visie van de Driestam

Visie Saltoschool de Driestam
In het schoolplan hebben we de visie van de school in een aantal punten geformuleerd. Dit is
samen met team en medezeggenschap besproken en vastgelegd. Deze punten zijn
geactualiseerd en hieronder kort toegelicht om de verschillende punten een context te geven.
De visie van Saltoschool de Driestam wordt hieronder beschreven.
Op Saltoschool de Driestam:

werken we volgens de uitgangspunten en principes van het jenaplanonderwijs met een
ritmisch weekplan waarin de componenten gesprek, werk, spel en viering altijd terug te
vinden zijn.
Saltoschool De Driestam heeft in het verleden de keuze
gemaakt om te gaan werken vanuit de ideeën van Peter
Petersen. De belangrijkste reden hiervoor was dat deze
onderwijsvorm het beste paste bij de
onderwijsvernieuwingen die reeds in gang waren gezet;
het kind staat centraal, is uniek en moet worden
uitgedaagd in een heterogene groep om zichzelf te
ontwikkelen. Overal ter wereld praten mensen met
elkaar, werken ze voor zichzelf of voor hun gezin of
voor anderen, zullen ze zich verpozen en spelen in de
vrije tijd en in alle culturen wordt gevierd. Blijkbaar zijn
deze vier basisactiviteiten dus belangrijk en vind je ze
terug in elke jenaplanschool.

is elk kind uniek
Wat we in het verleden al eens omschreven als:
alle kinderen zijn gelijkwaardig, geen enkel kind
is gelijk.
We hebben oog voor de verschillen van de
kinderen, niet alleen verschillen in karakter, ook
de verschillen voor de beste didactische aanpak
worden onderkend: we sluiten aan bij de
onderwijsbehoefte van elk kind.
1

wordt gewerkt in een goed pedagogisch klimaat aan een omgeving en sfeer die veiligheid
en vertrouwen waarborgt
Juist in een veilige omgeving zijn de meeste
kansen om kinderen aan te spreken op hun
eigenheid, hun uniciteit en om te gaan met hun
verschillen. Veiligheid is voor kinderen ook
belangrijk om zich te geven en open te stellen
voor dialoog met stamgroepleider en
medeleerlingen en ... met zichzelf. Veiligheid en
vertrouwen is de basis voor een echte leef- en
werkgemeenschap wat Saltoschool de Driestam
als jenaplanschool graag wil zijn.

in deze omgeving willen we werken met de principes van basisontwikkeling in de
onderbouw, en ontwikkelingsgericht onderwijs in de midden- en bovenbouw, waarbinnen
kinderen zich ontwikkelen tot competente, autonome en sociale mensen
Op deze wijze leren kinderen
dat wat ze doen er toe doet en
leren ze in levensechte
situaties. De betrokkenheid
wordt groter en kinderen
krijgen op deze wijze de kans
meer te beleven in
betekenisvolle, levensechte
contexten.


dat betekent dat vaardigheden aangeleerd worden op sociaal-emotioneel, motorisch en
cognitief gebied, waarbij we altijd op zoek gaan naar de zone van naaste ontwikkeling
(welke volgende stapjes moet het kind nemen om zich te ontwikkelen)
en dat betekent ook dat wereldoriëntatie en sommige taaldomeinen (cyclisch) in thema’s
wordt aangeboden
Naast het feit dat we moeten werken aan de
tussen- en einddoelen voor het basisonderwijs,
willen we kinderen meer meegeven. We gaan
daarbij uit van de kracht en kwaliteit van elk
kind. Elk kind heeft recht om zich competent te
voelen en heeft recht op succeservaringen. Het
gaat dus niet alleen om de competenties
foutloos te kunnen spellen en goed te kunnen
rekenen. Nee, ook samenwerken,
zelfstandigheid, elkaar willen helpen, jezelf
vragen durven en kunnen stellen en samen te
ontdekken zijn belangrijke factoren.

gaan we er van uit dat elk kind in zijn eigen tempo kan werken en zich ontwikkelen, daarbij
willen we het onderwijs doelgericht en effectief afstemmen op de verschillende
onderwijsbehoeften van de kinderen en blijven we onszelf steeds de vraag stellen of we
kunnen voldoen aan deze onderwijsbehoeften
2


volgen we de cognitieve ontwikkeling met het CITO leerling- en onderwijsvolgsysteem en
de sociale en emotionele ontwikkeling met een leerlingvolgsysteem voor sociale
competenties (SCOL)
willen we onze inspanningen beloond zien en werken we daarom opbrengst gericht, zodat
we de ontwikkeling van kinderen kunnen volgen zonder afbreuk te doen aan onze
pedagogische principes en uitgangspunten van het jenaplanonderwijs
Aansluiten bij de onderwijsbehoefte van elk kind en rekening
houden met de uniciteit van elk kind vraagt veel van de
stamgroepleider. We willen de kinderen leren kennen, we kijken
en observeren gericht, hebben gesprekjes en beleven samen
met de kinderen in de groep de individuele ontwikkeling. Dat
betekent dat we zo veel mogelijk werken met het directe
instructiemodel en rekening houden met de verschillen van de
kinderen tijdens de instructie. We differentiëren bij het
aanbieden van het werk en vervolgens bij de beoordeling van
het product. Wat we zien en opmerken bespreken we met de
kinderen en werken hiermee aan het recht van elk kind zich
competent te voelen en succeservaringen te hebben. We
houden de gegevens goed bij en kunnen daardoor de
ontwikkelingslijn van elk kind laten zien en verklaren. Dit kan
gebeuren door middel van toetsen (volgens de zorgkalender)
en door “Mijn Driestam map”, waarin kinderen (een deel van)
hun werk bewaren en waarin in de loop van de jaren de
ontwikkeling is te zien.






leren kinderen om te gaan met vrijheid en leren ze te begrijpen dat vrijheid gebonden is
aan afspraken die gezamenlijk in de stamgroep gemaakt zijn
creëren we een prikkelende en stimulerende onderwijsleeromgeving
staat samenwerken en samen leren hoog in het vaandel
geven we de kinderen de mogelijkheden zelfstandig te zijn en (eigen)-verantwoordelijkheid
te dragen.
werken we met heterogene clusters, met heterogene groepen, die we stamgroepen
noemen en binnen de stamgroep kennen we tafelgroepen
werken we in clusters van vier groepen waarin zowel de onder- de midden- als de
bovenbouw vertegenwoordigd is.
Zelfstandigheid, verantwoordelijk willen en kunnen zijn, is
binnen het jenaplanonderwijs een groot goed. Daarbij is het
nodig de mogelijkheden te creëren om te kunnen samenwerken en binnen de groep de mogelijkheid te krijgen
zelfstandig opdrachten uit te voeren, te leren daar zelf verantwoordelijk voor te zijn. Kunnen samenwerken betekent ook
kunnen helpen, elkaars competenties aan kunnen vullen en
misschien voor sommige kinderen wel hun eigen ontwikkelingsvragen te kunnen formuleren. Dit alles kan alleen in een
context waar die mogelijkheden worden geboden. Daarom
werken we met heterogene stamgroepen en daarbinnen met
(gevarieerde) tafelgroepen, maken we zo veel mogelijk
gebruik van de heterogeniteit van de clusters. Kinderen leren
hiermee harmonieus samen te leven en te werken, komen
daarmee tot hun recht en kunnen welbevinden ervaren.




gaan we er van uit dat je een school samen maakt met leerkrachten, kinderen èn ouders.
is er voor ouders een omgeving van veiligheid, vertrouwen en wederzijds respect
informeren we ouders bij het aanmelden over jenaplanonderwijs en maken we duidelijk dat
leren en naar school gaan een gezamenlijke verantwoordelijkheid is
hebben de ouders de ruimte om mee na te denken, initiatieven te nemen en zaken uit te
voeren binnen de gemaakte gezamenlijke afspraken
3

willen we dat de school een afspiegeling is van de inwoners van de stad Eindhoven en is er
respect voor ieders cultuur
Dit willen we niet alleen bereiken door het
organiseren van ouderavonden, het organiseren
van een MR en een schoolraad, maar ook door de
drempel zo laag mogelijk te houden. Ouders
moeten altijd de mogelijkheid hebben zich zowel
bij de leerkracht van hun kind als bij de directie
vragen te stellen, suggesties te doen of hun zorg
te uiten. In een leef- en werkgemeenschap
werken je samen met alle partijen en daarbij is
dus de ouder een partner. Het spreekt voor zich
dat wat we belangrijk vinden voor de kinderen,
hun eigen uniciteit, dat dit ook belangrijk is voor
de ouders. Ook ouders hebben hun eigen kijk op
allerlei zaken, ook ouders komen uit verschillende
culturen en willen zich ook graag veilig voelen in
een respectvolle omgeving. Dit respect moeten
we voor elkaar opbrengen.

werken we met de partners volgens een pedagogisch raamplan aan een veilig Spilcentrum
met een peuterspeelzaal, kinderdagverblijf en buitenschoolse opvang
Samen werken aan een ononderbroken
ontwikkelingslijn voor kinderen van 2 tot 12 jaar of
misschien zelfs wel van 0 tot 12 jaar is hierbij de
grondgedachte; wat kunnen we samen doen om de
kinderen zo goed mogelijk voor te bereiden op de
basisschool? Het Spilcentrum moet een jenaplanspilcentrum worden; een leef- en werkgemeenschap
waarin we allen met dezelfde ideeën naar kinderen
kijken en kinderen laten ontwikkelen tot zelfstandige
kleine mensen.

en .... willen we met bovenstaande punten bereiken dat alle kinderen met plezier naar
school gaan en plezier blijven houden in leren als ze na acht jaar de school verlaten.
Het spreekt voor zich, het is heel belangrijk....
juist het plezier in leren is een basis tot verdere
ontwikkeling. Daar staan we voor, daar willen
we samen aan werken en dan geven we
kinderen ook nog iets mee voor hun toekomst
en verdere leven! Voor deze kinderen een leven
waarin je altijd zult moeten blijven leren…!
4