlingen. De kosten voor overige personele lasten zijn lager begroot t.o.v. 2013. Dit komt omdat na augustus er geen kosten voor grensverkeer meer zijn. De volle doorwerking daarvan zien we pas vanaf 2015. Overigens zijn voor de verwachte extra scholingskosten n.a.v. het plan van aanpak SEO voor de locatie Weversstraat hier extra kosten voor begroot, t.o.v. 2013. Dit alles resulteert in een begrotingsresultaat van € 11.000. Zie hiervoor ook de geconsolideerde totalen die bij de begroting bovenschools (AG19) vermeld zijn. Het totale geconsolideerde exploitatieresultaat voor de organisatie komt dan in 2014 uit op € 25.000. Jaarverslag 2013 39 van 40 Risicobeheersing Verantwoord beleid vraagt om inzicht in de risico’s. De school werkt met een Handboek Administratieve Organisatie/Interne Controle, dat alle administratief financiële procedures aangeeft. Tussen school en administratiekantoor VGS is een Service Level Agreement van toepassing. In 2010 hebben we een risicoanalyse laten maken die leidde tot een uitspraak over het minimum eigen vermogen wat onze organisatie dient te bezitten. Deze analyse hebben we in 2012 intern bezien. De uitkomst van dit onderzoek was dat het vermogen van de organisatie voldoende is om de gewenste bufferfunctie te behouden. De voornaamste risico’s en onzekerheden voor de organisatie bestaan uit de volgende zaken. Een risico is eventuele onvrede onder de ouders wat betreft hun visie op de zorg en de kwaliteit de school met als gevolg dat zij hun kinderen van school halen. Als maximaal gevolg hiervan is gerekend met een leerling daling van 30. Ouders sturen hun kinderen makkelijker naar een school van andere identiteit, waarbij ontevredenheid over de zorg als katalysator werkt. Hiervoor is een bedrag van € 100.000 genoemd in de risicoanalyse. Een ander risico is te laag begrote werkgeverslasten. Lopende een boekjaar kunnen landelijke ontwikkelingen dit veroorzaken. Hiervoor is een bedrag van € 40.000 genoemd in de risicoanalyse. Tussen de bekostiging op basis van de GGL en het carrièrepatroon van leraren zit een gat. Zo is iemand die op zijn 21e begint te werken al op zijn 37e aan het einde van de schaal (LA16). De bekostiging daarentegen kent een drempel van een GGL van 30 en een maximum van 50. Het grootste verschil bedraagt € 8.000. Hiervoor is een bedrag van € 44.000 genoemd in de risicoanalyse. Een altijd aanwezig risico is ontslag, wat wachtgeld en ontslagvergoedingen met zich mee kan brengen. Hiervoor is een bedrag van € 63.000 genoemd in de risicoanalyse. Tenslotte: alle personeelsleden die recht hebben op BAPO nemen dat geheel op om nog van deze regeling te kunnen blijven genieten omdat de regeling ter discussie staat. Er is een bedrag van € 60.000 opgevoerd. Jaarverslag 2013 40 van 40
© Copyright 2025 ExpyDoc