Ontwerp besluit KRW doelen, status en begrenzing 2016-2021

M
m ^ Pi-ovincie
groningen
Aan Provinciale Staten
bezoekadres; Martinikerkhof 12
postadres: Postbus 610
9700 AP
Groningen
algemeen telefoonnr: 050 316 49 11
algemeen faxnr.: 050 316 49 33
Datum
Briefnummer
Zaaknummer
Behandeld door
Telefoonnummer
E-mail
Antwoord op
Bijlage
www.provinciegroningen.nl
[email protected]
Onderwerp
- 7 OKT. 20U
2014-40.650/41/A.9, LGW
540132
Buurman M.
06-15068217
[email protected]
1
Ontwerp besluit KRW doelen, status en begrenzing
2016-2021
Geachte dames en heren,
(/)
O
CC
LU
O
LU
O
06-HB-SG.001
1. Samenvatting
Middels deze brief informeren wij u over de (op)nieuw vast te stellen normen voor
de grond- en oppervlaktewaterkwaliteit in onze provincie en de hiervoor te volgen
procedure. In december 2015 moeten, op nationaal niveau, de kwaliteitsdoelen
voor grond- en oppervlaktewater opnieuw vastgesteld zijn voor de tweede periode
van Kaderrichtlijn Water (KRW) en Grondwaterrichtlijn (2015-2021). De
waterkwaliteit moet vervolgens uiterlijk in 2021 voldoen aan deze doelstellingen,
met een mogelijke uitloop tot 2027. Voor deze tweede periode van de KRW
worden de doelen op enkele onderdelen aangepast ten opzichte van de doelen
zoals u die in 2009 heeft vastgesteld. Reden hiervoor is over het algemeen
technisch van aard of heeft te maken met regionale kenmerken die nu doorwerking
vinden in (meer) realistische doelstellingen voor de waterkwaliteit. De officiële
vaststelling van de nieuwe doelen binnen de Provincie Groningen vindt plaats
binnen het proces van de omgevingsvisie. Om procesmatige afstemming met het
landelijke spoor te kunnen realiseren is het noodzakelijk om de (meest technische)
aanpassingen voor 1 november 2014 vrij te geven voor opname in de landelijke
procedure via de Stroomgebiedbeheerplannen. In 2015 is vervolgens de
mogelijkheid om zowel binnen het landelijke als het provinciale spoor zienswijzen
en eventueel benodigde aanpassingen door te voeren.
2. Doel en wettelijke grondslag
De Europese Kaderrichtlijn Water (KRW, 2000) richt zich op de bescherming van
alle grond- en oppervlaktewater en stelt zich ten doel dat in 2015 een goede
toestand is bereikt in alle wateren en dat er duurzaam wordt omgegaan met water.
De doelen en maatregelen zijn opgenomen in KRW-factsheets, die de basis
vormen van het stroomgebiedsbeheerplan 2009-2015. De factsheets en het
stroomgebiedsbeheerplan worden eens per zes jaar herzien. Voor de periode
2016-2021 moeten de factsheets en het plan uit 2009 worden geactualiseerd. De
geactualiseerde factsheets moeten uiterlijk op 1 november 2014 door het Rijk en
de regionale besturen van provincies en waterschappen zijn vastgesteld en worden
vrijgegeven voor inspraak.
De provincie Groningen werkt volgens normen die zijn vastgelegd in een handvest voor dienstveriening.
Dil handvest vindt u op onze website of kunt u opvragen bij de afdeling Communicatie en Kabinet, Publieksvoorlichting: 050 3164160
3. Procesbeschrijving en planning
Landelijk proces en planning
Deze factsheets moeten op 1 november 2014 bestuurlijk in concept goedgekeurd
zijn. Gezien het feit dat het in deze planperiode voornamelijk om technische
wijzigingen gaat, hebben wij vooruitlopend op definitieve vaststelling door uw
Saten deze in concept vrijgegeven. Vervolgens worden deze factsheets met de
aanpassingen voor de komende planperiode overgenomen in de
Stroomgebiedbeheerplannen. Deze worden 1 januari 2015 ter inzage gelegd. Na
verwerking van de zienswijzen worden deze vervolgens eind 2015 definitief
vastgesteld en ingediend bij de Europese Commissie.
Proces en planning waterschappen
De waterschappen in onze provincie stellen nieuwe waterbeheerplannen op. De
waterbeheerplannen lopen vrijwel gelijk op met de bovenstaande planning. De
tweede helft van 2014 worden deze in concept opgesteld, waarna ze in 2015
definitief worden vastgesteld.
Proces en planning Provincie Groningen
Evenals de waterschappen zijn wij als Provincie Groningen gestart met een nieuwe
beleidscyclus, de provinciale omgevingsvisie. De waterkwaliteitsdoelen voor
oppervlaktewater en grondwater worden opgenomen in deze nieuwe
omgevingsvisie. Vanwege het feit dat deze naar verwachting in de eerste helft van
2015 ter inzage gelegd zal worden en deze eind 2015 vastgesteld moet zijn
kunnen wij dit proces volgen voor de benodigde besluitvorming en inspraak.
Vervolgens wordt het geheel aan doelen, begrenzing en maatregelen als
onderdeel opgenomen in de nieuwe omgevingsvisie en doorloopt het de
gebruikelijke procedures.
4. Begroting
Dit onderwerp valt onder het thema Water van het programma Schoon en veilig
Groningen van de begroting 2014.
5. Inspraak/participatie
De waterschappen hebben middels gebiedsbijeenkomsten eind 2013 en in de
eerste helft van 2014 alle belanghebbende organisaties gesproken over de
maatregelen en doelen voor de komende planperiode. Hierbij zijn wij als provincie
uiteraard aanwezig geweest en hebben onze inbreng en zienswijze in kunnen
brengen. In het vervolgtraject is ruimte voor zienswijzen en aanpassingen binnen
het traject van de omgevingsvisie en het tweede Nationale Waterplan.
6. Nadere toelichting
De Europese Kaderrichtlijn Water (KRW, 2000) richt zich op de bescherming van
alle grond- en oppervlaktewater en stelt zich ten doel dat in 2015 een goede
toestand is bereikt in alle wateren en dat er duurzaam wordt omgegaan met water.
Onder voorwaarden is fasering tot uiterlijk 2027 mogelijk. De uitvoering van de
KRW vindt plaats op het niveau van deelstroomgebieden. Noord Nederland is
gesitueerd in de deelstroomgebieden Rijn-Noord, Nedereems en Eems-Dollard.
Om doelen en maatregelen op te stellen zijn binnen de deelstroomgebieden
oppervlaktewaterlichamen en grondwaterlichamen aangewezen. De begrenzing
hiervan is in 2009 vastgesteld binnen het stroomgebiedsbeheerplan.
In 2009 zijn ook de ecologische en chemische doelen en maatregelen om de
goede toestand van oppervlaktewater en grondwater te bereiken bestuurlijk
vastgesteld. De doelen en maatregelen zijn opgenomen in KRW-factsheets, die de
basis vormen van het stroomgebiedsbeheerplan 2009-2015. De factsheets
(opgesteld in een landelijk gebruikt format, met alle informatie per waterlichaam) en
het stroomgebiedsbeheerplan worden eens per zes jaar herzien. Voor de periode
2016-2021 moeten de factsheets en het plan uit 2009 worden geactualiseerd. De
geactualiseerde factsheets moeten uiterlijk op 1 november 2014 door het Rijk en
de regionale besturen van provincies en waterschappen zijn vastgesteld en worden
vrijgegeven voor inspraak. Daarbij wordt opgemerkt dat het waterschap de
maatregelpakketten vaststelt waarvoor het waterschap verantwoordelijk is. De
provincie stelt de doelen en de begrenzing van de waterlichamen vast én de
maatregelen waarvoor de provincie trekker is (voor grondwater en indien van
toepassing voor oppervlaktewater).
Een belangrijk uitgangspunt voor de tweede planperiode is dat alle informatie over
waterlichamen wordt vastgelegd in de factsheets. De factsheets vormen de
landelijke digitale rapportage aan Den Haag en het format sluit nauw aan bij de
voorgeschreven formats voor rapportage aan de Europese Commissie. Op deze
wijze ontstaat een uniforme wijze van rapporteren die de toegankelijkheid en
transparantie sterk verhoogt.
In onderstaand overzicht is de samenhang van de plannen weergegeven:
Nieuw: Stroomgebiedbeheerplannen 2015
Behesrprogremma
r^kswatsren
Provinciale
omgevingsvlsle
Beheerprogratnma's
waterschappen
Gemeentelijke
plannen
doelen
meetregelen
fTH'-.tnjctLwr en Mtfieu
l?. december 2011
Landelijk proces en planning
Deze factsheets moeten op 1 november 2014 bestuurlijk in concept goedgekeurd
zijn. Gezien het feit dat het in deze planperiode voornamelijk om technische
wijzigingen gaat, hebben wij vooruitlopend op definitieve vaststelling door uw
Saten deze in concept vrijgegeven. Vervolgens worden deze factsheets met de
aanpassingen voor de komende planperiode overgenomen in de
Stroomgebiedbeheerplannen. Deze worden 1 januari 2015 ter inzage gelegd. Na
verwerking van de zienswijzen worden deze vervolgens eind 2015 definitief
vastgesteld en ingediend bij de Europese Commissie.
Proces en planning waterschappen
De waterschappen in onze provincie stellen nieuwe waterbeheerplannen op. Als
onderdeel van de waterbeheerplannen of waterbeheerprogramma's worden de
maatregelen voor de KRW (middels de factsheets) opgenomen. De
waterbeheerplannen lopen vrijwel gelijk op met de bovenstaande planning. De
tweede helft van 2014 worden deze in concept opgesteld, waarna ze in 2015
definitief worden vastgesteld.
Regionale afstemming
De doelstellingen en maatregelen worden in noordelijk verband afgestemd, deze
worden immers opgesteld voor de betreffende stroomgebieden: Neder-Eems en
Rijn-Noord en de gedefinieerde grondwaterlichamen. De stroomgebieden en
grondwaterlichamen volgen de waterschaps- en provinciegrenzen niet. Afstemming
van de doelen en maatregelen heeft plaats gevonden via het hiervoor ingestelde
Regionaal Bestuurlijk Overleg (RBO). Hiervoor is een afstemmingsnota opgesteld
waarin alle wijzigingen weergegeven en onderbouwd zijn. Deze afstemmingsnota
is in de vergadering van het RBO van 5 juni besproken en vastgesteld. Hiermee is
het commitment uitgesproken dat alle betrokken overheden hun eigen deel van het
proces zullen oppakken. De afstemmingsnota is daarnaast bedoeld om de puzzel
compleet te krijgen voor het uitvoeren van de maatregelen. Veelal worden
waterkwaliteitsmaatregelen gecombineerd uitgevoerd met bijvoorbeeld de
realisatie van de EHS (thans Natuurnetwerk Nederland). Met de afstemmingsnota
is de intentie uitgesproken de maategelen voor zover mogelijk en met ieders eigen
verantwoordelijkheden, volgens deze planning uit te gaan voeren. Voor onze
provincie bestaat de grootste bijdrage daarbij uit de realisatie van drie EHS
gebieden: Dwarsdiep, Zuidlaardermeer (ook N2000-gebied) en de Westerwoldse
Aa. De afstemmingsnota is als bijlage bij deze brief gevoegd.
Proces en planning Provincie Groningen
Evenals de waterschappen zijn wij als Provincie Groningen gestart met een nieuwe
beleidscyclus, de provinciale omgevingsvisie. De waterkwaliteitsdoelen voor
oppervlaktewater en grondwater worden opgenomen in de nieuwe omgevingsvisie.
Vanwege het feit dat deze naar verwachting in de eerste helft van 2015 ter inzage
gelegd zal worden en deze eind 2015 vastgesteld moet zijn kunnen we dit proces
volgen voor de benodigde besluitvorming en inspraak. In overleg met
buurprovincies en de Rijkspartners hebben wij dan ook besloten om het concept
besluit over de doelen die nu voorgesteld moeten worden voor het landelijke
proces aan het rijk te doen toekomen, vooral ook omdat het veelal slechts gaat om
technische aanpassingen van de door u in 2009 vastgestelde doelen. Vervolgens
wordt het geheel aan doelen, begrenzing en maatregelen als onderdeel
opgenomen in de nieuwe omgevingsvisie en doorloopt het de gebruikelijke
procedures. In het geval dat aanpassingen gedaan moeten worden is daar in het
proces richting landelijk en europees spoor, in het tweede en derde kwartaal van
2015 ruimte voor.
De KRW stelt dat de ecologische en chemische toestand van grond- en
oppervlaktewaterlichamen niet achteruit mogen gaan (stand-still vereiste).
Van alle oppervlaktewaterlichamen zijn voorafgaand aan de eerste planperiode in
2009 het type en de status vastgesteld. Vervolgens zijn voor deze waterlichamen
doelen vastgesteld:
Oppervlaktewater:
Voor de ecologische toestand zijn door de provincies ecologische doelstellingen en
doelstellingen voor algemeen fysische-chemische parameters (die de biologie en
de ecologie ondersteunen) vastgesteld. Deze doelstellingen, die worden
aangeduid als het Goed Ecologisch Potentieel (GEP), zijn vastgelegd in de
provinciale waterplannen en per waterlichaam opgenomen in de KRW-factsheets
onder 'Biologische en algemeen fysische toestand'.
Naast ecologische doelen is er in de KRW ook sprake van chemische doelen voor
het beoordelen van de toestand van het oppervlaktewater. De chemische
doelstellingen voor prioritaire stoffen gelden voor alle Europese wateren.
Aanvullend daarop zijn voor een aantal specifiek verontreinigende stoffen
nationale normen door het Rijk vastgesteld.
Grondwater
De KRW stelt algemene eisen aan de kwaliteit van tiet grondwater als ook aan de
beschikbaarheid van het grondwater. Daarnaast worden er eisen gesteld aan het
grondwater in relatie tot oppervlaktewaterlichamen, terrestrische ecosystemen en
grondwater dat benut wordt voor menselijke consumptie (drinkwater).
Belangrijkste wijzigingen voor de komende planperiode:
Landelijk is afgesproken dat doelaanpassing voor waterlichamen waar
maatregelen niet tot het gewenste effect leiden (doel niet haalbaar in 2027) pas in
2021 aan de orde kan zijn. Hierbij gelden de volgende uitzonderingen:
1) Aanpassing doelen n.a.v. aanpassing maatlatten;
2) Aanpassing EU-lijst prioritaire stoffen.
Ad 1) Aanpassing doelen n.a.v. aanpassing maatlatten
De realisatie van ecologische doelen wordt beoordeeld aan de hand van de
zogenaamde ecologische maatlatten. Deze maatlatten zijn in 2013 aangepast
mede op grond van een noodzakelijke Europese uniformering. Met name de
maatlatten voor de onderdelen 'vis' en 'macrofyten' zijn aangepast, waardoor ook
de toestandsbepaling wijzigt. Het Rijk heeft de mogelijkheid geboden om de doelen
voor waterlichamen, waar de toestandsbepaling door de nieuwe maatlat zou
veranderen, te wijzigen. Dit betreft daarmee geen ambitieverlaging, maar
een administratieve correctie die voortkomt uit dat de toestand achteruit gaat door
de administratieve wijziging van de ecologische maatlat. In de deelstroomgebieden
Rijn-Noord en Nedereems hebben de waterschappen afhankelijk van de situatie in
hun beheergebied een eigen afweging gemaakt over het al dan niet aanpassen
van de ecologische doelen aan de nieuwe maatlatten.
Wetterskip Fryslên
Voor Wetterskip Fryslan zou administratieve aanpassing leiden tot nietrealistisch lage doelen waardoor het niet wenselijk werd geacht de doelen op
dit moment aan te passen. De komende planperiode wordt gebruikt om kennis
te vergaren over de haalbaarheid van de doelen. Aanpassing van de doelen
vindt dan desgewenst voorafgaand aan de derde planperiode plaats.
Waterschap Hunze en Aa's
Waterschap Hunze en Aa's heeft de ecologische doelen aangepast aan de
nieuwe maatlatten, omdat dit in algemene zin niet leidde tot significant te lage
doelen.
Waterschap Noorderzijlvest
Waterschap Noorderzijlvest heeft een aantal waterkwaliteitsdoelen aangepast
voor ecologische parameters (wijziging door nieuwe nationale maatlatten) en
voor de ecologie-ondersteunende parameter pH (3x) en stikstof (lx) voor de
KRW. Deze laatste twee parameters zijn aangepast omdat deze niet in
overeenstemming te brengen waren met de gebiedskenmerken. Hierdoor
wijzigt de kwaliteitsbeoordeling van de toestand voor zes KRWwaterlichamen. De doelen (GEP's) voor deze zes waterlichamen zijn hiertoe
aangepast.
Rijkswaterstaat
In het waterlichaam Eems-Dollard (overgangswater) is het doel voor hogere
waterplanten verlaagd. Dit heeft geleid tot een toestandbeoordeling in het
waterlichaam Eems-Dollard (overgangswater) waardoor de toestand nu aan
het doel (goede ecologisch potentieel) voldoet.
Voor de Waddenzee Vastelandskust is het doel voor de hogere waterplanten
(zeegras en kwelders) aangepast, maar dit heeft geen gevolgen voor de
toestandsbeoordeling.
Ad 2) Aanpassing EU-lijst prioritaire stoffen
Op de lijst met chemische stoffen zijn 7 prioritaire stoffen toegevoegd en 5 overige
relevante stoffen. Elke afzonderlijke stof heeft een doelstelling welke Europees is
vastgelegd. Vanaf 2016 zullen deze stoffen mee gemeten moeten worden om tot
een beoordeling van de chemische toestand van oppervlaktewaterlichamen te
kunnen komen.
Voortgang maatregelen
De uitvoering van maatregelen uit de stroomgebiedbeheerplannen vordert in de
regio gestaag. Eind 2013 is het percentage KRW-maatregelen dat gereed is met
gemiddeld twintig procent toegenomen ten opzichte van een jaar eerder. Eind
2012/begin 2013 zijn enkele maatregelen uit de plannen van 2009 gefaseerd tot
na 2015, zijn maatregelen vervangen door andere maatregelen of zijn maatregelen
ingetrokken door waterbeheerders. Belangrijke oorzaken hiervan zijn vertraging bij
grondverwerving en onduidelijkheid over de gevolgen van de decentralisatie natuur
en de herijking van de EHS. Hierover heeft reeds bestuurlijke besluitvorming plaats
gevonden..
In tabel 1 is de voortgang van de realisatie van het KRW-maatregelpakket tot en
met december 2013 aangegeven op basis van het herziene maatregelpakket.
Daarbij is rekening gehouden met de bestuurlijke herzieningen van
maatregelpakketten uit 2012. Het aantal in uitvoering en afgeronde maatregelen uit
de eerste planperiode lag in zowel Rijn-Noord als Nedereems eind 2013 gemiddeld
rond de 75%. In Eems-Dollard zijn alle maatregelen in uitvoering of al uitgevoerd.
Tabel 1. Voortgang (t/m dec. 2013) KRW-maatregelen 2009 - 2015 Rijn-Noord,
Planvoor­
bereiding
3
1
0
in
uitvoering
10
4
11
Wetterskip Fryslên
Ws Noorderzijlvest
Ws Hunze&Aas
5%
20%
20%
RWS Waddenzee
RWS Eems-Dollard
0
0
Provinsje FryslSn
Provincie Groningen
Provincie Drenthe
Uitgevoerd
Totaal
3
0
2
16
5
13
30%
40%
15%
65%
40%
65%
100%
100%
100%
6
3
2
1
8
4
De gemeenten voeren hoofdzakelijk afkoppeling van regenwater en de aanpak van
riooloverstorten uit; deze maatregelen zijn opgenomen bij de maatregelen van de
waterschappen. In FryslSn, Drenthe en Groningen hebben de gemeenten vrijwel
alle KRW-maatregelen uitgevoerd.
Eind 2015 zal het voorgenomen maatregelpakket moeten zijn gerealiseerd.
Vertraging kan ontstaan bij projecten die onderdeel vormen van een (veel)
omvangrijker project of bij maatregelen waarbij twijfels zijn ontstaan over de
effectiviteit. Deels zijn hiervoor andere maatregelen in de plaats gekomen. Tevens
zijn er maatregelen uitgesteld in afwachting van de resultaten van onderzoek naar
het effect van deze maatregelen.
Huidige toestand waterkwaliteit
De oppervlaktewaterlichamen voldoen voor de ecologische parameters (vis,
macrofauna, macrofyten en algen) voor het merendeel nog niet aan de doelen. De
realisatie van ecologische doelen wordt beoordeeld aan de hand van de
zogenaamde ecologische maatlatten. Deze maatlatten zijn in 2013 landelijk
aangepast mede op grond van een noodzakelijke Europese uniformering. Vandaar
dat de doelen ook aangepast worden op dit punt. Met name voor vis en macrofyten
wordt regelmatig een achteruitgang aangetroffen door de aanpassing van de
maatlatten, terwijl er in de praktijk geen daadwerkelijke achteruitgang heeft plaats
gevonden. De verbetering van de ecologische parameters wordt voornamelijk
gerealiseerd door de herinrichting van waterlopen en inrichting van EHS/N2000
gebieden. De effecten hiervan laten zich meestal pas na enkele jaren zien.
De nutriëntengehalten laten sinds 2000 een sterke afname zien als gevolg van het
landelijke mestbeleid en de optimalisaties van de RWZI's. De laatste jaren treedt
er echter een stagnatie op in de dalende trend. In sommige waterlichamen zijn de
belastingen met nutriënten nog te hoog (terwijl de concentraties voldoen).
Lokaal is sprake van overschrijdingen voor fosfaat en stikstof. Om een verdere
daling van stikstof- en fosfaatgehaltes te realiseren zijn aanvullende maatregelen
noodzakelijk om emissies van nutriënten verder terug te dringen.
Voor wat betreft de chemische doelstellingen is de situatie in het algemeen
gunstiger. Een groot aantal oppervlaktewaterlichamen voldoet aan de chemische
doelstellingen. De generieke toetsen geven aan dat alle grondwaterlichamen in
Rijn Noord/Nedereems in een goede toestand verkeren. Lokaal komen echter
knelpunten voor ten aanzien van de overschrijding van de nitraatnorm en de norm
voor bestrijdingsmiddelen.
Maatregelenpakket 2015-2021
De voorgestelde maatregelpakketten voor de komende planperiode (2016-2021)
van de waterbeheerders zijn gericht op het terugdringen van nutriënten in en
rond de watersystemen en daarnaast wordt ingezet op het voortzetten van
herinrichtingsmaatregelen. De herinrichtingsmaatregelen worden zoveel mogelijk
gecombineerd met de door de provincies te realiseren Nationaal Natuurnetwerk
Nederland (EHS) en Natura2000 gebieden. Voorbeelden hiervan zijn het
Dwarsdiep gebied en het Zuidlaardermeer. Voor deze inrichtingsmaatregelen zijn
wij als Provincie Groningen voor een groot deel verantwoordelijk. Dit is dan ook de
reden dat de regionale afstemming via het RBO heeft plaats gevonden.
7. Geheimhouding
Niet van toepassing.
8. Afsluiting
Wij vertrouwen erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
Hoogachtend,
Gedeputeerde Staten van Groningen:
O
, voorzitter.
secretaris.
Nr.
1
Titel
Afstemmingsnota SGW KRW 2016-2021
Soort bijlage
nota