Wet- en regelgeving - Gevaarlijke Lading

gen en voorzorgsmaatregelen in de Kroatische
taal en de aanpassing aan de technische en
wetenschappelijke vooruitgang.
Inwerkingtreding: 26 juni 2014
Wet- en regelgeving
Door: Arie den Breejen
Publicatieblad van de Europese Unie
Toelichting
Bijlage VI van Verordening (EG) nr. 1272/2008
bevat twee lijsten van gevaarlijke stoffen.
Tabel 3.1 bevat een lijst van gevaarlijke stoffen en de daarbij horende indeling (in een
gevarencategorie) en etikettering. Tabel 3.2
bevat daarentegen een lijst van gevaarlijke
stoffen met de daarbij horende indeling en
etikettering op grond van het oude recht.
Deze tabellen worden met deze commissieverordening aangepast.
PbEU 2014, L 189/68 Richtlijn 2014/68/EU
betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake het op de markt
aanbieden van drukapparatuur 2014/68/EU.
Inwerkingtreding: 17 juli 2014
Toelichting
Deze richtlijn vervangt richtlijn 97/23/EG.
Richtlijn 2014/68/EU ziet op zogenaamde
drukapparaten. Daaronder vallen drukvaten
en installatieleidingen voor gassen, dampen
en vloeistoffen, alsmede veiligheidsappendages voor die vaten en leidingen.
De richtlijn stelt geharmoniseerde eisen aan
drukapparatuur. Een onderscheid wordt gemaakt tussen drukapparatuur voor gevaarlijke
stoffen (groep 1) en andere (groep 2). De naleving van de eisen wordt beoordeeld via een
zogenaamde conformiteitsbeoordeling. Deze
naleving wordt onder meer aangegeven in de
vorm van een zogenaamd CE-merk op het
apparaat. Naleving geeft het recht de betreffende apparatuur vrijelijk op de Europese
markt te brengen en in gebruik te nemen.
Richtlijn 2014/23/EG ziet niet op zogenaamde
verplaatsbare drukapparatuur (zoals gasflessen) en op drukapparatuur vallend onder de
internationale regelgeving voor het vervoer
van gevaarlijke stoffen over de weg en zee, of
door de lucht (zoals tankcontainers). In de
praktijk ziet richtlijn 2014/23/EG vooral op
vaste installaties voor gassen en vloeistoffen.
Tractatenblad
Trb. 2014, nr. 114 Protocol inzake het optreden in volle zee in gevallen van verontreiniging door andere stoffen dan olie.
Staatsblad
Stb. 2014, nr. 261 Besluit van 23 juni 2014,
houdende nadere regels betreffende de opgave van de hoeveelheid bijdragende olie als
bedoeld in artikel 5 van de Wet schadefonds
olietankschepen BES.
Inwerkingtreding: 16 juli 2014
Toelichting
Het Koninkrijk (Nederland en de Antillen) is
partij bij het op 27 november 1992 te Londen
tot stand gekomen Protocol tot wijziging van
het Internationaal Verdrag van 1971 betreffende de instelling van een Internationaal
Fonds voor de vergoeding van schade door
olieverontreiniging van tankers (Fondsverdrag). De schadevergoeding wordt betaald uit
het Oliefonds. Dat Oliefonds wordt gevuld
door de ontvangers van olie in staten die partij
zijn bij het Fondsverdrag. Deze vergoeding
komt bovenop een schadevergoeding door de
eigenaar van het schadeveroorzakende schip.
PbEU 2014, L 167/36 Verordening (EU) nr.
605/2014 van de Commissie van 5 juni 2014
tot wijziging van Verordening (EG) nr.
1272/2008 van het Europees Parlement en de
Raad betreffende de indeling, etikettering en
verpakking van stoffen en mengsels, met het
oog op het opnemen van gevarenaanduidin-
1
Voornoemd besluit geeft nadere regels met
betrekking tot het tijdstip en de wijze van
opgave van de hoeveelheid ontvangen olie en
met betrekking tot de vraag welke personen
tot deze opgave verplicht zijn. Voor Nederland
zijn deze nadere regels opgenomen in het
Besluit opgave bijdragende olie (Stb. 1982,
491). Voor Bonaire, Sint Eustatius en Saba
geeft het geciteerde besluit deze regels.
Stcrt. 2014, nr. 20948 Multilaterale overeenkomst ADN/ MO 011, Ministerie van Infrastructuur en Milieu.
Toelichting
Deze overeenkomst tussen Nederland en
Duitsland geeft van het ADN afwijkende regels
voor de aanwezigheid van vlamkerende roosters en inrichtingen.
Stb. 2014, nr. 267 Besluit van 27 juni 2014,
houdende wijziging van het Vuurwerkbesluit
met betrekking tot een verlenging van een
overgangstermijn en enkele andere wijzigingen.
Inwerkingtreding: 16 juli 2014
Stcrt. 2014, nr. 20694 Multilaterale overeenkomst M 275 op grond van sectie 1.5.1 van
het ADR over het explosiedrukgolfbestendig
ontwerpen van druk/vacuümtanks (voor afvalstoffen).
Toelichting
Deze wijziging is grotendeels technisch van
aard.
Toelichting
Deze overeenkomst geeft van het ADR afwijkende regels voor voorzieningen ter voorkoming van directe vlamdoorslag.
Stb. 2014, nr. 241 Besluit van 19 juni 2014 tot
wijziging van het Besluit vervoer gevaarlijke
stoffen door de lucht in verband met het laten
vervallen van een vertaalverplichting alsmede
met het oog op enkele aanpassingen in het
systeem van erkenningen.
Inwerkingtreding: 1 januari 2015 voor wat
betreft de vertaalplicht. De inwerkingtreding
voor de regeling voor het systeem van erkenningen zal bij koninklijk besluit worden bepaald.
Stcrt. 2014, nr. 20139 Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van
8 juli 2014, 2014-0000096231, tot wijziging
van de Arbeidsomstandighedenregeling in
verband met het herstellen van enige omissies
in Bijlage XIII.
Inwerkingtreding: 1 oktober 2014
Toelichting
Met deze regeling wordt een aantal stoffen
gebracht onder de lijst van stoffen waarvoor
in verband met de bescherming van werknemers wettelijke grenswaarden van toepassing
zijn.
Toelichting
Vanaf 1 januari 2015 is het voor de strafrechtelijke handhaafbaarheid niet meer nodig dat
de internationale regels voor het vervoer van
gevaarlijke stoffen door de lucht in het Nederlands zijn vertaald.
Daarnaast zijn de regels voor de erkenningen
aangepast. Erkenningen moeten door de minister zijn afgegeven om bepaalde activiteiten
in verband met het vervoer van gevaarlijke
stoffen door de lucht te mogen verrichten.
Stcrt. 2014, nr. 2014 Regeling Tarieven CBR
2014.
Inwerkingtreding: 1 januari 2014
Toelichting
Tarieven van diensten en producten die hun
grondslag vinden in de Wet vervoer gevaarlijke stoffen en niet geregeld zijn in de Regeling
taken Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewij-
Staatscourant
2
zen zijn vermeld in bijlage VI. Het gaat met
name om diensten en producten op grond van
het ADR en het ADN.
van de toepassing en de grootte van het daarbij horende risico. De betreffende deskundigen moeten onder meer kennis hebben van
het vervoer van radioactieve stoffen.
Stcrt. 2014, nr. 19529 Multilaterale overeenkomst RID 4/2014.
Stcrt. 2014, nr. 16255 Regeling van de Minister van Infrastructuur en Milieu, van 12 juni
2014, nr. IENM/BSK-2014/69435, tot wijziging
van de Regeling algemene regels ruimtelijke
ordening (aanwijzing voorkeurstracés buisleidingen van nationaal belang voor het vervoer
van gevaarlijke stoffen en actualisering).
Inwerkingtreding: 1 juli 2014
Toelichting
Deze overeenkomst staat toe dat steenkool,
cokes en antraciet worden vervoerd in open
wagens en containers in afwijking van de bijzondere bepalingen van het RID voor los gestort goed.
Stcrt. 2014, nr. 19528 Multilaterale overeenkomst M 276 (ADR).
Toelichting
De in deze regeling opgenomen wijzigingen
van de Regeling algemene regels ruimtelijke
ordening (Rarro) zijn tweeledig. In de eerste
plaats worden voorkeurstracés voor een buisleidingenstrook aangewezen die dienen voor
de aanleg van buisleidingen van nationaal
belang voor het vervoer van gevaarlijke stoffen. Ter plaatse van een voorkeurstracé mogen gemeenten bij het vaststellen van een
nieuw bestemmingsplan geen nieuwe activiteiten toestaan die het leggen van een buisleiding in een buisleidingenstrook kunnen
belemmeren. Hiermee wordt zeker gesteld
dat ook in de toekomst ruimte beschikbaar
blijft om doorgaande buisleidingverbindingen
die van nationaal belang zijn te realiseren.
De overige wijzigingen van de Rarro in deze
regeling zijn aan te merken als noodzakelijk
onderhoud.
Stcrt. 2014, nr. 17581 SZW lijst van kankerverwekkende, mutagene, en voor de voortplanting giftige stoffen, Ministerie van Sociale
Zaken en Werkgelegenheid.
Stcrt. 2014, nr. 17286 Regeling van de Ministers van Economische Zaken en van Sociale
Zaken en Werkgelegenheid van 16 juni 2014,
nr. WJZ / 13130530, tot wijziging van de Uitvoeringsregeling stralingsbescherming EZ.
Inwerkingtreding: 1 juli 2014
Toelichting
De Kernenergiewet, het Besluit stralingsbescherming en de Uitvoeringsregeling stralingsbescherming EZ bevatten voorschriften
die borgen dat het omgaan met ioniserende
straling vanwege de daaraan verbonden risico’s voor mens en omgeving op een verantwoorde manier plaatsvindt. Deskundigheid
van personen die verantwoordelijk zijn voor
het uitvoeren van handelingen en werkzaamheden is daarbij van groot belang. In het Besluit stralingsbescherming zijn taken
opgenomen die alleen mogen worden uitgevoerd door een bepaald type deskundige. Een
onderscheid wordt gemaakt tussen verschillende soorten van deskundigheid. Dit onderscheid is afhankelijk van de taak en de aard
Provincieblad
Provincieblad 2014, nr. 1490 Vaststelling Verordening Ruimte 2014 Zuid-Holland.
Inwerkingtreding: 1 augustus 2014
Toelichting
Deze verordening bevat onder meer regels
voor de veiligheidszonering op de oevers van
de Nieuwe Waterweg en de Nieuwe Maas.
3
Provincieblad 2014, nr. 19319 Omgevingsverordening provincie Groningen 2009 - tracé
buizenzone N33.
Inwerkingtreding: 1 augustus 2014
Kamerstukken
TK 2013-2014, 30373, nr. 55 Vervoer gevaarlijke stoffen; Brief regering; Mogelijk vervoer
van gevaarlijke stoffen over de spoorverbinding Zeeland - Antwerpen (VeZA-boog).
Gemeenteblad
Gemeenteblad 2014, nr. 41699 Wijziging van
de Havenbeheersverordening Rotterdam
2010.
Inwerkingtreding: 24 juli 2014.
TK 2013-2014, 33750-XII, nr. 92 Vaststelling
van de begrotingsstaten van het Ministerie
van Infrastructuur en Milieu (XII) voor het jaar
2014; Brief regering; Aanbieding van het
meerjarenplan 2014-2018 van de Inspectie
Leefomgeving en Transport (ILT) en van het
jaarverslag 2013 Inspectie Leefomgeving en
Transport.
Toelichting
Deze wijziging bevat voor de binnenvaart- en
zeevaartsector in verband met het vervoer
van gevaarlijke stoffen relevante wijzigingen.
Deze hebben onder meer betrekking op het
bunkeren van schepen met LNG. Daarnaast
zijn regels gegeven voor het schoonmaken van
ladingtanks. Dit mag in de haven alleen
plaatsvinden, indien gassen of dampen niet
kunnen ontsnappen. Tanks met vloeibare gassen mogen daarentegen alleen worden
schoongemaakt bij daartoe bestemde en gerechtigde inrichtingen.
TK 2013-2014, 29383, nr. 223 Meerjarenprogramma herijking van de VROM-regelgeving
met bijlage ‘Besluit van tot wijziging van het
Activiteitenbesluit milieubeheer, het Besluit
omgevingsrecht en enkele andere besluiten
(nieuwe activiteiten)’.
Toelichting
Met dit ontwerpbesluit zullen nog meer inrichtingen onder het Activiteitenbesluit worden gebracht. Het gaat onder meer om
inrichtingen voor het opslaan en bewerken
van ontplofbare stoffen door de krijgsmacht
en inrichtingen voor het schieten op buitenschietbanen. De vergunningplicht voor deze
inrichtingen komt te vervallen.
Bij een melding voor een inrichting in gebruik
bij de krijgsmacht waarin bepaalde ontplofbare stoffen worden opgeslagen zal een zogenaamde munitie-QRA moeten worden
gevoegd.
Verder zal het Besluit LPG-tankstations milieubeheer onder het Activiteitenbesluit worden gebracht.
Gemeenteblad 2014, nr. 34951 Beheersverordening Natuur en Gemeenteblad 2014, nr.
34946 Beheersverordening Klein Kernen van
de gemeente De Marne.
Toelichting
In deze beheersverordening van de gemeente
De Marne, die in de plaats treedt van het bestemmingsplan, is aangegeven welke vormen
van gebruik op de gronden in de natuurgebieden van de gemeente aanvaardbaar zijn en
welke niet. Niet toegestaan zijn bepaalde risicoveroorzakende activiteiten, zoals vuurwerkbedrijven. Verder is de bouw van objecten ten
behoeve van minder zelfredzame personen
binnen een zone voor het vervoer van gevaarlijke stoffen van 30 meter niet toegestaan.
TK 2013-2014, 33962, nr. 5 Regels over het
beschermen en benutten van de fysieke
leefomgeving (Omgevingswet); Nota van verbetering.
Officiële publicaties
4
TK 2013-2014, 29984, nr. 490 Spoor: vervoeren beheerplan; Brief regering; Aanbieding van
het Jaarverslag van ProRail over 2013.
TK 2013-2014, 33118, nr. 16 Omgevingsrecht;
Brief regering; Stelselherziening omgevingsrecht (zie hieronder voor een korte toelichting).
TK 2013-2014, 33962, nr. 2 Regels over het
beschermen en benutten van de fysieke
leefomgeving (Omgevingswet); Voorstel van
wet en nr. 3, memorie van toelichting.
TK 2013-2014, 32404, nr. 74 Programma
hoogfrequent spoorvervoer; Brief regering;
Besluiten Programma Hoogfrequent Spoorvervoer (PHS) met bijlagen ‘PHS, Amsterdam
Centraal’, ‘PHS, Goederenroute OostNederland’, en ‘PHS, Meteren-Boxtel’.
Toelichting
Dit is ie dan: het officiële voorstel voor de
Omgevingswet! Daarover valt veel te zeggen,
ook in relatie tot externe veiligheid. Ik beperk
mij tot een zeer schematische schets.
De Omgevingswet zal een stelsel van de burger bindende regels bevatten. Voor een aantal
milieubelastende activiteiten zal echter het
vereiste van een omgevingsvergunning in het
leven worden geroepen. Een dergelijke vergunning zal ook worden nodig zijn voor het
verrichten van een zogenaamde beperkingengebiedactiviteit. Gedacht moet daarbij onder
meer worden aan de bouw van een woning
langs een route gevaarlijke stoffen.
De aanleg of uitbreiding van infrastructurele
werken, activiteiten in de fysieke leefomgeving met een publiek belang, zal over het over
het algemeen pas kunnen plaatsvinden na
vaststelling van een projectbesluit.
De Omgevingswet zal allerlei instrumenten
bevatten die van invloed zijn op de besluitvorming voor (en vaak ook voor de inhoud
van) de burger bindende regels, de omgevingsvergunning en het projectbesluit. Te
denken valt onder meer aan omgevingsvisies
(zelfbindend), omgevingswaarden en instructieregels.
Het geheel aan regels zal zijn vervat in de Omgevingswet en de daarop gebaseerde regels
van het Rijk (algemene maatregelen van bestuur en ministeriele regelingen), van de provincie (omgevingsverordening) en het
gemeentelijk omgevingsplan.
Instructieregels zullen in verband met externe
veiligheid door het Rijk worden gegeven voor
de opslag, de productie, het gebruik en het
TK 2013-2014, 26956, nr. 195 Beleidsnota
Rampenbestrijding ; Voortgangsbrief Externe
Veiligheid met Rapportenbundel behorend bij
Staat van de Veiligheid Majeure risicobedrijven 2013, Brief van de RLi over milieuschade
verhalen, Brief van het Bureau Inspectieraad
om advies over meebetalen toezicht door
majeure risicobedrijven, Voortgang veiligheidsmaatregelen, Overzicht van de monitoringgegevens en Staat van de Veiligheid
majeure risicobedrijven 2013.
TK 2013-2014, 30373, nr. 54 Vervoer gevaarlijke stoffen; Verslag van een schriftelijk overleg; Verslag van een aanvullend schriftelijk
overleg over het Besluit externe veiligheid in
verband met het vervoer van gevaarlijke stoffen over transportroutes (Kamerstuk 30 37350).
TK 2013-2014, 26956, nr. 195 Beleidsnota
Rampenbestrijding; Brief regering; Voortgangsbrief Externe Veiligheid.
TK 2013-2014, 33750-A, nr. 70 Vaststelling van
de begrotingsstaat van het Infrastructuurfonds voor het jaar 2014; Brief regering;
Voortgang van de vernieuwing van het MIRT
met bijlage ‘Externe en infrastructuurkosten
van verkeer. Een overzicht voor Nederland in
2010’.
5
vervoer van gevaarlijke stoffen. Deze kunnen
bijvoorbeeld zien op te verlenen omgevingsvergunningen of vast te stellen projectbesluiten.
Daarnaast zal een landelijke register in het
leven worden geroepen met gegevens over
externe veiligheid van bepaalde installaties,
transportroutes en buisleidingen.
De Wet vervoer gevaarlijke stoffen blijft onverkort van kracht. De ruimtelijke beperkingen
langs het zogenaamde basisnet zullen worden
opgenomen in de Omgevingswet.
view invoering ERTMS ten behoeve van voorkeursbeslissing. Deze documenten bevatten
allerlei informatie over de gevolgen voor externe veiligheid van de invoering van het
ERTMS op het spoor.
TK 2013-2014, 33750-VI, nr. 125 Vaststelling
van de begrotingsstaten van het Ministerie
van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar
2014 ; Brief regering; Voorgenomen maatregelen vuurwerk en algeheel beeld jaarwisseling 2013-2014.
TK 2013-2014, 29984, nr. 489 Spoor: vervoeren beheerplan; Lijst van vragen en antwoorden over de concept-ontwerpen van de nieuwe beheerconcessie en de nieuwe
vervoerconcessie van 16 mei 2014.
Kamervragen
TK 2013-2014, 28663, nr. 58 Milieubeleid;
Verslag van een schriftelijk overleg; Verslag
van een schriftelijk overleg over de modernisering milieubeleid.
Moties
TK 2013-2014, 32127, nr. 198 Regels met betrekking tot de versnelde ontwikkeling en
verwezenlijking van ruimtelijke en infrastructurele projecten (Crisis- en herstelwet); Brief
regering; Praktijkervaringen Crisis- en herstelwet, Voortgangsrapport 2013-2014.
TK 2013-2014, Vergaderingnummer 49, nr. 16
De twee moties die specifiek gaan over het
vervoer van gevaarlijke stoffen over spoor zijn
aangenomen.
TK 2013-2014, vergaderingnummer 86, nr. 11
Stemmingen moties Evaluatie Activiteitenbesluit milieubeheer. De motie te kijken naar de
milieu- en gezondheidseffecten van het Activiteitenbesluit is aangenomen.
TK 2013-2014, 33750-B, nr. 16 Vaststelling
van de begrotingsstaat van het gemeentefonds voor het jaar 2014; Brief regering; Aanbieding meicirculaires gemeentefonds en
provinciefonds 2014. De uitkeringen gaan ook
over taken in verband met externe veiligheid.
Overige
TK 2013-2014, 33952, nr. 1 Schaliegas, brief
minister met Structuurvisie schaliegas.
Europees
PbEU 2014, L 166/27 Besluit van 6 mei 20154
tot vaststelling van het standpunt van de Unie
op de 53e zitting van de OTIF-commissie van
deskundigen voor het vervoer van gevaarlijke
goederen, voor wat betreft bepaalde wijzigingen in bijlage C bij het Verdrag betreffende
het internationale spoorwegvervoer (COTIF),
van toepassing vanaf 1 januari 2015.
Inwerkingtreding: 6 mei 2014
TK 2013-2014, 33652, nr. 17 Spoorbeveiligingssysteem European Rail Traffic Management System (ERTMS); Brief regering;
Onderzoeksresultaten en reviews ERTMS met
een Afwegingskader; effecten ERTMS, een
Maatschappelijke Kosten-batenanalyse
ERTMS, Capaciteitseffecten Level 2, een Rapportage effecten ERTMS, een Risico-analyse
ERTMS-scenario’s en een Rapportage gatere-
6
de functie uit ten aanzien van de naleving van
wet- en regelgeving door bijvoorbeeld grondroerders die niet onder de Wion vallen.
De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT)
is belast met het toezicht op de naleving van
het Besluit externe veiligheid buisleidingen.
ILT oefent verder een signalerende functie uit
ten aanzien van de naleving van wet- en regelgeving door exploitanten van buisleidingen
voor het transport van aardolieproducten en
gevaarlijke stoffen die niet onder het Bevb
vallen.
In verband met deze taken komen het Agentschap Telecom en ILT in het kader van dit convenant tot een gestructureerde en
geformaliseerde vorm van samenwerking.
Toelichting
Bijlage C van COTIF is het Reglement betreffende het internationaal vervoer van gevaarlijke goederen per spoor (RID). Het geciteerde
besluit bevat het standpunt van de EU met
betrekking tot diverse voorstellen van de
commissie van deskundigen tot wijziging van
een aantal voorschriften van het RID. De
meeste voorstellen worden door de EU ondersteund. Tegen een aantal maakt de EU echter
bezwaar.
Rijk
Stcrt. 2014, nr. 21247 Besluit tot verlening
van mandaat en machtiging met betrekking
tot het Binnenvaartpolitiereglement Rijkswaterstaat Zee en Delta.
Inwerkingtreding: met terugwerkende kracht
vanaf 1 april 2013
Stcrt. 2014, nr. 17220 Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
houdende mandaatverlening voor de handhaving van regels m.b.t. indeling, etikettering en
verpakking van stoffen en mengsels (Regeling
mandaatverlening inzake de bevoegdheid tot
handhaving van de regels m.b.t. indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels).
Inwerkingtreding: 18 juni 2014
Toelichting
In verband met allerlei reorganisaties dient
een nieuw mandaatbesluit voor de binnenvaart te worden vastgesteld. Dit besluit heeft
onder meer betrekking op de mandatering
van bevoegdheden op het terrein van het
vervoer van gevaarlijke stoffen.
Toelichting
In titel 9.3a van de Wet milieubeheer is Verordening (EG) nr. 1272/2008 geïmplementeerd. Deze verordening gaat over de indeling,
etikettering en verpakking van stoffen en
mengsels (in de handel). Met het toezicht op
de naleving van de voorschriften van deze
verordening zijn medewerkers van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit, de Inspectie SZW, de Inspectie Leefomgeving en
Transport en het Staatstoezicht op de Mijnen
belast. Deze toezichthouders krijgen met deze
regeling de beschikking over dezelfde bevoegdheden. Tegen een overtreding kan worden opgetreden met een last onder
bestuursdwang of een last onder dwangsom.
Stcrt. 2014, nr. 20514 Samenwerkingsconvenant tussen Agentschap Telecom, werkend
binnen het wettelijk kader van de Wet informatie-uitwisseling ondergrondse netten en
Inspectie Leefomgeving en Transport, werkend binnen het wettelijk kader van Het Besluit externe veiligheid buisleidingen.
Inwerkingtreding: Dit samenwerkingsconvenant treedt in werking op 2 juli 2014 en heeft
een looptijd van 2 jaar.
Toelichting
Agentschap Telecom is toezichthouder in verband met de naleving van de Wet informatieuitwisseling ondergrondse netten (Wion).
Verder oefent dit agentschap een signaleren-
7
Stcrt. 2014, nr. 15598 Voorpublicatie wijziging Vuurwerkbesluit (beperking periode consumentenvuurwerk)
Provincieblad 2014, nr. 1230 Vaststelling Actualisatie Omgevingsvisie Drenthe 2014.
Provincie
Toelichting
Met de Omgevingsvisie van Drenthe wordt
een voorschot genomen op de Omgevingswet.
De visie geeft onder meer aan hoe door de
provincie Drenthe zal worden omgegaan met
de problemen voor externe veiligheid.
Provincieblad 2014, nr. 1285 Kennisgeving
ontwerp negende tranche van de Provinciale
milieuverordening Zuid-Holland.
Toelichting
Deze kennisgeving bevat het voornemen van
gedeputeerde staten van Zuid-Holland over te
gaan tot een verbod op het ontgassen van het
kankerverwekkende benzeen (per 1 januari
2015) en van benzeenhoudende stoffen (per 1
januari 2016) vanaf binnenschepen op een
vaarweg. Een vergelijkbaar voornemen bestaat bij gedeputeerde staten van de provincie
Noord-Brabant. De provinciale voornemens
sluiten aan bij onder meer ontwikkelingen in
de Bondsrepubliek. Onze oosterburen kennen
reeds langer een meer uitgebreid ontgassingsverbod.
Ongeveer vijftien jaar geleden kwam binnen
Europees verband een regeling tot stand voor
het ontgassen van benzine.
Stcrt. 2014, nr. 19319 Autorisatiebesluit Provincie Utrecht, Agentschap Basisadministratie
Persoonsgegevens en Reisdocumenten (BPR),
Stcrt. 2014, nr. 19318 Autorisatie Provincie
Noord-Brabant, Stcrt. 2014, nr. 19317, Autorisatie Provincie Gelderland, Agentschap Basisadministratie Persoonsgegevens en
Reisdocumenten en Stcrt 2014, nr. 19315
Autorisatie Provincie Flevoland, Agentschap
Basisadministratie Persoonsgegevens en Reisdocumenten.
Inwerkingtreding: 1 maart 2014
Toelichting
Zie voor een toelichting hieronder, Gemeenteblad 2014, nr. 38641.
Gemeente
Stcrt. 2014, nr. 1405 Provinciale Mobiliteitsplan 2014 – 2028 van de provincie Utrecht is
vastgesteld. Dit plan bevat ook enige woorden
over externe veiligheid in relatie tot het vervoer van gevaarlijke stoffen.
Gemeenteblad 2014, nr. 38641 Regeling gegevensverstrekking basisregistratie personen
gemeente Weert 2014.
Inwerkingtreding: 6 januari 2014
Stcrt. 2014, nr. 39565 Gemeenschappelijk
Kader Flevoland 2013.
Toelichting
De Wet basisregistratie bevat persoonsgegevens over ingezetenen van ons land. De basisregistratie, heeft tot doel overheidsorganen in
dit land te voorzien van (delen van) die gegevens, voor zover nodig voor de vervulling van
een taak. Een deel van die gegevens, de zogenaamde authentieke gegevens, moeten door
die organen verplicht worden gebruikt.
Bij gemeentelijke verordening kunnen regels
worden gesteld over de verstrekking van ge-
Toelichting
Dit gemeenschappelijk kader bestaat uit beleidsuitgangspunten en een aantal bijlagen
met onder meer een richtlijn voor dwangsombedragen, een gedoogkader en een richtlijn
strafbeschikkingsbevoegdheid milieufeiten.
Dwangsombedragen zijn onder meer gegeven
voor overtredingen van de regels voor de opslag van gevaarlijke stoffen.
8
gevens aan organen van een gemeente. In de
verordening van Weert is aangegeven dat
medewerkers werkzaam binnen afdelingen
die zich bezighouden met het vervoer van
gevaarlijke stoffen (de routeringsregeling),
externe veiligheid en de omgevingsvergunningverlening rechtstreeks toegang hebben
tot de gegevens van de basisregistratie personen.
Gemeenteblad 2014, nr. 32533 Mandaatbesluit uitvoering wet Bibob van de gemeente
Vlaardingen voor de DCMR Milieudienst Rijnmond 2014.
Toelichting
De Wet bevordering integriteitsbeoordelingen
door het openbaar bestuur biedt de mogelijkheid om een omgevingsvergunning voor een
inrichting of een vergunning voor het afsteken
van vuurwerk te weigeren, indien die vergunning mede zal worden gebruikt voor het plegen van strafbare feiten. Dergelijke feiten
kunnen ook betrekking hebben op strafrechtelijk gesanctioneerd gebruik van gevaarlijke
stoffen.
Restcategorie
Stcrt. 2014, nr. 21226 Bekendmaking normen
machines. Met een norm voor de veiligheid
van gemotoriseerde transportwerktuigen gebruikt in een explosiegevaarlijke atmosfeer.
Stcrt. 2014, nr. 16949 Nieuwe normen NEN.
De normen hebben onder meer betrekking op
tanks voor het vervoer van gevaarlijke goederen.
9